Creationisme en intelligent design https://www.evolutietheorie.ugent.be/ en Harun Yahya: waarover gingen de lezingen die zijn team in België georganiseerd heeft? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/harun-yahya-waarover-gingen-de-lezingen-die-zijn-team-belgie-georganiseerd <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1062.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1062" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Pieter Peyskens </div> <div class="affiliatie">De auteur is master in de wijsbegeerte. Oorspronkelijk verschenen in: Wonder en is gheen Wonder</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>Kersen plukken in de Koran</strong> <em>Over Harun Yahya en wetenschappelijke mirakels in de Koran</em> auteur Pieter Peyskens<br> &nbsp;<br> In het weekend van 13 tot 16 oktober 2011 streken in België een aantal vertegenwoordigers van de notoire islamcreationist Harun Yahya neer. In Leuven, Brussel, Charleroi en Gent vonden zogenaamde Harun Yahya Conferences plaats: evenementen waarbij door middel van voordrachten, een handvol tentoongestelde fossielen en een aantal religieuze boekenstandjes de radicaal anti-evolutionaire visie van Yahya aan de man wordt gebracht. Wij waren erbij in Gent en werden vergast op een lezing over de wetenschappelijke mirakels in de Koran.<br> &nbsp;<br> Harun Yahya is het pseudoniem van Adnan Oktar, een Turks creationist met een religieuze missie en het geld om die waar te maken. Zijn naam prijkt op honderden boeken, websites en dvd’s die de evolutietheorie bestrijden en de Koran als ultieme bron van alle waarheid beschrijven. Oktar zou zichzelf als de nieuwe <em>Mahdi</em> of verlosser zien. Maar achter de enorme productie onder de merknaam Harun Yahya gaat wellicht een collectief van verschillende auteurs schuil, allen verbonden aan het door Oktar opgerichte BAV of <em>Bilim Arastirma Vakfi</em> (de zogenaamde <em>Science Research Foundation</em>, een creationistische propagandamachine geschoeid op dezelfde leest als het <em>Institute of Creation Research</em> van christelijke creationisten in de Verenigde Staten). Hoewel lang niet alle moslims opgezet zijn met de bekeringspraktijken van Harun Yahya (velen zien hem als een verspreider van desinformatie en onwaarheden, die vooral uit persoonlijke ambitie een moslimversie van het fundamentalistisch christelijke creationisme promoot)[1], groeit de cultus rond zijn persoon en de boodschap die hij verspreidt onder Turkse moslims en moslims wereldwijd.<br> &nbsp;<br> Internationaal werd Harun Yahya vooral bekend toen hij in 2007 ongevraagd duizenden gratis exemplaren van zijn <em>Atlas of Creation</em> verspreidde onder wetenschappers, leerkrachten en beleidsmakers in Europa en de Verenigde Staten. Deze atlas van het creationisme wekte dubbele verbazing, enerzijds omdat het enorme formaat opvallend luxueus was uitgegeven: een hardcover met meer dan 800 pagina’s vol hoogglans kleurenfoto’s, anderzijds omdat dit uiterlijke prestige schril afstak tegen de armtierige inhoud en het schaamteloze gebrek aan enige kennis van zaken.[2] Het ondermaatse niveau van Yahya’s publicaties maakt duidelijk dat zijn anti-evolutionaire discours niet echt op inhoudelijke draagkracht mikt. Hij trekt liever de kaart van het ressentiment en voedt zijn publiek vooral met ongenoegen over het westerse materialisme en het morele verval dat er inherent mee gepaard zou gaan. Zo schrikt hij er niet voor terug om de Holocaust en de aanslagen van 11 september 2001 in verband te brengen met ‘darwinisten’. Naast zijn talloze publicaties en websites beschikt Oktar sinds maart 2011 ook over een eigen televisiezender, het satellietkanaal A9, dat interviews en beschouwingen van dezelfde strekking uitzendt.<br> &nbsp;<br> Mede door zijn charismatische voorkomen, met zwarte zonnebril, verzorgd getrimde baard en designerkledij, is Adnan Oktar erin geslaagd een gevolg van hoogopgeleide maar misnoegde jongeren uit de welstellende en invloedrijke kringen van Turkije aan zich te binden. Heel wat zoekende, jonge moslims hebben wel oren naar zijn versie van de Islam als superieure bron van wetenschappelijk inzicht en als religieus-moreel bastion tegen de decadentie van het Westen. Vragen over zijn schimmige verleden gaat hij liever uit de weg. En ook op de herkomst van zijn rijkdom en van de aanzienlijke invloed die hij in Turkije wist te verwerven, gaat hij liever niet in. Oktar en het BAV beschikken over een indrukwekkende batterij duur betaalde advocaten. Hij ziet er dan ook geen graten in om elke controverse omtrent zijn persoon of de minste kritiek op zijn publicaties in de kiem te smoren via juridische weg. Hij is betrokken in honderden gerechtelijke procedures, als aanklager zowel als beklaagde. Zo moest hij zich de voorbije jaren herhaaldelijk verdedigen tegen beschuldigingen van sektarische praktijken zoals manipulatie, omkoping, bedreiging en chantage met verborgen camerabeelden.[3] Ondanks verschillende veroordelingen slaagde hij er toch in om talloze kritische websites in Turkije aan banden te laten leggen wegens smaad. De meest bekende is de site van Richard Dawkins, die het waagde de gênante fouten in de <em>Atlas of Creation</em> aan de kaak te stellen.<br> &nbsp;<br> <em>Harun Yahya Conferences </em><br> Sinds 2001 vinden over de hele wereld zogenaamde <em>Harun Yahya Conferences</em> plaats. Op Oktars website worden lokale moslimverenigingen wereldwijd opgeroepen om dergelijke evenementen te organiseren.[4] De lokale vereniging zorgt voor een zaal – liefst in een plaatselijke universiteit, om een schijn van wetenschappelijke legitimiteit te suggereren – en de vertegenwoordigers van Oktar komen langs om geïnteresseerde moslims voor te lichten over thema’s als de schepping van het universum, de weerlegging van het ‘darwinisme’ [5] en de mirakels van de Koran. Volgens zijn website vonden er al meer dan 1500 dergelijke conferenties plaats in meer dan twintig landen, gaande van de Verenigde Staten tot Japan, van Noorwegen tot Zuid-Afrika.<br> &nbsp;<br> De recente passage van de vertegenwoordigers van Harun Yahya in België is alvast niet onopgemerkt gebleven.[6] Vooral het feit dat enkele van de lezingen doorgingen in lokalen van de Katholieke Universiteit Leuven wekte beroering. De avond in Leuven was georganiseerd door een Pakistaanse studentenvereniging in samenwerking met de <em>International Muslim Student Association of Leuven</em> en trok vooral islamitische studenten aan. Geheel in lijn met de verwachtingen kregen ze te horen dat alle leven in één keer geschapen werd door Allah, dat de evolutietheorie (gemakshalve vereenvoudigd tot ‘louter toeval’) een wetenschappelijke geloofsovertuiging is zonder enig bewijs, en dat Islam en de Koran de enig relevante maatstaven zijn voor wetenschappelijk onderzoek. Professor biologie Tom Wenseleers was ook aanwezig. Hij vond het zorgwekkend dat een dergelijke conferentie georganiseerd werd door studenten van de KU Leuven, en kon slechts vaststellen dat de pertinente kritiek die hij vanuit zijn vakkennis opwierp, niet de minste indruk maakte op het publiek of de vertegenwoordigers van Harun Yahya. ‘Een vergissing doet niets af aan het idee’, kreeg hij te horen, en ‘als ze niet in overeenstemming zijn met wat in de Koran staat, zijn de feiten die je aandraagt geen waarheden maar wishful thinking.’[7]<br> &nbsp;<br> Met hun doortocht in Brussel en Charleroi bereikten de vertegenwoordigers van Harun Yahya een breder publiek dan enkel studenten. De conferentie in de Arrahma-moskee te Charleroi werd georganiseerd door <em>Le Service Islamique de la Jeunesse de Belgique</em> en ging specifiek in op vragen van en tips voor jonge moslims. Een bijeenkomst in Brussel werd georganiseerd door <em>Le Centre Islamique et Culturel de Belgique</em>. Ook hier waren talloze kinderen aanwezig.[8] Te jong om al kennis genomen te hebben van de kansen die vrij denken en een kritisch-wetenschappelijke ingesteldheid hen in de toekomst zouden kunnen bieden, worden deze kinderen door hun ouders blootgesteld aan een doctrine die preekt dat wetenschap waardeloos is wanneer ze zich niet laat leiden door religie, en dat het enige doel van wetenschap erin mag bestaan de tekens van goddelijke schepping in het universum te onderzoeken. Ook in het schooltje aan de Bargiekaai, waar de conferentie in Gent plaatsvond, waren een aantal kinderen aanwezig, maar de algemene opkomst was eerder beperkt. De lezing was georganiseerd door <em>Al Minara</em>, een steunpuntorganisatie voor de emancipatie van tot de Islam bekeerde vrouwen. Vriendelijk werden we verwezen naar een klein auditorium. Vooraan was plaats gereserveerd voor de mannen, achteraan voor de vrouwen (in het midden van de zaal ontstond al gauw een grijze zone voor mannen en vrouwen die zich geëmancipeerd genoeg voelden om gezamenlijk naar de lezing te luisteren). Hoewel de vertegenwoordigers van Harun Yahya, strak in het pak, tijdig aanwezig waren en de eerste slide van de PowerPointpresentatie al geprojecteerd werd, begon de voorziene lezing over <em>The Scientific Miracles of the Quran</em> met ruim een uur vertraging. Voertaal was een soms moeilijk te verstaan Engels. Gezien het prestigieuze imago dat Yahya rond zijn conferenties hoog tracht te houden, werkte de algemene indruk van improvisatie en amateurisme eerder ontluisterend. Tijdens de lezing en bij de boekenstand namen medewerkers van Yahya uitgebreid foto’s van het aanwezige publiek. Toch was het vooral de inhoud van de lezing die onze wat oncomfortabele verbazing wekte.<br> &nbsp;<br> <em>Wetenschappelijke mirakels van de Koran </em><br> De lezing van Harun Yahya over de wetenschappelijke mirakels van de Koran was bedoeld om onweerlegbaar te bewijzen dat de woorden uit de Koran wel degelijk aan Mohammed geopenbaard zijn door de alwetende schepper van het universum.<br> &nbsp;<br> Zoals bekend ligt de Koran bij het merendeel van de moslims nogal gevoelig. De gemiddelde gelovige is ervan overtuigd dat de onvertaalde Arabische tekst het letterlijke woord van God betreft. Elk exemplaar van de Koran is sacraal en dient met heilig respect behandeld te worden. De meeste traditionele islamscholen schrijven bijvoorbeeld het ritueel handenwassen voor alvorens de Koran aan te raken. De Koran mag ook niet op de grond of onder andere boeken liggen. Wanneer eruit voorgelezen wordt, mag niemand roken of drinken. Het is verboden versleten exemplaren te recycleren. Ze dienen ritueel verbrand of respectvol begraven te worden. Het boek geldt ook als een talisman tegen ziekte en onheil. Onrespectvol omgaan met een exemplaar van de Koran wordt gezien als één van de zwaarste vormen van blasfemie en wordt in bepaalde streng islamitische landen zoals Pakistan en Afghanistan gesanctioneerd met levenslange gevangenisstraf of zelfs de dood. In de voorbije jaren gaven Korangerelateerde incidenten ook buiten de islamitische wereld meermaals aanleiding tot grote verontwaardiging onder moslims wereldwijd, vaak uitmondend in grootschalige protesten waarbij doden en gewonden vielen. Zo leidde het sterk gemediatiseerde voornemen van de Amerikaanse dominee Terry Jones om in 2010 de aanslagen van 11 september te herdenken met het verbranden van een Koran tot minstens 20 doden bij protesten in het Midden-Oosten en Azië.<br> &nbsp;<br> De typisch defensieve overreactie op elke twijfel aan het bovennatuurlijke statuut van de Koran wijst er al op dat het niet vanzelfsprekend is om een tekst zomaar als het letterlijke woord van Allah verkocht te krijgen. Met hun lezing over de mirakels van de Koran sluiten de vertegenwoordigers van Harun Yahya zich aan bij een hele reeks islamitische apologeten die argumenten trachten aan te dragen die de sterke claim van de niet-menselijke oorsprong van deze tekst aannemelijk moeten maken. Het epistemologische niveau van dit soort argumenten wordt meteen duidelijk als blijkt dat het belangrijkste aangedragen bewijs de Koran zelf is. Grote delen van de Koran zijn inderdaad terug te brengen tot eindeloze aanmaningen (niet altijd met zachte hand) om te geloven dat hier wel degelijk Allah zelve aan het woord is.[9] Volgens de Koran bevindt de originele – eeuwige en ongecreëerde – tekst van de Koran zich in de hemel <cite>op een welbewaarde tafel</cite> (Koran: 85.22). Zoals ook in sura <em>Al-Zukhruf</em> (<em>De Versiering</em>) wordt bevestigd: <cite>Wij hebben haar [de Koran] gemaakt tot een Arabische Oplezing opdat gij verstandig moogt worden. Zij is waarlijk in de Moeder der Schrift bij Ons verheven en wijs</cite> (Koran: 43.3).<br> &nbsp;<br> Omdat cirkelredeneringen zoals deze niet echt overtuigend zijn, haalt men daarnaast ook andere argumenten aan om het bovennatuurlijke karakter van de tekst te staven. Zo zou de literaire kwaliteit van het Arabische origineel van een grootsheid zijn die elke menselijke poëzie overstijgt. Wellicht gaat hiervan heel wat verloren bij de vertalingen.[10] Daarnaast – en dit is minder relatief dan smaken en literaire voorkeuren – beweert men dat het boek kennis bevat over verleden en toekomst die onmogelijk gekend kon zijn ten tijde van Mohammed. Harun Yahya is één van de meest populaire verspreiders van dit onder moslims gangbare idee, namelijk dat de Koran honderden historische, wiskundige en wetenschappelijke inzichten bevat die pas in de twintigste eeuw bevestigd zijn. Twee voorbeelden die we ook tijdens de lezing in Gent voorgeschoteld kregen, maken duidelijk wat we ons daarbij moeten voorstellen.<br> &nbsp;<br> <em>IJzer uit de hemel </em><br> Eén van de tekenen die Harun Yahya aanhaalt om de goddelijke oorsprong van de Koran te bewijzen, steunt op sura <em>Al-Hadid</em> (<em>Het IJzer</em>). Hierin poneert Allah onder andere: <cite>En Wij hebben neergezonden het ijzer waarin hevige kracht is en nut voor de mensen</cite> (Koran: 57.25). Dit vers is volgens Yahya en zijn vertegenwoordigers niet minder dan een goddelijk mirakel. Immers, wanneer we het gebruikte werkwoord <em>anzalna</em> (neerzenden) letterlijk interpreteren als ‘uit de ruimte naar beneden zenden’, dan blijkt hieruit dat de Koran reeds kennis had van het wetenschappelijke inzicht dat al het ijzer op onze planeet ultiem terug te voeren is tot de ruimte. Inderdaad ontstond het element ijzer door kernfusie in sterren en verspreidde het zich in de ruimte via supernovae – iets wat geldt voor alle elementen zwaarder dan waterstof en helium, die de basiselementen vormden voor de eerste generatie sterren na de Big Bang.[11] Er vallen echter verschillende kanttekeningen te plaatsen bij Yahya’s interpretatie van dit vers als een onmiskenbaar bewijs van goddelijke inspiratie.<br> &nbsp;<br> In de eerste plaats is er Yahya’s geforceerd letterlijke interpretatie van het werkwoord neerzenden. Het woord <em>anzalna </em>/<em>anzala</em> komt immers tientallen keren voor in de Koran, steeds in figuurlijke zin, gewoon om te verwijzen naar een goddelijke gift, zoals <em>dieren in paren acht</em> (Koran 39:06; bedoeld zijn kamelen, runderen, schapen en geiten) of <em>kleding die uw slechtheden bedekt</em> (Koran 7:26). In geen van die gevallen zal Yahya beweren dat we het neerzenden door God letterlijk moeten nemen (kamelen uit de ruimte gaan wellicht zelfs hem te ver). Niets in de tekst biedt enige rechtvaardiging voor een speciale uitzondering voor het vers waarin ijzer aan de mensheid gezonden wordt. Met zijn selectieve letterlijke interpretatie van dat ene vers doet Yahya aan <em>cherry picking</em> of ‘kersen plukken’, een drogreden gebaseerd op selectieve blindheid. Net zoals men bij het plukken enkel oog heeft voor de rijpe kersen, kan men bij het verdedigen van een bepaalde stelling enkel voorbeelden aanhalen die de stelling of interpretatie lijken te bevestigen, terwijl men informatie of voorbeelden die niet in het interpretatieve kraam passen, negeert of achterhoudt. Hiermee lokt Yahya zijn publiek in de val van de <em>Hineininterpretierung</em>: zonder enige objectieve, stilistische of inhoudelijke basis schrijft hij een heel specifieke betekenis toe aan een eerder vage en poëtisch bedoelde tekst.<br> &nbsp;<br> Maar ook al mocht die benadering gerechtvaardigd zijn, dan nog is er geen enkele reden om dit vers een onloochenbaar goddelijke oorsprong toe te dichten. De notie van ijzer als een geschenk uit de hemel is op het moment van de openbaring immers helemaal niet nieuw. In het oude Egypte stond ijzer al bekend als een mythisch metaal uit de hemel (<em>ba-en-pet</em>). In Egyptische tomben zijn ijzeren objecten aangetroffen van meer dan 5000 jaar oud. Deze waren afkomstig van meteorieten (want ze bevatten 7,5% nikkel, de typische compositie van ijzermeteorieten).[12] In Mesopotamië kende men dit meteorisch ijzer eveneens en ook andere beschavingen waren reeds lang voor de tijd van Mohammed vertrouwd met het concept van ijzer uit de hemel. Ook het vrij triviale inzicht dat ijzer nuttig is voor de mens kunnen we bezwaarlijk een wonderlijke verdienste van de Koran noemen. Plinius de Oudere (23-79 AD) beschrijft al de enorme voordelen ervan voor de mensheid.<br> &nbsp;<br> Alsof Yahya beseft dat zijn geladen interpretatie niet volstaat om het miraculeuze karakter van sura <em>Al-Hadid</em> ook maar enigszins aannemelijk te maken, bezondigt hij zich nog aan numerologische drogredenen om zijn punt kracht bij te zetten. De numerologische waarde van het woord <em>hadid</em> zou 26 zijn, net als het atoomnummer van ijzer. Bovendien is sura <em>Al-Hadid</em> het 57ste hoofdstuk in de Koran, en volgens Yahya is de atoommassa van ijzer eveneens 57 (in werkelijkheid is het 55,845). Yahya rekent erop dat zijn publiek niet intelligent genoeg is om te beseffen dat je met toevallige overeenkomsten in zogenaamd numerologische waarden zowat alles (en dus eigenlijk niets) kunt bewijzen. Deze waarden kunnen op zodanig veel manieren berekend worden, dat men zijn best moet doen om ‘mirakels’ te vermijden. Bovendien is de Koran duidelijk niet consequent in het geven van numerologische tekenen: zo is er helemaal geen overeenkomst tussen de atoomnummers van bijvoorbeeld koper of lood met de sura’s waarin naar deze elementen verwezen wordt.<br> &nbsp;<br> <em>De Big Bang en het uitdijende heelal </em><br> Een ander wetenschappelijk mirakel dat Yahya en zijn volgelingen verdedigen, houdt in dat de kosmologie van de Koran reeds zou uitgaan van een oerknal en expanderend universum.13 Uitgangspunt zijn enkele verzen uit sura’s <em>Al-Anbiya</em> (<em>De Profeten</em>) en <em>Al-Dhariyat</em> (<em>De Wegvagenden</em>). In de Nederlandse vertaling van Kramers klinken deze verzen als volgt: <em>Zien zij die ongelovig zijn dan niet dat de hemelen en de aarde een ineengedrongen massa waren waarop Wij beiden ontplooiden</em> (Koran: 21.31) en <em>De hemel Wij hebben hem met handen gebouwd en Wij gaven hem ruime uitbreiding</em> (Koran: 51.47). Goddelijk geïnspireerd inzicht in twintigste-eeuwse kosmologie, of eerder een anachronistische <em>hineininterpretierung</em> waartoe Yahya zijn publiek via een aantal manipulaties tracht te verleiden?<br> &nbsp;<br> Wat betreft het vers uit sura 21, dat volgens Yahya duidelijk verwijst naar de Big Bang, beperken we ons tot dit commentaar: de vage notie dat hemelen en aarde ooit één waren en nadien ontplooid werden, vertoont meer concrete verschillen dan vage gelijkenissen met de moderne beschrijving van een singulariteit en de complexe processen die plaatsvonden in de eerste seconden na de Big Bang. Bovendien is het vers ook als poëtisch beeld allerminst uniek: lang voor Mohammed gingen verschillende mythologieën in het Midden-Oosten uit van een kosmogonie waarbij hemel en aarde aanvankelijk één geheel vormden dat door goddelijk toedoen gescheiden werd.[14]<br> &nbsp;<br> De forcing die Yahya moet uitvoeren om het oorspronkelijke Arabische vers van sura 51 naar zijn hand te zetten is nog groter. Wanneer geladen interpretaties niet volstaan om een bepaald vers als wetenschappelijk mirakel verkocht te krijgen, deinst hij er niet voor terug zijn publiek met bewust misleidende vertalingen om de tuin te leiden. Wanneer we de vertaling die Yahya geeft – <em>It is We Who have built the universe with (Our creative) power, and, verily, it is We Who are steadily expanding it</em> (Koran: 51.47) – vergelijken met een aantal courante Engelse vertalingen [15] en de Nederlandse vertaling (supra), dan vallen verschillende manipulaties op. In de eerste plaats vertaalt hij het Arabische woord voor ‘hemel’ als ‘universum’, wat meteen al een complexere kosmologie suggereert dan de tekst eigenlijk toelaat. Dit is nodig om zijn volgende manipulatie geloofwaardig te maken: hij vertaalt het Arabische substantief voor ‘wijdte’ als een werkwoord (‘verwijden’, ‘ruimer maken’) en voegt er een bijwoord (‘gestaag’) aan toe. Door deze verregaande vrijheid in vertaling vervormt hij een poëtisch vers over de schepping van een ‘wijde hemel’ tot een schijnbaar wetenschappelijk statement over ‘een gestaag verwijdend universum.’ De vervorming wordt nog duidelijker wanneer we het vers in zijn context lezen. Direct daarop gebruikt de Koran immers net dezelfde bewoordingen om de aarde te beschrijven: <em>De aarde Wij hebben haar uitgespreid en hoe voortreffelijk hebben Wij haar uitgestrekt</em> (Koran: 51.48). Wij mogen aannemen dat Yahya hieruit concludeert dat de Koran verwijst naar het wetenschappelijke feit van een gestaag expanderende aarde?<br> &nbsp;<br> Opnieuw geldt: zelfs al mocht de duidelijk gemanipuleerde vertaling van sura 51.47 aansluiten bij de oorspronkelijke intentie van de tekst, dan nog rest Yahya niets dan een vage en poëtische beschrijving die allerminst nood heeft aan een verklaring vanuit bovennatuurlijke voorkennis. In tegenstelling tot wat Yahya en andere apologeten graag laten uitschijnen, is de kosmologische achtergrond van de Koran helemaal niet in ‘perfecte harmonie’ met onze huidige wetenschappelijke kennis. Het wereldbeeld van de Koran is immers beperkt en extreem simplistisch: het bestaat enkel uit de aarde en de omliggende hemelen; er is geen derde plaats daarnaast.[16] Uit niets blijkt enige kennis van zaken die voor ons vanzelfsprekend zijn, zoals dat de aarde een planeet is, vergelijkbaar met de andere planeten die we kunnen waarnemen, of dat de sterren even groot zijn als de zon, maar dan enorm ver weg. Nergens in de Koran wijst de zogenaamd Alwetende ons op het bestaan van andere zonnestelsels, melkwegen, sterrenstelsels, clusters, donkere materie, en zo verder. Het universum van de Koran blijft beperkt tot een beschrijving van wat zichtbaar en gangbaar was in de Arabische wereld van de zevende eeuw. De Koran is natuurlijk nooit bedoeld als wetenschappelijk traktaat. Niets in de achterliggende kosmologie ervan wijst erop dat deze tekst, net als elke andere tekst op deze planeet, niet door feilbare mensenhanden is opgesteld.<br> &nbsp;<br> <em>Inlegkunde voor gelovigen </em><br> Bij de eindeloze opsomming van de wetenschappelijke mirakels van de Koran overvalt een kritisch buitenstaander al gauw het <em>unheimliche</em> gevoel getuige te zijn van een tegelijk komisch en tragisch spektakel. Indien zoveel mensen de argumenten van Yahya en andere apologeten niet overtuigend vonden, zouden ze te banaal zijn om op in te gaan. De zogenaamd wetenschappelijke kennis die hier wordt tentoongespreid, heeft niets gemeen met de harde schoonheid en broze accuraatheid van de inzichten die het wetenschappelijk proces tot dusver heeft opgeleverd.<br> &nbsp;<br> We gingen slechts in op twee representatieve voorbeelden, maar geen enkel van de door Yahya en zijn vertegenwoordigers naar voren geschoven mirakels is gebaseerd op een overtuigende uitleg. Veeleer overstelpen deze lieden hun vaak goedgelovig publiek met een reeks makkelijk te doorprikken mirakels van ‘inlegkunde’: met het voordeel van kennis achteraf projecteert Yahya heel specifieke wetenschappelijke informatie anachronistisch terug in een aantal uit de context gehaalde, vage verzen van een oude tekst. Dit is een triviale oefening die men niet enkel op de Koran, maar op elke willekeurige klassieke tekst met succes kan toepassen. Op het internet is bijvoorbeeld een met wetenschappelijke mirakels geannoteerde versie van Vergilius’ <em>Georgica</em> terug te vinden.<br> &nbsp;<br> Het is voor moslims blijkbaar heel moeilijk om los te komen van een exclusief theologische visie op de Koran en een meer kritisch-historische attitude aan te nemen ten opzichte van dit geschrift. Het dogma dat hen verplicht de Koran als het letterlijke woord van God te zien, maakt het extra moeilijk om aan te sluiten bij de verworvenheid van meer tekstkritische en liberale lezingen in de christelijke en joodse gemeenschap. De teksten die na Mohammed werden verzameld en samengesteld, delen echter vele verhalen met de Pentateuch en het Nieuwe Testament. Het is dan ook naïef om te denken dat de Koran immuun kan blijven voor een aantal fundamentele inzichten voortgevloeid uit de historische Bijbelkritiek. Net zoals dit voor het merendeel van joden en christenen geen probleem vormt, moet het ook voor moslims mogelijk zijn hun geloof te beleven zonder dogmatisch gebonden te zijn aan een letterlijke interpretatie van verhalen over Adam en Eva of de Ark van Noah.<br> &nbsp;<br> De Koran verraadt op duizend verschillende manieren de specifieke sociohistorische context waarin hij ontstond. Hij is een product van mensenhanden. Iedereen heeft het volste recht om op basis van de meest triviale argumenten het tegendeel te geloven, maar de pedagogische verantwoordelijkheid is groot. Ouders die hun kinderen leren dergelijke argumenten ernstig te nemen, mogen niet verwachten dat zij later als volwassenen makkelijk ernstig genomen zullen worden.<br> &nbsp;<br> <em>Referenties </em><br> Hitchens, Christopher (Ed.) (2007), The Portable Atheist. Essential Readings for the Nonbeliever. Philadelphia: Da Capo Press.<br> Kramers, J.H. (Ed.) (1992/1997), <em>De Koran </em> [Uit het Arabisch vertaald door J.H. Kramers. Bewerkt door Asad Jaber en Johannes J.G. Jansen.] Amsterdam: De Arbeiderspers. (zesde druk september 2011).<br> Warraq, Ibn (1995), <em>Why I Am Not A Muslim&lt;.em&gt;. Amherst: Prometheus Books. </em><br> Warraq, Ibn (Ed.) (1998), <em>The Origins of the Koran. Classic Essays on Islam’s Holy Book</em>. Amherst: Prometheus Books.<br> &nbsp;<br> &nbsp;<br> <em>Eindnoten</em><br> &nbsp;</p> <ol> <li>Linda Bogaert: <em><a href="/node/240 " target="_self">Hoe denken moslims over evolutietheorie en creationisme?</a>&nbsp;</em> <cite> [Hieruit is] gebleken dat de muslimwereld een zeer diverse houding aanneemt ten aanzien van de evolutietheorie, wat weinig verwonderlijk is, gezien de Koran zelf, anders dan de Bijbel, zich slechts in vage bewoordingen uitdrukt over de zaak. De betreffende verzen worden door de enen geïnterpreteerd als een proces van evolutie, door de anderen als een scheppingsdaad. Er zijn bijgevolg uitgesproken evolutionisten – niet enkel bij seculiere muslims maar ook bij religieuze muslims. </cite></li> <li>PZ Myers beschreef het op zijn blog als volgt: <cite>Het algemene patroon van het boek is monotone herhaling en voorspelbaarheid: het boek plaatst een foto van een fossiel naast een foto van een levend dier, poneert dat er geen greintje verschil is en concludeert daaruit dat evolutie een leugen is. Telkens opnieuw dezelfde riedel. De verveling slaat gauw toe, meestal is het nog fout ook (er zijn wel degelijk verschillen!) en die mooie foto’s zijn gewoon van het internet gehaald</cite> (mijn vertaling, PP). In zijn artikel <em>Venomous Snakes, Slippery Eels and Harun Yahya</em> toonde Richard Dawkins aan dat de <em>Atlas of Creation</em> inderdaad talloze feitelijke fouten bevat, zoals de foutieve identificatie van een zeeslang (een reptiel) met een aal (een vis). In het boek komt zelfs een foto voor van artificieel lokaas (in kunststof dus, met de vishaak duidelijk zichtbaar), door Yahya als foto van een levende soort verkocht. <a href="http://richarddawkins.net/articles/2833" title="http://richarddawkins.net/articles/2833">http://richarddawkins.net/articles/2833</a>. Zie ook het artikel van Walter Decleir in <em>Wonder en is gheen Wonder</em> 01/2008.</li> <li>Halil Arda: <em>Sex, flies, and videotape: The secret lives of Harun Yahya</em>. <a href="http://newhumanist.org.uk/2131" title="http://newhumanist.org.uk/2131">http://newhumanist.org.uk/2131</a></li> <li><a href="http://www.harunyahya.com/m_supportus2.php" title="http://www.harunyahya.com/m_supportus2.php">http://www.harunyahya.com/m_supportus2.php</a></li> <li>Bart Klink: <a href="/node/667" target="_self"><em>Waarom gebruikt men beter niet de term darwinisme om evolutietheorie aan te duiden?</em></a>&nbsp; <cite>Door de termen darwinisme of evolutionisme te gebruiken, wordt impliciet het idee gewekt dat het hier gaat om een ideologie in plaats van een wetenschappelijk feit en een wetenschappelijke theorie. Hiermee wordt tevens de indruk gewekt dat het op gelijke voet staat met creationisme, wat immers wel een (religieuze) ideologie is. <cite> </cite></cite></li> <li>‘Darwinist voerde de Holocaust uit. Volgelingen van Turkse creationist Harun Yahya houden lezing aan KU Leuven’ (<em>De Morgen</em>, 14/10/ 2011).</li> <li>De lezing <em>Darwinism, fact or fiction?</em> (Leuven - 13/10/2011) staat online: <a href="http://www.youtube.com/watch?v=xm8oFzp94X0" title="http://www.youtube.com/watch?v=xm8oFzp94X0">http://www.youtube.com/watch?v=xm8oFzp94X0</a></li> <li>Voor foto’s van de conferenties in Charleroi en Brussel: <a href="http://harunyahyaconferences.com/index.php/joomla-overview/conferences/details/407-harun-yahya-conference-in-belgium" title="http://harunyahyaconferences.com/index.php/joomla-overview/conferences/details/407-harun-yahya-conference-in-belgium">http://harunyahyaconferences.com/index.php/joomla-overview/conferences/d...</a></li> <li>Enkele Korangeleerden hebben erop gewezen dat de aanname dat God zelve aan het woord is in de Koran, in talloze passages tot problemen leidt. De commentator Suyuti stelde al dat verschillende passages overduidelijk door Mohammed of door de engel Gabriël worden uitgesproken. Ali Dashti merkt op dat al in de eerste regels Allah niet zelf aan het woord kan zijn: het openende sura <em>Al Fatiha</em> is een lofprijzing en gebed <em>tot</em> God (Koran: 1). Men kan Allah die woorden natuurlijk in de mond leggen, door een gebiedende wijs toe te voegen zoals ‘zeg’ of ‘gij moet als volgt spreken’. Die imperatieve vorm komt honderden keren voor in de Koran en is duidelijk door latere samenstellers toegevoegd om passages die niet van Allah kunnen zijn, toch aan hem toe te schrijven. Ali Dashti wijst er ook op dat bepaalde sura’s niet van God kunnen komen, omdat ze hem onwaardig zijn. Bijvoorbeeld sura <em>Al-Masad</em> (<em>De Touwvezels</em>): ‘Verloren mogen gaan de handen van Abu Lahab en moge hij zelf verloren gaan. Zijn bezit en wat hij vergaarde baten hem niet. Hij zal branden in een vuur van vlammen en ook zijn vrouw aandraagster van brandhout. Aan haar nek een koord van vezels’ (Koran: 111). Dit sura verwijst naar Abu Lahab, de oom van Mohammed en één van zijn bitterste tegenstanders. Het is moeilijk om in dit korte sura een nobele en heilige tekst te zien die ongeschapen en eeuwig op een tafel in de hemel wordt bewaard. Het is lang niet de enige passage in de Koran die een meer nederige en aardse oorsprong van de tekst aangeeft, waarin de profeet God misbruikt om af te rekenen met zijn persoonlijke vijanden. Rationele en liberale stromingen binnen de Islam, zoals de Mu’tazilieten, kaarten dit probleem al langer aan. Ibn Warraq (1995: p. 107) schrijft dat, als we deze redenering op de hele Koran zouden toepassen, er niet veel overblijft van het woord Gods, want slechts heel weinig erin is een barmhartige, alwetende god waardig.</li> <li>De inschatting van Thomas Carlyle (1795-1881): <cite>Eerlijk gezegd, het is één van de meest vermoeiende teksten die ik ooit heb doorploegd. Een saai en warrig boeltje, ongesofistikeerd, ondoordacht, eindeloze herhalingen, langdradig, ingewikkeld… kortom: onverdraaglijk stompzinnig! Enkel plichtsbesef kan een Europeaan door de Koran heen helpen!</cite> (mijn vertaling, PP)</li> <li>Voor een toegankelijke inleiding, zie John Gribbin (2000): <em>Stardust. Supernovae and life, the cosmic connection</em>: <cite>We zijn gemaakt van sterrenstof. Met uitzondering van waterstof ontstond elk atoom van elk element in uw lichaam in het binnenste van een ster, waarna het door enorme stellaire explosies het universum werd ingeslingerd, om uiteindelijk gerecycleerd te worden tot een deel van u</cite> (mijn vertaling, PP).</li> <li>John Emsley (2001): <em>Nature’s Building Blocks. An A-Z guide to the elements</em>. Oxford University Press: p.207.</li> <li><a href="http://www.harunyahya.com/miracles_of_the_quran_p1_02.php#2a" title="http://www.harunyahya.com/miracles_of_the_quran_p1_02.php#2a">http://www.harunyahya.com/miracles_of_the_quran_p1_02.php#2a</a></li> <li>De Egyptenaren hadden het bijvoorbeeld over de onvrijwillige scheiding van Geb (god van de aarde) en zijn vrouw en zuster Nut (godin van de hemel). Ook het Sumerische Gilgamesj-epos beschrijft het moment waarop de hemelen zich van de aarde scheiden, wanneer An (god van de lucht) gescheiden wordt van Ki (godin van de aarde).</li> <li><strong>Yusuf Ali</strong>: <cite>With power and skill did We construct the Firmament: for it is We Who create the vastness of space</cite> (Koran: 51.47) / <strong>Pickthal</strong>: <cite>We have built the heaven with might, and We it is Who make the vast extent (thereof)</cite> (Koran: 51.47) / <strong>Shakir</strong>: <cite>And the heaven, We raised it high with power, and most surely We are the makers of things ample</cite> (Koran: 51.47).</li> <li><a href="http://www.wikiislam.net/wiki/A_Qur%E2%80%99anic_Understanding_of_the_Universe" title="http://www.wikiislam.net/wiki/A_Qur%E2%80%99anic_Understanding_of_the_Universe">http://www.wikiislam.net/wiki/A_Qur%E2%80%99anic_Understanding_of_the_Un...</a></li> </ol> <p>&nbsp;<br> ---<br> Oorspronkelijke publicatie: "Kersen plukken in de Koran. Over Harun Yahya en wetenschappelijke mirakels in de Koran". <em>Wonder en is gheen Wonder. Tijdschrift voor wetenschap en rede</em>. Winternummer 2011/4, p. 26-31.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-de-atlas-creationism-van-harun-yahya" hreflang="en">Wat is de Atlas of creationism van Harun Yahya?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/hoe-denken-moslims-over-evolutietheorie-en-creationisme" hreflang="en">Hoe denken moslims over evolutietheorie en creationisme?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Wed, 18 Jan 2012 16:00:42 +0000 webmaster.flw 1062 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat omvat de wig strategie van intelligent design? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-omvat-de-wig-strategie-van-intelligent-design <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1048.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1048" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Barbara Forrest </div> <div class="affiliatie">Professor in de wijsbegeerte aan Southeastern Louisiana University in Hammond, Louisiana</div> <div class="vertaler"> Stijn Cooman, Wouter Helsen en Johan De Smedt </div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>DE WIG AAN HET WERK: Hoe Intelligent Design-creationisme zich een “wig” baant naar de culturele en academische wereld</strong> <strong>Dr. Barbara Forest</strong><br> &nbsp;<br> <em>1. Inleiding</em><br> <cite>Als we onze eigen tijd begrijpen, zullen we weten dat we de realiteit van God zouden moeten erkennen door de dominantie van het materialisme en het naturalisme uit te dagen. Met de hulp van vele vrienden heb ik een strategie ontworpen om dit te doen… We noemen onze strategie de “wig”. – Phillip E. Johnson [1]</cite><br> Met een elegante metafoor beschrijft Phillip Johnson de <em>strategie van de wig</em>: een strategie die moet helpen om <em>intelligent design</em> vooruit te helpen, de recentste en meest gevaarlijke manifestatie van het creationisme. Maar de eenvoud van deze metafoor bedriegt. In realiteit wordt de strategie van de wig aggressief en systematisch toegepast door het <em>Center for the Renewal of Science and Culture (CRSC)</em> van het <em>Discovery Institute (DI)</em> op een groot aantal verschillende domeinen, met het oog op “het erkennen van de realiteit van god,” om met Johnson te spreken. Dit religieuze doel, dat grotendeels gesponsord wordt door de anti-evolutie-agenda van het CRSC en door de politiek, is het hart van de wig-beweging.<br> In dit essay wil ik het niet hebben over de filosofische en wetenschappelijke argumenten die de intelligent designers van het DI beweren te hebben. Er zijn andere mensen die zich daar op een erg kundige manier mee bezighouden. Deze studie zal eerder het karakter van de strategie van de wig analyseren en een staketsel aanbieden om eender welk punt binnen de filosofisch/wetenschappelijke analyses te bereiken.<br> Deze studie van CRSC’s strategie van de wig bestaat uit drie delen:<br> <em>Deel I. Een kleine geschiedenis van de wig-theorie en de bekrachtiging van het “wig-document”</em><br> De ontwikkeling van de wig-beweging en van de bijbehorende strategie, kan je makkelijk onderzoeken door voort te gaan op de eigen publicaties van het DI. Daarnaast zijn er ook artikels in bevriende bronnen. De geschiedenis van de wig-beweging omvat het opstellen van de krijtlijnen van een strategie – buiten het DI is het resulterende document informeel bekend als “het wig-document”. Ik ga er hier van uit dat dit document echt in die vorm bestaat. Het is echter belangrijk om op te merken dat de activiteiten van het DI voor zich spreken, <em>zelfs al mocht dit document vals blijken te zijn</em>. Deze activiteiten verraden een aggresieve en systematische agenda, die als doel heeft om intelligent design-creationisme én de daarmee samenhangende religieuze wereldbeschouwing te promoten.<br> <em>Deel II. Een overizicht van de wig-activiteiten</em><br> Een overzicht van de activiteiten die het CRSC van het DI ondernomen heeft om de strategie van de wig vooruit te helpen, toont aan dat men het systematische programma erg succesvol heeft uitgevoerd, <em>behalve voor zijn belangrijkste component</em>: het aanleveren van wetenschappelijke data dat intelligent design ondersteunt. Maar ondanks het <em>wetenschappelijke</em> falen van de wig, gebruikt het CRSC onvermoeid de rest van zijn strategie – (1) een bruggenhoofd oprichten in het hogere onderwijs, (2) de publieke opinie beïnvloeden door een niet-aflatende stroom van populaire publicaties, en, het meest verraderlijke, (3) ‘intelligent design-theorie’ proberen een plaats te geven binnen de verplichte vakken op school.<br> <em>Deel III. Een analyse van de natuur van de strategie van de wig en zijn vooruitgang in de mainstream</em><br> De wig bestaat uit een hechte kern van mensen in het CRSC van het DI, die nu al bijna tien jaar samenwerken om de strategie van de wig uit te werken. Het zijn steeds dezelfde mensen die een hoofdrol spelen bij de grootste evenementen van het CRSC. De beweging wordt gedreven door een religieuze visie die, ondanks dat er detaillistische verschillen in opvattingen zijn tussen de leden, gestoeld is op de gemeenschappelijke overtuiging dat Amerika een ‘nieuwe impuls’ nodig heeft, en dat men deze nieuwe impuls enkel kan bereiken door religie in te stellen als zijn cultureel fundament.<br> &nbsp;<br> <em>2. Deel I – Een chronologisch overzicht van de geschiedenis van de wi</em><br> <cite>“Het Center for the Renewal of Science and Culture van het Discovery Institute, probeert niets minder dan het materialisme en zijn culturele erfenis, omver te werpen…” – Center for the Renewal of Science and Culture [2]</cite><br> De ‘wig’ is een beweging die zich richt tot de publieke opinie en die probeert steun te vinden om evolutietheorie niet langer op scholen te onderwijzen. Tegelijkertijd probeert de beweging de theorie van het intelligent design te promoten. Het idee van de wig-beweging is niet ontsproten aan het brein van een wetenschapper, is ook niet ontstaan in een wetenschapsles, noch in een laboratorium, noch als gevolg van wetenschappelijk onderzoek; het waren de persoonlijke moeilijkheden die Philip Johnson ondervond na een scheiding, die bij hem leidden tot een bekering tot <em>wedergeboren christen</em>. Zo is de wig-beweging dus heel letterlijk van start gegaan als een religieuze ervaring in het leven van Phillip Johnson. Johnson stelde het zelf als volgt: “De ervaring van een mislukt huwelijk en gezinsleven, en tegelijkertijd van een bepaald academisch succes en van het inzien van de nutteloosheid hiervan, leidden ertoe… dat ik, toen ik 38 was, mijn leven volledig aan Christus toevertrouwde. Ik kreeg hierdoor een intellectuele interesse in de vraag waarom naturalistisch en agnostisch denken de intellectuele wereld beheersen.” [3] Nancy Pearcy, een onderzoeker van het CRSC en een associé van Johnson, ziet voldoende verbanden tussen Johnsons leiderschap binnen de intelligent design-beweging enerzijds, en zijn religieuze ommekeer anderzijds, om beide gebeurtenissen in twee van haar recentste publicaties te linken. In een recent interview met Johnson voor het magazine <em>World</em> schrijft Pearcey: “Het is niet alleen in de politieke wereld dat leiders bewegingen oprichten. Zo staat Philip Johnson aan de wieg van de ‘intelligent design’-beweging… Mr Johnson is een professor recht in Berkeley die zich, naar aanleiding van de crisis veroorzaakt door zijn op de klippen gelopen huwelijk, op middelbare leeftijd tot het christendom bekeerde.” [4] In <em>Christianity Today</em> toonde ze zelfs nog een betere link aan tussen Johnsons godsgeloof en zijn animositeit jegens evolutietheorie: “De officieuze woordvoerder voor ID is Phillip E. Johnson, een professor recht van de universiteit van Berkeley die zich bekeerde tot het christendom toen hij achterin de dertig was, en die sindsdien met de scherpe blik van een advocaat naar de evolutietheorie kijkt.” [5]<br> Johnsons zoektocht naar persoonlijke zingeving mondde vanuit deze godsdienstige bekering uit in een andere openbaring tijdens een sabbatjaar in Engeland: “Toen Phillip Johnson, professor recht aan de UC Berkeley, in 1987 aan God vroeg wat hij moest doen met de rest van zijn leven, had hij er nog geen idee van dat hij riskante spelletjes zou gaan spelen met alternatieven voor de evolutietheorie. Een toevallig bezoek aan een boekenwinkeltje in Londen, leverde mijnheer Johnson een vergelijkende studie van de evolutietheorie met haar alternatieven op.” [6] Johnson schafte zich Richard Dawkins’ <em>The Blind Watchmaker</em> (in het Nederlands vertaald als De blinde horlogemaker) en Michael Dentons <em>Evolution: A Theory in Crisis</em> aan. Hierop volgde Johnsons tweede openbaring: “Ik las deze boeken, en waarschijnlijk dacht ik onmiddellijk: <em>Dit is het! Dit is waar het allemaal op neer komt, het begrijpen van de schepping</em>.” [7] De kiem voor de wig was gelegd.<br> Volgens Johnson is de wig-<em>beweging</em> (zoniet in elk geval de term) ontstaan in 1992: “De beweging die we nu de wig noemen, heeft haar eerste publieke verschijning gehad op een congres van wetenschappers en filosofen aan de Southern Methodist University in maart 1992, naar aanleiding van de publicatie van mijn boek <em>Darwin on Trial</em> [1991]. De conferentie heeft enkele sleutelfiguren van de wig, zoals Michael Behe, Stephen Meyer, William Dembski en mijzelf, bij elkaar gebracht.” [8] Johnson legde voor de eerste keer contacten met “een kader van intelligent design (ID)-voorvechters die in mijnheer Johnson hun voorbeeld zagen… Johnson legde contacten, wisselde e-mailadressen uit, en arrangeerde persoonlijke ontmoetingen. Hij ziet deze allianties in het kader van een ‘strategie van de wig’ met zichzelf als leider van ID-wetenschappers die hem ondersteunen.” [9] In 1993, een jaar na de SMU-conferentie, “hadden de groep rond Johnson en Behe een ontmoeting in Pajaro Dunes… Daar kwam Behe voor de eerste keer naar buiten met de kern van de overwegingen die hem al een jaar lang bezighielden – de idee van de ‘onherleidbare complexiteit’ van de moleculaire mechanismen.” [10]<br> In de <em>Scientific American</em> van juli 1992 werd Stephen Jay Golds recentie van <em>Darwin on Trial</em> gepubliceerd. In zijn artikel verwees Gould naar het boek als “wemelend van fouten, slecht beargumenteerd, gebaseerd op foute gronden en grof”. Johnsons medestanders richtten een “Ad Hoc Origins Committee” op en schreven (waarschijnlijk in 1992 of 1993) een brief uit naam van Johnson: “Deze brief werd naar duizenden universiteitsprofessoren gemaild, kort nadat Stephen Jay Gould zijn bijtende aanval op (…) <em>Darwin on Trial</em> geschreven had. Bij deze mail had men een essay van Johnson toegevoegd, ‘The Religion of the Blind Watchmaker’. Dit was een antwoord op Gould dat de Scientific American weigerde te publiceren.” [11] De brief werd ondertekend door 39 personen, waaronder negen personen (die hieronder vermeld staan met de graad die ze toen bezaten) die kort nadien lid werden van het Center for the Renewal of Science and Culture:<br> &nbsp;</p> <ul> <li>Dr. Henry F. Schaefer III, Quantum Computational Chemistry, University of Georgia</li> <li>Dr. Robert Koons, filosofie, UT, Austin</li> <li>Dr. Stephen Meyer, wetenschapsfilosofie, Whitworth College</li> <li>Dr. Walter Bradley, voorzitter, Mechanical Engineering, Texas A&amp;M University</li> <li>Dr. Michal Behe, biochemie, Lehigh University</li> <li>Dr. Paul Chien, biologie, University of San Francisco</li> <li>Dr. William Dembski, filosofie, Northwestern University</li> <li>Dr. John Angus Campbell, Speech Communication, University of Washington</li> <li>Dr. Robert Kaita, Plasma Physics, Princeton University</li> </ul> <p>&nbsp;<br> Degenen die de brief ondertekenden, omschreven zichzelf in de brief als “een groep professoren of academische wetenschappers die Johnson hun steun betuigen, en die geloven dat er eens moet geluisterd worden naar wat hij te zeggen heeft (…) De meesten onder ons zijn christelijke theïsten die, net zoals Johnson, ongelukkig zijn met het gepolariseerde debat tussen bijbels literalisme en wetenschappelijk materialisme. We denken dat een kritische herziening van het Darwinisme noodzakelijk is, en dat dit mogelijk is zonder het jonge-aarde creationisme te moeten aanvaarden.” [12] Het aantal van Johnsons medewerkers oversteeg in die tijd een kritische drempel.<br> Tegen 1995 had Johnsons missie vorm gekregen en kon hij terugbogen op een loyaal contingent gelijkgestemde personen die hem bij de uitvoering van zijn missie konden helpen. In de zomer van dat jaar hielden ze een andere conferentie, “The Death of Materialism and the Renewal of Culture,” die dienstdeed als voedingsbodem voor het Center for the Renewal of Science and Culture, dat een jaar later georganiseerd werd [13]. Johnson bracht een nieuw boek uit: <em>Reason in the Balance: The Case Against Naturalism in Science, Law and Education</em> (InterVarsity Press, 1995), waarin hij zichzelf als “theïstisch realist” positioneerde tegen het “methodologische naturalisme”:</p> <ul> <li><cite>Om te beginnen geef ik een definitie van MN [methodologisch naturalisme]. Nadien behandel ik de definitie van mijn eigen, contrasterende positie, die ik “theïstisch realisme” [TR] noem… </cite></li> <li>1. Een methodologisch naturalist definieert wetenschap als de zoektocht voor de beste naturalistische theorieën. Een theorie kan niet naturalistisch zijn als ze een bepaald verschijnsel (zoals het bestaan van genetische informatie of van het bewustzijn) toeschrijft aan een bovennatuurlijke oorzaak. Zo gaat men er bijvoorbeeld van uit dat elke stap in de evolutie (vóór de evolutie van intelligentie) het gevolg is van niet-intelligente oorzaken. De vraag is niet <em>of</em> het leven (genetische informatie) ontstond uit de combinatie van toeval en chemische wetten (…) maar eerder <em>hoe</em> dit gebeurde (…) De schepper hoort thuis in het rijk van de religie, niet in dat van wetenschappelijk onderzoek.</li> <li>2. Een theïstisch realist neemt aan dat God het universum en al de wezens erin, geschapen heeft, en wel met een bepaalde reden. Theïstische realisten verwachten dat het “feit” van de schepping empirische, waarneembare gevolgen heeft, die verschillend zijn van de gevolgen die men zou waarnemen als het universum het product zou zijn van niet-rationele oorzaken. (…) God heeft steeds de optie om aan de hand van secundaire mechanismen te werken, en zulke mechanismen nemen we dikwijls waar. Aan de andere kant zijn er veel belangrijke vragen – waaronder de vraag naar de oorsprong van genetische informatie en de oorsprong van het menselijke bewustzijn – die men niet kan verklaren aan de hand van niet-intelligente oorzaken, net zoals dat het geval is met een boek of een computer. <cite> [14] </cite></li> </ul> <p>&nbsp;<br> De tegenstelling tussen naturalisme en theïstisch realisme is een kenmerk geworden van Johnsons denken.<br> Toen het metafysische terrein van het ID duidelijk in kaart gebracht was, hadden Johnson en zijn companen nood aan een formele strategie om hun missie ten uitvoer te brengen. In 1996 voltrok zich de meest cruciale ontwikkeling in de strategie van de wig: onder auspiciën van de conservatieve Seattle denktank het Discovery Institute (DI) werd het Center for the Renewal of Science and Culture gesticht. [15] In de zomereditie 1996 van <em>Journal</em> (“een tijdschrift dat leden en vrienden van Discovery up to date houdt over de programma’s en de gebeurtenissen van Discovery”) kondigde het Discovery Institute de oprichting aan van het CRSC, dat “ontsproten is uit de ‘Death of Materialism’-conferentie van de vorige zomer [de zomer van 1995]” [16]. Volgens Bruce Chapman, voorzitter van het DI, “toonde de conferentie ons de weg en hielp ze ons om steun te verzamelen om het wetenschappelijke argument aan te vallen, dat de basis vormt voor de twintigste-eeuwse ideologie van het materialisme en de hoop sociale ‘-ismen’ die daarmee gepaard gaan.” In zijn column van december 1999, deed Larry Witham in de <em>Washington Times</em> uit de doeken wat op de lijst van de prioriteiten van de moederorganisatie, de belangrijkste positie van het CRSC is:<br> <cite>Het acht jaar oude Discovery Instituut is een denktank uit Seattle waarin onderzoek naar transport, militaire hervorming, economie en het milieu, nogal dikwijls de gemakzuchtige teneur overneemt van zijn geboortestad in het noordwesten. Maar het ondersteunt ook een groep wetenschappelijke academici, die men, nogal teder, de ‘wig’ noemt (…) De wig is een onderdeel van het vier jaar oude CRSC, een onderzoeks-, publicatie- en conferentieprogramma dat een, wat het noemt ‘anti-religieuze vooringenomenheid in de wetenschap en het wetenschappelijke onderwijs’, uitdaagt. “Ik zou zeggen dat dit ons topproject is,” stelde Bruce Chapman, de voorzitter en stichter van het Discovery. [17]</cite><br> Met de oprichting van het CRSC, had ook de kern van de wig-werkgroep vorm gekregen: Stephen Meyer en John G. West Jr. als co-directeurs; William Dembski, Michael Behe, Jonathan Wells en Paul Nelson als voltijds onderzoekers voor de periode 1996-97; en Phillip Johnson als adviseur. [18] Toen het Discovery Institute de beweging, tot haar grote vreugde, binnenhaalde, begon de uitvoering van de strategie van de wig op kruissnelheid te komen.<br> In november 1996 organiseerden Johnson en zijn collega’s de “Mere Creation”-conferentie aan de Biola University in Californië [19]. Het belang van deze conferentie valt niet te onderschatten; het belang ervan wordt zelfs nadrukkelijk vermeld in het voorwoord van het boek dat de conferentie voortbracht. Henry Schaefer, de chemicus van de University of Georgia die Phillip Johnson ondersteunde door de Ad Hoc Origins-brief te ondertekenen, schreef hierin namelijk: “Van 14 tot 17 november 1996 heeft zich een nooit eerder geziene intellectuele gebeurtenis voorgedaan in Los Angeles. Onder het peetschap van Christian Leadership Ministries, heeft de Biola University toen in een grote onderzoeksconferentie wetenschappers en onderzoekers bijeengebracht, die allen het naturalisme verwerpen als een adequaat kader om wetenschap te bedrijven, en die allen een gezamelijke visie op de schepping zoeken onder de titel ‘intelligent design’.” [20] (Christian Leadership Ministries is de wig steeds logistiek blijven steunen. Zij hebben ook altijd “virutele” bureau-ruimte voorzien voor wig-leden op hun “Leadership University”-website. [21])<br> Hoewel Schaefer de Mere Creation-conferentie een onderzoeks-conferentie noemde, heeft zij nooit enige vorm van wetenschappelijk onderzoek opgeleverd [22]. Wat de conferentie daartegenover wel voortbracht, was de benodigde strategie. Het doel van de beweging op deze conferentie was eigenlijk al duidelijk voor derden die alles van nabij volgden, zoals Scot Swanson, die over de conferentie schreef voor <em>Christianity Today</em>:<br> <cite>De startende “intelligent-design”-beweging, die beweert dat de darwinistische verklaring voor het ontstaan van de mens inadequaat is, probeert uit de marginaliteit te geraken, om de dominante stroming te worden. (…) De eerste grote vergadering van voorvechters van het intelligent design vond plaats in november aan de Biola University in La Mirada, Californië. (…) Als we de uitkomst van de conferentie als een voorteken mogen nemen, dan kunnen we stellen dat intelligent design aan aanhang wint. Meer dan 160 academici, of het dubbele van wat de organisatoren zelf voorzien hadden, uit 98 universiteiten, colleges en organisaties waren aanwezig. De meesten van hen kwamen uit seculiere universiteiten [23].</cite><br> Hoewel de organisatoren volgens Swanson “ervoor kozen om de conferentie niet te gebruiken als forum om een statement voor de beweging te ontwikkelen, of om het geloof in de beweging te betuigen,” vernam hij toch dat “de leiders een lente-conferentie aan de University of Texas willen houden, en alvast begonnen zijn met het uitgeven van een tijdschrift, <em>Origins and Design</em>, uitgegeven door Paul Nelson.” Dit was een verwijzing naar het congres “Naturalism, Theism, and the Scientific Enterprise,” dat doorging aan de University of Texas in februari 1997 en die georganiseerd was door CRSC-staflid Robert Koons, filosoof en faculteitslid van de UT [24]. Dankzij deze kern supporters die de gelegenheid hadden gehad samen te komen en een strategie uit te werken, was de incubatietijd van de wig afgelopen: “Vóór de conferentie bestond de intelligent design-beweging uit een losse coalitie van onderzoekers, afkomstig uit vele verschillende disciplines. De conferentie slaagde erin om gelijkgestemde onderzoekers bij elkaar te brengen, om ze ‘over dezelfde vragen te laten nadenken,’ adus (…) Phillip Johnson” [25].<br> William Dembski bracht een boek uit dat lezingen van de conferentie bevatte. De titel van het boek was <em>Mere Creation: Science, Faith and Intelligent Design</em> (zulke boeken waren een belangrijk onderdeel van de strategie van de wig, net als de conferenties zelf, overigens). Henry Schaefer schreef het voorwoord, en hierin stelde hij duidelijk dat de strategie van de wig op enkele belangrijke punten vorm gekregen had:<br> <cite>Met schitterende ideeën die men verborgen houdt, bereikt men niets. Het is het doel van de conferentie om tastbare resultaten voort te brengen, om dan aan de hand hiervan onderzoeksprogramma’s die nog niet aangetast zijn door het naturalisme, versneld uit te voeren. Dit moet men bereiken door onderzoek aan te moedigen en de resultaten ervan te verspreiden, zowel op het hoogste niveau als voor het grote publiek, door bijvoorbeeld een boek samen te stellen, dat hoofdstukken uit de conferentie-papers bevat (en dit doel is bereikt met de publicatie van dit boek). Of door aan een belangrijke universiteit een grote conferentie over de oorsprong van het leven op touw te zetten, om wetenschappelijke naturalisten aan te trekken (dit doel ligt in het verschiet). Door een onderzoeksprogramma op poten te zetten, om de volgende generatie onderzoekers aan te sporen om te werken aan theorieën die niet gebonden zijn door het naturalisme. Door te onderzoeken welke nood er is om fellowship programs op te richten, en gezamenlijk onderzoek te promoten (het Seattle Discovery Institute is in dit opzicht de belangrijkste speler – zie <a href="http://www.discovery.org/" title="http://www.discovery.org/">http://www.discovery.org/</a>). Door middelen te voorzien voor het nieuwe tijdschrift <em>Origins &amp; Design</em>, een levendig forum en een interdisciplinair tijdschrift van eerste kwaliteit dat bijdragen omvat van verschillende conferentie-deelnemers (zie <a href="http://www.arn.org/arn" title="www.arn.org/arn">www.arn.org/arn</a>). Om informatie klaar te stomen, die bruikbaar is op de campus van een moderne universiteit, bijvoorbeeld door internetsites over het onstaan van de mens uit te breiden (zie bijvoorbeeld <a href="http://www.leaderu.com/" title="http://www.leaderu.com/">http://www.leaderu.com/</a>, <a href="http://www.origins.org/" title="http://www.origins.org/">http://www.origins.org/</a>, <a href="http://www.iclnet.org/" title="http://www.iclnet.org/">http://www.iclnet.org/</a>) of door middel van video of andere communicatiemiddelen (zie <a href="http://www.daystar.org/" title="http://www.daystar.org/">http://www.daystar.org/</a>).</cite><br> Schaefer geeft ook een lijstje van de leden van het sturende commitee van de conferentie:<br> &nbsp;</p> <ul> <li>Michael Behe</li> <li>Walter Bradley</li> <li>William Dembski</li> <li>Phillip Johnson</li> <li>Sherwood Lingenfelter</li> <li>Stephen Meyer</li> <li>J. P. Moreland</li> <li>Paul Nelson</li> <li>Pattle Pun</li> <li>John Mark Reynolds</li> <li>Henry F. Schaefer III</li> <li>Jeffrey Schloss [26]</li> </ul> <p>&nbsp;<br> De meeste projecten die Schaefer in zijn voorwoord vermeldde, lopen nu ook werkelijk. Enkele leden van het sturende commitee zijn nu de meest actieve leden van de wig. Alle leden van dit commitee zijn CRSC-onderzoekers geworden, behalve Johnson (die CRSC-adviseur geworden is) en Sherwood Lingenfelter (hoofd van de Biola University en gastvrouw van de conferentie).<br> In 1997 sprak Johnson open over de strategie van de wig in zijn boek <em>Defeating Darwinism by Opening Minds</em> (opgedragen “Aan Roberta en Howard, die ‘de wig’ begrijpen omdat ze van de Waarheid houden”) [27]. Johnson wijdt hoofdstuk zes van zijn boek aan “De wig: een strategie om de waarheid te onthullen”. Hij roept hier een bekende metafoor op: die van de wig <em>(in het Engels: ‘wedge’)</em> die gebruikt wordt om kleine barstjes te maken, die dan uiteindelijk een groot blok hout in twee splijten: “Wij noemen onze strategie ‘de wig’ (‘the wedge’). Een houtblok ziet eruit alsof het een solide object is, maar een wig slaagt erin het te splijten door aan de hand van een barstje, gradueel de opening te vergroten. In ons geval is het zogezegd solide houtblok de ideologie van het wetenschappelijk materialisme” [28]. Johnsons boek <em>Objections Sustained: Subversive Essays on Evolution, Law and Culture</em> uit 1998, is opgedragen “Aan de leden van de wig; die van vandaag en die van morgen” [29]. Zijn recentste boek is <em>The Wig of Truth: Splitting the Foundations of Naturalism</em> (InterVarsity Press, 2000).<br> Hoewel Johnson reeds in 1997 begon na te denken en te spreken over de strategie van de wig, was er toen geen gedetailleerde uitwerking van hoe de uitvoering hiervan moest gebeuren. Zulke uitwerkingen werden geboekstaafd in een CRSC strategisch document, dat gaandeweg bekend werd als het “wig- document” [30]. Het kwam boven water als een anoniem geschrift, en het werd op het internet gepost in maart 1999; verschillende aspecten van het document laten vermoeden dat het geschreven werd in 1998. Dit document is het “vijfjarenplan” van het CRSC, hoewel het ook plannen beschrijft die twintig jaar omvatten. Hieruit kan men opmaken dat het CRSC zijn strategie als een langetermijn-plan aanziet. Hoewel Johnson al openlijk over het bestaan van de strategie gesproken heeft, heeft hij nooit publiekelijk uitgewijd over zijn logistiek – en die logistiek is ambitieus. Het document met de titel “The Wedge Strategy”, met de naam van de organisatie Center for the Renewal of Science and Culture onder de titel, is van cruciaal belang daar het verklaart wat het CRSC nu aan het doen is, alsook wat ze willen bereiken.<br> Het CRSC ontkent noch bevestigt de authenticiteit van het wig-document, maar er valt veel te zeggen voor zijn authenticiteit. [<em>Noot van de uitgever: na de publicatie van deze studie heeft Stephen Meyer toegegeven dat het document authentiek is.</em>] Ziehier de inleiding van dit document:<br> &nbsp;<br> <cite><strong>DE WIG STRATEGIE</strong> <em>CENTER FOR THE RENEWAL OF SCIENCE &amp; CULTURE</em> <em>INLEIDING</em> </cite><br> De idee dat de mens geschapen is als evenbeeld van God, is één van de meest fundamentele principes waarop de Westerse beschaving rust. De invloed ervan vindt men terug in de meeste – zoniet zelfs alle – grote verwezenlijkingen van het Westen, waaronder de indirecte democratie, de mensenrechten, het vrije ondernemen, en de vooruitgang in de kunsten en in de wetenschappen.<br> Nochtans, iets meer dan honderd jaar geleden kwam deze centrale idee zwaar onder vuur te liggen. De belagers waren intellectuelen die voortbouwden op de ontdekkingen van de moderne wetenschap. Denkers zoals Charles Darwin, Karl Marx en Sigmund Freud, wierpen de traditionele denkbeelden over god en de mens van hun voetstuk en stelden de mens niet voor als een moreel en spiritueel wezen, maar als een beest of een machine dat leeft in een universum dat geregeerd wordt door onpersoonlijke krachten. Het gedrag en de gedachten van die mens worden opgelegd door de onverbiddellijke krachten der biologie, chemie en milieu. Deze materialistische opvatting over de realiteit besmette uiteindelijk zo goed als elk terrein binnen onze cultuur, gaande van politiek en cultuur tot literatuur en kunst.<br> De culturele gevolgen van deze triomf van het materialisme waren ontstellend. Materialisten ontkenden het bestaan van objectieve morele standaarden, en beweerden dat de omgeving ons gedrag en onze geloofsovertuigingen bepaalde. Vele sociale wetenschappen namen een dergelijk moreel relativisme over, en tot op de dag van vandaag vormt het de basis voor vele denkbeelden in de moderne economie, politieke wetenschappen, psychologie en sociologie.<br> Materialisten beweerden ook dat persoonlijke verantwoordelijkheid geen poot had om op te staan: menselijke gedachten en gedragingen worden gestuurd door biologie en omgeving. De resultaten hiervan ziet men in de moderne aanpak van criminaliteit, productvertrouwen en welzijnszorg. Vanuit een materialistische visie is iedereen een slachtoffer en kan niemand ooit verantwoordelijk gehouden worden voor zijn of haar acties.<br> Tenslotte heeft het materialisme ook een gevaarlijk streven naar utopieën teweeggebracht. Omdat materialistisch geschoolde hervormers ervan overtuigd waren dat ze met behulp van wetenschappelijke kennis de perfecte samenleving op poten konden zetten, verdedigden ze strenge regeringsprogramma’s die onterecht de hemel op aarde beloofden.<br> Het CRSC van het Discovery Institute probeert niets minder dan het materialisme en zijn culturele overerving omver te werpen. Door de belangrijkste onderzoekers in natuurwetenschappen samen te brengen met de belangrijke onderzoekers in humane en sociale wetenschappen, onderzoekt het Center hoe nieuwe ontwikkelingen in de biologie, de fysica en de cognitieve wetenschappen enerzijds ernstige problemen binnen het wetenschappelijke materialisme naar boven brengen en anderzijds het onderzoek naar een brede theïstische visie op het begrijpen van de natuur heropent. Het Center beloont originele onderzoeksprojecten, organiseert conferenties en geeft raad aan beleidsmakers over de mogelijkheden die het leven biedt, ná het materialisme.<br> Senior Fellow Dr. Stephen Meyer van het Discovery Institute is de directeur van het Center. Dr. Meyer is een Associate Professor wijsbegeerte aan het Witworth College. Hij behaalde zijn doctoraat in geschiedenis en wetenschapsfilosofie aan de Cambridge University. Voorheen werkte hij als geofysicus voor de Atlantic Richfield Company. [31]<br> &nbsp;<br> Het belangrijkste bewijs voor de echtheid van het Wig Document was te vinden op de website van het DI zelf, op pagina’s die <em>exact</em> dezelfde bewoordingin bevatten als deze introductie. Deze webpagina’s dateerden waarschijnlijk van de tijd toen het CRSC gesticht werd, en staan niet langer online [32]. Maar zelfs mocht het <em>document</em> niet authentiek zijn, dan nog bewijst de ambitieuze stroom van activiteiten die het CRSC uitvoert, het bestaan van een goedgeorganiseerde strategie. Het document beschrijft het geraamte van de strategie en kan gebruikt worden als een referentiepunt om de vooruitgang van het CRSC aan af te meten.<br> Maar een ambitieuze strategie zoals deze van de wig, zou zinloos geweest zijn zonder geld. Het CRSC heeft genereuze fondsen ontvangen van verschillende maecenassen. Onder hen was Howard Ahmanson de meest toeschietelijke, en dit door zijn organisatie Fieldstead and Company. Een tamelijk onheilspellend aspect van Ahmansons identiteit, is het feit dat hij lange tijd (tot 1995) lid was van de Christen-reconstructionistische Chalcedon Foundation, één van de meest extreem rechts-fundamentalistische organisaties van het land [33]. In <em>Journal</em> van de zomer van 1996, gaf het CRSC in een artikel over zijn stichting toe dat Ahmansons inderdaad had bijgedragen aan het broodnodige startkapitaal [34]. In de editie van <em>Journal</em> van 1999, kondigde het CRSC een forse verhoging aan van de fondsen:<br> <cite>(…) drie vergrote toelagen aan het CRSC, laten toe dat het Center het aantal onderzoekers dat onderzoek levert naar de theorie van het ‘intelligent design’ uitgebreid is. (…) Enkele belangrijke beslissingen aan het Fieldstead &amp; Co. leidden er in de herfst van 1998 toe (…) dat het zijn bijdrage aan Discovery optrok tot $300.000 per jaar voor de komende vijf jaar. De Maclellan Foundation (…) trok voor 1999 zijn bijdrage op tot $400.000, terwijl (…) Stewardship Foundation (…) toestemde om zijn CRSC-bijdrage op te trekken tot $200.000 voor de komende vijf jaar. Enkele supplementaire bijdragen zullen het totale budget van het CRSC voor 1999 waarschijnlijk op meer dan één miljoen dollar brengen [35].</cite><br> In de <em>Washington Times</em> beweerde Larry Witham dat alle drie voorgenoemede geldschieters “christelijke wortels” hadden [36]. Het feit dat ze zoveel geld doneren, wijst er op dat ze de missie van het CRSC erkennen en ondersteunen. Bruce Chapman, voorzitter van het DI, erkent die steun: “We voeren deze taak niet uit voor ons plezier. We denken dat sommige van deze ideeën voorbestemd zijn de intellectuele – en doorheen de tijd ook de politieke – wereld te veranderen. Fieldstead &amp; Company en de Stewardship Foundation zijn het hiermee eens; anders zouden zij ons niet zo genereus gesponsord hebben” [37].<br> Nu, in het jaar 2000, met een programma dat uitgestippeld is in het Wig Document en met een overvloed aan fondsen, wordt de strategie doorgevoerd en komt ze op snelheid. Daar waar het CRSC ooit van start ging met slechts vier onderzoekers, zijn er vandaag welgeteld 41, waaronder dertien met een senior status. De adviseur is nog steeds Phillip Johnson, samen met George Gilder [38]. Zij blijven zich onverminderd inspannen om hun doel te bereiken. De barst in de houtblok werd nog groter, en de wig kwam nog steviger op haar plaats te zitten, toen in oktober 1999 het Michael Polanyi Center gesticht werd aan Baylor University. CRSC-onderzoekers William Dembski en Bruce Gordon leiden dit centrum. Zoals we later in deze studie zullen aantonen, is het CRSC, sinds het in het Discovery Institute een veilige thuis herkende, uitgegroeid van een kind tot een robuste adolescent, en is het razendsnel en ongeduldig aan het volgroeien tot volwassene.<br> <em>3. Deel II – Een overzicht van de activiteiten van de wig</em><br> <cite>“De sociale gevolgen van het materialisme zijn verwoestend geweest. Deze gevolgen zijn vandaag symptomen die zeker de moeite waard zijn om behandeld te worden. We zijn er echter van overtuigd dat we, om het materialisme te verslaan, het moeten aanpakken bij de wortels (…) Design-theorie belooft ons om de verstikkende dominantie van de materialistische levensvisie op zijn kop te zetten, en om het te vervangen door wetenschap die hand in hand gaat met christelijke en theïstische overtuigingen.” – “The Wedge Strategy”</cite><br> In het magazine <em>Touchstone</em> van juli/augustus 1999 verklaarde Phillip Johnson dat “het tijd is om na te gaan hoe de wig gegroeid is en welke vooruitgang er geboekt is; om te evalueren hoe ver we gekomen zijn; en om te bespreken wat we in de komende tien jaar verwachten te verwezenlijken” [39]. Het wig-document geeft een lijst van verschillende doelen waar de vooruitgang van het DI in de strategie van de wig kan aan afgemeten worden. De leden van de wig hebben een eivol activiteitenprogramma – op het internet komen er regelmatig bij, zodanig dat het moeilijk is ze allemaal bij te houden. Ze zijn niet allemaal even belangrijk; sommigen zijn relatief klein, terwijl andere, zoals conferenties, ambitieuzer zijn en een grotere impact teweeg brengen. Het is ook niet zo dat het DI zélf al deze activiteiten organiseert. Er zijn ook derden – zowel vrienden als vijanden – die activiteiten organiseren. Maar wanneer de wig deelneemt aan evenemten van derden – ongeacht of het om vrienden of tegenstanders gaat – stelt de wig zijn doelstellingen zelfs nog scherper: Johnson heeft zijn doel bereikt: hij heeft effectief iets in de pap te brokken en de wig staat te boek als een kracht waaraan men niet zomaar kan voorbij gaan.<br> Verderop in de tekst is er per belangrijke doelstelling die vermeld wordt in het wig-document, minstens één activiteit vermeld. <em>Een belangrijke uitzondering hierop, echter, is hun eerste fase – het doel van wetenschappelijk onderzoek</em>. Maar wanneer men de andere activiteiten bij elkaar optelt, bewijzen deze dat de strategie – die bestaat uit een heleboel politiek en pr-werk, al is het geen wetenschappelijk werk – een aggressief, systematisch programma is dat voldoende fondsen heeft en dat merkelijk dichter gekomen is bij de doelstellingen van het wig-document:<br> <em>DE PROJECTEN VAN DE WIG</em> <em>Fase I. Wetenschappelijk onderzoek, geschriften en publicaties</em><br> &nbsp;</p> <ul> <li>Individueel onderzoeksprogramma</li> <li>Onderzoeksprogramma paleontologie (…)</li> <li>Onderzoeksprogramma moleculaire biologie (…)</li> </ul> <p>&nbsp;<br> <em>Fase II. Publiciteit en de pubieke opinie</em><br> &nbsp;</p> <ul> <li>Publiceren van boeken</li> <li>Conferenties voor opiniemakers</li> <li>Seminaries voor de verdediging van het geloof</li> <li>Lerarenopleidingsprogramma’s</li> <li>Recht van antwoord</li> <li>Co-producties met het PBS (of met andere kanalen)</li> <li>Publiciteit van materialen en publicaties</li> </ul> <p>&nbsp;<br> <em>Fase III. Culturele confrontaties en vernieuwing</em><br> &nbsp;</p> <ul> <li>Academische en wetenschappelijke debatconferenties</li> <li>Mogelijke acties voor de wet op lerarenopleiding</li> <li>Onderzoeksprogramma: verschuiving naar sociale en humane wetenschappen [40]</li> </ul> <p>&nbsp;<br> Het wig-document zegt dat de volgorde waarin men deze activiteiten uitvoert voor aanpassing vatbaar zijn. Daarenboven is men zeer optimistisch over het succes van de wig: “De strategie van de wig kan men zien als drie verschillende maar van elkaar afhankelijke fases, die wel ongeveer, maar niet strikt chronologisch zijn. We geloven dat we, met adequate hulp, veel van de doelstellingen van fase I en II in de komende vijf jaar (1999-2003) kunnen bereiken, en zelfs al kunnen beginnen aan fase III (…)”<br> <em>Fase I van de strategie van de wig: “Wetenschappelijk onderzoek, geschriften en publicaties”</em><br> Volgens wat het Discovery Institute zelf beweert, is fase I – het voortbrengen van wetenschappelijk onderzoek, samen met geschriften en publiciteit – het fundament van de strategie van de wig. Om “belangrijk en origineel onderzoek in de natuurwetenschappen, geschiedenis en wetenschapsfilosofie, cognitieve wetenschappen en verwante gebieden” te steunen, heeft het CRSC een krachtig onderzoeksprogramma. Dit programma biedt “ voor een onderzoeksproject van één jaar, een bedrag aan van $40.000 tot $50.000” en “voor onderzoeksprojecten van kortere duur tussen $2.500 en $15.000, en dit voor ofwel een onderzoeksproject gedurende één zomer, ofwel voor onderwijsactiviteiten of activiteiten waarbij promotie gemaakt wordt voor boeken, ofwel voor andere onderzoeks-gerichte activiteiten” [41]. Alleen al gedurende het eerste jaar van zijn bestaan, kende het CRSC voor meer dan $270.000 aan onderzoeksfondsen toe. [42] Een dergelijke lucratieve ondersteuning zou begeesterde jonge wetenschappers moeten in staat stellen om wetenschappelijke onderzoeksprogramma’s te ontwikkelen en data te verzamelen ter ondersteuning van intelligent design.<br> Net deze doelstelling is ook de belangrijkste: het is de enige die de wig de geloofwaardigheid kan toekennen die ze zichzelf toeschrijven. Maar juist op dit punt blijft hun dossier opvallend leeg. Ironisch genoeg schept het CRSC voortdurend op over zijn wetenschappelijk onderzoeksprogramma, terwijl Phillip Johnson toegegeven heeft dat er niet voldoende wetenschappelijke data zijn om hun opschepperij hard te maken. Op de website van het CRSC staat te lezen dat “Het Center for the Renewal of Science and Culture probeert daarom om het materialisme uit te dagen op specifiek wetenschappelijke gronden. Toch doen de medewerkers van het Center meer dan alleen maar theorieën die materialistische implicaties hebben, bekritiseren. Ze hebben ook pionierswerk geleverd door alternatieve wetenschappelijke theorieën te bedenken en door onderzoeksmethoden te ontwikkelen, die de realiteit van design erkennen(…) Dit nieuwe onderzoeksprogramma, dat de naam ‘design-theorie’ meekreeg, bouwt verder op recente ontwikkelingen in de informatie-wetenschappen en vele nieuwe bewijzen van design” [43]. Maar toen men de strategie van de wig aan het formaliseren was, op de Mere Creation-conferentie van 1996, gaf Johnson toe dat de voorstanders van design voorlopig nog niet de wetenschap voorhanden hadden om hun doelen te bereiken:<br> <br> <em>Wat we nu nodig hebben zijn mensen die willen gaan nadenken in de juiste richting, niet mensen die hun antwoorden op voorhand al kennen. Ter gepasten tijde zullen we met nieuwe theorieën naar buiten komen en zal de wetenschap veranderen. <em>We mogen niet proberen om een stuk van het proces af te snijden door nieuwe theorieën over onze oorsprong te formuleren, zonder dat we meer weten over wat er nu precies moet verklaard worden</em>. Misschien zit er een nieuwe evolutietheorie aan te komen, maar het is even goed mogelijk dat het basisconcept helemaal in elkaar valt en dat de wetenschap zal erkennen dat die ongrijpbare gemeenschappelijke voorouders van de grote biologische families nooit bestaan hebben. We moeten een onbevooroordeeld wetenschappelijk proces van start laten gaan, en pas dan kunnen we vertrouwen hebben in het feit dat we dichter bij de waarheid zullen komen.</em><br> <em>Voorlopig stel ik ook door dat we bijbelse kwesties even aan de kant schuiven. De vrijheid van de wetenschap beknotten, is het laatste wat we willen doen – of lijken te willen doen. De bijbel in de buurt van deze kwestie laten komen, zal enkel geesten sluiten in plaats van ze te verruimen.</em><br> <em><em>We kunnen wachten tot we een betere wetenschappelijke theorie voorhanden hebben</em>. Een theorie die zich baseert op onbevooroordeelde empirische feiten en niet op materialistische filosofie. Voordat we zover staan, moeten we ons geen zorgen maken over de vraag in hoeverre die theorie consistent is met wat er in de bijbel staat. <em>Totdat we die betere wetenschap voorhanden hebben, is het het beste om te leven met enkele onzekerheden en tegenstrijdigheden</em>; dat is sowieso het lot van menselijke wezens – dan toch tenminste in dit leven [44]. [Nadruk toegevoegd]</em><br> Ondanks dit opvallende gebrek aan “nieuwe theorieën over onze oorsprong”, schreef CRSC-onderzoekster Nancy Pearcy dat “de design-beweging meer levert dan alleen maar nieuwe en verbeterde kritieken op evolutietheorie (…) Haar doel is om aan te tonen dat intelligent design ook dienst kan doen als een exact onderzoeksprogramma.” In de <em>Journal</em> van 1999 roemt het Discovery Institute de wetenschappelijke verwezenlijkingen van het CRSC:<br> <br> Het Darwinistische dogma wordt vandaag uitgedaagd door nieuwe wetenschap. Hoewel men hier niet veel te horen over krijgt, gebeurt het toch meer om meer. De grootse wetenschappelijke traditie van zelfonderzoek leidt dezer dagen tot nieuwe theorieën die gebaseerd zijn op beter bewijs en die niet wijzen in de richting van het materialisme.<br> &nbsp;<br> Rechtlijnige verdedigers van het Darwinisme hebben onderling ruzies zoals nooit tevoren, omdat er verontrustende bewijzen naar boven komen tegen het Darwinisme in bijvoorbeeld de oerknal-kosmologie, de paleontologie (in het bijzonder met fossielen uit het Cambrium) en de moleculaire biologie. Wat meer is, binnen de wetenschap zelf is er zich een alternatief voor het Darwinisme aan het ontwikkelen: de theorie van het “intelligent design”. Het Center for the Renewal of Science and Culture aan het Discovery Institute speelt een belangrijke rol in het nieuwe wetenschappelijke debat en in het onderzoek naar de gevolgen voor de cultuur en het publieke beleid [45].<br> &nbsp;<br> De wig-beweging wil zich heel graag een weg banen in de seculiere academische wereld, maar dit is onmogelijk zonder een wetenschappelijk onderzoeksprogramma dat ondersteund wordt door wetenschappelijke data, zelf bekomen door herhaalde experimenten. Maar wat betreft de eerste fase, hebben de leden van het CRSC enkel succes geboekt in het uitbrengen van geschriften en publicaties [46]. Ze hebben geen originele wetenschappelijke data naar boven gebracht en hebben zelfs geen echt wetenschappelijk onderzoeksplan. Dit laatste zou zonder twijfel de succesvolle voltooing van deze meest cruciale fase betekend hebben.<br> De “Year End Update” van het CRSC uit 1997 stelde de activiteiten van dat jaar te boek. Deze “adviesronde over intelligent design” bracht “leden en vrienden van het CRSC van over heel de wereld” samen. Wig-wetenschappers wier werk zogezegd beloofde de wetenschappelijkheid van design te bevestigen, werden aangekondigd als “hoogtepunt van het week-end”: Paul Chien, professor biologie aan de University of San Fransisco, en Michael Behe, professor biochemie aan Lehigh University [47]. Maar onderzoek naar de wetenschappelijke prestaties van deze wig-leden brengt hun gebrek aan succes in de doelstelling die hen toevertrouwd was aan het licht.<br> <em>Paul K. Chien</em><br> Paul K. Chien staat in het wig-document vermeld als hoofd ‘paleontologisch onderzoek’ van het CRSC. Hij heeft connecties gelegd met Chinese wetenschappers uit Kunming, waar de bekende fossielen van Chengjiang, die uit het Cambrium stammen, de aandacht getrokken hebben van over heel de wereld. In juni 1999 hielpen Chien en het Discovery Intitute om het “International Symposium on the Origins of Animal Body Plans and Their Fossil Records” te organiseren, een conferentie over de Chengjiang-fossielen. Wetenschappers van over de hele wereld volgden deze conferentie in Kunming [48].<br> Het Discovery Institute buit Chiens connecties betreffende de ontdekking van Chengjiang op verschillende manieren uit. Een voorbeeld hiervan is hun argument om intelligent design te verplichten op staatsscholen, dat aangereikt wordt in een artikel getiteld “Intelligent Design in Public School Science Curricula: A Legal Guidebook”:<br> <cite>De laatste jaren zijn er ook fossielen gevonden die nieuw bewijs voor design aanreiken. Studies van fossielen geven aan dat er een “biologische big bang” heeft plaatsgevonden aan het begin van het Cambrium, ongeveer 530 miljoen jaar geleden. Op dat ogenblik doken er plotseling een vijftigtal grote groepen organismen, zogenaamde “fyla”, op, waaronder de meeste lichaamsschema’s die we terugvinden bij moderne dieren. We hebben echter geen aanwijsbare voorgangers voor deze fyla. Hoewel de neodarwinistische theorie uitgaat van lange tijdsperiodes voor de geleidelijke ontwikkeling van nieuwe biologische organen en lichaamsschema’s, geven ontdekkingen van fossielen steeds opnieuw aan dat er een patroon bestaat van een explosief ontstaan van nieuwe soorten, gevolgd door lange periodes van stabiliteit qua levensvormen. Daarenboven tonen deze ontdekkingen een “top-down” hiërarchisch patroon: eerst verschijnen belangrijke structuren of lichaamsschema’s, en pas later ontstaan kleine variaties hierop… Dit is niet alleen in strijd met het “bottom-up”-model, dat het neodarwinisme voorspelt, maar zoals marien paleobioloog Paul Chien van de Universiteit van San Francisco en verschillende van zijn collega’s opmerkten, (…) lijkt dit sterk op de patronen die we herkennen in de geschiedenis van menselijk technologisch design. Design (en hieronder verstaan we dus intelligent design) is de beste manier om deze data te verklaren [49].</cite><br> Het is duidelijk dat de Wig Chiens expertise als “paleobioloog” gebruikt om zijn eigen pro-intelligent design standpunt te ondersteunen. Maar hoewel Chien inderdaad over vele opmerkelijke geloofsbrieven beschikt, is hij helemaal geen expert in paleontologie – deze expertise is nochtans onmisbaar om de Chinese Cambrische fossielen te bestuderen. Op de homepage van het Departement Biologie van de Universiteit van San Francisco staan dr. Chiens diploma’s vermeld: B.S., Chung Chi College, N.T., Hong Kong, Chemistry, 1962; B.S., Chung Chi College, N.T., Hong Kong, Biology, 1964; Ph.D., University of California, Irvine, 1971. Er staat niet vermeld in welk domein Chien doctoreerde, maar volgens zijn biografie op de website van het CRSC was dat in de biologie. Op de website van de USF lezen we ook in welke onderzoeksdomeinen Chien geïnteresseerd is: "Prof. Chien is geïnteresseerd in de fysiologie en ecologie van organismen die leven in gebieden die bij eb droogvallen. Hij heeft onder meer onderzoek verricht naar het transport van animozuren en metaalionen tussen celmembranen en de detoxificatiemechanismen van metaalionen" [50]. Het is duidelijk dat Chien geen formele geloofsbrieven heeft over paleontologie; meer nog, zoals blijkt uit een interview met<br> Real Issue<br> uit 1997, is hij zelfs niet geïnteresseerd om deze te verwerven:<br> &nbsp;<br> <em>RI</em>: Bent u van plan om terug te keren naar de Chinese site uit het Cambrium in Chengjiang?<br> &nbsp;<br> <em>Chien</em>: Dat zou ik heel graag doen. Ik zou me graag meer bezig houden met onderzoek naar fossielen. Ik heb vele jaren onderwezen in mijn eigen domeinen (mariene biologie en vervuiling), maar nu zou ik mij eerder hierop willen toeleggen. Ik heb een kans gekregen die niemand anders gehad heeft.<br> &nbsp;<br> <em>RI</em>: Misschien zou u zich kunnen toeleggen op de paleontologie.<br> <em>Chien</em>: Niet echt, dat is mijn bedoeling niet. Ik werk liever op het populaire niveau [51].<br> Een onderzoek naar de wetenschappelijke literatuur betreffende de fossielen van Chengjiang maakt duidelijk dat die fossielen voor Chien nooit meer betekend hebben dan een hobby [52]. In mei 2000 bracht een onderzoek op SciSearch (de elektronische versie van de Science Citation Index), een database die teruggaat tot 1988, slechts zes artikels van “P.K. Chien” naar boven. Geen enkele ervan handelde over de Chengjiang-fossielen of over intelligent design. Een zoektocht op Medline op 26 juni 2000 voor “P.K. Chien” bracht dezelfde resultaten aan het licht. Een gecombineerde zoekopdracht op Biological and Agricultural Index, Medline en Zoological Record op 26 juni 2000 naar “P. Chien” (die ook elke verwijzing naar “P. K. Chien” met zich meebracht) leverde vijfenveertig artikels op, maar geen enkel over de fossielen van Chengjiang of over intelligent design.<br> Chien heeft zich hard ingezet voor de zaak van het intelligent design in China:<br> <cite>Voor mij is het belangrijker het Chinese volk over [de Cambrische explosie] te vertellen. De Chengjiang biota is een “schat” die onze eigen wetenschappers ontdekten in ons eigen land! In Taiwan, China en Hong Kong zijn er weinig mensen van op de hoogte. Vele Chinezen hebben een verkeerde theorie geleerd, met name het darwinisme. Toen ik hen vertelde over deze nieuwe wetenschappelijke bevindingen, waren enkelen erg boos omdat ze heel hun leven een verkeerd verhaal hadden horen vertellen. Uiteraard dachten sommigen dat ik loog. Maar nadat ik hen het bewijs toonde, namelijk de echte fossielen van Chengjiang, draaiden ze bij en waren ze kwaad omwille van de opvoeding die ze gehad hadden.</cite><br> Dit soort werk is een onderdeel van de agenda van het Discovery Institute: evolutie ondermijnen en intelligent design promoten buiten de Verenigde Staten. Het Wig-document voorziet als deel van het vijfjarenplan van het CRSC “een actieve design-beweging in Israël, in het Verenigd Koninkrijk en in andere invloedrijke landen buiten de VS.” Maar toch slaagt Chien er niet in om, waar ook ter wereld, echt wetenschappelijk bewijs voor intelligent design aan te dragen.<br> <em>Michael Behe</em><br> Het Discovery Institute draagt wig-lid Michael Behe naar voor als zijn meest prominente wetenschapper. Het wig-document prijst zijn boek <em>Darwin’s Black Box</em> (in het Nederlands vertaald als <em>De zwarte doos van Darwin</em>, Baarn: Ten Have, 1997), omdat het in paperback-uitgave verscheen na “negen drukken in hardcover”. Verder lezen we in het document over dit boek dat het de strategie van de wig kracht bijgezet heeft. <em>Darwin’s Black Box</em> zet volgens de wig de traditie verder van Johnsons boek <em>Darwinism on Trial</em>. Maar ook Behe slaagde er niet in om origineel onderzoek naar intelligent design te doen of om over intelligent design te publiceren in wetenschappelijke tijdschriften. Dit bewijst eens te meer dat het eerste doel van het DI publiciteit is, en niet wetenschappelijk onderzoek. Behe is inderdaad een spilfiguur binnen de organisatie, maar hij is geen wetenschappelijke spilfiguur.<br> Een onderzoek naar persoonlijke informatie rond de persoon van Behe op zijn departementele website aan Lehigh University, brengt niets aan het licht dat men zou kunnen opvatten als wetenschappelijk onderzoek naar intelligent design [54]. Behe’s eigen faculteitspagina handelt over zijn professioneel onderzoek; opvallend genoeg vertelt hij daar niets over zijn werkzaamheden als promotor van intelligent design. Hij heeft een foto van zichzelf online gezet, waarop hij staat voor wat een boekenwinkel lijkt te zijn, terwijl hij in zijn hand een exemplaar van zijn <em>Darwin’s Black Box</em> vasthoudt. Hij geeft een lijst van vier representatieve publicaties, maar geen enkele daarvan handelt over intelligent design. Hij heeft ook links voorzien naar zijn favoriete websites, en één hiervan is een creationistische website, Acces Research Network, waar hij er een achterhaalde lijst van al zijn engagementen onderhoudt [55]. Maar buiten deze twee nogal subtiele referenties, zijn er op zijn professionele website geen verwijzingen naar intelligent design.<br> Een onderzoek binnen de wetenschappelijke literatuur toont aan dat Behe, net als Chien, tot vandaag nog geen <em>peer-reviewed</em> onderzoek over intelligent design gepubliceerd heeft, in geen enkel tijdschrift. Wetenschappers hebben zeer heftige kritieken gegeven op zijn boek <em>Darwin’s Black Box</em>. Dit boek werd gepubliceerd door de gerespecteerde uitgeverij Free Press en was bedoeld voor een breed publiek. Maar de ideeën in dit boek zijn nooit verschenen als wetenschappelijk artikel. In mei 2000 bracht een zoekopdracht via SciSearch aan het licht dat er voor “Behe, M.” tien artikels in wetenschappelijke tijdschriften werden teruggevonden. Geen ervan handelde over intelligent design. De enige artikels die aan Behe werden toegeschreven en die handelden over evolutie of over intelligent design, waren vijf brieven: “Embryology and Evolution,’ <em>Science</em>, 1998, V. 281, N. 5375; “Defining Evolution,” <em>Scientist</em>, 1997, V. 11, N. 22; “Darwinism and Design,” <em>Trends in Ecology and Evolution</em>, 1997, V. 12, N. 6; en “Understanding Evolution,” <em>Science</em>, 1991, V. 253, N. 5023. Geen enkele van deze brieven is meer dan één pagina lang.<br> Behe antwoordde op een artikel uit het juli 1999-nummer van <em>Philosophy of Science</em>, “Redundant Complexity: A Critical Analysis of Intelligent Design in Biochemistry,” van de hand van Niall Shanks en Karl H. Joplin [56]. Zijn antwoord, “Self-Organization and Irreducibly Complex Systems: A Reply to Shanks and Joplin,” verscheen in het maart 2000-nummer van <em>Philosophy of Science</em>. Maar in dit antwoord haalt hij maar één eigen werk aan, namelijk zijn <em>Darwin’s Black Box</em>, gepubliceerd in 1996. Hij citeert wel wetenschappelijke artikelen en boeken geschreven door andere personen, maar hij citeert geen artikels van zijn eigen hand die verschenen zijn in wetenschappelijke tijdschriften [57].<br> Behe heeft verschillende artikels geschreven om zijn tegenstanders van antwoord te dienen. Eén daarvan, “Correspondence with Science Journals: Response to Critics Concerning Peer-Review,” wil bewijs aandragen voor zijn pogingen om “een lange paper om critici van antwoord te dienen” te publiceren in een “tijdschrift in het veld van evolutie” [58]. Maar antwoord geven op iemands kritieken kwalificeert zich niet als wetenschappelijke publicatie als men ze publiceert op de website van een politieke denktank. Rekening houdend met het feit dat Behe er niet in slaagt om iets over intelligent design te publiceren in de vakliteratuur (mocht hij dat wel doen, dan zou hij aan respect winnen of zouden wetenschappers het zelfs met hem eens kunnen zijn), is het wel ironisch dat hij de voorvechters van de “darwinistische moleculaire evolutietheorie” met de volgende woorden waarschuwt: “‘Publiceer of verzuip’ is een zegswijze die door academici op handen gedragen wordt. Als je je werk niet publiceert zodat de rest van de wetenschappelijke wereld het kan evalueren, dan heb je niets te zoeken in de academische wereld en zal je, tenzij je al naam en faam hebt, onvermijdelijk ten onder gaan” [59].<br> <em>Algemeen onderzoek naar publicaties over intelligent design</em><br> Het feit dat Chien en Behe nooit publicaties ter ondersteuning van intelligent design schreven, is kenmerkend voor de wereld van het intelligent design. Het gebrek aan wetenschappelijke data om intelligent design te onderbouwen, werd in 1997 nog maar eens in de schijnwerpers geplaatst door George W. Gilchrist, die er de wetenschappelijke literatuur terzake op nasloeg: “Dit onderzoek van verscheidene honderdduizenden wetenschappelijke verslagen van de laatste jaren, slaagt er niet in om ook maar één onderzoeksdomein binnen de biologie te vinden, waar intelligent design verantwoordelijk geacht wordt om de diversiteit aan leven te verklaren.” [60] In de editie mei/juni 1997 van <em>Reports of the National Center for Science Education</em>, geeft Gilchrist een verslag van zijn onderzoek tot 1997 in vijf computerdatabases - BIOSIS, the Expanded Academic Index, the Life Sciences Collection, Medline en the Science Citation Index – betreffende wetenschappelijke publicaties over intelligent design als een biologische theorie. Zijn onderzoek bracht slechts 37 referenties aan het licht, maar geen enkele hiervan “getuigt van wetenschappelijk onderzoek dat intelligent design als een biologische theorie gebruikt” [61]. De situatie is er sinds 1997 niet op vooruit gegaan.<br> Een gelijkaardig onderzoek dat werd uitgevoerd voor de onderhavige studie, die Gilchrists onderzoek voorbijsteekt door ook artikels te zoeken die ná 1997 werden gepubliceerd, had hetzelfde resultaat: er is geen wetenschappelijk onderzoek gepubliceerd dat intelligent design ondersteunt als een biologische theorie. Om op zoek te gaan naar artikels waar SciSearch misschien over had gekeken, gaf men zowel “intelligent design” als “design theory” in als zoektermen bij zowel BIOSIS als Medline, en dit zonder tijdslimiet. De zoekopdracht naar “intelligent design” bracht bij BIOSIS vier artikels aan het licht, waarvan er slechts één over intelligent design handelde (het artikel van Shanks-Joplin van juli 1999). Met de zoekterm “design theory” weerhield BIOSIS zestien artikels, maar geen daarvan ging over design theory in de betekenis van een theorie over intelligent design of creationisme. De zoekopdracht in Medline met zowel “intelligent design” en “design theory” als trefwoorden, bracht veertien artikels naar boven, waarvan er geen enkel handelde over intelligent design of creationisme. Een onderzoek op SciSearch naar “intelligent design” leverde 61 titels op. Op vier na, handelden alle over industriële technologie, ingenieurswetenschappen, computers, scheepsbouw enzovoort. Van de vier overblijvende, gingen er slechts twee over intelligent design als biologische theorie: de bovenvermelde artikels van Shanks-Joplin en Behe in Philosophy of Science. De andere twee waren brieven met de titel “Intelligent Design” in <em>Geotimes</em> en “Intelligent Design Reconsidered” in <em>Technology Review</em> – titels die nogal ambigu zijn, gegeven het feit dat de zoekopdracht nog andere artikels met de term “intelligent design” had opgeleverd, maar die duidelijk niet handelden over intelligent design als een biologische theorie (bijvoorbeeld: “HyperQ Plastics: An Intelligent Design Aid for Plastic Material Selection”).<br> De conclusie van dit onderzoek is glashelder: de strategie van de wig slaagt niet in haar belangrijkste taak, het aandragen van wetenschappelijk onderzoek om intelligent design-creationisme te ondersteunen en de publicatie van dergelijk onderzoek in de vakliteratuur. Niet alleen Chien en Behe slaagden niet in deze taak – geen enkele andere onderzoeker van het CRSC was hierin succesvol. Als het werk van andere leden van de wig naar voor zou worden gebracht op wetenschappelijke congressen of in wetenschappelijke artikels, dan zou dat naar boven moeten gekomen zijn in de zoektocht door de databases. Op het enige gebied van zijn strategie waar het DI’s CRSC de wig werkelijk een plaats zou kunnen geven binnen de academische en culturele mainstream, is het totnogtoe jammerlijk in zijn opzet mislukt.<br> <em>Fasen II en III van de strategie van de wig</em><br> Hoewel er helemaal geen wetenschappelijke productiviteit te vinden is om fase I uit het slop te krijgen, boekt de wig onvermoeibaar vooruitgang in de fasen II en III. Zelfs een klein lijstje van deze activiteiten voor elke grote categorie, geeft een overtuigend beeld van de goed georganiseerde, systematische natuur van de vooruitgang van de wig.<br> <em>Fase II. Publiciteit en de publieke opinie</em><br> &nbsp;</p> <ul> <li><em>Het publiceren van boeken</em> Wig-leden komen snel dichterbij het in het wig-document vooropgestelde doel van “dertig gepubliceerde boeken over design en zijn culturele implicaties...”. Phillip Johnson heeft in zijn eentje al vijf boeken geschreven. Grote internetsites zoals Barnes and Noble en Amazon.com bieden hun boeken te koop aan [62]. De creationistische website Acces Research Network, die grotendeels door wig-leden onderhouden wordt, brengt op een aggressieve manier boeken, video’s, audiotapes en hun tijdschrift <em>Origin and Design</em> aan de man [63]. Op hun website omtrent wetenschappelijk onderricht hebben ze een “Science Education Bookstore” om hun boeken te verkopen via een rechtstreekse link naar de “Bookstore” van de website van het Discovery Institute [64]. Er verschijnen dan ook regelmatig nieuwe boeken. In februari 2000 gaf Phillip Johnson dit nog aan toen hij zijn boeken promootte op de National Religious Broadcasters-bijeenkomst in Anaheim, California [65].</li> <li><em>Conferenties voor opiniemakers</em> Het CRSC was aanwezig op tenminste één conferentie die het expliciet een “opiniemakers-conferentie” noemt, zoals bericht in zijn Year End Update van november/december 1997. Deze gebeurtenis was duidelijk een gelegenheid voor wig-leden om hun netwerken uit te breiden: <cite><em>Opiniemakers-conferentie</em>: op uitnodiging van Ed Atsinger, voorzitter van Salem Communications, Inc., hebben Steve Meyer en Phillip Johnson recent deelgenomen aan een nationale conferentie voor radiopresentatoren. De presentatoren waren zeer enthousiast over Steve en Phil en hun voorstelling ter ondersteuning van intelligent design. Achteraf werden Steve, Phil en andere wetenschappers uitgenodigd door Howard Freedman, nationaal programmadirecteur voor Salem Communications, Inc., en verschillende radiopresentatoren om in hun programma’s uitleg te komen geven over de bewijzen voor design... [66]</cite></li> <li><em>Geloofsconferenties</em> In het wig-document lezen we dat het CRSC probeert “een ondersteuningsbasis te vormen binnen onze natuurlijke achterban, namelijk de christenen. We zullen dit voornamelijk door de organizatie van conferenties met een apologetisch karakter (<em>apologetic seminars</em>) doen.” De conferentie “Design, Self-Organization, and the Integrity of Creation” van William Dembski, die gesubsidieerd werd door Fieldstead &amp; Company past in dit kader. Een beschrijving van de lezingenreeks toont aan dat het “Summer Seminar” van 19-28 juni 2000 aan het Calvin College, bedoeld was om christelijke, pro-intelligent design deelnemers aan te trekken: “De bedoeling van deze conferentie is om uit te zoeken of het mogelijk is om zelforganisatie en design dichter bij elkaar te brengen, terwijl men terdege rekening houdt met de goddellijke wijsheid in de schepping en met de integriteit van de wereld als schepping... Wij dringen er sterk op aan om te soliciteren bij onderzoekers in de volgende gebieden: complexe systeemtheorieën, informatie- en designtheorie, wetenschapsgeschiedenis en –filosofie, filosofie van de religie, filosofische theologie en alle speciale wetenschappen die te maken hebben met complexe systemen.” Elkeen die zich kandidaat wenste te stellen, verzocht men een “beschrijving van één pagina lang te geven van zijn/haar roeping als christelijk vorser en leraar” [67].</li> <li><em>Opleidingsprogramma’s voor leerkrachten</em> Van alle manieren van het Discovery Institute om de wig vooruit te helpen, is dit de meest verraderlijke, aangezien ze als doel heeft om intelligent design tot op de schoolbanken te krijgen. De meest opvallende verwezenlijking van het CRSC om zo ver te komen, is een website die “Science Education Recourses” (“bronnen voor wetenschappelijk onderwijs”) aanbiedt [68]. Toen de site begin 2000 online kwam, verschafte het DI publieke toegang tot een leerplan over de “Cambrische explosie” [69]. Na een korte periode van publieke toegankelijkheid, beperkte het DI de toegang tot de site tot personen die beschikken over een username en een paswoord. Enkel zo kon men het “pilot curriculum” nog bekijken – zonder twijfel omwille van de twijfelachtige grondwettelijkheid ervan (de rest van de site is wel toegankelijk). De “doelstellingen van de Cambrische explosie”, die nu dus niet meer vrij te raadplegen zijn, omvatten het aanleren van “hedendaags bewijs voor de Cambrische explosie” gebaseerd op “recente Chinese fossielen”, met een verwijzing naar “P. Chen” (blijkbaar een verkeerde spelling van “Chien”). Chien wordt voorgesteld als een autoriteit op het gebied, maar zoals we al aantoonden, bestaat er geen wetenschappelijk werk van Paul Chien over de Cambrische explosie [70]. “Hedendaagse rivaliserende verklaringen van de Cambrische explosie” zijn volgens de website “design theorie (P. Chen [Chien] en S. [Stephen] Meyer)” en “<em>punctuated equilibrium</em> (N. Eldredge en S. J. Gould)”; op deze manier beweert men impliciet dat design-theorie wetenschappelijk zou zijn. Het eveneens niet-publiek toegankelijke “leerplan van de Cambrische explosie” stelt voor om leerlingen een rollenspel te laten spelen waarin ze “de levens van wetenschappers, leerkrachten wetenschappen en wetenschapsfilosofen naspelen”. De leerlingen moeten tegengestelde personages spelen als “[Phillip] Johnson versus [William] Provine”, “[Stephen] Meyer versus [Eugenie] Scott” en “[Michael] Behe versus [Michael] Ruse”. [Provine is historicus van de wetenschap, meer bepaald van evolutionaire biologie en populatiegenetica, een onwrikbaar tegenstander van intelligent design; Scott is een Amerikaanse fysieke antropologe die aan het hoofd staat van het National Center for Science Education, en die sinds de jaren 1970 creationisme en aanverwante pseudowetenschappen bestrijdt; Ruse is een Brits-Canadese filosoof van de biologie, die stelt dat het mogelijk is christendom en evolutietheorie met elkaar te verzoenen. Als getuige in een rechtszaak in 1981 belette hij dat creationisme toegelaten werd in het onderwijs van de Amerikaanse staat Arkansas.] Op de pagina “Related Websites” vinden we onder “Other Progressive Supplementary Science Curricula” een link naar de creationistische site van Acces Research Network. Het CRSC ziet de kracht van het world wide web in en maakt hier gebruik van om bepaalde onderwijsbronnen aan te bevelen. De ontwikkeling van de website van het CRSC voorziet onder meer het plan om het web-curriculum “aan NABT, NSTA en andere professionele groepen voor wetenschappelijk onderwijs voor te stellen” [71]. Verder verklaart het CRSC op de pagina “Web Curriculum Lowers Political Hurdels” (“het web-curriculum verlaagt de politieke hordes”) dat “men zich het web-curriculum kan toe-eigenen zonder een strijd te moeten aangaan over wat er al dan niet in studieboeken staat”. Dit laatste wil natuurlijk zeggen dat leerkrachten die het web-curriculum willen gebruiken, aangemoedigd worden om de procedures om te bepalen wat er in studieboeken verschijnt, in vraag te stellen [72].</li> <li><em>Recht van antwoord</em> Verschillende wig-leden hebben artikels gepubliceerd in belangrijke kranten. Phillip Johnson heeft een <em>recht van antwoord</em> gepubliceerd in <em>The Wall Street Journal</em> (16 augustus 1999) en in <em>The Chronicle of Higher Education</em> (12 november 1999). Michael Behe heeft enkele stukjes geschreven voor <em>The New York Times</em> (29 oktober 1996, 13 augustus 1999) en Stephen Meyer voor <em>The Wall Street Journal</em> (6 december 1993) en voor <em>The Washington Times</em> (4 juli 1996). Jay Richards schreef een column voor <em>The Washington Post</em> (21 augustus 1999). CRSC-onderzoeker Nancy Pearcey voorziet kranten en magazines zeer regelmatig van een <em>recht op antwoord</em>, vooral dan het religieuze magazines <em>World</em> en <em>Christianity Today</em> [73]. De hier gegeven lijst is helemaal niet volledig.</li> <li><em>Coproducties met PBS (of andere tv-zenders)</em> Het Discovery Institute is er nog niet in geslaagd om een PBS-productie over intelligent design te krijgen, maar het heeft al tamelijk wat televisietijd verkregen. Michael Behe en Phillip Johnson verschenen in twee delen van de serie <em>Technopolitics</em> op PBS; het DI voorzag deze serie van fondsen [74]. NOVA Online van PBS nodigde Phillip Johnson uit als “één van de leidende figuren in het evolutie/creationisme-debat” om in 1996 een online debat te voeren met de bioloog Kenneth Miller [75]. Stephen Meyer verscheen in het PBS-programma <em>Freedom Speaks</em> in maart 1997 [76]. Op <em>Firing Line</em> op PBS in december 1997 vormden Johnson, Behe en CRSC-onderzoeker David Berlinski de voorstanders van intelligent design in een debat [77]. Johnson verscheen als een autoriteit inzake het proces van Scopes in <em>In Search of History</em> op History Channel [78]. Ongeacht of de wig deze tv-optredens zelf organiseert of ervoor uitgenodigd wordt; hoe meer de leden op tv verschijnen, hoe bekender ze worden.</li> <li><em>Publiciteitsmateriaal en publicaties</em> Een deel van de bovenvermelde informatie is ook relevant voor deze categorie. Het Discovery Institute maakt ook publiciteit door de beschikbaarheid van CRSC-onderzoekers aan te kondigen en contactinformatie voor interviews te verspreiden via de persberichten van U. S. Newswire [79]. Daarenboven bespeelt de wig op een grandioze manier het internet om publiciteit te maken. Een voorbeeld: in juni 2000 liep op het conservatieve WorldNetDaily.com een banner die de videotape <em>The Triumph of Design and the Demise of Darwin</em> (<em>De triomf van het design en de ondergang van Darwin</em>) promootte. Phillip Johnson verscheen in deze film. Volgens PCDataOnline ontving WorldNetDaily 4,235 miljoen page-views in één week tijd [80]. De conservatieve schrijver en producer Jack Cashill (zie <a href="http://www.cashill.com/" title="http://www.cashill.com/">http://www.cashill.com/</a>) producede de videotape, en Video Post Productions adverteerde ervoor op een website (<a href="http://www.triumphofdesign.com/" title="http://www.triumphofdesign.com/">http://www.triumphofdesign.com/</a>) die de promotie van deze tape als enige doel had.</li> </ul> <p>&nbsp;<br> <em>Fase III. Culturele confrontaties en vernieuwing</em><br> &nbsp;</p> <p>&nbsp;<br> &nbsp;<br> Hoewel deze conferenties offcieel (mede) gesponsord worden door derden die niets met de wig te maken hebben, kan hun identiteit als wig-evenementen toch veilig gesteld worden: er zijn telkens een aantal kern-wig-leden aanwezig die, gegeven hun reputatie als hechte groep met zorgvuldig voorbereide activiteiten, in het midden van de schijnwerpers stonden op elk van deze evenementen.</p> <ul> <li><em>Academische en wetenschappelijke uitdagende congressen</em> Conferenties zijn voor de strategie van de wig extreem belangrijk: “Eens ons onderzoek en onze publicaties gerijpt zijn en het publiek er klaar voor is om de designtheorie aan te nemen, zullen we een directe confrontatie aangaan met de verdedigers van de materiele wetenschap door middel van uitdagende congressen (“<em>challenge conferences</em>”) in belangrijke academische omgevingen... De aandacht, publiciteit en invloed van designtheorie moeten wetenschappelijke materialisten en designtheoretici in een rechtstreeks debat plaatsen. Daar zullen we klaar voor zijn.” (Wig-document, fase III). Maar het CRSC heeft natuurlijk niet gewacht op het rijpen van hun onderzoek om conferenties te organiseren. Phillip Johnson zelf zegt dat de wig-beweging van start is gegaan in 1992 met een conferentie aan de Southern Methodist University. In plaats van te wachten totdat hun onderzoek vruchten afgeworpen had, heeft de wig sinds zijn ontstaan voortdurend congressen gehouden in een poging om een belangrijke speler in het Amerikaanse academische milieu te worden. De strategie van de wig nam een vaste vorm aan op de “Mere Creation”-conferentie aan de Biola University in 1996. Volgens CRSC-onderzoeker Ray Bohlin vormt deze conferentie “de ruggengraat voor de toekomstige intelligent designbeweging” [81]. Onderzoekers van het CRSC hebben ook deelgenomen aan talloze congressen die anderen organiseerden – kortom, het CRSC neemt voortdurend deel aan conferenties. Zelfs de wig’s eigen grote conferenties – zes in slechts acht jaar tijd, waarvan vier in een zeer “belangrijke academische omgeving” – kan men zien als kernpunten van de strategie van de wig: <ol> <li>Darwinism: Scientific Inference or Philosophical Preference? Soutern Methodist University, Dallas, Texas, 26-28 maart 1992 <a href="http://www.leaderu.com/orgs/fte/darwinism/" title="www.leaderu.com/orgs/fte/darwinism/">www.leaderu.com/orgs/fte/darwinism/</a></li> <li>Mere Creation: Reclaiming the Book of Nature. Conference on Design and Origins Biola University, La Mirada, Californië, 14-17 november 1996 <a href="http://www.origins.org/mc/menus/sched.html" title="www.origins.org/mc/menus/sched.html">www.origins.org/mc/menus/sched.html</a></li> <li>Naturalism, Theism and the Scientific Enterprise University of Texas-Austin, 20-23 februari 1997 <a href="http://www.leaderu.com/offices/koons/menus/conference.html" title="www.leaderu.com/offices/koons/menus/conference.html">www.leaderu.com/offices/koons/menus/conference.html</a></li> <li>The Nature of Nature: An Interdisciplinary Conference on the Role of Naturalism in Science Michael Polanyi Center, Baylor University, Waco, Texas, 12-15 april 2000 <a href="http://www.baylor.edu/~polanyi/natconf.htm" title="www.baylor.edu/~polanyi/natconf.htm">www.baylor.edu/~polanyi/natconf.htm</a></li> <li>Design and Its Critics: Conference on Intelligent Design – A Critical Appraisal Concordia University, Mequon, Wisconsin, 22-24 juni 2000 <a href="http://www.cuw.edu/cranach/schedule.htm" title="www.cuw.edu/cranach/schedule.htm">www.cuw.edu/cranach/schedule.htm</a></li> <li>Science and Evidence for Design in the Universe Yale University, New Haven, Connecticut, 2-4 november 2000 <a href="http://www.idurc.org/yale.html" title="www.idurc.org/yale.html">www.idurc.org/yale.html</a> en <a href="http://www.rivendellinstitute.org/business/feature.htm" title="www.rivendellinstitute.org/business/feature.htm">www.rivendellinstitute.org/business/feature.htm</a></li> </ol> </li> <li><em>Mogelijke wettelijke acties voor leraren-opleidingen</em> Van in het begin stond het zo goed als vast dat er grondwettelijke disputen zouden ontstaan mocht een leraar intelligent design onderwijzen in een publieke school, en het CRSC heeft zich hier op voorbereid. De oudere wig-leden David K. DeWolf, docent recht aan Gonzaga University, Stephen Meyer, filosofieprofessor aan Whitworth College, en Mark E. DeForrest (die zelf geen CRSC-lid is) schreven het artikel <em>Intelligent Design in Public School Science Curricula: A Legal Guidebook</em> (Foundation for Thought and Ethics, 1999) [82]. Op zijn website over onderwijs in de wetenschappen, verzekert het CRSC de personen die zich inschrijven voor toegang tot hun curriculum dat “email listserv voor geregistreerde gebruikers van het web-curriculum, advies betreffende wetgeving kan omvatten.” Het CRSC verzekert dat “ons curriculum wettelijk toegelaten is in openbare scholen” en dringt er op aan om “wettelijke intimidatie niet toe te laten om innovatie op de schoolbanken geen kans te geven” [83].</li> <li><em>Onderzoeksprogramma: verschuiving naar sociale en humane wetenschappen</em> Het feit dat onderzoeksprogramma’s in fase III terug benadrukt worden, past waarschijnlijk in het wig-plan voor het controversiële Michael Polanyi Center aan Baylor University. De bedoeling van het MPC, zo lezen we op zijn website onder “Events and Programs”, is om “een onderzoeksprogramma op te richten, zodat het MPC een niet-aflatende stroom topwetenschappers en -onderzoekers kan bezorgen aan Baylor” [84]. Het MPC wordt geleid door CRSC-leden William Dembski (directeur) en Bruce Gordon (Associate Director), en het is duidelijk dat het opgericht is om het onderzoek rond intelligent design vooruit te helpen: “Design zou wel eens licht kunnen werpen op verschillende fenomenen die onverklaarbaar zijn, gezien vanuit een neo-Darwiniaans en zelfregulerend perspectief. Het huidige onderzoek omtrent design-theorie is veelbelovend, maar wat de uiteindelijke impact van design-theorie zal zijn, valt af te wachten. Desalniettemin denkt het MPC dat ideeën omtrent designtheorie een veelbelovende bron zijn om de complexiteit die we waarnemen in de natuur, te begrijpen. Het MPC stelt zich dan ook als doel om dit onderzoeksdomein om te spitten, om te zien welke vooruitgang design kan betekenen” [85]. Wat betreft fase III, is het belangrijker op te merken dat het MPC zich expliciet aan de wig spiegelt, door de wig te volgen in de doelstelling om designtheorie in te voeren in de sociale en humane wetenschappen: “Het eerste [doel van het Polanyi Center] is om onderzoek betreffende de historische ontwikkeling en de conceptuele fundamenten van de natuurlijke en sociale wetenschappen, te stimuleren. (...) De invloed van wetenschap op humane wetenschappen en op kunst, is de tweede focus van het onderzoek aan het Michael Polanyi Center.” Eén van de doelstellingen van het twintigjarenplan van het wig-document, is om “designtheorie toe te passen op bepaalde domeninen, zoals in ... de psychologie, de ethiek, de politiek, de theologie en de filosofie; en om zijn [invloed] op de schone kunsten in te schatten.” Het meest zeggende verband tussen het Polanyi Center en de wig is deze uitspraak over het doel van het Center: “Om deze doelen te bereiken, staat het Michael Polanyi Center er echter niet alleen voor: er is een wereldwijd netwerk van individuele onderzoekers en andere gevestigde centra die gelijkaardige projecten hebben.” Het meest prominente centrum met een gelijkaardig project is het Center for the Renewal of Science and Culture.</li> </ul> <p>&nbsp;<br> <em>4. Deel III: Analyse van de aard van de strategie van de wig en hun vooruitgang in de mainstream</em><br> <cite>De christenen van de twintigste eeuw hebben zich steeds moeten verdedigen (...) Ze hebben een defensieve oorlog moeten voeren om te verdedigen wie ze zijn; om zich te verdedigen zo veel ze maar kunnen (...) Het tij raakte maar niet gekeerd. Wat wij proberen doen is iets totaal anders. Wij proberen ons te begeven op vijandelijk gebied, naar hun centrum, om daar hun munitiedepot op te blazen. Wat is het munitiedepot in deze metafoor? Hun versie van creatie [86].</cite> Phillip E. Johnson, 6 februari 2000, op een meeting van de National Religious Broadcasters in Anaheim, California.<br> <cite>Sinds Darwin kunnen we niet meer geloven dat een algoede god ons naar zijn evenbeeld gecreëerd heeft (...) Intelligent design heropent de mogelijkheid dat een algoede god ons schiep naar zijn evenbeeld (...) Een geloofsverdediging moet de grond waarop en de obstakels waarmee het komen tot Christus’ wijsheid bemoeilijkt wordt, wegruimen (...) En als er nu volgens mij één zaak is die het aannemen van het vrije bewind van de geest van Christus en de bijbel belemmerd heeft, dan is het wel de darwinistische naturalistische visie (...) Het is belangrijk dat we de wereld begrijpen. God heeft de wereld geschapen en Jezus is de vleesgeworden God in de wereld [87]. William Dembski, 6 februari 2000, op een meeting van de National Religious Broadcasters in Anaheim, Californië.</cite><br> Om de activiteiten van het CRSC ten volle te begrijpen, moeten we de echte natuur van de wig onder de loupe nemen. Het is belangrijk om in te zien dat de strategie van de wig (en zelfs de intelligent designbeweging als geheel) niets te maken heeft met wetenschap, hoezeer de voorstanders van de strategie ook beweren dat dit wél zou zijn. Johnson heeft dit in 1996 zelfs toegegeven: “Het is ons eigenlijk niet te doen om wetenschap – noch is het ons daar ooit om te doen geweest (...) Het gaat over religie en filosofie” [88]. Niet één enkel deel van de wetenschap is ook maar enigzins door intelligent designtheorie beïnvloed. In feite is deze “wetenschappelijke” beweging die de Amerikaanse academische en culturele mainstream wil doordrenken, religieus tot op het bot.<br> In maart 1994 nam Johnson deel aan een congres over “het terugwinnen van een christelijke stem aan de universiteiten”. Hij bracht zelf een lezing met de titel <em>The Real Issue: Is God Unconstitutional?</em> (<em>Het echte vraagstuk: is god ongrondwettelijk?</em>). In deze lezing bejammerde hij het steeds toenemende gewicht van “wetenschappelijk naturalisme” aan de Amerikaanse universiteiten, dat volgens Johnson “de belangrijkste religieuze filosofie van Amerika” geworden is [89]. Dit geweeklaag vinden we voortdurend terug in Johnsons pogingen om intelligent design te promoten. Het vormt zelfs de motor voor Johnsons (en zijn CRSC-collega’s) missie om intelligent designtheorie in de academische wereld én in het alledaagse leven te lanceren als de leidende tegenhanger van evolutietheorie. Hoe belangrijk deze missie wel niet is voor Johnson, blijkt uit zijn uitspraak op deze conferentie: “Het bittere debat over of we ‘creatie’ of ‘intelligent design’ mogen aanzien als mogelijkheden in het wetenschappelijke discours, is helemaal niet onbelangijk. Erachter ligt één van de belangrijkste vragen van het menselijke bestaan: heeft God de mens geschapen, of eerder de mens God?” [90]<br> In 2000 beklaagt Johnson zich nog steeds wat hij aanziet als het vertrek van god van zowel seculiere als religieuze universiteiten. In <em>The Wig of Truth</em> vertelt hij het verhaal van Philip Wentworth, die volgens Wentworths essay <em>What College Did to My Religion</em> in 1924 naar Harvard trok als een jonge gelovige presbyteriaan, en er enige jaren later vertrok als een gedesilusioneerd persoon die zich bekeerd had tot het “wetenschappelijk naturalisme”. Dit laatste was hem, in Johnsons woorden, aangeleerd door “ontrouwe personen” [91]. Johnson ziet parallellen tussen Wentworths ervaring en zijn eigen ervaring, meer dan dertig jaar later aan Harvard. Beiden zijn slachtoffers geworden van een “elite” die “bijzonder vernuftig is in het bedenken van manieren om God te temmen, omdat ze ofwel God negeren, ofwel hem willen gebruiken voor hun eigen doeleinden.” Ze waren weerloze jongelingen aan een universiteit die “geen instructies aanreikte om idolatrie te herkennen” [92].<br> Volgens Johnson zijn Wentworths en zijn ervaring van “afvalligheid” in Harvard, “representatief voor de ervaring van een ganse cultuur van welopgevoede mensen over meer dan een eeuw,” en wel omwille van het wetenschappelijk naturalisme (<em>Wig of Truth</em>, 20). Volgens Johnson is er dan ook slechts één remedie tegen een dergelijke afvalligheid: een totaal nieuw wetenschappelijk paradigma en een nieuwe wetenschappelijke methodologie invoeren: “Voor Phillip Johnson is een revolutie geen (...) strijd om één zijde van de ivoren toren te veroveren. Hij wil niets minder dan het leidende paradigma van de hele denkende wereld. Hij denkt dat het mogelijk is om de schrale regels van de evolutietheorie te wijzigen en dat het tijd is voor revolutie” [93]. Maar Johnson en zijn wig-associés gebruiken wetenschap slechts als een façade waarachter ze hun revolutie klaarstomen. En na die revolutie zal volgens hen hun religieuze wereldbeeld ten grondslag liggen van het Amerikaanse culturele en academische leven. Eigenaardig genoeg zoeken ze hun remedie tegen “wetenschappelijk naturalisme” <em>buiten</em> de wetenschap. Ze proberen helemaal niet om de wijze waarop men vandaag binnen de wetenschap te werk gaat aan te passen door een <em>betere</em> methodologie of door meer valabele hypothesen aan te reiken. Mochten ze dat wel doen, dan zouden ze eigenlijk wetenschappelijk werk aan het verrichten en dan konden ze hun bevindingen bekendmaken op wetenschappelijke congressen, waar ze dan zouden worden beoordeeld door wetenschappelijke vorsers. Veeleer proberen ze de manier te veranderen waarop het publiek en invloedrijke beleidsmakers met wetenschap <em>omgaan</em>, en dit aan de hand van hun aggresieve programma van pr-activiteiten. Dit is werkelijk cruciaal voor hun strategie [94].<br> In mei 2000 maakte de strategie van de wig nog een andere cruciale ommezwaai: ze wilden hun politieke doelstelling ten uitvoer brengen, namelijk “congresleden (...) bewerken en overtuigen” (Wig-document). In een persbericht kondigde het DI op 8 mei aan dat “het Discovery Institute topwetenschappers en -onderzoekers naar Washington DC zal sturen om congresleden en senatoren en hun ondergeschikten van het wetenschappelijke bewijs voor intelligent design en zijn implicaties voor het openbare beleid en opvoeding te overtuigen op woensdag 10 mei in het U.S. Capitol Building and Rayburn Office Building” [95]. Ook zeven leden van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden, zowel republikeinen als demokraten, waren aanwezig op de briefing. In totaal waren er een vijftigtal mensen aanwezig. Eén congreslid, republikein Thomas Petri van Wisconsin, was volgens het <em>Discovery Institute Journal</em> uit de zomer van 1996, ooit een Discovery Institute Adjunct Fellow geweest [96]. Een andere republikein, Mark Souder van Indiana, publiceerde een verdediging voor intelligent design na de <em>Congressional Record</em>-briefing van 14 juni 2000 (H4480). David Applegate, directeur van het American Geological Institute’s Government Affairs Program, verwittigde in een AGI-“Special Update”, verstuurd naar alle AGI-genootschappen, over de briefing, en wees er ook op dat republikein Souder lid was van het House Education Committee en dat republikein Petri kort nadien voorzitter zou worden van het House Education and Workforce Committee [97]. Tot op de dag van vandaag is dit het belangrijkste bewijs voor de politieke ambities van de wig, en deze ambitie is duidelijk gericht op een belangrijk doelwit: Amerikaanse openbare scholen. Het is niet ondenkbaar dat het CRSC tracht om overheidsgeld vast te krijgen voor onderzoek naar intelligent design. De briefing was een kleine, doch belangrijke stap voorwaarts in de politieke arena voor de wig.<br> In DI’s <em>Journal</em> van augustus 1996 linkte DI-voorzitter Bruce Chapman het Center for the Renewal of Science and Culture niet alleen met een religieuze, maar ook met een politieke missie:<br> <br> Het nieuwe Center for the Renewal of Science and Culture is een opwindend, ambitieus voorbeeld van de rol die het Discovery Institute speelt als futuristische denktank met voorzichtige grondbeginselen.<br> ... [Het] daagt beleidsmakers – en zelfs zijn eigen leden en sponsors – uit om de grenzen van hun eigen denken te verleggen,... Het doet een beroep op hun verbeelding om de wereld niet slechts te zien als hoe we hem zien, maar ook als wat hij aan het worden is en wat hij kan worden...<br> ... Wij denken dat sommige van deze ideeën op termijn de intellectuele en zelfs de politieke wereld zullen veranderen...<br> ... Hoe meer u leest over dit programma... hoe meer u bewust zal worden van de radicale aanval die het maakt op de afgeleefde en deprimerende materialistische cultuur en politiek van onze eigen tijd, evenzeer als van de wetenschap die daaraan ten grondslag ligt. Als u er daarna eens bij stilstaat hoe de samenleving en de politiek er zouden uitzien onder een juister wetenschappelijke beschikking, dan zult u diep geïnspireerd raken.<br> ... In de morele en politieke erfenis van onze beschaving (zoals in de bijbel, de geschiedenis en de geschriften van de stichters van Amerika) is er sprake van troost, moed en uitwegen. Het is dan ook niet meer dan logisch dat het nieuws waar het Center for Renewal of Science and Culture deze maand mee naar buiten komt, vergezeld gaat met de publikatie van een nieuw, magistraal boek van Senior Fellow John West, <em>The Politics of Revelation and Reason</em>. Alvorens u uw mening geeft over de plaats van religie in de politiek (of waarom het er helemaal geen plaats zou mogen voor zijn), zou u dit zeer leesbaar werk, dat nochtans van hoge standaard is, moeten doornemen. Het handelt over de rol die religie speelde in de vroege Amerikaanse politiek. Het zal u verrassen en misschien ook inspireren [98].<br> Het Center for Renewal of Science en Culture sluit naadloos aan bij Discovery’s bestaande programma’s over supertechnologie en religie [99].<br> Eenmaal de politieke kar aan het rollen was, maakte Johnson niet langer een geheim van het religieuze karakter van de strategie van de wig. Getuige hiervan is onder meer zijn meest recente boek, <em>The Wedge of Truth</em>. In een recent interview over zijn boek, verduidelijkt hij dit aan de hand van een verwijzing naar de bijbel:<br> [<em>interviewer</em>]: Wat is volgens u het belangrijkste doel van uw boek <em>The Wig of Truth</em> in vergelijking met uw andere boeken?<br> [<em>Johnson</em>]: Elk van mijn boeken is gebaseerd op de logica die ik ontwikkelde in mijn vorige boeken. In mijn eerste boeken beargumenteerde ik dat de echte ontdekkingen van de wetenschap – in tegenstelling tot wat de materialistische filosofie ons opdringt binnen de wetenschap – rechtstreeks wijzen op het bestaan van intelligente oorzaken in de biologie. … [E]r bestaan twee definities van “wetenschap” in onze cultuur. De eerste definitie zegt dat wetenschappers wetenschappelijk bewijs volgen, zonder rekening te houden met enige filosofische motivatie; de andere definitie zegt dat wetenschappers verplicht zijn de (materialistische) filosofie te volgen, onafhankelijk van wat het wetenschappelijke bewijs ook mag zijn. <em>The Wig of Truth</em> tracht een weg tussen die twee definities te vinden, en helpt mensen te erkennen dat “In het begin was het Woord” een ware wetenschappelijke uitspraak is [100].<br> De strategie van de wig is niet alleen gebaseerd op en gesteund door een religieuze achtergrond, het is daarenboven niets meer dan de zoveelste “evolutie” binnen de aloude Amerikaans creationistische organisatie. Volgens Johnson moet de wetenschappelijke “mythe van de creatie” worden vervangen door ware kennis over het ontstaan van de mens:<br> <br> Dat god ons heeft geschapen is deel van gods openbaring aan de mensen. In de woorden van politiek filosoof [en lid van de wig] J. Budziszewski, deze fundamentele waarheid is iets dat <em>we niet niet kunnen weten</em> …<br> … De enige juiste metafysische basis voor de wetenschap is niet het naturalisme of het materialisme, maar het feit dat de schepper van de kosmos niet alleen een verstaanbaar universum heeft gecreëerd, maar ons ook de mogelijkheid heeft gegeven om door de rede tot wetenschappelijk kennis te komen…<br> &nbsp;<br> … Ware wetenschap zal er ons altijd aan doen herinneren dat er maar tot op een bepaald niveau uitspraken kunnen worden gedaan over de realiteit op basis van observatie en experimenten, …<br> &nbsp;<br> [H]et materialistisch verhaal overleeft enkel zolang het niet in direct conflict komt met de verhalen uit de bijbel. In een direct conflict met de waarheden uit de bijbel zal het materialisme uiteindelijk moeten onderdoen…<br> …Wat we nodig hebben is het woord van god, als fundament voor verder onderzoek… Zo is het van groot belang om onszelf te ondervragen: heeft god ons iets gegeven dat de juiste richting kan aanduiden of heeft hij ons alleen achtergelaten?<br> Wanneer we dat punt in onze bevraging hebben bereikt, zullen we onvermijdelijk terechtkomen bij de persoon van Jezus Christus, het vleesgeworden woord van god, door wie alle dingen ontstaan zijn. Dit keer zal het hij zijn die de vragen stelt, zoals men kan lezen in het evangelie: wie ben ik volgens hen? (...)<br> …Wanneer de naturalistische kijk op de werkelijkheid eindelijk barst en instort, zal de vraag die Jezus zich stelde weer naar voren komen. Wat zullen we zeggen over hem? Is hij diegene die de antwoorden brengt, of zullen we iemand anders moeten zoeken?<br> Als christen heb ik de antwoorden op die vragen. Natuurlijk zullen er mensen zijn met andere antwoorden. Het belang van de filosofie van de wig zit hem in het stellen van de juiste vragen, dit kan enkel door eerst alle mogelijke antwoorden een eerlijke kans te geven om zich te laten horen. Het punt dat ik wil maken voor nu is dat de vraag die ik behandel, die we lang als onbelangrijk en voorbijgestreefd hebben opzij geschoven, terug belangrijk zal worden in het culturele debat rond darwinisme en naturalisme. We praten hier niet over een simpele aanpassing in een particuliere wetenschappelijke theorie, maar het gaat hier over het aanpassen van een fatale misvatting in onze mythe over creatie, en daarom ook in de basis van hoe wij binnen onze cultuur onze vragen rond creatie formuleren…<br> …Het verhaal over de incarnatie –dat god een menselijke vorm aan nam… is een belangrijker wetenschappelijk feit dan het feit dat appels eerder naar beneden vallen dan omhoog… [101]<br> Er kan geen twijfel meer over bestaan dat de boodschap die Johnson zijn lezers wilt meegeven, zegt dat wetenschap, gebaseerd op de juiste metafysica of bovennatuurlijke creatie, rechtstreeks naar Jezus verwijst – en dat rechtstreeks in de academische en culturele mainstream.<br> Ingeburgerd raken bij het Amerikaans hoger onderwijs is een van de belangrijkste doelen voor de wig. CRSC fellow Nancy Pearcey is optimistisch over hun succes: “De nieuwe strategie draait rond het concept intelligent design. De design-beweging geeft hoop op een plaats binnen de seculiere academische wereld, terwijl ze christenen verenigt rond bezorgdheden zoals de rol van wetenschap binnen de culturele veranderingen” [102]. De strategen van de wig verwachten niet een grote aanwezigheid te bereiken binnen de academische wereld. Ze geloven zelfs niet dat dit noodzakelijk is om hun doel te behalen: “Een les die we hebben geleerd uit de geschiedenis van de wetenschap is dat het niet noodzakelijk is om een meerderheid te vinden binnen het establishment. Wetenschappelijke revoluties worden meestal in gang gezet door een aanvankelijk kleine en relatief jonge groep van wetenschappers die niet verblind zijn door de heersende vooroordelen en in staat zijn om creatieve alternatieven te bieden voor de kritieke punten waarop het aanwezige systeem steunt” [103]. Belangrijk voor ons is dat we steeds vaker merken dat intelligent design zich traag, maar zeker een weg baant binnen in het academische establishment en de culturele mainstream.<br> &nbsp;<br> Niets is belangrijker voor de wig dan het verdienen van respect binnen de academische wereld door middel van het promoveren van leden en het bezetten van academische posten in bekende en gerespecteerde universiteiten. Een van de doelen van de strategie van de wig is om tegen 2003 minstens tien CRSC fellows op een academische post te krijgen. Dit hebben ze al meer dan voldoende gerealiseerd met de volgende CRSC leden:<em> </em><br> &nbsp;</p> <ul> <li>Micheal Behe—Lehigh University</li> <li>Walter Bradley—Texas A&amp;M (tot aan zijn pensionnering)</li> <li>J. Budziszewski—University of Texas-Austin</li> <li>John Angus Campbell—University of Memphis</li> <li>Robert Koons—University of Texas-Austin</li> <li>Paul Chien—University of San Francisco</li> <li>David K. DeWolf—Gonzaga University</li> <li>Guillermo Gonzales—University of Washington-Seattle</li> <li>Bruce Gordon—Baylor University (part-time instructor en Associate Director of the Michael Polanyi Center) [104]</li> <li>Phillip E. Johnson—University of California-Berkeley (tot aan zijn pensionering)</li> <li>Robert Kaita—Princeton University</li> <li>Dean H. Kenyon—San Francisco State University (deel van de California State University)</li> <li>Scott Minnich—University of Georgia</li> <li>Henry F. Schaefer—University of Georgie</li> <li>Richard Weikart—California State University-Stanislaus</li> </ul> <p>Uitspraken zoals die van Mary Beth Marklein in USA Today, “Door de intelligent designbeweging in gang gezet en versterkt door studenten uit gerespecteerde universiteiten, ontstaat er een debat dat mogelijk de volgende oorlog binnen het wetenschappelijk onderzoek zal zijn”, creëren een beeld over wetenschap dat net overeenkomt met wat het Discovery Institute wil creëren bij zijn Amerikaans publiek [105].<br> Door voor zichzelf een niche te creëren binnen de academische wereld, zowel op seculier als op religieus gebied, slagen DI intelligent design creationisten erin om verschillende dingen te verwezenlijken:</p> <ol> <li>Het legitimeren van een academische façade<br> Johnson is er zich van bewust dat academische rechtmatigheid de eerste stap is om te worden serieus genomen binnen de academische wereld:<br> De conferentie [Southern Methodist University, Maart 1992] bracht enkele belangrijke sprekers samen uit het kamp van de wig, waaronder Michael Behe, Stephen Meyer, William Dembski, en mezelf. Er was ook een groep van invloedrijke Darwinisten aanwezig, met aan het hoofd Michael Ruse. Samen zaten we rond de tafel om de volgende these te bediscussiëren: “Darwinisme en neodarwinisme, zoals het gewoonlijk wordt verondersteld in onze samenleving, gaat steeds samen met een a-priori overtuiging tot metafysisch naturalisme, wat noodzakelijk is voor hen om aan wetenschap te doen.” … Het ongelofelijke aan deze conferentie was het feit dat zoveel gerespecteerde academici zo toegeeflijk waren om zich te mengen in een discussie van zo een inherent subversieve aard [106].<br> In een interview met Communiqué: A Quarterly Journal erkent Johnson de moeilijkheden om academische rechtmatigheid te verdienen. Maar blijkt hij ook overtuigd te zijn om uiteindelijk succes te behalen:<br> CJ: Het lijkt alsof het enige idee achter “de wig” in de wetenschappelijke wereld is om studenten en de faculteit aan te moedigen om mee te denken met mensen zoals Behe en samen de wig te versterken.<br> Phil: Ja, het idee erachter is dat we met enkele mensen naar buiten komen om een nieuwe manier van denken te promoten. Dit kan voor sommige mensen zeer schokkend overkomen. Het is ongelofelijk hoeveel tegenstand ze soms krijgen.<br> …[J]e moet mensen hebben die zo vaak mogelijk deze kwesties ter sprake brengen, hoeveel tegenstand en afstraffing ze hierdoor ook krijgen. Na een tijdje krijg je mensen die het gewoon zijn om over dit soort van dingen te praten. Het wordt een kwestie waar ze gewoon van zijn erover te horen. Eerst volgen er maar enkelingen, later iets meer en nog veel later ben je eindelijk toegelaten binnen het academisch denken en zijn je kwesties een rechtmatig onderwerp om over te discussiëren. Dit is mijn doel: het legitimeren van argumenten tegen evolutie.<br> …Zowel als een wetenschappelijke kwestie uit de mainstream als op academisch gebied… zijn we overtuigd om te winnen.<br> …We moeten er gewoon in slagen onze zaak te normaliseren, dit vraagt voor geduld en doorzettingsvermogen, en dat is wat we nu toepassen [107].</li> <li>Het beïnvloeden van universiteitsstudenten, waarvan er vele niets kennen over de basis van de wetenschap, en ze zo te rekruteren voor de wig-beweging<br> In Touchstone Magazine (juli/augustus 1999) vertelt Johnson meer over de vooruitgang binnen de wig-beweging. Enkele van zijn opmerkingen tonen aan dat universiteiten belangrijke plaatsen zijn om nieuwe leden te ronselen:<br> “[V]eel …studenten aan de universiteit lezen onze literatuur, en zijn daar zeer positief over. … De meest getalenteerde van deze jongeren worden de wig-leden van de toekomst” [108].<br> Universiteiten zijn de logische bron voor “toekomstig talent”, dat volgens een Wig document door het CRSC moet worden “gecultiveerd en overtuigd”.</li> <li>Versterken van steun uit de universitaire administratie en schenkers<br> “Wij geloven dat, met de juiste steun, we onze objectieven kunnen bereiken … binnen de volgende vijf jaar (1999-2003) …Voor deze reden moeten we proberen nog meer invloedrijke individuen te overtuigen, … universiteiten, faculteiten … en potentieel academische bondgenoten” (Wig-document).<br> Zoals hierboven al beschreven, is de wig erin geslaagd om bij verschillende weldoeners, zoals Howard Ahmanson, financiële steun los te krijgen. De stabiliteit van het wig-project is afhankelijk van die continue geldstroom, zoals Steven Meyer zelf toegaf na het krijgen van extra steun in 1999: " We hebben nu niet alleen een groter programma dan ooit tevoren. Het krijgen van extra financiële steun zorgt ook voor een grotere stabiliteit op lange termijn” [109]. William Dembski en Bruce Gordon slaagde erin om Baylor University president Robert Sloan de wig te laten steunen via het Michael Polanyi Center. Sloan was een vurige verdediger van het Polanyi Center tijdens enkele belangrijke disputen. De Houston Chronicle: “[Sloan] zei dat zowel alumni, als studenten en ouders steeds volledig achter de ideeën van het Polanyi Center hebben gestaan, maar dat het nog steeds zijn volle steun zou krijgen mocht hij er alleen voor staan” [110]. Sloans morele steun voor het Polanyi Center bestond op dat moment vooral uit financiële steun voor Dembski en Gordon: “De woordvoerder van Baylor University Larry Brumley zei dat de universiteit het salaris van Dembski zou betalen, als het geld van de John Templeton Fund zou verlopen zijn eind volgend jaar. Verder zou de universiteit ook Gordons salaris betalen.” Via de Houston Chronicle weten we dat het John Templeton Fund een van de grote bronnen is van financiële steun voor deze activiteiten: “Het John Templeton Fund betaalde een salaris van $75,000 aan Dembski tijdens zijn verblijf aan het Polanyi Center. Dit werd verdeeld door het Discovery Institute” [111].</li> <li>Het verwerven van een vaste werkplaats, met de extra voordelen<br> De eerste vaste werkplaats van het CRSC buiten het Discovery Institute in Seattle was het Polanyi Center in Baylor in oktober 1999. Tot nu toe is de wig-beweging er nog niet in geslaagd een vaste werkplaats zoals het Polanyi Center te verkrijgen op een andere universiteitscampus. Toch slagen leden van de wig erin, door mainstream studenten en onderzoekers uit te nodigen op conferenties, steeds meer invloed te krijgen op seculiere universiteiten. Bijvoorbeeld de conferentie “The nature of nature” bracht verschillende belangrijke academische figuren samen in april 2000. Discovery Institute publiceerde hierover een nieuwsbericht in april 7, 2000: “Onder de deelnemers waren twee Nobelprijswinnaars [sic], Steven Weinberg en Christian de Duve, en verder ook nog invloedrijke wetenschappers zoals Alan Guth, Simon Conway Morris en anderen … [William] Dembski zei ‘dit wordt de grootste verzameling van grote denkers ooit samengebracht om te praten over het onderwerp doelgerichtheid en toevalligheid binnen de wetenschappen [112]. Na de conferentie vierde het DI het volbrengen van één van hun belangrijke strijdpunten, “het ter discussie brengen op academisch niveau van de rol van het naturalisme binnen de wetenschap en het oprichten van een forum waarop studenten deze kwesties kunnen bediscussiëren” [113]. Phillip Johnson liet er geen twijfel over bestaan dat hij een van de belangrijke organisatoren was van de conferentie: “We organiseerden een conferentie in Baylor University in april 2000 om de vraag of wetenschap ‘het bestaan van een bovennatuurlijke schepper kan weerleggen of bewijzen’ te bediscussiëren. Het was waarschijnlijk de voornaamste conferentie in de geschiedenis van Baylor, met belangrijke gasten zoals twee Nobelprijswinnaars en enkele zeer eminente professors in de wetenschap, filosofie en geschiedenis” [114].</li> <li>Ze gebruiken hun aanwezigheid binnen de academische wereld om het publiek in de waan te houden<br> Academische verwezenlijkingen zijn de sleutel tot succes voor de wig. Leden van de wig gebruiken dan ook elke mogelijkheid om hun verwezenlijkingen te publiceren. Een voorbeeld is het korte artikel Mere Creation: Science, Faith &amp; Intelligent Design door CRSC fellow Ray Bohlin, executive director of Probe Ministries. Hoewel het artikel niet meer dan vijf pagina’s telt, slaagt Bohlin erin elke keer als hij een lid van het CRSC vermeldt (en hij vermeldt er zes) steeds ook een volledige lijst van realisaties op te sommen, zoals voor Henry Schaefer: “Zo zei Dr. Henry F. Schaefer III, professor in chemie aan de universiteit van Georgia, auteur van meer dan 750 wetenschappelijke publicaties, promotor van meer dan vijftig succesvolle doctoraalstudenten en vijf keer genomineerd voor de Nobelprijs, …” [115].<br> Het volbrengen van de vorige doelstellingen is zeer belangrijk voor de algemene strategie van het CRSC; het zijn noodzakelijke doelstellingen wil men het creationisme verspreiden en tot nu toe lijken ze de enige die zo ver zijn geraakt. Het ouderwetse creationisme gebracht door mensen zoals Henry Morris, Duane Gish en andere zou waarschijnlijk nooit getolereerd worden op mainstream campussen, zelfs niet op religieuze zoals die van Baylor. Creationisten van het CRSC hebben het geduld gehad om eerst tot op een bepaald niveau te klimmen binnen de academische wereld. Johnson vertelt hierover in een interview met Communiqué:<br> CJ: Hoe zou u een jonge wetenschapstudent, die bijvoorbeeld net wil beginnen aan zijn doctoraat in de microbiologie aan een grote universiteit, aanmoedigen zijn werk te blijven doen, zonder zijn geloof te verliezen?<br> Phil: Michael Behe is hier een fantastisch voorbeeld van … in wat hij kan volbrengen, terwijl hij in dienst is van een groot lab en een wetenschappelijke carrière najaagt … Het feit is dat er een hele hoop mensen zijn binnen het wetenschappelijk onderzoek die helemaal niet geïnteresseerd zijn in de hele ideologische darwinistische agenda. Darwinisme heeft vaak helemaal niets te maken met hun eigen werk, dus ze blijven geduldig wachten. Als we het spel slim blijven spelen, de juiste argumenten aanreiken en mensen erover doen nadenken, dan zullen ze misschien eindelijk inzien dat twijfelen over Darwin en tegelijk aan wetenschappelijk onderzoek doen mogelijk is. Ik denk dat er steeds meer mensen zullen over nadenken en durven over praten. Behe is tot nu toe steeds in staat geweest om zijn wetenschappelijke reputatie te behouden en krijgt nog steeds overal uitnodigingen om te komen spreken. Wanneer we in staat zijn om mensen zoals Behe te promoten, dan kunnen zij het ijs breken en de weg vrij maken voor nog meer mensen. Ik denk dus niet dat je de hoop moet opgeven, maar je moet wel handelen met genoeg tact en gezond verstand. Het is goed om niet te veel op te vallen terwijl je werkt voor je doctoraat. Op veel plaatsen heerst dogmatisme, maar er zijn altijd manieren om dat te omzeilen [116] [nadruk toegevoegd].<br> Door “niet te veel op te vallen” aan de universiteit waar zij studeren en les geven, slagen creationisten er gemakkelijker in zich te mengen met de academische populatie. Ze doen dit ofwel door hun overtuigingen te categoriseren , waardoor het werk dat ze doen professioneel niets te maken heeft met wat hun persoonlijke overtuigingen zijn, of door hun persoonlijke overtuigingen te vermommen in eerder technische of esoterische, en daarom gemakkelijker te uiten, termen. Hierdoor lopen ze minder risico om zichzelf of de universiteit waar ze lid van zijn in verlegenheid te brengen. Ze verhogen hiermee hun kansen om geaccepteerd te worden , op zijn minst bij het bestuur dat ofwel sympathie heeft voor hen, zonder enige kennis te hebben van hun werkelijke agenda, ofwel omdat ze niet genoeg kennis hebben over wetenschap om de gevolgen van hun acties te doorzien. Een voorbeeld hiervan is het feit dat Robert Koons in 1997 de conferentie “Naturalism, Theism and the Scientific Enterprise” hield aan de University of Texas. Koons erkent dat hij het voordeel genoot dat hi een sympatiek departementshoofd heeft: “Ik ... had er met mijn departementshoofd [Daniel Bonevac] over gesproken om het departement de officiële gastheer te maken. Mijn voorzitter is een goede vriend van mij (hij is ook een christen en is dit soort zaken zeer genegen) en hij ging akkoord om de naam van het departement te linken aan de conferentie. We kregen dan wel geen geld van de universiteit, maar we kregen wel administratieve steun” [117].<br> William Dembski is een belangrijke voortrekker van de strategie van de wig binnen het academische milieu; bewijs hiervan is zijn directeursschap van het Michael Polanyi Center. Het is echter belangrijk om goed te beseffen dat Dembski en Phillip Johnson onscheidbaar zijn. Beiden citeren ze de andere als een sleutelfiguur binnen de intelligent designbeweging. Johnson noemt Dembski één van de “sleutelfiguren van de wig” [118]. Dembski noemt Johnson als één van de mensen met wie de beweging van start is gegaan en wiens boek Darwin on Trial een “sleuteltekst” van de beweging was [119]. Daarenboven heeft Johnson in augustus 1999 zijn eigen rol als een afgevaardigde binnen de beweging erkend, alsook de rol die de beweging speelt om intelligent design in het hoger onderwijs te krijgen en aanvaardbaar te maken binnen de publieke discussie: “[Bewijs voor intelligent design] wordt aangereikt in boeken die zelfs academische uitgevers publiceren, zoals Cambridge University Press, en door andere onderzoekers, wetenschappers en filosofen op het gebied van de intelligent designbeweging, die ik vertegenwoordig. Dit alles levert bij tot het uitdragen van het onderwerp aan universiteiten en in de mainstream publieke discussies” [120].<br> Door zich te richten op het academische milieu en de publieke opinie, ondergraaft de strategie van de wig de evolutietheorie en creëert ze zo een opening voor het nieuwe paradigma van het CRSC voor een “theïstische wetenschap”. Het feit dat “theïstische wetenschap” nooit de mainstream-wetenschap zal omverwerpen, is in het geheel niet relevant voor de strategie. Op dit ogenblik is het feit dat het onderwerp in de academische en culturele mainstream terechtkomt – zelfs wanneer het net onder vuur komt te liggen – een vooruitgang. Reeds in 1996 erkende Johnson in een review van Del Ratzsch’ boek The Battle of the Beginnings: Why Neither Side Is Winning the Creation/Evolution Debate, dat zelfs wanneer men de discussie in de christelijke academische wereld brengt, dit “schandalig” maar “opwindend” is:<br> Onze beweging heeft iets van een schandaal in sommige delen van de christelijke academische wereld, voor dezelfde redenen als waarom onze beweging opwindend is: wij stellen voor om met de mainstream wetenschappelijke cultuur een conversatie aan te gaan betreffende fundamentele principes, eerder dan dat we ons onderwerpen aan de eis dat het naturalisme de basis vormt voor alle wetenschappelijke discussies. Dit brengt de alarmerende mogelijkheid naar boven, zoals één van Ratzsch’ collega’s het stelt wanneer hij me bekritiseert, dat de “kloof tussen het academische en het religieuze milieu alleen maar breder zal worden”. Het bittere gevoel dat sommigen voortbrachten uit deze mogelijkheid, kan verklaren waarom Ratzsch onze groep zo uitgebreid bespreekt, maar dat geeft niet. Wat vandaag belangrijk is, is de discussie open te trekken ... [121]<br> In 1997 erkende hij dit nog eens, deze keer in een citaat uit de New York Times: “[Kenneth] Miller doorprikte in een recente review Behes boek. Maar alleen al het feit dat het boek gerecenseerd werd, was in Johnsons ogen een belangrijke stap voorwaarts: ‘Het komt er ons op aan in de mainstream te komen. Mensen beseffen dat ze hiermee kunnen omgaan zoals ze omgaan met andere intellectuele onderwerpen ... Mijn doel is niet zozeer om het argument te winnen, dan wel om het te legitimeren als deel van de dialoog’.” [122] Twee jaar later, in de lente van 1999, beschreef Johnson de intelligent designbeweging nog steeds als vooral “destructief” in zijn functie – namelijk door toe te geven dat de intelligent designbeweging nog steeds zelf geen antwoorden geleverd heeft, ondanks haar hoop dat ze dat in de toekomst wel zal kunnen:<br> CJ: Zou het dan eerlijk zijn om te stellen dat het doel is datgene te ondermijnen of in vraag te stellen, dat algemeen aanvaard wordt door de wetenschappelijke wereld, eerder dan zelf antwoorden te bieden op al deze vragen?<br> Phil: Ja, het uitgangspunt is in te zien wat er in de officiële antwoorden gewoonweg fout is, want zolang je die stap niet gemaakt hebt, geraak je nergens. Nu is het duidelijk dat je hoopt om op een gegeven moment in de toekomst betere antwoorden te kunnen aanleveren, die ook echt waar zijn. Dat is een positief programma, maar je kan niet beginnen in die richting te werken zolang je niet beseft dat de bestaande antwoorden vals zijn. Je moet over de juiste vragen beschikken alvorens je de valsheid van de antwoorden kan bepalen. Dus, op dit ogenblik gaat het vooral om een destructief werk dat zich richt op het openen van een gesloten dogmatisch veld naar nieuwe inzichten [123].<br> Echter, ondanks de moeilijkheden gaat de beweging onverminderd door, en een voetsteun bekomen in de academische wereld is voor de strategie cruciaal, zoals Johnson in februari 1999 benadrukte aan D. James Kennedys conferentie “Reclaiming America for Christ”: “Johnson voegde er aan toe dat hij gelukkig is om met universiteitsprofessoren zoals Michael Behe van de Lehigh University in Pennsylvania te werken ... Die strategie, zei hij, ‘stelt ons in staat om een opstap te hebben in de academische wereld en in de academische tijdschriften’ ...” [124]<br> Het is duidelijk dat Johnson hiermee geen resultaten op korte termijn wil boeken; eerder ziet hij de promotie van intelligent design als een project op lange termijn, dat zijn vruchten zal afwerpen wanneer de huidige leden van de wig er niet meer zijn: “... Ik hoop dat men aan ons zal terugdenken als de pioniers die aan de basis lagen van de kritiek en die verandering mogelijk maakten. Het zal tientallen jaren duren ... en we zullen er niet meer zijn om de laatste dagen mee te maken, maar misschien zal men ons herinneren als zij die de bal aan het rollen brachten, en dat zal een grote voldoening zijn” [125]. In tussentijd komt het er op aan om in het offensief te blijven en de oppositie ten val te brengen: “Johnson heeft het over de strategie van de wig, met zichzelf als leidend figuur. ‘Mijn taak is die van een offensive lineman in pro football,’ zegt hij steeds. ‘Mijn plan is om ruimte te creëren door het onderwerp te legitimeren, door de andere kant uit te putten, door al hun onzin tegen hen uit te spelen’.” [126]<br> Toen Johnson medio 1999 het succes van de strategie van de wig beoordeelde (Touchstone Magazine, juli/augustus 1999), bleef hij ervan overtuigd dat de strategen van de wig gewoon geduld moeten blijven oefenen en dat de wetenschappelijke wereld wel zal bijdraaien: “Hoe verder de discussie zal gaan, des te meer zal de intellectuele wereld eraan gewend worden om materialisme en naturalisme te analyseren en erover te debateren, eerder dan ze te behandelen als fundamentele veronderstellingen die nooit onder vuur kunnen komen te liggen. Uiteindelijk zal het antwoord op onze eerste vraag te duidelijk zijn om in vraag te worden gesteld. [127]. Hij is ervan overtuigd dat deze strategie zal werken en gebruikt Dembski als voorbeeld: “Niet zo lang geleden nam ik deel aan een seminarie over Dembski’s ideeën aan het departement wijsbegeerte van een grote universiteit, waar ik aan de reacties kon aflezen hoe gewoontjes het voor slimme mensen wel niet is om hun geestelijke waakzaamheid ten dienste te stellen van duistere zaken. Maar Dembski plaatste het concept van intelligent design op hun geestelijke kaart, en uiteindelijk zullen ze er wel gewoon aan worden” [128]. Het is duidelijk dat het verzet tegen Dembskis ideeën Johnson niet raakt, en evenzeer dat hij gelooft dat het kernpunt is om controversiële onderwerpen aan bod te laten komen. Opmerkelijk genoeg zegt hij helemaal niet dat de strategen van de wig hun argumenten moeten verbeteren of keiharde wetenschappelijke data moeten aanbrengen om hun argumenten veilig te stellen.<br> Het is ook duidelijk dat Johnson deze beweging aanziet als ten gronde religieus. In februari hield D. James Kennedy, dankzij zijn Coral Ridge Ministries één van de leidende figuren van religieus rechts, de conferentie “Reclaiming America for Christ”. Toen Johnson in februari 1999 voor deze conferentie een toespraak hield, had hij het eens te meer over de ware religieuze aard van de beweging, die zich richt op het scheppen van divisies aan “de andere kant”:<br> Het doel, zei hij, is om mensen ervan te overtuigen dat het Darwinisme inherent atheïstisch is, en zo het debat creationisme versus evolutie te laten verschuiven naar het debat het bestaan van God versus het niet-bestaan van God. Van hieruit kunnen de mensen kennismaken met de waarheid van de bijbel, “de zondevraag” en uiteindelijk “voorgesteld worden aan Jezus”.<br> “Je moet je eigen kant éénmaken en de andere kant verdelen,” zei Johnson. Hij voegde hier aan toe dat hij het debat tussen jonge aarde-creationisten, die aannemen dat de aarde slechts zesduizend jaar oud is, en oude aarde-creationisten, die aanvaarden dat de aarde heel erg oud is, voorlopig wil stilleggen. Dit debat, zei hij, kan men slechts voortzetten, eens het darwinisme neergehaald is [129].<br> Naar het schijnt zouden Johnsons collega’s het met deze zienswijze eens zijn, en wordt die zienswijze zelfs erkend als “beschrijvend concept”:<br> Mijn collega’s en ik hebben het over theïstisch realisme – of soms over mere creation – als het beschrijvende concept van onze beweging. We bedoelen hiermee dat we erkennen dat God objectief echt is als schepper, en dat de realiteit van God waarneembaar is en kan aangetoond worden in bewijzen die toegankelijk zijn voor de wetenschap, vooral binnen de biologie. We vermijden de verwarde argumenten over hoe en of men de bijbel moet verzoenen met de huidige stand van de wetenschappelijke kennis, omdat we menen dat deze vragen veel beter kunnen worden opgelost eens we beschikken over een wetenschappelijk beeld dat niet wordt verstoord door naturalistische vooroordelen [130].</li> </ol> <p>5. Conclusie<br> Deze studie is de eerste die een overzicht biedt van de activiteiten van het Center for the Renewal of Science and Culture van het Discovery Institute, die als doel hebben om de strategie van de wig uit te voeren. Een dergelijk onderzoek is erg leerrijk. Het helse tempo van de activiteiten van de wig is een indicatie van de urgentie die strategen van de wig aan het CRSC toekennen aan hun missie. Het is niet erg waarschijnlijk dat zelfs de recente electorale verliezen van de creationistisch-gezinde kandidaten bij de voorverkiezingen van de schoolraad in Kansas in augustus 2000 de wig zullen vertragen in haar opmars. Voor een beweging, die zicht voedt met religieuze ijver, zich steunt op fondsen van sympathieke mecenassen en hulp ontvangt van politieke allianties, was dit verlies slechts een tijdelijke stap terug. De stroom aan public relation-gebeurtenissen, conferenties, boeken en “opvoedingsmaterialen” voor openbare scholen gaat onverminderd verder. De wig zet haar opmars voort, voortgedreven door haar visie op een “beloofde land” waarin Darwins krachtige erfenis haar moeilijk verkregen plaats binnen het wetenschappelijke gebeuren, verloren heeft.<br> &nbsp;<br> &nbsp;<br> <strong>Bibliografie</strong></p> <ol> <li>Phillip E. Johnson, <em>Defeating Darwinism by Opening Minds</em> (Downers Grove, Illinois: InterVarsity Press, 1997), 91-92.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "What Is the Center for the Renewal of Science and Culture All About? The Mission of the Center" [online]. Bezocht op 18 maart 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html</a>. Dit document stond in een bestand dat niet langer vrij toegankelijk.</li> <li>Stephen Goode, "Johnson Challenges Advocates of Evolution," <em>Insight on the News, October 25, 1999 [online]</em>. Bezocht op Access Research Network op 9 juli 2000 te <a href="http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm" title="http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm">http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm</a>.</li> <li>Nancy Pearcey, "Wedge Issues: An Intelligent Discussion with Intelligent Design's Designer," <em>World</em>, July 29, 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.worldmag.com/world/issue/07-29-00/closing_2.asp" title="http://www.worldmag.com/world/issue/07-29-00/closing_2.asp">http://www.worldmag.com/world/issue/07-29-00/closing_2.asp</a>.</li> <li>Nancy Pearcey, "We're Not in Kansas Anymore: Why Secular Scientists and Media Can't Admit that Darwinism Might Be Wrong," <em>Christianity Today</em>, 22 mei 2000 [online]. Bezocht op 3 augustus 2000 te <a href="http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html" title="http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html">http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html</a>.</li> <li>Lynn Vincent, "Science vs. Science," <em>World</em>, 26 februari 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp" title="http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp">http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp</a>.</li> <li>Tim Stafford, "The Making of a Revolution," <em>Christianity Today</em>, 8 december 1997 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html" title="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html">http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html</a>.</li> <li>Phillip E. Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science," <em>Touchstone Magazine</em> [online], juli/augustus 1999. Bezocht op 9 maart 2000 te <a href="http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html" title="http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html">http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html</a>.</li> <li>Vincent, "Science vs. Science," te <a href="http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp" title="http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp">http://www.worldmag.com/world/issue/02-26-00/national_1.asp</a>.</li> <li>Tom Woodward, "Meeting Darwin's Wager," Part 2, <em>Christianity Today</em>, 28 april 1997 [online]. Bezocht op 27 maart 2000 te <a href="http://www.christianityonline.com/ct/7t5/7t514b.html" title="http://www.christianityonline.com/ct/7t5/7t514b.html">http://www.christianityonline.com/ct/7t5/7t514b.html</a>.</li> <li>"Ad Hoc Origins Committee: Scientists Who Question Darwinism" [online]. Bezocht op 24 mei 2000 te <a href="http://www.apologetics.org/news/adhoc.html" title="http://www.apologetics.org/news/adhoc.html">http://www.apologetics.org/news/adhoc.html</a>. Johnsons repliek op Gould was gedrukt in <em>Origins Research</em> 15:1 (de voorloper van het creationistische blad <em>Origins and Design</em>), online te vinden te <a href="http://www.arn.org/docs/orpages/or151/151johngould.htm" title="http://www.arn.org/docs/orpages/or151/151johngould.htm">http://www.arn.org/docs/orpages/or151/151johngould.htm</a>.</li> <li>"Ad Hoc Origins Committee." De volledige lijst van de ondertekenaars is te vinden te <a href="http://www.apologetics.org/news/adhoc.html" title="http://www.apologetics.org/news/adhoc.html">http://www.apologetics.org/news/adhoc.html</a>. Alvin Plantinga, filosoof aan de Notre Dame universiteit, heeft deze brief eveneens ondertekend, een vroeg bewijsstuk van zijn blijvende steun aan de intelligent design beweging. Nancy Pearcey verwijst naar Plantinga als een "voorstander van design." Zie Nancy Pearcey, "We're Not in Kansas Anymore: Why Secular Scientists and Media Can't Admit that Darwinism Might Be Wrong," <em>Christianity Today</em>, 22 mei 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html" title="http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html">http://christianityonline.com/ct/2000/006/1.42.html</a>.</li> <li>"Major Grants Help Establish Center for Renewal of Science and Culture," <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer (augustus) 1996, [online]. Bezocht op 24 juli 2000 te <a href="http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html" title="http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html">http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html</a>. Voor de gepubliceerde lezingen van deze conferentie, zie <em>The Intercollegiate Review</em>, lente 1996.</li> <li>Phillip E. Johnson, <em>Reason in the Balance: The Case Against Naturalism in Science, Law and Education</em> (Downers Grove, Illinois: InterVarsity Press, 1995), 208-209.</li> <li>Hoewel het CRSC—de creationistische arm van het overkoepelende Discovery Institute—het onderwerp van deze studie is, zijn "CRSC" en "Discovery Institute" vaak interverwisselbaar, zoals hier regelmatig zal blijken.</li> <li>"Major Grants Help Establish Center for Renewal of Science and Culture," <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer (augustus) 1996, [online]. Bezocht op 24 juli 2000 te <a href="http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html" title="http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html">http://wwwdiscovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html</a>.</li> <li>Larry Witham, "Contesting Science's Anti-Religious Bias," <em>The Washington Times</em>, 29 december 1999. Bezocht op 24 mei 2000 op de website van het Discovery Institute te <a href="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=view&amp;id=65" title="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=view&amp;id=65">http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=v...</a>.</li> <li>Deze informatie was te lezen op de website <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crsc96fellows.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crsc96fellows.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crsc96fellows.html</a> maar is niet langer toegankelijk. Een andere pagina van deze site die ietwat later geschreven was dan 1996-97 (hoewel het jaar niet gespecificeerd was), vermeldt ook bijkomende mensen als medewerkers: Walter Bradley, voorzitter, Dept. of Mechanical Engineering, Texas A &amp; M; John Angus Campbell, Professor of Speech Communications, University of Memphis; William Lane Craig, Research Professor, Talbot School of Theology; Jack Harris, doctorandus, University of Washington; Dean H. Kenyon [co-auteur, <em>Of Pandas and People</em>], San Francisco State University; Nancy Pearcey, Wilberforce Forum; en Charles Thaxton, Charles University, Prague. George Gilder staat vermeld naast Phillip Johnson.</li> <li>Zie de website "Mere Creation" voor deze conferentie te <a href="http://www.origins.org/mc/menus/index.html" title="http://www.origins.org/mc/menus/index.html">http://www.origins.org/mc/menus/index.html</a>. Zie ook het artikel door Jay Grelen, "Witnesses for the Prosecution," <em>World</em>, 30 november 1996 [online]. Bezocht op 1 maart 2000 te <a href="http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp" title="http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp">http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp</a>.</li> <li>Henry F. Schaefer III, "Foreword," <em>Mere Creation: Science, Faith and Intelligent Design</em> (Downers Grove, Illinois: InterVarsity Press, 1998), 9.</li> <li>Zie <a href="http://www.leaderu.com/menus/aboutus.html" title="http://www.leaderu.com/menus/aboutus.html">http://www.leaderu.com/menus/aboutus.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Deze conferentie, noch enige andere activiteit van het CRSC heeft ooit enige wetenschappelijke research opgeleverd zoals in het tweede deel van deze studie zal worden aangetoond.</li> <li>Scott Swanson, "Debunking Darwin?" <em>Christianity Today</em>, 16 januari 1997 [online]. Bezocht op 25 July 2000 te <a href="http://www.christianityonline.com/ct/7t1/7t1064.html" title="http://www.christianityonline.com/ct/7t1/7t1064.html">http://www.christianityonline.com/ct/7t1/7t1064.html</a>.</li> <li>De NTSE conferentie wordt besproken tijdens de analyse van de activiteiten van de wig in het derde deel van deze studie.</li> <li>Swanson, "Debunking Darwin?" <em>Christianity Today</em>.</li> <li>Schaefer, "Foreword," in <em>Mere Creation: Science, Faith and Intelligent Design</em>, 10-11.</li> <li>Dit refereert aan Roberta en Howard Ahmanson wiens financiële steun aan het CRSC later besproken wordt.</li> <li>Johnson, <em>Defeating Darwinism</em>, 92.</li> <li>Phillip E. Johnson, <em>Objections Sustained: Subversive Essays on Evolution, Law and Culture</em> (Downers Grove, Illinois: InterVarsity Press), 1998.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "The Wedge Strategy," [online]. Beschikbaar te <a href="http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html" title="http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html">http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html</a> [bezocht op 17 april 2000].</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "The Wedge Strategy," te <a href="http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html" title="http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html">http://www.humanist.net/skeptical/Wedge.html</a>.</li> <li>Bezocht op 18 maart 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/aboutcrsc.html</a>. Op 17 mei 2000 waren deze documenten niet langer verkrijgbaar (het bericht "File Not Found!" verscheen toen ik ze probeerde in te kijken. De site <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc</a> was nog toegankelijk op 18 maart 2000, maar was afgesloten op 17 april 2000 ("Forbidden. You don't have permission to access w3/discovery.org/crsc/ on this server").</li> <li>Zie het Capitol Research Center's "After Henry Salvatori: California's 'Most Generous' Conservative Philanthropists," oktober 1998 [online]. Bezocht op 4 april 2000 te <a href="http://www.capitalresearch.org/fw/fw-1098.html" title="http://www.capitalresearch.org/fw/fw-1098.html">http://www.capitalresearch.org/fw/fw-1098.html</a>. Zie ook Steve Benen, "From Genesis to Dominion," <em>Church &amp; State</em>, juli/augustus 2000 [online]. Bezocht op 21 juli 2000 te <a href="http://www.au.org/churchstate/cs7003.htm" title="http://www.au.org/churchstate/cs7003.htm">http://www.au.org/churchstate/cs7003.htm</a>.</li> <li>"Major Grants Help Establish Center for the Renewal of Science and Culture," <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer 1996 [online]. Bezocht op 3 juli 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html</a>.</li> <li>"Major Grants Increase Programs, Nearly Double Discovery Budget," <em>Discovery Institute Journal</em>, 1999 [online]. Bezocht op 13 juni 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/grants.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/grants.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/grants.html</a>.</li> <li>Larry Witham, "Contesting Science's Anti-Religious Bias," <em>Washington Times</em>, 29 december 1999. Bezocht op 22 mei 2000 te <a href="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=view&amp;id=65" title="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=view&amp;id=65">http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=v...</a>.</li> <li>Bruce Chapman, "Ideas Whose Time Is Coming," <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer 1996 [online]. Bezocht op 28 augustus 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/president.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/president.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/president.html</a>.</li> <li>Voor de huidige lijst van de medewerkers van het CRSC, zie <a href="http://www.discovery.org/crsc/fellows/index.html" title="http://www.discovery.org/crsc/fellows/index.html">http://www.discovery.org/crsc/fellows/index.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science," te <a href="http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html" title="http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html">http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html</a>.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "The Wedge Strategy," te <a href="http://www.humanist.net/skeptical/wedge.html" title="http://www.humanist.net/skeptical/wedge.html">http://www.humanist.net/skeptical/wedge.html</a>.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "The Research Fellowship Program," [online]. Bezocht op 28 augustus 2000 te <a href="http://www.crsc.org/fellows/fellowshipInfo.html" title="http://www.crsc.org/fellows/fellowshipInfo.html">http://www.crsc.org/fellows/fellowshipInfo.html</a>.</li> <li>"CRSC Innovates in Media and Academia," <em>Discovery Institute Journal</em>, lente1998. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html</a>.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "Design Theory: A New Science for a New Century." Bezocht op 27 april 2000 te <a href="http://www.discovery.org/crsc/index.php3" title="http://www.discovery.org/crsc/index.php3">http://www.discovery.org/crsc/index.php3</a>.</li> <li>Phillip E. Johnson, "How to Sink a Battleship: A Call to Separate Materialist Philosophy from Empirical Science," <em>The Real Issue</em>, november/december 1996 [online]. Bezocht op 31 augustus 2000 te <a href="http://www.leaderu.com/real/ri9602/johnson.html" title="http://www.leaderu.com/real/ri9602/johnson.html">http://www.leaderu.com/real/ri9602/johnson.html</a>. Dit artikel bevindt zich op de website "Leadership University" van de Christian Leadership Ministries, door CLM beschreven als een deel van zijn "Telling the Truth project."</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "As the Millennium Ends: The Promise of Better Science and a Better Culture," [online]. Bezocht op 13 juni 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/crsc.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/crsc.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/crsc.html</a>.</li> <li>De meeste van hun boeken zijn gepubliceerd door religieuze uitgeverijen, met name Zondervan en InterVarsity Press. Hier is evenwel verandering ingekomen. William Dembskis boek <em>The Design Inference</em> werd uitgegeven door Cambridge University Press [1998], en Michael Behes boek <em>Darwin's Black Box</em> was uitgebracht bij The Free Press [1996]. Mettertijd is het doel van CRSC, zich een weg in de culturele en academische wereld dringen, vergemakkelijkt door hun toegang tot de wereld van meer courante uitgeverijen.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "Year End Update," november/december 1997. Bezocht op 18 maart 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html</a>. Dit document is niet langer toegankelijk. De "Consultation on Intelligent Design" wordt vermeld in het lente 1998 nummer van het <em>Discovery Institute Journal</em>. Te vinden op <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/spring98.html</a>.</li> <li>Chiens affiliatie met het Discovery Institute (CRSC) was niet vermeld in zijn organizeren van het Chinese symposium. Wetenschappers van over de hele wereld die deelnamen, vernamen eerst dat Chien een creationist was nadat zij reeds in China waren aangekomen via David Bottjer, Professor of Earth Sciences (Paleobiology and Evolutionary Paleoecology) in the Department of Earth Sciences aan de University of Southern California, die vroeger was aangekomen, en die Chien had geholpen met de voorbereiding van een boek met abstracts voor de deelnemers (David Bottjer &amp; Barbara Forrest, telefonisch interview, 31 mei 2000).</li> <li>David K. DeWolf, Stephen C. Meyer, and Mark E. DeForrest, "Intelligent Design in Public School Science Curricula: A Legal Guidebook," [online]. Bezocht op 4 juni 2000 te <a href="http://www.baylor.edu/~William_Dembski/docs_resources/guidebook.htm" title="http://www.baylor.edu/~William_Dembski/docs_resources/guidebook.htm">http://www.baylor.edu/~William_Dembski/docs_resources/guidebook.htm</a>. Tevens te vinden te <a href="http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm" title="http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm">http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>The Department of Biology, University of San Francisco, "Faculty." Bezocht op 25 mei 2000 te <a href="http://www.usfca.edu/biology/faculty.htm#chien" title="http://www.usfca.edu/biology/faculty.htm#chien">http://www.usfca.edu/biology/faculty.htm#chien</a>.</li> <li>"The Explosion of Life," <em>The Real Issue</em>, mart/april 1997 [online]. Bezocht op 7 juli 2000 te <a href="http://www.clm.org/real/ri9701/chien.html" title="http://www.clm.org/real/ri9701/chien.html">http://www.clm.org/real/ri9701/chien.html</a>.</li> <li>Chien beschrijft zijn interesse voor de fossielen van Chengjiang eigenlijk enkel als een hobby. Zie Cecilia Yau, "The Twilight of Darwinism at the Dawn of a New Millennium: An Interview with Dr. Paul Chien," <em>Challenger</em>, februari/maart 2000. Bezocht op 14 juni 2000 te <a href="http://www.ccmusa.org/challenger/000203/doc1.html" title="http://www.ccmusa.org/challenger/000203/doc1.html">http://www.ccmusa.org/challenger/000203/doc1.html</a>.</li> <li>Yau, "The Twilight of Darwinism at the Dawn of a New Millennium: An Interview with Dr. Paul Chien."</li> <li>Zie Behes website bij het Department of Biological Sciences, Lehigh University [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.lehigh.edu/~inbios/behe.html" title="http://www.lehigh.edu/~inbios/behe.html">http://www.lehigh.edu/~inbios/behe.html</a>.</li> <li>"Michael J. Behe: Spring 2001 Schedule," Access Research Network [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.arn.org/behe/mb_schedule.htm" title="http://www.arn.org/behe/mb_schedule.htm">http://www.arn.org/behe/mb_schedule.htm</a>.</li> <li>Te <a href="http://www.etsu.edu/philos/faculty/niall/complexi.htm" title="http://www.etsu.edu/philos/faculty/niall/complexi.htm">http://www.etsu.edu/philos/faculty/niall/complexi.htm</a>. Bezocht op 28 mei 2000.</li> <li>De meest doorgedreven wetenschappelijke kritiek op Behes werk is te lezen in <em>Finding Darwin's God</em> (Cliff Street Books, 1999) door de bioloog Kenneth Miller van Brown University. Voor papers over en recensies van <em>Darwin's Black Box</em> zie de website van David Ussery te <a href="http://www.cbs.dtu.dk/dave/Behe_links.html" title="http://www.cbs.dtu.dk/dave/Behe_links.html">http://www.cbs.dtu.dk/dave/Behe_links.html</a>. Zie ook John Catalanos website, "Behe's Empty Box," at <a href="http://www.world-of-dawkins.com/box/behe.htm#intro" title="http://www.world-of-dawkins.com/box/behe.htm#intro">http://www.world-of-dawkins.com/box/behe.htm#intro</a> en het archief van Talk.Origins te <a href="http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html" title="http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html">http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Te <a href="http://www.discovery.org/crsc/index.php3" title="http://www.discovery.org/crsc/index.php3">http://www.discovery.org/crsc/index.php3</a>. Bezocht op 25 augustus 2000. Zie ook Behes andere antwoorden op zijn critici gepubliceerd de website van het CRSC.</li> <li>Michael J. Behe, "Evidence for Intelligent Design from Biochemistry (From a Speech Delivered at Discovery Institute's God &amp; Culture Conference)," Discovery Institute [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSC&amp;command=view&amp;id=51" title="http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSC&amp;command=view&amp;id=51">http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSC&amp;command=view&amp;id=...</a>.</li> <li>George W. Gilchrist, "The Elusive Scientific Basis of Intelligent Design Theory," <em>Reports of the National Center for Science Education</em> 17:3 (mei/juni 1997), 14-15. Ook te <a href="http://www.natcenscied.org/newsletter.asp?curiss=3" title="http://www.natcenscied.org/newsletter.asp?curiss=3">http://www.natcenscied.org/newsletter.asp?curiss=3</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Gilchrist, "The Elusive Scientific Basis of Intelligent Design Theory," 15.</li> <li>Ze genieten ook van toevallige publiciteit, zoals bijvoorbeeld op 29 augustus 2000, toen Behes <em>Darwin's Black Box</em> en Johnsons <em>Defeating Darwinism by Opening Minds</em> "Quick Picks" op de website van Amazon.com waren.</li> <li>Zie <a href="http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm" title="http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm">http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm</a>. Zie "About Access Research Network" te <a href="http://www.arn.org/infopage/info.htm" title="http://www.arn.org/infopage/info.htm">http://www.arn.org/infopage/info.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/bookstore/index.html" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/bookstore/index.html">http://www.discovery.org/crsc/scied/bookstore/index.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Joseph L. Conn, "God's Air Force: How the National Religious Broadcasters Provide Troops and Ammo for the Religious Right's Christian Nation Crusade," <em>Church &amp; State</em>, april 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.au.org/churchstate/cs4002.htm" title="http://www.au.org/churchstate/cs4002.htm">http://www.au.org/churchstate/cs4002.htm</a>.</li> <li>Center for the Renewal of Science and Culture, "Year End Update," November/december 1997. Bezocht op 18 maart 2000 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/crscnotes2.html</a>. Dit document is niet langer toegankelijk.</li> <li>Seminars in Christian Scholarship, “Design, Self-Organization, and the Integrity of Creation,” William Dembski. Bezocht op 10 februari 2000 te <a href="http://www.calvin.edu/fss/fieldstd.htm" title="http://www.calvin.edu/fss/fieldstd.htm">http://www.calvin.edu/fss/fieldstd.htm</a>. Voor de vereisten voor deelname aan dit "Fieldstead Seminar", zie <a href="http://www.calvin.edu/fss/fldinfo.htm" title="http://www.calvin.edu/fss/fldinfo.htm">http://www.calvin.edu/fss/fldinfo.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/">http://www.discovery.org/crsc/scied/</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>De objectieven en het lessenplan waren toendertijd respectievelijk te vinden te <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/object/index.html" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/object/index.html">http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/object/index.html</a> en <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/resource/lesson/index.html" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/resource/lesson/index.html">http://www.discovery.org/crsc/scied/evol/cambrian/resource/lesson/index....</a>.</li> <li>De website voor wetenschapsonderwijs van het CRSC bevat een lange bibliografie van vondsten van cambrische fossielen. In overeenstemming met de bevindingen van deze studie betreffende Chiens gebrek aan publicaties omtrent deze materie staat er in het CRSC eigen bibliografie geen enkel werk door Chien. Toch vermelden de studieobjectieven hem als een autoriteit.</li> <li>Zie <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/present/other/index.html" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/present/other/index.html">http://www.discovery.org/crsc/scied/present/other/index.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm" title="http://www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm">http://www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001. De Science Education website heeft tevens een pagina waarop "Other Web Curriculum Examples" staat met daarin een link getiteld "Infectious AIDS: Have We Been Misled?" Dit is een link naar de site van Peter Duesberg, een wetenschapper van Berkeley, die bekritiseert werd voor zijn uitspraak dat “er geen virologische, noch epidemiologische aanduidingen zijn die de AIDS-hypothese aantonen.” Zie <a href="http://www.duesberg.com/duesberg.html" title="http://www.duesberg.com/duesberg.html">http://www.duesberg.com/duesberg.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie <a href="http://www.arn.org/pearcey/nphome.htm" title="http://www.arn.org/pearcey/nphome.htm">http://www.arn.org/pearcey/nphome.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Transcripties kunnen gevonden worden op <a href="http://www.arn.org/technohome.htm" title="http://www.arn.org/technohome.htm">http://www.arn.org/technohome.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001. Voor het aankondigen van de financiering, zie het <em>Discovery Institute Journal</em>, lente 1998, 14, te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal</a>.</li> <li>"How Did We Get Here? (A Cyber Debate)," NOVA [online]. Bezocht op 29 augustus 2000 te <a href="http://www.pbs.org/wgbh/nova/odyssey/debate/index.html" title="http://www.pbs.org/wgbh/nova/odyssey/debate/index.html">http://www.pbs.org/wgbh/nova/odyssey/debate/index.html</a>.</li> <li>Deze aankondiging bevond zich op een pagina die niet langer toegankelijk is te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/freedom.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/freedom.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/crsc/freedom.html</a>.</li> <li>Zie de pagina van het Access Research Network die refereert aan dit debat te <a href="http://www.arn.org/fline1297.htm#anchor22822" title="http://www.arn.org/fline1297.htm#anchor22822">http://www.arn.org/fline1297.htm#anchor22822</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Dit programma werd uitgezonden in de woonplaats van de auteur op 10 november 1998.</li> <li>Eerdere persberichten worden niet online gearchiveerd, en zijn niet langer te vinden te <a href="http://www.usnewswire.com" title="www.usnewswire.com">www.usnewswire.com</a>.</li> <li>Joseph Farah, "WorldNetDaily's Explosive Growth," <em>WorldNetDaily</em>,1 juni 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.worldnetdaily.com/news/article.asp?ARTICLE_ID=14981" title="http://www.worldnetdaily.com/news/article.asp?ARTICLE_ID=14981">http://www.worldnetdaily.com/news/article.asp?ARTICLE_ID=14981</a>.</li> <li>Dr. Ray Bohlin, "Mere Creation: Science, Faith &amp; Intelligent Design," Probe Ministries [online]. Bezocht op 27 augustus 2000 te <a href="http://www.probe.org/docs/mere.html" title="http://www.probe.org/docs/mere.html">http://www.probe.org/docs/mere.html</a>.</li> <li>Zie de beschrijving van het boek op de verkooppagina van het Access Research Network te <a href="http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm" title="http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm">http://www.arn.org/arnproducts/catalog.htm</a>. Een lang artikel met dezelfde titel is te vinden op de site van David DeWolf op de website van de Gonzaga University te <a href="http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm" title="http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm">http://law.gonzaga.edu/people/dewolf/fte.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie respectievelijk <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm" title="www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm">www.discovery.org/crsc/scied/present/topics/political.htm</a> en <a href="http://www.discovery.org/crsc/scied/what/topics/missiontopics/legal.htm" title="www.discovery.org/crsc/scied/what/topics/missiontopics/legal.htm">www.discovery.org/crsc/scied/what/topics/missiontopics/legal.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie Ron Nissimov, "Baylor Professors Concerned Center Is Front for Promoting Creationism," <em>Houston Chronicle</em>, 1 juli 2000. Zie tevens "Dembski Relieved of Duties as Polanyi Center Director," <em>Baylor Public Relations</em>, 19 oktober 2000. Bezocht op 12 april 2001 te <a href="http://pr.baylor.edu/rel.fcgi?2000.10.19.05" title="http://pr.baylor.edu/rel.fcgi?2000.10.19.05">http://pr.baylor.edu/rel.fcgi?2000.10.19.05</a>. De research functie van het Polanyi Center werd geabsorbeerd in het Baylor's Institute for Faith and Learning. William Dembskis huidige titel is "Associate Research Professor in the Conceptual Foundations of Science," terwijl Bruce Gordon "Interim Director, The Baylor Center for Science, Philosophy and Religion" en "Assistant Research Professor, Institute for Faith and Learning" is geworden. Zie <a href="http://www.baylor.edu/~William_Dembski/biosketch.htm" title="http://www.baylor.edu/~William_Dembski/biosketch.htm">http://www.baylor.edu/~William_Dembski/biosketch.htm</a> en <a href="http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/vita.htm" title="http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/vita.htm">http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/vita.htm</a>. Bezocht op 12 april 2001.</li> <li>"Purpose of Center," Michael Polanyi Center [online]. Bezocht op 27 augustus 2000 te <a href="http://www.baylor.edu/~polanyi/purpose.htm" title="http://www.baylor.edu/~polanyi/purpose.htm">http://www.baylor.edu/~polanyi/purpose.htm</a>. De website van het MPC bestaat niet langer.</li> <li>Steve Benen, "Science Test," <em>Church &amp; State</em>, juli/augustus 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.au.org/churchstate/cs7002.htm" title="http://www.au.org/churchstate/cs7002.htm">http://www.au.org/churchstate/cs7002.htm</a>.</li> <li>Benen, "Science Test."</li> <li>Jay Grelen, "Witnesses for the Prosecution," <em>World</em>, 30 november 1996. Bezocht op 12 april 2001 te <a href="http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp" title="http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp">http://www.worldmag.com/world/issue/11-30-96/national_2.asp</a>. Johnson herhaalde dit in 1999 tijdens een vraaggesprek met <em>Insight on the News</em>: “Natuurlijk, ik word de hele tijd gevraagd. Hoe men zoiets doet wanneer men geen wetenschapper is? Het antwoord is dat het niet voornamelijk om wetenschap draait. Het gaat over een bepaalde manier van denken.” Bezocht op 9 juli 2000 te <a href="http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm" title="http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm">http://www.arn.org/docs/johnson/insightprofile1099.htm</a>.</li> <li>Phillip Johnson, "Is God Unconstitutional?" Part I, in <em>The Real Issue</em> [online]. Bezocht op 20 februari 2000 te <a href="http://www.leaderu.com/real/ri9403/johnson.html" title="http://www.leaderu.com/real/ri9403/johnson.html">http://www.leaderu.com/real/ri9403/johnson.html</a>.</li> <li>Johnson, "Is God Constitutional?"</li> <li>Phillip E. Johnson, <em>The Wedge of Truth: Splitting the Foundations of Naturalism</em> (Downers Grove, Illinois: InterVarsity Press, 2000). Zie hoofdstuk 1, "Philip Wentworth Goes to Harvard." Voor het essay door Phillip Wentworth, zie <a href="http://www.theatlantic.com/issues/95nov/warring/whatcoll.htm" title="http://www.theatlantic.com/issues/95nov/warring/whatcoll.htm">http://www.theatlantic.com/issues/95nov/warring/whatcoll.htm</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Johnson, <em>The Wedge of Truth</em>, 38.</li> <li>Stafford, "The Making of a Revolution," te <a href="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html" title="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html">http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html</a>.</li> <li>In het document over de wig wordt het belang van het bereiken van het grote publiek door middle van reclame en publicaties benadrukt: “Het voornaamste doel van Faze II (publiciteit en het beïnvloeden van de publieke opinie) is het voorbereiden van een brede aanvaardingn van onze ideeën. De beste en meest waarachtige research kan ongelezen en onbenut wegkwijnen tot hij op de juiste wijze aan de man gebracht wordt.”</li> <li>Dit werd aangekondigd op 8 mei 2000 in een persbericht door het U.S. Newswire dat niet gearchiveerd werd.</li> <li>Zie "Petri Ideas Attracting Respect and Attention," in <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer 1996 te <a href="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/petri.html" title="http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/petri.html">http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/petri.html</a>. Bezocht op 13 april 2001.</li> <li>Zie David Applegate, "Special Update: Evolution Opponents Hold Congressional Briefing" te <a href="http://www.agiweb.org/gap/legis106/id_update.html" title="http://www.agiweb.org/gap/legis106/id_update.html">http://www.agiweb.org/gap/legis106/id_update.html</a>. Bezocht op 13 april 2001. Zie ook Applegates artikel in <em>Geotimes</em></li> <li><em>Bruce Chapman, "From the President, Bruce Chapman: Ideas Whose Time Is Coming," <em>Discovery Institute Journal</em>, zomer (augustus) 1996 [online]. Bezocht op 24 juli 2000 te http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/president.html.</em></li> <li><em>"Major Grants Help Establish Center for the Renewal of Science and Culture," <em>Discovery Institute Journal</em>, te http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/center.html.</em></li> <li><em>"Interview with Phillip Johnson About <em>The Wedge of Truth</em>," Christianbook.com, 14 augustus 2000 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te <a href="http://www.christianbook.com/Christian/Books/dpep/interview.pl/16559901?sku=22674" title="http://www.christianbook.com/Christian/Books/dpep/interview.pl/16559901?sku=22674">http://www.christianbook.com/Christian/Books/dpep/interview.pl/16559901?...</a>. “In den beginne was het woord” is de eerste lijn van het Evangelie volgens Johannes in het Nieuwe Testament. Johnson citeert deze passage als verdediging van de bovennatuurlijke schepping om disputen te vermijden die zich aandienen wanneer Jonge Aarde creationisten uit het boek Genesis citeren.</em></li> <li><em>Johnson, <em>The Wedge of Truth</em>, 152-162.</em></li> <li><em>Nancy Pearcey, "Opening the 'Big Tent' in Science: The New Design Movement," Access Research Network [online]. Bezocht op 6 juni 2000 te <a href="http://www.arn.org/docs/pearcey/np_bigtent30197.htm" title="http://www.arn.org/docs/pearcey/np_bigtent30197.htm">http://www.arn.org/docs/pearcey/np_bigtent30197.htm</a>. Oorspronkelijk gepubliceerd als "The Evolution Backlash," <em>World</em>, 1 maart 1997. Bezocht op 13 april 2001 te http://www.worldmag.com/world/issue/03-01-97/cover_1.asp.</em></li> <li><em>"The Wedge Strategy: Five Year Strategy Plan Summary--Phase I."</em></li> <li><em>Gordon schrijft in zijn curriculum vitae (gedateerd april 2001) dat hij een positie als "adjunct faculty" genoot te Baylor (1999-2000). Zijn website vermeldt twee cursussen die hij doceerde in de herfst van 1999 en in de lente van 2000. Vanaf april 2001 gaf Gordon geen les meer, hoewel hij nog steeds de post van assistant research professor bekleedde. Deze positie staat hem toe verder research te verrichten aan het Baylor's Institute for Faith and Learning maar houdt geen leerverplichtingen in. Zie <a href="http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/" title="http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/">http://www.baylor.edu/~Bruce_Gordon/</a> voor zowel zijn c.v. als zijn vorige cursussen. Bezocht op 13 april 2001.</em></li> <li><em>Mary Beth Marklein, "Evolution's Next Step in Kansas," <em>USA Today</em>, 19 juli 2000. Bezocht op 13 april 2001 te http://www.discovery.org/viewDB/index.php3?program=CRSCstories&amp;command=view&amp;id=393.</em></li> <li><em>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science," http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html.</em></li> <li><em>Jeff Lawrence, "Communiqué Interview: Phillip E. Johnson," <em>Communiqué</em>, lente 1999 [online]. Bezocht op 13 april 2001 te http://www.communiquejournal.org/q6/q6_johnson.html.</em></li> <li><em>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science."</em></li> <li><em>"Major Grants Increase Programs, Nearly Double Discovery Budget," <em>Discovery Institute Journal</em>, 1999 te http://www.discovery.org/w3/discovery.org/journal/1999/grants.html.</em></li> <li><em>Ron Nissimov, "Baylor Professors Concerned Center Is Front for Promoting Creationism," <em>Houston Chronicle</em>, 1 juli 2000. Aangaande de controversie over de aanwezigheid van het Polanyi Center te Baylor schrijft <em>The Chronicle</em> dat hoewel Sloan weigerde gehoor te geven aan een verzoek van de Faculty Senate om het Center op te heffen, hij “een committee van negen leden van buiten Baylor” had opgericht “om te onderzoeken of het Polanyi Center kan bijdragen aan een constructieve dialoog.” Zie "Baylor Releases Committee Report" te <a href="http://pr.baylor.edu/feat.fcgi?2000.10.17.polanyi" title="http://pr.baylor.edu/feat.fcgi?2000.10.17.polanyi">http://pr.baylor.edu/feat.fcgi?2000.10.17.polanyi</a>. Het rapport is daar ook te vinden. Bezocht op 17 april 2001.</em></li> <li><em>In hetzelfde artikel ontkent Jay Richards, programma directeur van het CRSC, dat het Discovery Institute Dembskis werk aan het Polanyi Center stuurde. Evenwel, het Discovery Institute hoopte dat intelligent design zou worden onderwezen samen met evolutie.</em></li> <li><em>"Nobel prize winners, international scientists and scholars meet to discuss the nature of the universe," <em>Discovery Institute News</em>, 7 april 2000. Bezocht op 16 april 2000 te <a href="http://www.discovery.org/news/baylor.html" title="http://www.discovery.org/news/baylor.html">http://www.discovery.org/news/baylor.html</a>. Daar het DI geen nieuwsberichten archiveert, is dit document niet langer toegankelijk.</em></li> <li><em>"Baylor Naturalism Conference Focused on Scientific Differences," <em>Discovery Institute News</em>, 1 mei 2000. Bezocht op 7 mei 2000 te <a href="http://www.discovery.org/news/baylorConfUpdate.html" title="http://www.discovery.org/news/baylorConfUpdate.html">http://www.discovery.org/news/baylorConfUpdate.html</a>. Deze file is niet langer beschikbaar.</em></li> <li><em>"Interview with Phillip Johnson About <em>The Wedge of Truth</em>," Christianbook.com [online], te http://www.christianbook.com/Christian/Books/dpep/interview.pl/16559901?sku=22674.</em></li> <li><em>Bohlin, "Mere Creation: Science, Faith &amp; Intelligent Design," te http://www.probe.org/docs/mere.html.</em></li> <li><em>Lawrence, "Communiquè Interview: Phillip E. Johnson," te http://www.communiquejournal.org/q6/q6_johnson.html.</em></li> <li><em>"Great Beginnings: UT Origins Conference Opens Doors to Dialogue," <em>The Real Issue</em>, maart/april 1997 [online]. Bezocht op 25 maart 2000 te http://www.leaderu.com/real/ri9701/koons.html.</em></li> <li><em>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science," te http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html.</em></li> <li><em>William A. Dembski, "The Intelligent Design Movement" [online]. Oorspronkelijk verschenen in <em>Cosmic Pursuit</em>, lente 1998. Bezocht op 19 mei 2000 te http://www.origins.org/offices/dembski/docs/bd-idesign.html.</em></li> <li><em>"Kansas Deletes Evolution from State Science Test," <em>Talkback Live</em> [online]. Uitgezonden op 16 augustus 1999, 15 uur ET. Bezocht op 19 mei 2000 te http://www.arn.org/docs/kansas/talkback81699.htm.</em></li> <li><em>Phillip E. Johnson, "Starting a Conversation About Evolution," bespreking van <em>The Battle of the Beginnings: Why Neither Side Is Winning the Creation-Evolution Debate</em>, by Del Ratzsch. Bezocht op 31 augustus 2000 te Access Research Network: Phillip Johnson Archives, http://www.arn.org/docs/johnson/ratzsch.htm.</em></li> <li><em>Laurie Goodstein, "Christians and Scientists: New Light for Creationism," <em>New York Times</em>, 21 december 1997. Bezocht op 25 mei 2000 te Access Research Network op http://www.arn.org/docs/fline1297/fl_goodstein.htm.</em></li> <li><em>Lawrence, "Communiqué Interview: Phillip E. Johnson," te http://www.communiquejournal.org/q6/q6_johnson.html.</em></li> <li><em>Rob Boston, "Missionary Man," <em>Church &amp; State</em>, april 1999 [online]. Bezocht op 8 februari 2000 te http://www.au.org/churchstate/cs4995.htm.</em></li> <li><em>Lawrence, "Communiqué Interview: Phillip E. Johnson." Een bewijs voor het langetermijndenken van de strategie van de wig ligt in het feit dat, met uitzondering van Johnson, de belangrijkste leden, zoals William Dembski en Steve Meyer, relatief jong zijn.</em></li> <li><em>Stafford, "The Making of a Revolution," <a href="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html" title="http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html">http://www.christianitytoday.com/ct/7te/7te016.html</a>. </em></li> <li><em>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science." Johnsons belangrijkste vraag was “wat moeten we doen wanneer empirisch bewijsmateriaal en materialistische filosofie in tegengestelde richtingen gaan? Neem bijvoorbeeld dat de bewijslast suggereert dat biologische creatie het gevolg is van intelligente wezens. Moeten we dan de bewijzen of de filosofie volgen?” Voor Johnson komt deze vraag neer op het academische establishment vragen “Als de bewijslast het bestaan van intelligent design suggereert, gebied de wetenschappelijke eerlijkheid dan dat we dit toegeven, of moeten we ons op onwetenschappelijke wijze gedragen, en weigeren dat toe te geven?”</em></li> <li><em>Johnson, "The Wedge: Breaking the Modernist Monopoly on Science," te http://www.touchstonemag.com/docs/issues/12.4docs/12-4pg18.html.</em></li> <li><em>Boston, "Missionary Man," te http://www.au.org/churchstate/cs4995.htm.</em></li> <li><em>Johnson, "Starting a Conversation About Evolution," te http://www.arn.org/docs/johnson/ratzsch.htm.</em></li> </ol> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-zijn-de-ware-aard-en-belangen-van-aanhangers-van-creationisme-en" hreflang="en">Wat zijn de ware aard en belangen van aanhangers van creationisme en intelligent design?</a></li> <li><a href="/media/inside-creationism-s-trojan-horse-closer-look-intelligent-design" hreflang="en">Inside creationism s Trojan horse. A closer look at intelligent design</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Tue, 06 Oct 2009 17:02:27 +0000 webmaster.flw 1048 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat is de Atlas of creationism van Harun Yahya? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-de-atlas-creationism-van-harun-yahya <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1045.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1045" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Walter Decleir </div> <div class="affiliatie">Professor emeritus aan de Universiteit Antwerpen</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p>&nbsp;<br> In 2007 kregen West-Europese scholen, universiteiten en instituten gratis – normale kostprijs 75 euro – en ongevraagd een indrukwekkend boek van 800 pagina’s toegestuurd met als titel <em>Atlas of creation</em>. De uitgever is Global Publishing in Istanbul.<br> &nbsp;<br> De auteur van de ‘atlas’ heet Harun Yahya, pseudoniem voor de in Istanbul wonende Turk Adnan Oktar. Sinds een twintigtal jaar produceert hij ontzettend veel boeken en artikelen, maakt hij video’s en dvd’s en heeft hij een levendige website. Het is zijn doel het Turks (of islamitisch) creationisme zo breed mogelijk te verspreiden. De boodschap? De goddelijke creatie van alle levensvormen is een onbetwistbaar feit en de Koran is de bron van al het goede. De biologische evolutie is volgens hem niet alleen een dwaling, maar ook de bron van zowat alle kwaad op aarde. Yahya verpakt zijn boodschap in uiterst fraai ogende publicaties, waaronder ook kinderboeken, die veelal gratis of aan een bodemprijs worden aangeboden en via het internet worden verspreid. Het is de uitdrukking van een opvallende heropleving van het creationisme in Turkije, en ook daarbuiten.<br> Biologieprofessoren van de Universiteit Antwerpen ondervonden al dat Turkse studenten, tijdens of na een college, met boeken van Yahya in de hand argumenteerden dat zij evolutie niet kunnen of mogen aanvaarden. De titels van zijn boeken liegen er niet om; het volgende is slechts een kleine greep uit de talrijke publicaties: <em>Het bedrog van de evolutieleer</em>, <em>The disasters Darwinism brought to humanity</em>, <em>New research demolishes evolution</em>, <em>A definite reply to evolutionists</em>, <em>The collapse of the theory of evolution</em>, <em>Islam denounces terrorism</em>, <em>The Qur’an<em> (Koran)</em> leads the way to science</em> en vele andere. De <em>Atlas of creation</em> is voorlopig het laatste boek in de rij dat alle voorgaande zowel uiterlijk als inhoudelijk op alle gebied overtreft. En dan blijkt het nog maar te gaan om een eerste deel terwijl ons in totaal zeven delen te wachten staan.<br> Een totaal ander verhaal is de pseudowetenschappelijkheid van de inhoud en de gebruikte techniek om wetenschappelijk minder geschoolde mensen te misleiden. De <em>Atlas of creation</em> had bij nader inzien beter de titel <em>Atlas of creationism</em> of <em>Handbook of anti-evolutionism</em> gekregen.<br> &nbsp;<br> <strong>Wie is Yahya?</strong><br> Voor we ingaan op de inhoud van de ‘atlas’ zijn er nog voor de hand liggende vragen. Wie is Harun Yahya? Waar komt hij vandaan? Hoe kan één man een dergelijk gigantisch werk verrichten? En ten slotte: wie financiert dit alles? In de inleiding tot de atlas zelf vinden we over de auteur dat hij zowel kunsten en letteren als filosofie heeft gestudeerd en dat het zijn doel is de Koran te verspreiden en te leren leven naar Gods woord. Hij koos om die reden het pseudoniem Haron (Aaron) gevolgd door Yahya (Johannes), de namen van twee profeten die vochten tegen het gebrek aan geloof bij de mensen. Andere gegevens over de auteur zijn voorlopig moeilijk te vinden. De enige informatie vonden wij bij An Bogaerts, een biologe die ook journalistiek studeerde. Na haar eindwerk <em>Moslimcreationisme in Vlaanderen</em>, bekroond met een beurs van het fonds Pascal Decroos, trok ze naar Istanbul om meer over de achtergrond en activiteiten van Harun Yahya te weten te komen. Haar bevindingen kun je lezen in het artikel <em>Allah versus Darwin</em> (<em>Eos</em>, juni 2006). Bogaerts stelt dat Harun Yahya, hoewel hij geen enkele wetenschappelijke achtergrond heeft, er toch in slaagt met de nodige middelen en dankzij bepaalde technieken de suprematie van de Koran boven wetenschappen of evolutie als absolute en onbediscussieerbare ‘waarheid’ ingang te doen vinden. Zijn naam zou niet voor één persoon staan, maar voor een door hem opgerichte religieuze sekte, die later werd vervangen of omgevormd tot het BAV (acroniem voor <em>Bilim Arastima Vakfi</em>), een soort fonds voor wetenschappelijk onderzoek. De sfeer die er heerst, kan het best geschetst worden door twee artsen van de vereniging die zich tegenover An Bogaerts lieten ontvallen dat Harun Yahya ‘binnen de vijf jaar Europa zal bekeerd hebben tot het creationisme’.<br> De huidige verspreiding van de Atlas of creation lijkt te bevestigen dat het inderdaad menens is. Een jaar later hoor je al de eerste echo’s dat de atlas ook indruk maakt in enkele Europese milieus. Waar de enorme financiële middelen – ogenschijnlijk nog groter dan die van de Amerikaanse creationisten – vandaan komen, daar hebben we voorlopig het gissen naar. In het Westen moet het creationisme zich proberen waar te maken in een milieu waarin geschoolde evolutiebiologen en andere wetenschappers het nodige weerwerk bieden. Zoals op enkele processen in de Verenigde Staten bleek, kon daardoor de belangrijkste eis van het westerse creationisme tegengehouden worden: de invoering van creationisme als verplichte leerstof in biologie (of natuurwetenschappen) op openbare scholen. Dergelijk weerwerk blijkt niet te bestaan in Turkije en het is niet ondenkbaar dat Harun Yahya, of het instituut waar zijn naam voor staat, de nodige steun geniet van de overheid of van andere instanties binnen of buiten de Turkse landsgrenzen.<br> &nbsp;<br> <strong>Oude aarde</strong><br> In de <em>Atlas of creation</em> kunnen we drie delen onderscheiden. Het eerste deel (pagina 16 tot 43) gaat over fossielen en biologische tijdvakken. Een vaststelling bij de correcte datering van de tijdvakken is dat het niet gaat om het ‘jonge-aardecreationisme’, dat in de Verenigde Staten de overhand heeft. De reden is dat de Koran de bijbelse tijdrekening van het Oude Testament niet volgt, die stelt dat de hele schepping zowat zesduizend jaar geleden gebeurd zou zijn in zes dagen. Harun Yahya heeft daardoor geen probleem met een hoge ouderdom van de aarde noch met het bestaan van vroegere levensvormen. Men spreekt in dit verband van het ‘oude-aardecreationisme’. Al bij de bespreking van het cambrium – het tijdvak grosso modo van 543 tot 490 miljoen jaar geleden – vindt men de eerste verrassing voor de onvoorbereide lezer. Een uiterst summiere en zeer algemene aanduiding van het bestaan van bepaalde levensvormen in het cambrium wordt onmiddellijk en zonder enige verantwoording gevolgd door de ongedifferentieerde absolute vaststelling dat de evolutietheorie, die stelt dat er een verdere evolutie is geweest, faalt en dat de goddelijke creatie een feit is. Nog verrassender is dat dit scenario bij de volgende tijdvakken steeds weer herhaald wordt. De conclusie is steevast dat de fossielen onbetwistbaar en zonder enige uitzondering aantonen dat de betreffende organismen ofwel uitstierven ofwel tot op vandaag onveranderd bleven. Hierdoor zouden het falen van de evolutieleer en de goddelijke creatie van alle levensvormen onweerlegbare feiten zijn.<br> Het tweede deel (pagina 44 tot 609) is de eigenlijke atlas. Na de opsomming van de tijdvakken in het eerste deel zou je verwachten dat er een bespreking zou volgen van de fossielen in volgorde van hun voorkomen in die tijdvakken, beginnend van de eenvoudigste tot de complexere levensvormen. Niet dus. Het atlasgedeelte bestaat uit duizenden zeer mooi ogende foto’s in een volledig willekeurige volgorde, zonder enige aandacht voor biologische systematiek. Het opzet hiervan is intussen wel duidelijk, en is te vergelijken met creationistische publicaties in het algemeen: de suggestie van samenhang tussen de soorten vermijden. Door de hele atlas heen wordt vervolgens hetzelfde scenario tot vervelens toe herhaald. Gespreid over soms één en meestal twee pagina’s worden foto’s getoond van fossielen, geplaatst naast een nu levend dier of plant (of onderdeel ervan) (Fig. 1). De afbeeldingen zijn zo gekozen dat ze enige gelijkenis suggereren. Daarbij past een uiterst summiere tekst met de naam van het voorgestelde organisme, de plaats waar het als fossiel gevonden zou zijn en de periode waarin het geleefd zou hebben, gevolgd door twee à vier zinnetjes met informatie. Zonder enige bespreking of analyse van de foto’s wordt vervolgens gesteld dat de getoonde foto’s van fossielen en levende vormen hetzelfde dier of plant betreffen. De soorten kunnen dus niet veranderen, evolutie is fout en God heeft alles geschapen. Dit stramien wordt vervolgens vele honderden keren herhaald. Voor iemand die maar enig begrip heeft van wat wetenschap is, moet het onwetenschappelijke van dit alles meer dan duidelijk zijn. Een paar voorbeelden:<br> &nbsp;</p> <ul> <li>De namen van dieren of planten zijn geen wetenschappelijke soortnamen maar gewone volksnamen zoals ‘een konijn’, ‘een kreeft’, ‘een vlieg’ of ‘een schedel van een hert’.</li> <li>Nergens worden bronnen of referenties gegeven van de foto’s waardoor ze niet opgespoord kunnen worden noch vanuit een andere hoek bekeken kunnen worden.</li> <li>Nergens wordt enige bespreking of analyse gemaakt van de mogelijke overeenkomsten van het fossiel en het huidige levend dier.</li> <li>Nergens wordt enige analyse of verantwoording gegeven van het besluit.</li> <li>Nergens worden de argumenten of fossielen vermeld die volgens wetenschappelijk onderzoek door specialisten wél wijzen op tussenvormen en evolutielijnen, noch worden ze besproken.</li> </ul> <p>&nbsp;<br> Het opzet is duidelijk. Alle verwantschappen en evolutielijnen die in de loop van 150 à 200 jaar na uitvoerige studie door vakspecialisten zijn ontdekt, worden volkomen genegeerd en naar de prullenmand verwezen. Men moet de auteur uitsluitend op zijn woord geloven dat de moderne wetenschappen het wat de geschiedenis van de natuur betreft volledig fout hebben. Er is geen enkele controle mogelijk. Yahya hoeft hierdoor zelfs niet te bewijzen dat hij in staat is de getoonde foto’s te bespreken en te analyseren. De tactiek is begrijpelijk. De auteur kan het zich hierdoor permitteren erg driest te werk te gaan en te stellen dat 150 à 200 jaar opgravingen en studie door specialisten niet één enkel bewijs opgeleverd hebben dat levensvormen kunnen veranderen. De kracht van de gebruikte techniek – absolute en autoritaire uitspraken in combinatie met de indrukwekkende presentatie – leidt ertoe dat lezers die niet de nodige kennis hebben of geen kritische instelling hebben, probleemloos aannemen wat gesuggereerd wordt.<br> &nbsp;<br> <img alt="atlas_yahya" src="/files/faq/yahya.jpg"><br> Fig. 1: Paginavoorbeeld uit de <em>Atlas of creationism</em><br> &nbsp;<br> <strong>Valse religie</strong><br> Absolute uitspraken of ‘waarheden’ die niet gestaafd worden met analyse, bespreking of verantwoording, het volkomen weglaten van alternatieve mogelijkheden of van tegenargumenten, de eenvoud van de stellingen en beweringen zodat ze door zoveel mogelijk mensen gemakkelijker aanvaard of begrepen kunnen worden, het steeds weer herhalen – het zijn stuk voor stuk retorische technieken die ook te vinden zijn in de religie. Religieuze teksten zijn vaak hymnen die door hun structuur gemakkelijk gereciteerd of gezongen kunnen worden en hierdoor ook gemakkelijker onthouden kunnen worden. De aanvang van het Oude Testament van het christendom (of van de Thora van het jodendom) legt in enkele regels op een absolute en eenvoudige manier de hele schepping uit waarbij steeds weer herhaald wordt dat het avond geweest was en weer dag en dat God het goed vond. En deze enkele eenvoudige regels werden een onderdeel van de basis van de hele westerse cultuur tot vandaag. Bijna de helft van de Amerikaanse bevolking blijkt nog steeds te geloven dat dit bijbelse scheppingsverhaal letterlijk juist is. De kracht en behendigheid van Harun Yahya schuilt erin dat hij iets wat veeleer pseudowetenschap of zelfs een vorm van religie is, toch bij een grote massa voor wetenschap kan laten doorgaan, dankzij het gebruik van een techniek uit de religie.<br> Een belangrijk verschil met echte religieuze teksten is dat deze laatste in de regel na eeuwenlange filtering via mondelinge overlevering op schrift werden gesteld, in omstandigheden waarin wetenschappen nog nauwelijks bestonden. Ze werden hierdoor ware kunstwerken die tegemoetkwamen aan vele verlangens en aan de aard van een volk. De <em>Atlas of creation</em> werd echter op korte tijd door één of enkele mensen opgesteld met als doel in te spelen op het gebrek aan kennis van een grote massa. Het werk negeert ook bewust het feit dat onze kennis van (natuur)wetenschappen steeds beter gefundeerd wordt en nog altijd uitbreidt. Dat maakt de <em>Atlas of creation</em> tot pseudowetenschap en ‘valse religie’ en tot misleiding en indoctrinatie. Het merkwaardige is dat bij navraag blijkt dat lezers die niet wetenschappelijk geschoold zijn de gebruikte techniek veelal niet doorhebben en niet inzien dat juist het bestaan van evolutie diepe inzichten en goede verklaringen geeft in de aard en samenhang van al het bestaande.<br> &nbsp;<br> <strong>Twin Towers</strong><br> Het derde en laatste deel van de atlas (pagina 610 tot 797) is iets totaal anders, maar de gebruikte techniek blijft dezelfde. In achttien hoofdstukken wordt een bloemlezing gegeven van alle mogelijke teksten en argumenten van het creationisme, de creatiewetenschappen en recent ook het ‘Intelligent Design concept’, met als doel Darwin, het darwinisme en de evolutietheorie te ontkrachten. Dit is het enige nuttige deel van het hele boek, maar dan alleen wegens het encyclopedische karakter ervan. Ook hier herhaalt Yahya uitentreuren het vernietigende oordeel over evolutie en de aanhangers ervan en benadrukt hij dat God alle levensvormen creëerde. Ook nu weer ontbreken de adequate antwoorden of reacties die evolutiebiologen en andere wetenschappers in de loop der jaren formuleerden op creationistische stellingen.<br> De evolutieleer is volgens het boek de bron van alle kwaad. Het ligt aan de basis van materialisme, communisme en zelfs terrorisme. Hitler, Stalin en vele anderen werden gestuurd door Darwin en door het ermee gepaard gaande materialisme. Zelfs de daders van de aanval op de Twin Towers op 11 september 2001 in New York waren volgens de auteur in feite darwinisten en geen echte moslims. Het darwinisme moet volgens de auteur om die redenen uitgebannen worden. Hoewel Yahya dankbaar gebruikmaakt van alle westerse creationistische gegevens, ideeën en teksten, is de toon op verschillende plaatsen antiwesters. Kinderen mogen niet geconfronteerd worden met de evolutietheorie, maar moeten vanaf hun jeugd de Koran leren kennen, want alleen die is de basis voor de waarheid en voor vrede tussen de volkeren op aarde. De Koran is de basis voor moraliteit, liefde, dankbaarheid, nederigheid, verdraagzaamheid, vrede en vele andere deugden. In de Koran is ook de basis te vinden voor alle echte wetenschap. In de <em>Atlas of creation</em>, die in Europa voor het nodige effect moet zorgen, wordt het voorzichtigheidshalve niet zo nadrukkelijk gesteld, maar uit vorige boeken en geschriften blijkt onverbloemd dat Harun Yahya ervan overtuigd is dat zijn acties succes zullen kennen, en dat Europa binnen twintig jaar grotendeels islamitisch geworden zal zijn en de evolutiegedachte verlaten zal hebben. Maar hoewel de eerste signalen erop wijzen dat de <em>Atlas of creation</em> in enkele Europese kringen inderdaad blijkt aan te slaan, lijkt Harun Yahya toch de culturele evolutie in Europa, die tot de renaissance en de Verlichting leidde en tot de waardering voor het rationele denken en tot de moderne wetenschappen, zwaar te onderschatten.<br> Het bestaan van evolutie en de verklarende kracht van het evolutionaire denken is bij natuurwetenschappers dermate evident dat de meesten onder hen de schouders ophalen en het zelden de moeite vinden op creationistische teksten zoals de <em>Atlas of creation</em> te reageren. Velen onder hen stellen zelfs dat het beter is om helemaal geen reacties te formuleren omdat het fundamentalisme – zoals het creationisme – volledig immuun blijkt voor elke tegenargumentatie en het hele debat daardoor een naast elkaar praten wordt. Wij hebben gemeend dat het verschijnen van het islamitisch (of Turks) creationisme in Europa toch belangrijk genoeg is om hierover de nodige informatie en achtergrond te verschaffen.<br> &nbsp;<br> <strong>Over de auteur</strong>: Prof. dr. Walter Decleir was twee jaar decaan van de faculteit wetenschappen en twaalf jaar rector van het Universitair Centrum Antwerpen (RUCA). Hij werd bij het ontstaan van de eengemaakte Universiteit Antwerpen, in 2003, de eerste voorzitter van het reflectiecentrum Pieter Gillis en is vandaag emeritus gewoon hoogleraar.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-creationisme" hreflang="en">Wat is creationisme?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/hoe-denken-moslims-over-evolutietheorie-en-creationisme" hreflang="en">Hoe denken moslims over evolutietheorie en creationisme?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Wed, 11 Mar 2009 11:09:06 +0000 webmaster.flw 1045 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Is het christelijk geloof verenigbaar met de evolutietheorie? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/het-christelijk-geloof-verenigbaar-met-de-evolutietheorie <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1043.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1043" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Jürgen François </div> <div class="affiliatie">Hoger Diocesaan Godsdienstinstituut, Gent</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>Dat kan toch geen toeval zijn! Achtergronden en kritische kanttekeningen bij intelligent design</strong><br> &nbsp;<br> ‘Eén op de vijf Belgen gelooft niet dat de mens van aap afstamt. Liever aards paradijs dan naakte aap’, blokletterde <em>De Morgen</em> in zijn editie van 11 augustus 2006. Gedurende de laatste vijftien jaren is dit percentage gestegen met 6 %, terwijl het aantal voorstanders van de evolutieleer vooruitging met 4% (74% is voorstander van de evolutieleer, 21% is tegen en 5% is onbeslist). Volgens Prof. Johan Braeckman, filosoof van de Universiteit Gent, – aan het woord in datzelfde artikel – is deze polarisatie ‘mogelijk een gevolg van de discussie over intelligent design: het idee dat intelligentie verantwoordelijk is voor de schepping van de wereld zoals wij die kennen’.<br> Vooral in meerdere staten van de V.S. streeft deze stroming er langs gerechtelijke weg naar haar theorieën in de leerplannen van de biologielessen op de publieke scholen opgenomen te zien, al dan niet geplaatst naast de evolutieleer. Ook in Europa maakt deze beweging opgang, zodat een rapport waarover de Raad van Europa op 26 juni 2007 heeft gedebatteerd het creationisme een ‘ernstige bedreiging’ noemt voor de mensenrechten en ook intelligent design, als variant op het creationisme, ‘niet minder gevaarlijk’ noemt [1]. In het Vlaamse Parlement werd in de zomermaanden van 2007 aandacht besteed aan dit fenomeen naar aanleiding van de verspreiding van de ‘Atlas de la Création’ van de islamitische creationist Adnan Oktar, een pseudoniem voor Harun Yahya, in meerdere Franstalige scholen van het officiële net. Het kwam zelfs tot een kleine hetze die vooral via de geschreven pers werd gevoerd tussen woordvoerders van Open VLD en CD&amp;V [2].<br> Deze bijdrage is allereerst bedoeld om achtergrond te bieden bij intelligent design in de hoop daarmee aan te tonen wat op het spel staat. Vanuit welke concepten vertrekt het? Welke beweging steekt er achter? Is intelligent design een nieuwigheid? Hoe verhoudt het zich tegenover het creationisme? Naast deze achtergronden en situering, wijzen we op de onhoudbaarheid van deze theorie (en van het creationisme) vanuit wetenschappelijke hoek. We besluiten dat intelligent design aan de scheppingstheologie geen goede dienst bewijst, tenminste als we in het theologiseren rond een scheppende God een ernstige confrontatie met de wijsgerige en religieuze implicaties van wetenschappelijke bevindingen niet uit de weg gaan.<br> &nbsp;<br> <strong>Theorie en opzet</strong><br> &nbsp;<br> Intelligent Design (voortaan afgekort als ‘ID’) is het <em>concept</em> dat ‘bepaalde kenmerken van het universum en van de levende wezens het best verklaard worden door een intelligente oorzaak en niet door een ongericht proces zoals natuurlijke selectie’ [3].<br> ID is met andere woorden <em>een theorie</em> die zich ten minste op gelijke hoogte, zoniet superieur acht ten aanzien van de gangbare wetenschappelijke theorievorming omtrent het ontstaan van het heelal en vooral omtrent de oorsprong van het leven. De evolutieleer van Darwin, die in wetenschappelijke kringen wijd aanvaard wordt als ‘paradigma’, is volgens ID minstens onvolledig of misleidend. De ID-aanhangers erkennen evenwel dat niet alle processen direct op een intelligent ontwerp teruggaan en komen in die zin schijnbaar tegemoet aan de uitgangspunten van de darwiniaanse evolutieleer (variatie en selectie), maar zoals uit de bovenstaande omschrijving van het concept blijkt, is hun blik vooral gefocust op ‘bepaalde’ kenmerken van kosmische of biologische aard, die volgens hun uitgangspunt onmogelijk vanuit toeval en/of natuurlijke selectie verklaard kunnen worden.<br> De <em>opzet</em> van aanhangers van ID is dan ook het darwinisme te verslaan door een alternatieve en meer sluitende verklaring te presenteren voor het ontstaan van de soorten, hun wonderlijke en complexe morfologie en hoge aanpassing aan hun leefmilieu. Zij verzetten zich niet tegen ‘evolutie’ in het heelal, maar verwerpen de wijze waarop het darwinisme deze uitlegt, namelijk als de selectie van gunstige variaties in het genenpatroon en de morfologie van de levende wezens. Kort gezegd, verklaren zij de oorsprong van het leven zelf (de overgang van het anorganische naar het organische of de abiogenese), de diversiteit en geweldige complexiteit en aangepastheid, vanuit een ‘intelligente oorzaak’ die op een gerichte wijze tussenbeide komt in de natuurlijke processen [4]. ID weigert te aanvaarden dat het leven zelf en al zijn complexiteit door de natuur zelf zou zijn voortgebracht, meer bepaald door de natuurlijke selectie. Toch wil ID zich niet uitlaten over de identiteit van deze intelligentie. Het heeft tot doel de ‘effecten’ van intelligente oorzaken te bestuderen en niet de intelligente oorzaken op zich.<br> Door de intelligente oorzaak niet te benoemen als een goddelijke ontwerper/ingenieur, wil ID blijven claimen dat het aan wetenschap doet en niet aan natuurtheologie en dus een religieuze beweging zou zijn. Bovendien wil het op subtiele wijze zijn label van wetenschappelijkheid blijven claimen door de evolutiegedachte op zich niet te verwerpen, maar deze te zien als een proces waarin nieuwe levenssoorten het licht zien vanuit het ontwerp van een intelligente oorzaak. Zo menen zij een aanvullende en dus nog meer omvattende verklaring te bieden voor de biocomplexiteit en –diversiteit, die het darwinisme volgens hen niet kan verklaren vanuit het nochtans eenvoudige mechanisme van de natuurlijke selectie. ID maakt dankbaar gebruik van de ‘gaten’ in de huidige biologie om de darwiniaanse evolutieleer onderuit te halen en een nieuw wetenschappelijk paradigma aan te reiken. De theorie van ID lijkt zo op het eerste zicht een veel eenvoudigere en intuïtief aannemelijkere verklaring te bieden. Daarom krijgt ID immers bijval niet alleen bij mensen zonder veel wetenschappelijke scholing maar zelfs bij hoog gekwalificeerde wetenschappers.<br> We illustreren de theorie en de opzet van ID aan de hand van de kleine publicatie van Wolfgang Kuhn (1928-1999) [5]. Hij was hoogleraar biologie aan de universiteit van Saarbrücken. Hij publiceerde o.a. over gebieden tussen theologie/filosofie en biologie. Hij stond ook in voor de academische lerarenopleiding in de biologie. Hij schreef schoolboeken en artikelen in populaire wetenschappelijke tijdschriften.<br> Hierbij toonde hij zich een overtuigde aanhanger van het ID-denken. Hij richt in dit werkje zijn pijlen vooral op het werk van de Franse moleculaire bioloog en geneticus Jacques Monod, die in zijn beroemde <em>Le Hasard et La Nécessité</em> stelde dat het toeval, en niets anders dan het toeval of de absolute, blinde vrijheid, de oorzaak vormt van iedere vernieuwing. In de regel geldt het trouwe repliceren van de genen en chromosomenparen volgens de wetten van de genetica (regel van het determinisme of <em>nécessité</em>). Toch doen zich mutaties voor. Deze kunnen volgens Monod alleen door het toeval (<em>hasard</em>) verkaard worden. Waar toeval inbreuk pleegt op de noodzakelijkheid van de wetten, is er geen plan en geen doel. De dode materie heeft door een nieuwe en toevallige zelforganisatie leven voortgebracht. Alle evolutie van de soorten is toe te schrijven aan toevallige wijzigingen binnen de genetische code, die door de natuurlijke selectie ofwel worden uitgerangeerd ofwel behouden en overgeërfd (op noodzakelijke wijze!), omdat zij betere overlevingskansen bieden en zullen resulteren in fittere en beter aangepaste nakomelingen. Monod onderbouwt de evolutieleer van Darwin dus verder vanuit de genetica en wijst hiermee ook op de filosofische (en theologische implicaties) van de evolutieleer: regeren van de noodzaak, doorbroken door toevalsfactoren die mutaties en zo ook variaties en evolutie na selectie verklaren. Het blinde toeval en niet een ontwerper van een doelgericht plan is de oorzaak van vernieuwing, geweldige diversiteit en complexiteit van de levenssoorten.<br> Kuhn stelt dat het blinde toeval onmogelijk kan hebben geleid tot al de levensvormen die we nu kennen. Alleen al de kans om met vijf dobbelstenen vijf keer telkens op een zes uit te komen is 1/7776! Om door toeval een betekenisvolle zin met 20 letters te krijgen is de kans 1/10 tot de 16de (tienduizend biljoen)! De bouw van vele levende wezens is onnoemelijk veel gecompliceerder dan een grammaticale zin met een betekenisvolle inhoud. Hij beargumenteert dit aan de hand van o.a. de volgende voorbeelden:</p> <ul> <li>bijna alle genetische mutaties zijn verliesmutaties: er gaat iets verloren, eerder dat er iets nieuws ontstaat. Het ‘<em>adderschaap</em>’ met schuine poten heeft het vermogen verloren om normale poten te ontwikkelen; een genetische gewijzigde fruitvlieg of <em>drosophila</em> heeft stompe vleugels of krijgt riemachtig verlengde vleugels. Beide mutanten kunnen niet vliegen. Genetische mutaties, ook de toevallige, verklaren dus niet de toenemende complexiteit;</li> <li>de aanmaak van chitine voor flinterdunne, maar toch harde insectenvleugels en de pterostigma’s op de <em>libellenvleugels</em>, die precies geplaatst zijn om een maximaal vliegevenwicht te verkrijgen;</li> <li>de <em>hamerorchidee</em> die aan haar onderste arm een nabootsing heeft van een wespenwijfje. Een mannelijk insect dat erop afkomt wordt na contact met de bloem in de uitgeholde bovenlip gekatapulteerd, precies daar waar zich helmknop en stempel bevinden met als resultaat dat het insect stuifmeel op zijn rug krijgt en zo volgens hetzelfde procedé een andere hamerorchidee bevrucht;</li> <li>de darmbacterie <em>escherischia coli</em> blijkt zich voort te bewegen met behulp van een elektromotor van één dertig miljoenste millimeter en van een ongelooflijke precisie. Deze brengt <em>flagella</em> of zweepjes aan de bacterie in beweging tegen een snelheid van 100 trillingen per seconde. Men meet hierbij een elektrische spanning van 0,2 volt. Darmbacteriën zetten bij het afbreken van energierijke organische verbindingen hun totale chemische energie om in elektrische energie, zonder enig verlies (terwijl van de energie van de brandstof van een dieselmotor slechts 35% in bewegingsenergie wordt omgezet);</li> <li>de sluipwesp die haar eitjes in het lichaam van een rups deponeert, die ze paralyseert, zonder dat het immuunsysteem van de rups de eitjes en larven vernietigt, omdat de wesp mét de eitjes virussen afzet in de rups die het immuunsysteem van de rups neutraliseren, zonder dat de rups zelf ten gevolge daarvan sterft!</li> </ul> <p>Dit zijn slechts enkele voorbeelden uit het boekje van Kuhn die moeten aantonen dat het blinde toeval deze nooit tot stand heeft kunnen brengen. Daarnaast zijn er vele andere die eerder aannemelijk maken dat de gecompliceerdheid, verfijning en de perfecte samenwerking van de verschillende onderdelen afkomstig zijn van een planmatig ontwerp.<br> In het laatste hoofdstukje, getiteld ‘Een biologisch godsbewijs?’, vraagt hij zich af of de zin, planning en doelmatigheid in de natuur bewijzen dat God de ware schepper is. Er is immers geen derde mogelijkheid, naast toeval of ontwerp (dat een ‘geest’ veronderstelt). Kuhn stelt dat dit de mogelijkheden van de wetenschap overstijgt, en plaatst zich daarmee dus op de genoemde lijn van de ID-denkers die wel spreken van ‘ontwerp’ maar openlaten wie de ontwerper is. Volgens hem is God als almachtige Schepper niet te vatten met de beperkte mogelijkheden en onderzoeksmethoden van de natuurwetenschappen. God kan echter niet bewezen worden en past niet in onze reageerbuisjes, retorten en kolven. Kuhn eindigt zijn boekje als volgt:<br> <cite>Zo kan de moderne biologie als natuurwetenschap, door het toeval als ‘vermeende’ schepper overtuigend <em>ad absurdum</em> te voeren, God weliswaar niet bewijzen, maar wel onweerlegbaar maken voor degene die van goede wil is en zich niet afsluit voor het verstand en de waarheid. Heeft Werner von Braun, de befaamde raketonderzoeker en pionier van het ruimteonderzoek, niet gezegd: ‘Sommige mensen hebben er moeite mee dat ze niet wetenschappelijk kunnen bewijzen dat God bestaat. Maar moeten ze zo nodig een kaars aansteken om de zon te kunnen zien [6]?</cite><br> Het Godsbestaan is evident volgens Kuhn voor wie van goede wil is en zich niet afsluit van het verstand en de waarheid. Hiermee plaatst hij zich binnen de ‘natuurlijke theologie’ van de Bijbel en de lange theologische geschiedenis. Hij erkent weliswaar dat de wetenschap God niet oplevert, maar hem wel ‘onweerlegbaar’ maakt. Dit subtiele onderscheid is volgens de wetenschappelijke deontologie wel juist, maar de eigenlijke opzet is reeds van meet af aan vastgelegd door de weigering dat toeval de verklarende factor is: namelijk dat er (zeer gecompliceerd en verfijnd) ontwerp in de kosmos steekt en dat er bijgevolg een ontwerpende God moet zijn. In die zin sluit Kuhn zichzelf a priori af van het verstand en van de waarheid. Wie het boekje leest, wordt onweerstaanbaar getroffen door de accuraatheid van zijn redeneringen om het toeval te weerleggen.<br> &nbsp;<br> <strong>Oorsprong van de term</strong><br> &nbsp;<br> De term ‘intelligent design’ zelf, evenwel nog zonder referentie naar de beweging van ID, is voor het eerst terug te vinden in een referaat van de Britse plantkundige George J. Allman, dat hij hield voor de ‘British Association for the Advancement of Science’ in 1873:<br> <cite>Geen fysische hypothese, gebaseerd op een onweerlegbaar feit, heeft reeds de oorsprong van het primordiale protoplasma verklaard en bovenal van zijn wonderlijke eigenschappen, die evolutie mogelijk maken (volgens erfelijkheid en aanpassingsvermogen), want deze eigenschappen zijn de oorzaak en niet het effect van evolutie. Voor de oorzaak van deze oorzaak hebben we tevergeefs gezocht onder de fysische krachten die ons omringen, totdat we ten slotte werden gedwongen om uit te gaan van een onafhankelijke wil, een vérziend <em>intelligent ontwerp</em>.</cite> [7]<br> Het moderne en ondertussen ingeburgerde gebruik van de term, gekoppeld aan een echte stroming binnen de V.S. en nu ook wereldwijd, dateert echter van de laatste decennia, meer bepaald vanaf de gerechtszaak Edwards versus Aguillard die in 1987 voor het Amerikaanse Grondwettelijk Hof (<em>Supreme Court</em>) werd beslecht. Daarin werd gevonnist dat het creationisme ongrondwettelijk is in de leerprogramma’s van de wetenschapsvakken binnen openbare scholen. Twee jaar later verscheen het boek <em>Of Pandas and People</em> van Charles Thaxton. In de ontwerpteksten van het boek verving hij het begrip ‘creationisme’ systematisch door ‘intelligent design’. In 1991 nam de jurist Philipp E.Johnson, die beschouwd wordt als de vader van de ID-beweging, in zijn boek <em>Darwin on Trial</em> dit begrip tot uitgangspunt bij het verdiepen van het ID-concept.. Dit alleen wijst er al op dat creationisme en ID nauw met elkaar verwant zijn of beter: dat ID een bepaalde vorm van creationisme is. In 1996 ontstond de zowat bekendste publicatie van de hand van Michael Behe, <em>Darwin’s Black Box</em>. In 2005 schreef Jonathan Wells een <em>Incorrect Guide to Darwinism and Intelligent Design</em>.<br> &nbsp;<br> <strong>Intelligent Design als een beweging</strong><br> &nbsp;<br> De ID-beweging is een georganiseerde neocreationistische campagne die gevoerd wordt vanuit het <em>Discovery Institute</em>, hét centrum bij uitstek [8]. De hoofdzetel ervan is gevestigd in Seatlle. Voorzitter is Bruce Chapman. Een ‘office’ bevindt zich ook in Washington DC. Vanuit dit instituut wordt de gehele beweging inhoudelijk en organisatorisch/strategisch uitgetekend. Daaraan is ook een ‘Center for Science and Culture’ verbonden, waarvan Stephen C. Meyer de voorzitter is. De reeds genoemde Philipp E. Johnson is een van de stichters en spilfiguren van de beweging, naast andere, meer bekende figuren als William Dembski en de biochemicus Michael Behe.<br> Vanuit hun centrum verschijnen publicaties met een religieuze agenda bij de behandeling van brede sociopolitieke, academische en culturele vraagstukken. Daarbij doet men een beroep op ID-argumenten. Het valt op dat hun ideeën vaak enkel via webstekken toegankelijk zijn en zich vooral keren tegen het darwiniaanse materialisme en atheïsme dat een van de belangrijkste oorzaken zou zijn van culturele en ethische degeneratie op tal van domeinen.<br> Leidinggevende voorstanders van ID doen tegenstrijdige uitspraken over hun beweging. Wanneer ze zich richten naar het brede publiek stellen ze dat ID niet religieus is, terwijl ze ten aanzien van conservatieve christelijke bewegingen ID funderen in de Bijbel. Barbara Forrest, die zich uitvoerig met het ID-denken heeft beziggehouden, schrijft deze dubbelzinnigheid toe als een gewild verdonkermanen van de eigen religieuze agenda uit opportunistische redenen. Volgens haar verraden de activiteiten van de beweging ‘een agressieve, systematische agenda om niet alleen intelligent design-creationisme te promoten, maar ook het gehele onderliggende religieuze wereldbeeld’ [9].<br> Zo benadrukt Johnson dat men de Bijbel uit de discussie moet houden. Pas nadat materialistisch vooroordeel en wetenschappelijk feit van elkaar gescheiden worden, kunnen Bijbelse topics bestudeerd worden. M. Behe, W. Dembski en St. C. Meyer zijn echter christenen en hebben beklemtoond dat volgens hen de ontwerper God is. De grote meerderheid van de leidinggevende voorstanders zijn evangelische protestanten (‘evangelicals’). De enge binding tussen evangelische bewegingen en de ID-beweging valt dan ook op. Evangelicals houden meestal een of andere vorm van creationisme aan en zullen zich zelden of nooit achter de darwiniaanse evolutieleer scharen. Dembski, die voor de identiteit van de ontwerper eerst nog twee opties voorstond – God of een ‘vreemde levenskracht’ – schrijft in een later werk:<br> <cite>Christus is onmisbaar voor elke wetenschappelijke theorie, zelfs als de beoefenaars van hem geen kennis hebben. Het proces van wetenschappelijke theorievorming kan zeker worden gevoerd zonder een beroep te doen op Christus. Maar de conceptuele ‘doofheid’ van de theorie kan uiteindelijk alleen in Christus worden opgeklaard.</cite> [10]<br> Of nog:<br> <cite>Intelligent Design maakt niet alleen komaf met deze ideologie (namelijk het materialisme, nvdr), die de menselijke geest verstikt, maar volgens mijn persoonlijke ervaring, heb ik bevonden dat het de weg opent voor mensen om naar Christus te gaan.</cite> [11]<br> Johnson en Dembski leggen het fundament voor ID in het evangelie volgens Johannes waarin Christus als de Logos van God naar voren treedt: Intelligent Design is precies de Logostheologie van het Johannesevangelie in het idioom van een informatietheorie (Dembski) [12].<br> De logica waarop onze beweging teruggaat is als volgt. Het eerste dat je begrijpt, is dat de darwiniaanse theorie niet juist is. Ze wordt gefalsifieerd door de evidentie en de logica is verschrikkelijk. Als je je dat realiseert dan is de volgende vraag: ‘Waar kan ik de waarheid vinden?’ Wanneer ik preek vanuit de Bijbel, zoals vaak in kerken en op zondagen, begin ik niet met Genesis. Ik start met Joh 1,1: ‘In het begin was het Woord…’ In het begin was intelligentie, doel en wijsheid. De Bijbel had het juist voor. En de materialistische wetenschappen strooien zichzelf zand in de ogen (Johnson) [13].<br> In meerdere gerechtszaken is dit juist het argument: dat ID zich naar buiten toe presenteert als een wetenschappelijke theorie, terwijl het zich intern baseert op bovennatuurlijke argumenten. Hiermee voldoet het niet aan de wetenschapscriteria van neutraliteit en objectiviteit, maar toont het aan ten diepste een <em>religieuze</em> beweging te zijn die uitgaat van een ‘theïstisch realisme’ (Johnson). De antwoorden zijn nog vóór de bewijsvoering gegeven. ID wrijft het darwinisme hetzelfde aan omdat het ook zou uitgaan van een levensbeschouwelijke optie, namelijk dat God of een bovennatuurlijke ontwerper van meet af aan uitgesloten wordt in het wetenschappelijke onderzoek (atheïsme of agnosticisme). Zo valt meermaals in hun literatuur te lezen dat de evolutionisten veel meer doen dan een natuurwetenschappelijke verklaring te bieden voor het ontstaan van het leven. Zij aanzien het darwinisme als een atheïstische filosofie die als een dogma, een geloof met voorbedachten rade, tot opzet heeft het christelijke scheppingsgeloof te ondermijnen. Ze hebben het over <em>sciëntisme</em> dat secularisatie en materalisme predikt. ID-ers verwijten juist aan de evolutionisten dat zij de fundamentalisten zijn en dat ID het juist aandurft om tegen dit gevestigde en geïndoctrineerde denken in te gaan. Dergelijke argumenten beluistert men vooral in de recentere literatuur nadat meerdere rechters niet aanvaardden dat ID een wetenschap zou zijn. Men bespeelt nu vooral de gedachte dat ook het darwinisme onder de mom van wetenschap een atheïstische filosofie zou zijn [14].<br> Dergelijke redenering die in de gerechtszaken door de ID-advocaten werd aangehaald – nl. aantonen dat de evolutieleer ook een ‘religie’ is – is echter een ontoereikend argument om de eigen legitimiteit veilig te stellen, ook al is het zo dat heel wat wetenschappers zich atheïst of agnost noemen en dat het darwinisme heel wat filosofische en zelfs theologische implicaties heeft. Strikt genomen immers staat iedere theorievorming bloot aan het falsificatiebeginsel, zoals dat werd geformuleerd door Karl Popper. Het darwinisme/ materialisme verdedigen is niet het doel van het fundamenteel-wetenschappelijk onderzoek in het debat, noch het atheïsme of agnosticisme verspreiden, wel het verwerven van kennis en een zo alomvattend mogelijk verklaringsmodel (theorie) en vooral het daarbij aanhouden van een deontologische code van vrij en ongebonden fundamenteel wetenschappelijk research, waarin men zich aan de feiten houdt als elementen die de theorie bevestigen (of tegenspreken). Daarom zal een wetenschapper ontbrekende of onvolledige kennis niet opvullen met het beroep op een of ander intelligent(e) ontwerp(er) of God, maar binnenwereldlijk verder zoeken. Wetenschap sluit per definitie een bovennatuurlijke methodologie uit bij het bestuderen en verklaren van natuurlijke gegevens.<br> In die zin is het begrijpelijk dat intelligent design binnen de biologielessen niet zomaar naast de evolutieleer onderwezen kan worden, laat staan als vervangend model mag dienen, alsof beide theorieën even wetenschappelijk zouden zijn; of dat een godsdienstleerkracht beide presenteert als twee evenwaardige modellen met vrije keuzemogelijkheid voor de leerlingen [15]. Het is dan ook begrijpelijk dat de inzet hoog is, niet alleen voor de wetenschappelijke wereld, maar ook voor onze cultuur, zoals in de in de inleiding reeds genoemde ontwerpnota van de Raad van Europa terecht werd beklemtoond.<br> We zullen verderop merken dat de gehele controverse ten aanzien van het darwinisme alles te maken heeft met de filosofische en theologische implicaties die er in steken (ook al is dit niet de opzet van het darwinisme op zich, maar wel een gevolg ervan) en die voor ID als ‘natuurlijke theologie’ een gruwel zijn.<br> &nbsp;<br> <strong>Een vorm van natuurlijke theologie</strong><br> &nbsp;<br> Dat ID, een recente beweging, zich beroept op een intelligent(e) ontwerp(er)/goddelijke schepper om bestaan, orde en complexiteit in het universum te verklaren, hoeft eigenlijk niet te verwonderen. In de voorbije eeuwen werd dit immers alom en probleemloos aangenomen. Niets nieuws dus onder de zon met ID…<br> Zo primeerde in de Griekse wijsbegeerte de vraag naar de oorsprong van de werkelijkheid en van de opvallende ordening in de kosmos. Heraclitus (ongeveer 535-475 v.Chr.) stond de idee van een ‘Logos’ voor [16]. Eigen trouwens aan de presocratische natuurfilosofen was dat zij reeds zochten naar één element of principe waaruit de wereldordening was afgeleid. Plato (ongeveer 427-347 v.Chr.) nam het bestaan aan van een ‘demiurg’ (een soort goddelijke ambachtsman) van volkomen wijsheid en intelligentie, die vanuit het model van de volmaakte ideeënwereld geleid de kosmos vorm gaf. Hier doet ook de ‘Nous’ of wereldziel haar intrede als kosmisch redelijk beginsel (cf. hiervoor zijn ‘Timaeus’) [17]. Ook Aristoteles (ongeveer 384-322 v.Chr.) stond de idee voor van een schepper van de kosmos, een wereldziel, een onbewogen beweger [18] (cf. zijn Metafysica) die als eerste oorzaak van alles geldt. Het Griekse ordedenken heeft een enorme invloed uitgeoefend op de westerse kosmologie en oefent deze nog steeds uit, niet het minst op ID.<br> Cicero schreef in zijn <em>De natura deorum</em> in bovenstaande lijn en die van de Stoa dat de goddelijke kracht gevonden dient te worden in een redelijk principe dat de gehele natuur doordesemt. Hij was bijzonder geïnteresseerd in het bewijs van God uit de natuur en verwierp het ‘atheïstische’ atomisme. De vorming van de wereld door het toeval van colliderende atomen vergeleek hij met de totale onwaarschijnlijkheid dat men door het uitstrooien op de grond van ontelbare veeltallen van de eenentwintig letters van het (Romeinse) alfabet, de Annalen van Ennius zou kunnen vormen met de mogelijkheid deze te lezen [19].<br> Ook in de Bijbel keert op meerdere plaatsen terug dat men tot de affirmatie van God moet komen door redenering en observatie van de wonderwerken van de schepping. Wie daarop doordenkt kan niet anders dan tot het Godsbestaan te komen. Hoewel deze passages binnen de Bijbelse theologie eerder een randgegeven zijn, zijn zij van grote invloed geweest om de Griekse natuurfilosofie en de christelijke scheppingstheologie met elkaar te integreren. Zo luidt het in het door het hellenistische denken doordrongen boek <em>Wijsheid</em> dat is ontstaan tussen 200 en 30 v.Chr.:<br> <cite>Volslagen onwijs immers zijn alle mensen, die met onwetendheid over God behept zijn, en die niet in staat zijn geweest uit de zichtbare goederen Hem te kennen die is en evenmin door het beschouwen van de werken de <em>kunstenaar</em> hebben leren kennen… maar die of het vuur of de wind of … (andere natuurelementen) zijn gaan houden voor de beheerders van de wereld, voor goden. Indien zij door hun schoonheid bekoord, die dingen voor goden gingen aanzien, dan hadden zij moeten begrijpen, hoeveel voortreffelijker de Heer van dat alles is, want Hij die het geschapen heeft is de oorsprong van de schoonheid. … want uit de grootheid en schoonheid van de schepselen wordt men door vergelijking de schepper gewaar. Anderzijds zijn ook zij niet te verontschuldigen. Want indien zij in staat waren zoveel te weten, dat zij zich van de wereld een gedachte konden vormen, waarom hebben zij dan niet veeleer de Heer van dat alles gevonden?</cite> (13, 1-3.5.8.9) [20].<br> Binnen de christelijke theologie, met als middeleeuws voorbeeld bij uitstek Thomas van Aquino (1224-1274), keert deze gehele bewijsvoering terug om het bestaan van God aan te tonen in zijn beroemde <em>quinque viae</em> of vijf wegen [21]. De natuurlijke theologie die hij hier hanteert, wortelt in het Griekse ordedenken (van Plato en vooral Aristoteles), maar terwijl de scheppende kracht daar een binnenwereldlijk principe (<em>Logos</em>, demiurg, <em>Nous</em>) is, is het scheppende principe God, de God van de Bijbel, de bovennatuurlijke, transcendente Schepper – Eerste Oorzaak. Thomas stelt zich als christelijk theoloog duidelijk en vooreerst binnen de lijn van de kerkvaders en de Traditie. Toch erkent hij naast een direct scheppen en ordenen van God als ‘Eerste Oorzaak’ mét Aristoteles dat de schepping uit zichzelf nieuwe dingen voort kan brengen, de zogenaamde ‘tweede oorzaken’. Deze dienen natuurlijk teruggevoerd te worden op de Eerste Oorzaak, God zelf (bijvoorbeeld de rol van de ouders bij de voortplanting).<br> Ligt in de theologie van Thomas van Aquino de nadruk op Gods openbaring en zijn de vijf godsbewijzen wegen om met het verstand tot de Godsaffirmatie te komen – en in die zin een secundaire weg naar God (die evident vóórondersteld was) – dan krijgt in de periode van de verlichting, meer bepaald in het <em>deïsme</em>, de natuurlijke theologie alle belang. Voor denkers als Lord Herbert in Engeland en Voltaire in Frankrijk was alleen een natuurlijke, op de rede gebaseerde godsdienstigheid mogelijk, omdat pas deze vorm universaliteit kon claimen en de confessionele tegenstellingen van de openbaringsgodsdiensten kon overstijgen. Het deïsme is dan ook een zuivere vorm van natuurlijke theologie. Een mooi voorbeeld daarvan is terug te vinden in de werken van de Engelse filosoof David Hume (1711- 1776), met name in zijn <em>The Natural History of Religion</em> (1757) en zijn <em>Dialogues concerning Natural religion</em> (1778) [22]. Daarin komt (door elkaar heen) de driedeling terug die men bij de klassieke godsbewijzen in de natuurlijke theologie vindt:<br> &nbsp;</p> <ol> <li>het <em>ontologische of a priori godsbewijs</em>: dat het bestaan van God uit het begrip van God wil bewijzen. Het vertrekt vanuit een redenering a priori zonder zich op de ervaring te baseren (nl. God bestaat noodzakelijkerwijze en is het hoogste van alle zijnden);</li> <li>het <em>kosmologische of a posteriori godsbewijs</em>: dit bewijs vertrekt vanuit de constatering dat er een kosmos, een werkelijkheid bestaat – dus a posteriori – zonder zich daarbij op de concrete inrichting van die kosmos te richten. Vanuit het er zijn van de werkelijkheid vraagt men naar de oorsprong van dit alles en via een keten van oorzaken komt men tot de conclusie van een Eerste Oorzaak (zoniet is er een <em>regressio in infinitum</em> of een eindeloos blijven doorvragen, wat een absurde gedachte is);</li> <li>het <em>teleologische of fysicotheologische godsbewijs</em>: net zoals het vorige godsbewijs neemt men de ervaring van de werkelijkheid aan, maar wanneer men deze nauwkeuriger onderzoekt erkent men hierin een plan, ontwerp of doel op grond waarvan dan een maker of ontwerper moet worden erkend, naar analogie met de menselijke geest en zijn producten. Deze ontwerper is God.</li> </ol> <p>&nbsp;<br> In zijn boek <em>Natural Theology</em> van 1802 doet de Engelse natuurtheoloog William Paley een beroep op de analogie van de horlogemaker (idee uit de verlichting – deïsme; cf. Voltaire) om de geest van God te onderzoeken. Net zoals het bestaan van een horloge met al haar verfijnd samenhangende onderdelen het bestaan van een ontwerper en maker oproept, voeren de prachtige en complexe levensvormen het bestaan van een goddelijke ontwerper en schepper op [23]. In de Angelsaksische natuurtheologie van die tijd dacht men vooral in fysicotheologische of teleologische zin. Ten tijde van Darwin (19de eeuw), die tijdens zijn (onafgewerkte) opleiding tot (anglicaans) priester ‘het’ boek van Paley diende door te werken, ging zowat iedereen uit van de evidentie van de natuurlijke theologie. Men meende dat deze een afdoend antwoord kon bieden op toenmalig beginnende aanvallen vanwege materialisten en atheïsten, voor wie het verschijnen van leven een toeval is, voortkomend uit de materie. Door de aandachtige bestudering van de levensvormen meende men het bestaan van God veilig te kunnen stellen en daarenboven door te kunnen dringen in de plannen en geest van de architect/ingenieur God [24]. Bovendien deelde men het ‘fixisme’, d.w.z. de onveranderlijkheid van de soorten die eens en voorgoed zo door God geschapen waren (dus zonder evolutiestappen). Deze gedachte stimuleerde verschillende al dan niet academische gevormde wetenschappers en clerici om fossielen te verzamelen en grote verzamelingen aan te leggen van allerlei dieren- en plantensoorten en deze als zodanig ook te beschrijven en te classificeren. Het ging hierbij om meer dan een uitbreiding van de bestaande kennis over de biologie. Deze zoektocht had bij deze vele trouwe gelovigen immers ook een expliciet religieuze inslag.<br> &nbsp;<br> <strong>Enkele voorbeelden van natuurlijke theologie in de 19de eeuw</strong><br> &nbsp;<br> De veelzijdige wetenschapper Edward Forbes stelde dat de morfologische veranderingen (van planten) als aanpassing aan een vooropgezet, geometrisch geïdealiseerd patroon geïnterpreteerd dienen te worden. Forbes vertrok van de idee van een ‘genus’, een door God gecreëerde abstractie, ‘een op de natuur gestempelde idee, niet willekeurig afhankelijk van de menselijke concepties’. Alle soorten van een ‘genus’ waren de gedeeltelijke representaties van een goddelijke idee. Forbes’ concept van het genus gaat natuurlijk terug op de platoonse ideeënleer [25]. Op de beroemde Richard Owen, oprichter van het <em>Museum of Natural History</em> in Londen, maakte dit grote indruk. Toen hij naar de gewervelden keek, zag hij overal homologieën (gelijkaardige organen bij de soorten met een andere functie, bijvoorbeeld menselijke arm en vleermuisvleugel). Door deze tot hun eenvoudigste vorm te herleiden, tekende hij een algemeen ontwerp van de gewervelden: het ‘Archetype’. Dit fungeerde als de blauwdruk waar God van uitging bij het sturen van de geschiedenis van het leven. Het leven maakte revoluties of catastrofen door (idee van George Cuvier) en daarbij ontstonden verschillende modificaties van het archetype, eerst vissen, dan reptielen en daarna de zoogdieren. Het idee van vooruitgang (zoals J.B. de Lamarck wel voorstond) deelde hij niet. De dinosauriërs waren volgens hem hoger ontwikkeld dan de hagedissen en slangen. Zo slaagde Owen erin de transcendentalistische filosofie (archetypen) en de natuurtheologie (God als ontwerper van het archetype) samen te brengen. De idee van een organische evolutie van de soorten verkondigde hij evenwel niet publiek en hij trachtte die ook te weerleggen. Met de ontdekking van het vogelbekdier, dat eieren legt maar zijn jongen zoogt (reptiel of zoogdier?) en van <em>Lepidosuren paradoxa</em>, een aalvormig wezen met longen (was dit een vis of een reptiel/amfibie?) bleek zijn theorie echter niet te kloppen [26].<br> De Franse bioloog Geoffroy Saint-Hilaire inspireerde zich dan weer op Duitse toonaangevende biologen en filosofen (onder andere Kant en vooral Goethe) die in de schepping een verborgen eenheid zochten en voorstanders waren van een organische evolutie van oude soorten naar nieuwe [27]. Hun inzet was teleologisch. Er steekt in de evolutie een gerichtheid, een doel, dat de Schepper had vooropgesteld.<br> Eigen aan deze wetenschappers is, zoals E.S. Russell schreef in zijn standaardwerk over de dierlijke morfologie: ‘de idee (van de eenheid van een plan) was niet gebaseerd op de feiten, maar de feiten werden geïnterpreteerd en zelfs gezocht in het licht van de idee’ [28]. Dit geldt zeker vandaag voor een beweging als <em>Intelligent Design</em>. Morfologische gelijkenissen worden nog steeds in platoniserende of idealiserende zin gezien als teruggaand op een ‘essentiële gelijkenis’, dit wil zeggen ze komen voort als concretiseringen uit eenzelfde abstracte essentie, die door God is ontworpen en vormen daar een gelijkenis mee. Ze belichamen die ‘idee’.<br> Aan dit eeuwenlang verfijnde klassieke natuurfilosofische en –theologische paradigma bracht Darwins theorie de doodsteek toe. De gelijkenissen en verschillen tussen soorten van dezelfde klasse worden nu niet meer verklaard als varianten op een ontworpen blauwdruk of op een geschapen essentie. Ze worden verklaard op basis van evolutie, die het resultaat is van selectie na toevallige variaties in de overerving. Dit is geen doelgericht proces, maar blijkt wel functioneel.<br> Tot besluit van dit onderdeeltje moge duidelijk zijn dat de ID-beweging de aloude lijn van het Griekse ordedenken (vooral Plato), over de Bijbelse (vooral wijsheids)theologie, de middeleeuwse natuurlijke theologie en de platoniserende-idealistische natuurlijke theologie vanaf de verlichting doortrekt en herneemt. Het denken zelf is eerder Bijbels en middeleeuws: geen enkele ID-er zal in twijfel trekken dat God een Zich openbarende God is en dus niet enkel maar een ‘ingenieur-schepper’. Maar voor hun opzet bedienen ze zich van een zuiver fysicotheologisch godsbewijs. Op zich valt de poging om een natuurtheologie te ontwerpen niet af te wijzen, maar deze wordt wel problematisch wanneer ID nog aan natuurtheologie denkt te kunnen doen alsof er hieromtrent vanuit het darwinisme geen cruciale vragen zijn gerezen.<br> Dit is dan ook de gekende opzet van ID: het darwinisme verslaan door een intenser natuurwetenschappelijk onderzoek om hieruit die feiten te halen die volgens hen niet door toeval, geleidelijke variatie en selectie verklaard kunnen worden en dus wel tot ‘design’ van buiten af moeten leiden. In die zin is ID <em>een vorm van natuurlijke theologie</em>, maar het bedient zich van een moderne, maar antidarwiniaanse natuurwetenschappelijke methodiek. De finale opzet is dus het veilig stellen van een God-designer, wat dus nogmaals bevestigt dat ID een vorm van religie en geen wetenschap is. Het vertrekt van het postulaat dat God ontwerper en schepper is en vanuit dit postulaat wordt het wetenschappelijk onderzoek bedreven. ID presenteert zich dan ook, de ene keer bedekt, de andere keer openlijk als <em>religieuze wetenschap</em>. Dit brengt ons meteen tot de vraag hoe ID zich dan verhoudt tot het zuivere ‘creationisme’, dat ook pretendeert wetenschappelijk te werk te gaan.<br> &nbsp;<br> <strong>Een zachte variant van het creationisme</strong><br> Intelligent design is een zachtere variant van het creationisme die vanaf de zestiger jaren opgang maakte in de V.S. en eigenlijk pas dan de strijd aanbond met de evolutietheorie [29]. ID propageert zichzelf nochtans als niet-creationistisch omdat het in tegenstelling tot het strikte creationisme het ontstaan van het heelal uit een oerknal (een 12 à 15 miljard jaar geleden) en dus een ‘oude aarde’ aanhoudt en daarnaast de evolutie van het leven erkent. Op het eerste zicht lijkt dit ook zo als we enkele van de voornaamste denkbeelden van het strikte creationisme onder ogen nemen:<br> &nbsp;</p> <ul> <li>de plotse schepping van het leven op aarde, minder dan tienduizend jaar geleden;</li> <li>de mens stamt niet van de aapachtigen af, maar is net als alle soorten afzonderlijk geschapen (speciale schepping) binnen een zesdagenschema, overeenkomstig het eerste scheppingsverhaal (Priestercodex);</li> <li>de soorten, eenmaal geschapen, veranderen niet (fixisme) [30]. Geologische lagen ontstonden vooral bij een aardomspannende overstroming, de zondvloed, waaruit enkel de ark met de dieren en Noach en zijn familie gered konden worden (leer van het ‘catastrofisme’). Soorten die nu uitgestorven zijn, zoals de dinosaurussen (te volumineus voor arktransport?), kwamen allen om in die ene vloed;</li> <li>de huidige creationisten geloven in een ‘jonge’ aarde van ongeveer 6000 jaar oud omdat volgens Ps 90, 4 duizend jaren voor God als één dag zijn. Deze strekking overheerst momenteel, terwijl de oudere creationisten uitgaan van een oudere aarde. Anderen meenden dat men twee scheppingsverhalen kan onderscheiden in Gn 1: één ‘in den beginne’ en de schepping van het paradijs in zes dagen. In de tussentijd kan zich van alles hebben afgespeeld, inclusief kosmische catastrofen, die verklaren waarom er fossielen van uitgestorven dieren- en plantensoorten werden gevonden;</li> <li>de Bijbel als door God rechtstreeks geïnspireerd geschrift, is feilloos. De passages uit Genesis omtrent de schepping zijn de feitelijke presentatie van historische waarheden. De diversiteit van talen gaat terug op de verstrooiing van de mensen door God toen ze de bouw van de toren van Babel aanvatten. Redding is alleen mogelijk door het aanvaarden van Jezus Christus als Heer en Redder. De evolutietheorie is verantwoordelijk voor de morele teloorgang van de voorbije eeuw, omdat ze leert dat de mensen van dieren afstammen. Daardoor zou tegenover mensen gehandeld kunnen worden alsof ze (proef)dieren zijn. Creationisten kanten zich dan ook fel tegen genetisch onderzoek, bio-ethische wetten die abortus, IVF, draagmoederschap of euthanasie toelaten.</li> </ul> <p>&nbsp;<br> Op deze wijze wordt Bijbelse, geopenbaarde informatie gecombineerd met geologische en paleontologische ontdekkingen. De natuurwet die men uit de Schrift en de bestudering van het functioneren van de natuur (vooral rond seksualiteit) afleidt, is de norm voor goed ethisch denken en handelen.<br> Creationisten beroepen zich op de tweede wet van de thermodynamica of entropiewet om aan te tonen dat orde niet uit chaos kan voortkomen. Omdat entropie alom tegenwoordig is, kunnen wijzigingen in de genen alleen maar leiden tot een verslechterde kwaliteit.<br> Creationisten verzetten zich tegen de evolutieleer omdat er volgens hen te veel ontbrekende stukjes in de puzzel zijn (‘missing links’). Bovendien stellen ze dat de complexiteit van levende organismen te groot is om door evolutie te ontstaan, en vooral door toeval en dan nog wel uit één enkel organisme.<br> Uit de hierboven geformuleerde denkbeelden blijkt dus dat ID zich niet poneert als strikt creationisme. In feite blijft het <em>een vorm van creationisme</em>, daar het voor het ontstaan van kosmos en leven a priori een beroep doet op een goddelijk ontwerp als bovennatuurlijke oorzaak. Dit blijft ID gemeen hebben met het strikte creationisme, zelfs al houdt het geen letterlijke Bijbellezing aan (zoals uit het citaat van Dembski is gebleken die niet bij Gen 1, maar wel bij Joh 1,1 begint). ID gaat in die zin subtiel te werk door wel evolutie te erkennen, en meent zo zijn legitieme plaats binnen de wetenschappelijke wereld te kunnen claimen. In die zin is het <em>een middenweg tussen het strikte creationisme en de darwiniaanse evolutieleer</em>. De wijze echter waarop ID te werk gaat wordt van meet af aan door een religieuze interpretatie bepaald en niet door zuiver wetenschappelijke parameters. In die lijn beoordeelde een rechter in Pennsylvania eind december 2005 dat het ongrondwettelijk is dat het schooldistrict van Dover leerlingen in de lessen biologie vanuit ID onderwijst, omdat het een gecamoufleerde vorm van creationisme is [31].<br> Men zou kunnen stellen dat de gehele natuurtheologie en –filosofie vóór Darwin, tot en met de Bijbelse geschriften, dan ook als creationistisch bestempeld dient te worden. Het creationisme en ook ID zijn echter pas ontstaan als reactionaire bewegingen met een religieuze agenda tégen het darwinisme, ook al trekken zij de denkbeelden uit de natuurtheologie en –filosofie van vóór Darwin door. Het is historisch juister de term creationisme voor te behouden voor een moderne reactie op de evolutieleer (dit is als ‘terminus post Darwin’) en het begrip hierop af te lijnen eerder dan het oneigenlijk terug te projecteren.<br> &nbsp;<br> <strong>Een antwoord vanuit de natuurwetenschap</strong><br> In het ID-discours keren drie argumenten regelmatig en op gevarieerde wijze terug: het beginsel van de <em>onherleidbare complexiteit</em>, het beginsel van de <em>gespecificeerde complexiteit</em> en het uitgangspunt van een <em>verfijnd afgestemd heelal</em>. Met de kritiek op het waarheidsgehalte van deze principes begint ook de kritiek op ID zelf en zien we meteen hoe de darwiniaanse evolutieleer de evolutie van het leven, zijn gevarieerdheid en complexiteit uitlegt [32].<br> <em>1) onherleidbare complexiteit</em><br> Het beginsel van ‘onherleidbare complexiteit’ [33] werd naar voren geschoven door Michael Behe, die het als volgt omschrijft:<br> <cite>Een eenvoudig systeem dat is samengesteld uit verschillende goed opgebouwde interagerende delen die bijdragen tot de basisfunctie, waarbij het verwijderen van een of ander deel de oorzaak vormt van het feit dat het systeem effectief ophoudt te functioneren.</cite><br> Behe gebruikt hiervoor het voorbeeld van een muizenval. Die bestaat uit verschillende onderdelen: de basis, de val, de veer en de hamer (waaraan voedsel wordt bevestigd). Als men een van deze onderdelen verwijdert, houdt de val op te functioneren. Dit voorbeeld is een variante op het in verlichte kringen veel gebruikte voorbeeld van de uurwerkdesign met zijn verschillende onmisbare onderdelen wil men het uur kunnen aflezen.<br> Natuurlijke selectie kan volgens ID geen onherleidbare complexe systemen scheppen, omdat de te selecteren functie enkel bereikt wordt doordat alle delen samen en in één keer (vanuit één concept) geassembleerd zijn.<br> Critici stellen dat het een verkeerd uitgangspunt is dat de noodzakelijke delen van een systeem altijd noodzakelijk zijn geweest en daarom niet achtereenvolgens konden worden toegevoegd. Wij zien alleen het soms verbluffende resultaat en denken dan dat een systeem noodzakelijkerwijs moest bestaan evenals alle onmisbare onderdelen ervan. De evolutieleer legt de omgekeerde weg af en toont juist aan dat er geen vooraf bestaand concept was van een oog, een hamerorchidee of voor de trilling van de flagella van <em>escherischia coli</em>. Deze moésten niet ontstaan. Er moest bijvoorbeeld niet gezien kunnen worden, een insect moest niet gekatapulteerd kunnen worden in de helmknop,…. Dit alles kon er ook niet geweest zijn (en dan zou niemand ze ook gemist hebben of over hun complexiteit verwonderd gestaan hebben). Dit alles is het resultaat van een lange en trage evolutie volgens de beginselen van toevallige variaties die omwille van het voordeel dat ze opleveren uitgeselecteerd bleven; de cumulaties van de geselecteerde voordelen leveren onder de heersende selectiedruk daarom steeds verfijnder gebouwde levensvormen op (zoals de libel met haar pterostegma), terwijl vele andere selectieroutes op niets uitdraaiden en leidden tot het einde van een bepaalde twijg op de genealogische boom van het leven. Sommige zeer eenvoudige levensvormen zoals het ‘pissebed’ overleven in dit stadium al miljoenen jaren en wijzigen niet meer, omdat ze zoals ze gebouwd zijn kunnen blijven voortbestaan, ook in nieuwe omgevingen, en voldoende nakomelingen verzekeren.<br> In de loop van de geschiedenis van het leven zijn er meerdere complexe organismen gewoon verdwenen of hebben vele systemen het niet gehaald wegens gebreken in hun onderdelen in hun strijd met andere, fittere soorten om het voortbestaan. Was dit alles dan maar een soort ‘voorontwerp’ voor het echte dat we nu zien? Het is veeleer zo dat een nieuw kenmerk dat aanvankelijk voordelig is voor het functioneren en overleven (en dus fittere en betere nakomelingen oplevert) pas in een later stadium onmisbaar wordt (zoals een langwerpige spitsachtige snavel van een kolibrie, de echolocatie voor vleermuizen of voor de zwaluwen in de ondergrondse grotten van Borneo, die het gezichtsvermogen verloren hebben omdat de diepe duisternis dit overbodig maakt; hun ogen hebben geen doel of functie meer, maar blijven bestaan (wat juist zou wijzen op een gebrekkig ontwerp!).<br> Om het verschijnsel van simultaan ontstane complexiteit te verklaren hanteert men in de hedendaagse biologie en paleontologie geen ontwerpargument maar heeft men het over <em>gecorreleerde voortgang</em> [34]. Een verandering in een bepaald onderdeel van een lichaam (bijvoorbeeld van de kop of de schouders) kan alleen maar optreden als natuurlijke selectie <em>tegelijkertijd</em> andere onderdelen voor andere functies aanpast. Dit is geen kwestie van ‘design’ maar van een gebundelde samenwerking van genen. Waar deze bundeling zich niet voordoet, treedt de natuurlijke selectie echter onverbiddelijk op.<br> <em>2) gespecificeerde complexiteit</em><br> ‘Speciale complexiteit’ is een concept dat beschreven is door William Dembski. Hij stelt dat wanneer iets een specifieke complexiteit bezit (dit is iets is tezelfdertijd complex en gespecificeerd), men kan aannemen dat het voortkomt van een intelligente oorzaak:<br> <cite>Een enkele letter van het alfabet is gespecificeerd maar niet complex. Een lange zin van toevallige letters is complex maar niet gespecificeerd. Een sonnet van Shakespeare is zowel complex als gespecificeerd.</cite> [35].<br> Voor Dembski komt gespecificeerde complexiteit voor als iets dat minder dan 1 tot de 150ste kans heeft om te ontstaan of te gebeuren door toeval.<br> ID wil en kan niet aannemen dat gespecificeerde complexiteit niet louter uit toeval ontstaat maar vooral door de natuurlijke selectie. ID verwart immers al te vaak de ‘ongedetermineerdheid’ van de biologische processen (naar analogie met wat de kwantumfysica ons laat zien) met het spelen van ‘louter toeval’, alsof op ieder ogenblik om het even wat mogelijk zou zijn. Eenmaal een of meerdere kenmerken geselecteerd zijn, is de vrijheidsmarge in het vervolg kleiner (een genenpatroon of embryo heeft een beperktere innovatieruimte dan wordt verondersteld; veel ligt al vast…vandaar juist de graduele, stapsgewijze innovaties die geweldig lang kunnen duren of versneld kunnen opduiken na een toestand van evenwicht, zoals de Amerikaanse biologen Stephan J. Gould en Niles Eldredge die uitwerkten) [36].<br> De Britse evolutiebioloog Richard Dawkins heeft het in navolging van de Amerikaanse filosoof Daniel Dennett [37] over ‘takels’ die langzaam van onderaan de levensvormen optrekken (dit is het takelmechanisme van de natuurlijke selectie). Hij weigert dan ook elke toegeving aan intelligent design, dat juist een beroep doet op wat opnieuw Dennett noemt – ‘hemelhaken’ (haken die in de hemel hangen en dus complexiteit bovennatuurlijk verklaren; deze haken zijn sedert Darwin op de grond gevallen). In zijn boek <em>Climbing Mount Improbable</em> gebruikt Dawkins een parabel [38]. Een complexe levenssoort bevindt zich op de top van een hoge berg met een steile rotswand. Spontaan denkt men dat deze levensvorm alleen maar op deze berg is geraakt omdat hij er ‘kant en klaar’ van bovenaf op is neergezet (dit is de hemelhaak). In de lijn van de klassieke natuurtheologie verklaart intelligent design dit als een speciale en plotse schepping vanuit een goddelijk design. <em>Mount Improbable</em> bezit natuurlijk ook een achterzijde en deze helt heel zacht. De complexe levenssoort aan de top is het resultaat van het gestage maar heel trage klimwerk (dit is de takel) van heel wat andere (vaak inmiddels uitgestorven) levenssoorten. Charles Darwin is (samen met Alfred Wallace) de eerste die op het idee kwam de berg eens langs die andere kant te bekijken en met de formulering van het zeer eenvoudige mechanisme van de natuurlijke selectie een veel helderder verklaring heeft gevonden voor de complexiteit van de levensvormen (tot en met de mens) zoals we die nu zien.<br> Een ander belangrijk argument tegen gespecificeerde complexiteit is de vaststelling van wat men ‘poor design’ noemt (‘design’ wordt hier louter gebruikt in de repliek en niet vanuit de veronderstelling van een werkelijk vooraf bestaand ‘ontwerp’). Enkele voorbeelden zijn:</p> <ul> <li>de overbodige doorgang van de urethra door de prostaatklier met de gekende gevolgen voor mannen op latere leeftijd;</li> <li>de niet-optimaal gevormde ruggengraat van de mens met scoliose, sciatica en andere rugmisvormingen tot gevolg; dit zijn neveneffecten van het rechtop beginnen lopen, die er juist op wijzen dat onze hominide voorouders zich oorspronkelijk niet rechtop, maar wel gebogen voortbewogen;</li> <li>de overbodigheid van ‘junk DNA’ (hoewel we hierover nog veel niet weten);</li> <li>de structuur van het menselijke oog: zenuwen en adertjes liggen op de oppervlakte van het netvlies in plaats van erachter, zoals bij de ongewervelden; zes spieren bewegen het oog, terwijl drie konden volstaan;</li> <li>en nog het meest doorslaggevend: het lijden dat inherent is in aan het leven in het wild, zoals het barre leven van de keizerpinguïns op Antarctica; de parasieten die de tseetseevlieg en de malariamug overdragen, de pest door ratten binnengebracht, genetische al dan niet overerfbare afwijkingen met de bekende syndromen tot gevolg.</li> </ul> <p>De wereld die we zien met zijn gespecialiseerde en complexe organismen, naast verschillende voorbeelden van ‘poor design’ is slechts één boek uit een onmetelijke bibliotheek [39], met op de rij tal van andere boeken die maar een komma of letter verschillen en niet reëel geworden zijn. Specialisatie of complexiteit kon ofwel nooit bestaan hebben of onder heel andere vormen bestaan hebben…, maar eenmaal bepaalde elementen gevormd zijn, vervallen oneindig veel andere mogelijkheden om op door te werken (bijvoorbeeld samenstelling nucleotidenreeksen). De keuzes die gemaakt zijn komen niet van buitenaf, maar komen voort uit de zelforganisatie van deze bepaalde kosmos, die op zich nog een miljarden jaren evolutie voor de boeg heeft.<br> <em>3) Een verfijnd afgesteld heelal</em><br> ID beperkt zich in zijn bewijsvoering niet enkel tot het domein van de biologie, maar trekt deze open op de kosmologie. We leven in een fijn afgesteld universum met fysische constanten, met nucleaire krachten. Bij een lichte afwijking van een van deze krachten zou het universum er totaal anders uitgezien hebben. Chemische elementen, melkwegstelsels tot en met leven zouden niet gevormd kunnen zijn geweest. Dat we een dergelijk universum hebben, veronderstelt volgens ID juist het bestaan van een intelligente ontwerper of ‘fine tuner’.<br> Critici stellen dat een dergelijk besluit nooit kan worden getest en wetenschappelijk niet productief is, ook al is het waar dat dit de voorwaarden zijn voor ons universum. Ook geldt hier de redenering van de immense bibliotheek: er zou evengoed een totaal ander universum werkelijkheid zijn geworden (een ander boek). ID-ers zijn dan ook voorstander van het SAP (sterke antropische principe): de mens moést wel ontstaan omdat alle voorwaarden de evolutie in die richting stuurden.<br> Het WAP (zwakke antropische principe: de mens kón ontstaan zijn) beroept zich op de idee van een ‘fine tuned universum’[40]. Hoe onwaarschijnlijk ook, leven en uiteindelijk ook menselijk leven komen voor in een van de ontelbare publicaties uit de virtuele kosmische bibliotheek en zijn nu eenmaal gerealiseerd, naast ontelbaar andere ongerealiseerde of nog niet gerealiseerde mogelijkheden. Het antropische principe in zijn zwakke vorm legt uit – tegen intelligent design in – dat de oorsprong van (menselijk) leven uit de kosmos zelf voortkomt. Het was inderdaad even goed of zelfs nog meer denkbaar dat er geen menselijk leven bestond. Alleen al het feit echter dat we als <em>Homo sapiens</em> ongeveer 195.000 jaar bestaan, wijst erop dat onze soort niet de norm is voor de kwalificatie van leven en dat er niet alleen andere levensvormen in het heelal kunnen voorkomen maar ook in een hypothetisch ander heelal. Een universum met niet-hominoïde levensvormen is dus al even denkbaar, zo niet nog meer denkbaar, maar het verschijnsel ‘mens’ is nu eenmaal de door de kosmos gerealiseerde mogelijkheid. Sommige wiskundigen en fysici suggereren dat de emergentie van een universum dat gelijkt op het onze, vrij goed mogelijk is wegens de verwevenheid van de basisvariabelen waarop ons universum is gebouwd, maar hiermee is niet gezegd dat er leven op zou voorkomen, laat staan dat de aarde opnieuw in de juiste afstand ten opzichte van de zon zou staan en dezelfde sferen zou ontwikkelen waardoor dezelfde vormen van leven zouden ontstaan. ID kan niet om met toevalligheden en met daaruit resulterende totaal andere heelalstructuren. ID kijkt aan de voet van de steile helling van <em>Mount Improbable</em> van het nu naar het verleden en ziet een bovennatuurlijk plan als verklaringsgrond. De wetenschap vraagt zich af hoe dit ‘nu’ vanuit de natuur zelf kan worden verklaard en doet dit met toenemend succes, kijkend vanuit de andere zijde van de berg. Waar voor Darwin zelf de ‘missing links’ in de geologische lagen het voornaamste bezwaar vormden voor de juistheid van zijn theorie [41], heeft het huidige paleontologische onderzoek reeds meerdere puzzelstukken samengebracht die het gelijk van Darwin bevestigen (hoewel nog zoveel ‘gaten’ overblijven, die ID gretig invult) [42].<br> Ook hier geldt de argumentatie van ‘poor design’ maar dan toegepast op onze planeet in haar geheel: aardbevingen en vulkaanuitbarstingen, zeebevingen ten gevolge van de tektoniek waarop onze aarde rust; orkanen, tyfoons, inslagen van meteorieten, zoals waarschijnlijk gebeurde op het einde van het Krijt, 65 miljoen jaar geleden, waardoor de helft van de levensvormen (de meest bekende zijn de dinosaurussen) werden weggevaagd. En 250 miljoen jaar geleden – zo tonen de fossielen aan – was de aarde op sterven na dood, terwijl de ‘Cambrische explosie’ van het leven (545 miljoen jaar geleden) een overvloed van nieuwe levensvormen laat zien. De oorzaak van de catastrofe die aan het afsterven van waarschijnlijk 95% van alle levensvormen lag, is nog onbekend (een krachtige vulkaanuitbarsting in het huidige Siberië met vergiftiging van de atmosfeer in haar geheel?). Indien deze catastrofen zich niet hadden voorgedaan, was het onwaarschijnlijk dat er ooit zoogdieren zouden zijn ontstaan (ongeveer 220 miljoen jaar geleden), waaronder pas zeer recent de mens. Insecten, amfibieën, vissen, vogels en reptielen zouden de aarde domineren.<br> En wat meer is: vandaag schat men dat er vijf tot tachtig miljoen soorten bestaan (waarvan er nog maar zo’n miljoen beschreven zijn). Waarom een dergelijke megabiodiversiteit? Men schat dat er gedurende de geologische periode in totaal veertig miljard soorten hebben bestaan, waarvan 99,99 % nu zijn uitgestorven [43]. Vanwaar al die nutteloze verspilling?<br> &nbsp;<br> <strong>Enkele theologische kanttekeningen</strong><br> De noodzakelijke conclusie van een intelligent ontwerp of bovennatuurlijke oorzaak (een goddelijke designer) om de diversiteit en complexiteit van de levenssoorten te verklaren blijkt bij nader toezien gefalsifieerd te worden door het eenvoudiger mechanisme van de natuurlijke selectie. Darwins <em>On the Origin of Species</em> is een belangrijke mijlpaal geweest niet alleen voor de biologie zelf, maar ook voor het verdere filosofische en theologische nadenken over natuur en schepping en haar relatie tot God, de Schepper. Het darwinisme leert ons dieper naar het leven te kijken dan we doen vanuit de ‘eerste naïviteit’ waarop ID verder bouwt tot en met het aanhouden van een natuurlijke theologie.<br> Ook de gehele kosmische geschiedenis kan overtuigender worden verklaard als een gebeuren vanuit de kosmos zelf dat berust op fysische constanten die niet zijn opgelegd door een kosmische ingenieur maar zijn beginnen functioneren na de ‘singulariteit’, het (vooralsnog?) onbegrijpelijke gebeuren na de oerknal. De kwantummechanica leert ons hoe orde telkens gevonden wordt uit wanorde en dat er op deze microschaal geen absolute zekerheden, maar hooguit waarschijnlijkheden kunnen worden gevonden in het gedrag van de elementaire deeltjes (onder de atoomlaag). Ondanks deze waarschijnlijkheden – of beter gezegd: juist hierdoor – is de natuur op een verbluffende wijze in staat zichzelf te organiseren [44]. Iedere keer weer worden op kosmische schaal keuzes gemaakt die nu eens bijdragen tot (grotere) orde en complexiteit en die dan weer bijdragen tot chaos of die verdwijnen.<br> Eenmaal dat het leven ontstond, heeft het zich verspreid onder het rigide regime van de natuurlijke selectie. Hiervan zijn de huidige fauna en flora het resultaat, maar het darwinisme leert ons dat het doel van dit regime niet bij voorbaat vastlag en gestuurd wordt door een bovennatuurlijke ‘design’, maar enkel een van de oneindige mogelijkheden was die is gerealiseerd. Deze mogelijkheden steken in de kosmos zelf. De natuurlijke selectie berekent geen ‘doel’, maar – en wel onverbiddelijk – wat voordeel oplevert en dus meer vatbaar is voor overleving en fittere nakomelingen en wat niet. Als er al een ‘doel’ is dan is het dit actuele en telkens te delibereren overlevingsvoordeel.<br> Nader ingaan op de filosofische en theologische implicaties van het darwinisme overschrijdt de opzet van dit overzichtsartikel. De theologie wordt in ieder geval uitgedaagd om zichzelf grondig te onderzoeken in de verantwoording van het scheppingsgeloof, wanneer ze op deze implicaties doordenkt. Ook al doet men hierbij intelligent design van de hand omdat het een variant is van het creationisme, dan nog is de vraag gesteld in welke mate de scheppingsleer op premissen berust die door de huidige kosmologie en biologie zijn verlaten. Hierbij duikt onmiddellijk de fundamentele vraag op naar de verhouding tussen wetenschap en geloof. Ook hier moeten we ons hoeden voor de gatenstoppende houding van ID enerzijds en anderzijds voor het weren van de kosmologische vragen uit de scheppingstheologie omdat zij anders resulteert in een geprivatiseerd en ‘wereld-vreemd’ theologiseren en synoniem wordt van een theologische antropologie. De inzet van de scheppingsleer wordt zo gereduceerd tot het verantwoorden van het bijzondere statuut van de mens als beeld en gelijkenis van God en om hem als medeschepper – in afhankelijkheid van Zijn schepper – te vrijwaren. Wetenschap van haar kant is in haar fundamenteel onderzoek niet ‘neutraal’ wat de uitkomsten betreft, ook al dient ze dat methodologisch wel te zijn en dienen deze uitkomsten gefalsifieerd te worden. Zij vervult in die zin kort gezegd de functie van een ‘negatieve theologie’.<br> Als God geen architect of kosmisch ingenieur is, die het kosmische verloop geregeld bijstelt of geen informaticus die nieuwe softwareprogramma’s invoegt om de kosmos te leiden naar een eindtijdelijke toestand van het heelal die Hij bij het scheppen ‘in den beginne’ reeds vooropgesteld had, dringt zich de vraag op naar de eigenlijke betekenis van ‘scheppen’. Dit is een van de uitkomsten van het debat tussen ID en de gestandaardiseerde wetenschap. Het darwinisme zelf is godloos. Daaruit kan men geen nieuwe natuurlijke theologie ontwikkelen, ook al vragen wetenschappers vandaag samen met vele anderen naar het ultieme ‘vanwaar en waartoe’ van alles wat bestaat en worden uit deze vragen echte religieuze vragen geboren. Hieruit resulteert niet, of althans niet onmiddellijk, de God van onze Bijbelschristelijke traditie. Tegen de God van een dergelijke natuurlijke theologie – zoals ID doet, zelfs met een beroep op de Bijbel – blijft het ‘Nein’ van Karl Barth overeind [45]. God is in de natuur in zoverre te vinden omdat Hij Zelf besloten heeft Zich erin te laten kennen door Zijn openbaring dat Hij niet alleen Heer is en Redder maar ook haar Schepper. Hiermee betreden we een niet-verifieerbare kijk op het ontstaan en het doel van de wereld, namelijk dat zij door God geschapen is uit liefde (zonder ons de scheppingsact in eniger mate te kunnen voorstellen) en dat omwille van deze scheppende liefdesact haar doel en eindbestemming diezelfde God is.<br> Deze kosmos, die de wetenschappen steeds indringender beschrijven tot en met het functioneren van onze menselijke vermogens als bewustzijn, taal, kunst, religie is ‘van’ Hem. Precies daarom staat Hij er niet onverschillig tegenover maar bewijst Hij de schepping Zijn voortdurende trouw. Hij zet het andere dan zichzelf vóór zich en gunt het dat het zichzelf vrij en zelfstandig organiseert. Zo en pas zo kan God zich blijven engageren naar zijn schepping toe en zich ermee verbinden. Anders gezegd, het geloof in God als oorsprong en het doel van de schepping kan men niet laten verantwoorden door Hem als verklaringsprincipe voor het bestaan zelf, de wetmatigheden die het heelal schragen en door het onverbiddelijke mechanisme van de natuurlijke selectie te postuleren. Scheppen is geen synoniem van ‘maken’. De schepping is immers in de lijn van de christelijke dogmatiek ‘uit het niets geschapen’. Dit geldt als een strenge waarschuwing om God en schepping te vanzelfsprekend met elkaar in verband te brengen als was Hij haar inwonend scheppend principe of als zouden onze vragen naar een Eerste Oorzaak in hem hun beslechting krijgen. De kosmos kan alleen maar als schepping gedacht worden door het aanvaarden van God als een onherleidbaar andere betrokkenheid op hem. De wereld is in die zin pas schepping geworden door zijn besluit voor en in haar door zijn Geest scheppend aanwezig te komen en zich blijvend te verbinden met haar eigen geschiedenis. In die zin is de schepping schepping aan het worden en zal zij het – een weerloos krachtige geloofsuitspraak – ten volle zijn als zij is in God en God in haar.<br> &nbsp;<br> <strong>Eindnoten</strong><br> &nbsp;</p> <ol> <li>Cf. <em>Het Nederlands Dagblad</em>, 16 juni 2007.</li> <li>Deze controverse tussen enerzijds Cathy Berckx en Luc Van den Brande (CD&amp;V) en anderzijds Annick De Ridder en via de pers ook Karel De Gucht (Open VLD) draaide rond een inmiddels opgehelderd misverstand over de vraag of als eindterm voor het secundair alleen de kennis van de evolutieleer aangehouden dient te worden dan wel of er ook plaats was voor andere visies over het ontstaan van het leven. De CD&amp;V-politici bepleitten het aanhouden van de evolutietheorie, maar ook dat jongeren kennis krijgen van andere visies zoals het creationisme en intelligent design om hun kritische zin aan te scherpen in de omgang met dergelijke literatuur. Dit dient te gebeuren in de godsdienstlessen – die niet in de eindtermen zijn opgenomen – mede ook in confrontatie met de eigen zeggingskracht van het Bijbelse scheppingsgeloof.</li> <li>Discovery Institute, Center for Science and Culture: <em>Questions about Intelligent Design: What is the theory of Intelligent Design?</em> <a href="http://www.discovery.org" title="http://www.discovery.org">http://www.discovery.org</a>.</li> <li>Cf..W. Dembski, <em>The Design Revolution</em>, Seattle – New York, 2004, p.27.</li> <li><em>Schepping of Toeval?</em>, Amsterdam: De Boog, 2005.</li> <li><em>Ibid.</em>, p.94.</li> <li><em>The Times</em>, zaterdag 20 September 1873, p.10, col. A.</li> <li>Voor een uitvoerige voorstelling van het Discovery Institute met verwijzing naar de deelgebieden van zijn activiteit en met heel wat links naar ID-artikels, zie: <em>www.discovery.org</em>. Daarin wordt vermeld dat er reeds 4 miljoen dollar naar de bekendmaking van ID is gegaan. Het Institute leeft vooral van donaties.</li> <li><em>The Wedge at Work: Intelligent Design Creationism and Its Critics</em>, 2001 (cf. <a href="http://www.infidels.org/library/modern/barbara_forrest/wedge.html" title="http://www.infidels.org/library/modern/barbara_forrest/wedge.html">http://www.infidels.org/library/modern/barbara_forrest/wedge.html</a>).</li> <li><em>Intelligent Design. The Bridge between Science and Theology</em>, Seattle-New York, 1999, p.210.</li> <li><em>Intelligent Design’s Contribution to the Debate Over Evolution: A Reply to Henry Morris</em> (cf.http://www.designinference.com/documents/2005.02.Reply_to_ Henry_Morris.htm).</li> <li>In <em>Touchstone Magazine</em> (1999), vol.12, Bd.4. (<a href="http://touchstonemag.com/archives/issue.php?id=49" title="http://touchstonemag.com/archives/issue.php?id=49">http://touchstonemag.com/archives/issue.php?id=49</a>).</li> <li><em>How the Evolution Debate Can Be Won</em> (http:// <a href="http://www.coralridge.org/specialdocs/evolutiondebate.asp" title="www.coralridge.org/specialdocs/evolutiondebate.asp">www.coralridge.org/specialdocs/evolutiondebate.asp</a>)</li> <li>Cf. G.J.M. van den Aardweg in W. Kuhn, <em>Schepping of Toeval</em>, Amsterdam, 2005, pp.5-11.</li> <li>Vrije keuze, zeker op levensbeschouwelijk vlak, is natuurlijk een basisrecht, maar het betreft hier een valse ‘evenwaardigheid’, zoals wanneer we het geocentrisme en het heliocentrisme als evenwaardige theorieën zouden beschouwen. Op het eerste gezicht lijkt het van weinig belang hoe men de complexiteit van de levensvormen verklaart (natuurlijk of bovennatuurlijk). Wanneer de wetenschap zich echter dient te conformeren aan vooraf bepaalde basisconcepten als een ‘bovennatuurlijke oorzaak’ staat de deur open voor een nieuwe bevoogding vanuit religieuze, pseudowetenschappelijke hoek. Binnen de islamwereld is – hoewel hier nuanceringen nodig zijn – de idee van evolutie zo goed als onbestaande als basistheorie van de biologie. Een confessionele of zelfs algemeen levensbeschouwelijke normering staat haaks op de wetenschappelijke postulaten van objectiviteit, neutraliteit en vrij onderzoek, die terecht grote verworvenheden zijn binnen onze moderne cultuur. In het geval van het strikte creationisme is het nog frappanter aan welk voorgegeven paradigma de wetenschap zich te conformeren heeft.</li> <li>H. Diels – W. Kranz, <em>Die Fragmente der Vorsokratiker</em>, Berlin, 1996 19de uitg., I, frag. 50.</li> <li>Cf. <em>Timaeus</em>, 29-30, spec.29 e, in: Plato, <em>Verzameld Werk</em>, deel 5, Kapellen-Baarn, 1999, pp. 203-205.</li> <li>Cf. <em>Physica</em>, VIII; Cf. J. Barns, <em>Aristoteles</em>, Kopstukken Filosofie, Rotterdam, 19962, p.107; A. Dupré, <em>Wetenschap en het Absolute</em>, Leuven, 2000, pp.22.27-31.</li> <li><em>De natura deorum</em>, 2, 37,93: ‘Hoc…qui existimat fieri potuisse non intelligo cur non idem putet si innumerabiles unius et viginti formae litterarum vel aureae vel qualeslibet aliquo coniciantur, posse ex iis in terram excussis annalae Eni ut deincips legi possint, effici.» (geciteerd in: Fr. Copleston, <em>History of Philosophy</em>, vol. I, New York, 1946, p.419).</li> <li>Zie ook Sir 16,26. 39,16-28; Ps 92,6; Js 40, 12b-13. Paulus schrijft in zijn Romeinenbrief (1,20.23): ‘Van de schepping der wereld af wordt zijn onzichtbaar wezen door de rede in zijn werken aanschouwd, zijn eeuwige macht namelijk en zijn godheid. Daarom zijn zij (=de heidenen) niet te verontschuldigen. (…). Want ofschoon zij God kenden, hebben zij God niet de Hem toekomende eer en dank gebracht. De majesteit van de onvergankelijke God hebben zij verruild voor de afbeelding van de gestalte van een sterfelijk mens en van vogels en van viervoetige en kruipende dieren’.</li> <li><em>Summa contra Gentiles</em> I, 11; <em>Summa Theologiae</em> I, 2,2. Cf. N. Kretzman, <em>The Metaphysics of Theism. Aquina’s Natural Theology in Summa contra Gentiles I</em>, Oxford, 1997; M. Kehl , <em>Und Gott sah, dass es gut war. Eine Theologie der Schöpfung</em>, Freiburg-Basel-Wien, 2006, pp. 197-205.</li> <li>D.Hume, <em>De natuurlijke geschiedenis van de religie</em>, Baarn-Kapellen, 1999; <em>Gesprekken over de natuurlijke religie</em>, Kampen, 1992.</li> <li>Zo schrijft Paley in het genoemde werk dat hij tijdens een wandeling op de heide zijn voet stootte aan een steen. Hij vroeg zich af wat die steen daar lag te doen en bedacht dat hij daar altijd al moet hebben gelegen. ‘Maar veronderstel dat ik een uurwerk op de grond had gevonden, en we zouden ons afvragen hoe het kwam dat dit uurwerk daar lag, dan zou ik niet het vorige antwoord kunnen geven, namelijk dat (…) het uurwerk daar altijd had gelegen.’ (geciteerd in: M.K. Cunningham, , London-New York, p.129). Het vinden van een uurwerk veronderstelt dat iemand het daar heeft gelegd, maar ook dat het is ontworpen en vervaardigd in zijn samenstellende delen opdat we zo het uur kunnen aflezen. Eenmaal je de constructie van een uurwerk kent, weet je ook waarvoor het dient. Deze design is volgens Paley alomtegenwoordig in de werken van de natuur, meer bepaald in de levensvormen. Deze redenering levert een mooi voorbeeld van een fysicotheologisch of teleologisch godsbewijs.</li> <li>Reeds voordien ontwikkelde zich binnen de marge van de klassieke (scholastieke en protestantse) theologieën de zogenaamde <em>fysicotheologie</em>. Johannes Albert Fabricius (1668-1736) leidde in zijn <em>Hydrotheologie</em> (1734) uit de kringloop van water (vandaar: ‘watertheologie’) het Godsbestaan en Zijn voorzienigheid af (dus koppeling van wetenschap en Bijbels scheppingsgeloof). John Ray (1627-1705) deed in zijn <em>plantentheologie</em> hetzelfde vanuit de gedachte van de wonderlijke aangepastheid van planten en dieren. Deze theologen waren ervan overtuigd dat God bij de schepping voor de nodige volmaakte ordeningen had gezorgd. Ze verschilden van de middeleeuwse scheppingsvisies doordat ze hun waarnemingen tot uitgangspunt namen en dus vooral inductief te werk gingen. Zij kunnen eigenlijk beschouwd worden als <em>‘intelligent designers’ avant la lettre</em>. Over de fysicotheologie is meer te vinden in een bijdrage van U. Krolzik, <em>Vorläufer ökologischer Theologie</em>, in: G. Altner, <em>Ökologische Theologie</em>, Stuttgart, 1989, pp. 21-28.</li> <li>Cf. J. Braeckman, <em>Darwins moordbekentenis</em>, Amsterdam, 2001, pp. 70-71.</li> <li>Cf. C. Zimmer, <em>Aan de waterkant. Over de evolutie van soorten</em>, Amsterdam/Antwerpen, 1998, pp. 26-32.</li> <li>Cf. J. Braeckman, <em>Darwins moordbekentenis</em> (n. 25), p. 25.</li> <li><em>Form and Function. A Contribution to the History of Animal Morphology</em>, 1916, 2de ed. 1982, Chicago-London, p. 46.</li> <li>Voor een uitvoerige kennismaking met het creationisme het standaardwerk van R. L. Numbers, <em>The Creationists. The Evolution of Scientific Creationism</em>, California-London, 1992. Zie ook: W. Drees, <em>Creationisme en evolutie</em>, in <em>Schrift</em> nr. 171, juni 1997, een themanummer rond Bijbel en evolutie, ook verschenen in het themanummer rond geloof en evolutie van <em>Concilium</em> 2000/1, pp. 47-54.</li> <li>Cf. De ‘Atlas de la Création’ van de hand van Harun Yahya (pseudoniem van Adnan Oktar) die in meerdere landen van Europa naar scholen werd opgestuurd, zich inspireert op de Koran en het creationisme verdedigt, bevat duizenden foto’s van fossielen die moeten aantonen dat de hedendaagse diersoorten er net zo uitzien als hun prehistorische types.</li> <li>Cf. <em>De Morgen</em>, 22 december 2005.</li> <li>Een van de meest grondige weerleggingen van het designargument ontwikkelt de Amerikaanse bioloog K.R. Miller in meerdere van zijn publicaties, o.a. <em>Finding Darwin’s God. A scientist’s search for common ground between God and evolution</em>, Harper Perennial-Paperback, 2007; <em>Answering the Biochemical Argument from Design</em>, in: M.K. Cunningham, <em>God and Evolution</em>, London-New York, 2007, pp. 159-174.</li> <li>M.J. Behe, <em>Darwin’s Black Box</em>, New York, 1996, p. 39; <em>Irreducible Complexity: Obstacle to Darwinian Evolution</em>, in: M.K. Cunningham, <em>Evolution</em> (n. 32) pp.138-158.</li> <li>De term komt van de Amerikaanse paleontoloog Keith Thomson die o.a. onderzoek deed naar het ontstaan van het oor bijj viervoetige dieren. Cf. C. Zimmer, <em>Aan de waterkant. Over de evolutie van soorten</em>, Amsterdam/Antwerpen, 1998, pp. 108-109. Een ander voorbeeld is de evolutie bij synapsiden of zoogdieren in de eetgewoonten: veranderde tandtypes waardoor kauwen mogelijk was in plaats van doorslikken en verschuiven van neusgang om tijdens het kauwen van planten te kunnen blijven ademhalen; of bij de wijze van lopen: verschuiven van schouders en heupen zodat hun poten onder het lijf pasten in plaats van er zijwaarts uit te steken (vandaar de mogelijkheid om te draven in plaats van de S-beweging bij amfibieën) én de vorming van de ribben tot een stevige kooi voor de longen zodat de spieren, nodig voor het ademen, nu gebruikt konden worden voor het lopen (<em>ibid.</em>, pp. 178-179).</li> <li><em>Intelligent Design</em>, p. 47. Cf. ook het citaat van Cicero in voetnoot 19.</li> <li>Cf. St. J . Gould &amp; N. Eldredge, <em>Punctuated Equilibrium Comes of Age</em>, in <em>Nature</em> 366 (1993), pp. 883-887.</li> <li>In: <em>Darwin’s Dangerous Idea. Evolution and the Meaning of Life</em>, Penguin Books, 1995, pp. 76-77 et passim.</li> <li>Ontleend aan R. Dawkins, <em>God als misvatting</em>, Amsterdam/Uitgevers Nieuw Amsterdam, 2006, pp. 136-137; 143. Het gehele hoofdstuk 4 uit dit boek met als titel ‘Waarom er vrijwel zeker geen god bestaat’ is immers gewijd aan de onhoudbaarheid van de bovennatuurlijke argumentering van intelligent design en de uitermate onwaarschijnlijkheid van een god die om schepper te zijn nog complexer zou moeten zijn dan alle complexiteit die ons universum is te vinden (cf. onder andere p. 164).</li> <li>Dit beeld, afkomstig van de Argentijnse dichter Luis Borges, werd overgenomen en ontwikkeld door Daniel Dennett in: <em>Darwin’s Dangerous Idea. Evolution and the Meaning of Life</em>, Penguin Books, 1995, pp. 107-111.</li> <li>R. Dawkins, <em>God als misvatting</em> (n. 38), pp. 150-167. Het ‘antropische principe’ werd geformuleerd in 1974 door de Britse wiskundige Brandon Carter en nader uitgewerkt door de fysici John Barrow en Frank Tipler, <em>The Anthropic Cosmological Principle</em>, New York, 1988.</li> <li>‘Waarom is niet iedere geologische formatie en ieder stratum vol van zulke intermediaire links? De geologie onthult niet zulk een fijne en geleidelijke organische keten; en dit, misschien, is het meest voor de hand liggende en zwaarste bezwaar dat tegen mijn theorie kan worden ingebracht.’ In <em>On the Origin of Species</em>, Oxford University Press, 1996 (paperbackversie), aanvang van hoofdstuk IX, p. 227.</li> <li>Zie hiervoor de boeiende vertelling over de stappen in de ontwikkelingen van de viervoetigen voor een leven op het land en de terugkeer van zoogdieren naar een aquatisch leven, in het reeds aangehaalde boek van de Amerikaanse wetenschapsjournalist Carl Zimmer omtrent de macro-evolutie van de soorten: <em>Aan de Waterkant</em>, Amsterdam/Antwerpen, 1998. Cf. St. Jones, <em>Almost like a whale. The Origin of Species Updated</em>, London: Anchor, 2001. De auteur toont aan hoe Darwins theorie en meerdere van zijn intuïties door de genetica worden bevestigd.</li> <li>Cf. D. Palmer, <em>Zeven miljoen jaar. Het verhaal van de evolutie van de mens</em>, Tielt: Lannoo, 2005, p. 36.</li> <li>Cf. R. Attfield, <em>Creation, Evolution and Meaning</em>, Aldershot-Burlington-Cornwall, 2006, pp. 175-195.</li> <li>Cf. H. Zahrnt, <em>Die Sache mit Gott. Die protestantische Theologie im 20. Jahrhundert</em>, München, 1967, pp. 80-84. Barth sprak dit beroemde of – zo u wilt beruchte – ‘Nein’ uit in een geschrift dat deze titel draagt en is gericht tegen Emil Brunner ten aanzien van zijn enige, zij het nog voorzichtige toegeving aan de natuurlijke theologie. Voor hem is zij irrelevant voor de theologie en eerder een ‘bekoring en een bron van vergissingen.’</li> </ol> <p>&nbsp;<br> <strong>Over deze tekst</strong> Dit artikel werd met toestemming van de auteur en de uitgevers overgenomen uit <em>Collationes. Tijdschrift voor Theologie en Pastoraal</em>, 2008, 38ste jaargang, nr.1, pp.5-30.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Wed, 11 Feb 2009 20:20:59 +0000 webmaster.flw 1043 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat schort er aan het argument van de ‘onherleidbare complexiteit’? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-schort-er-aan-het-argument-van-de-onherleidbare-complexiteit <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1042.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1042" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Maarten Boudry </div> <div class="affiliatie">Universiteit Gent, vakgroep wijsbegeerte en moraalwetenschap</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p>Creationisten beweren dat sommige biologische systemen te ingewikkeld zijn om verklaard te worden aan de hand van evolutie door natuurlijke selectie. Het oog bijvoorbeeld zit zo ingenieus in elkaar dat het enkel door een goddelijke schepper kan ontworpen zijn. Aanhangers van de theorie van intelligent ontwerp, een recente stroming binnen het creationisme, menen zelfs dat zij over een objectief criterium beschikken om de mogelijkheid van evolutie door natuurlijke selectie uit te sluiten. Dat argument baseert zich op de zogenaamde ‘onherleidbare complexiteit’ van biologische systemen. Michael Behe, de biochemicus die het concept introduceerde, geeft de volgende definitie:</p> <p><cite>Met <em>onherleidbaar complex</em> bedoel ik een systeem dat samengesteld is uit diverse goed bij elkaar passende en samenwerkende delen die elk bijdragen tot de basisfunctie, en waarbij de verwijdering van eender welk van de onderdelen ervoor zorgt dat het systeem effectief ophoudt met functioneren (Behe 2005:48).</cite></p> <p>Een dergelijk systeem kan volgens Behe niet door ‘kleine opeenvolgende wijzigingen’ tot stand komen, want ‘elke voorloper van een onherleidbaar complex systeem waaraan een onderdeel ontbreekt, functioneert per definitie niet’ (Behe 2005:48). Voor Behe en gelijkgestemden blijft er maar één optie over: we hebben te maken met het werk van een Intelligente Ontwerper.</p> <p>Behes uiteenzetting is een variatie op het klassieke ontwerpargument voor het bestaan van God, dat zijn bekendste vorm vond in de analogie met het uurwerk die de Engelse aartsdiaken William Paley in 1802 beschreef. Zoals een uurwerk het bestaan van een horlogemaker impliceert, zo getuigen complexe organen als het oog van het bestaan van een kosmische ingenieur. Darwin zelf voorzag het probleem van uitzonderlijk ingenieuze biologische systemen en gaf het expliciet aan als een mogelijke weerlegging van zijn evolutietheorie: ‘Als iemand het bestaan zou aantonen van een complex orgaan dat absoluut niet voort had kunnen komen uit een groot aantal opeenvolgende kleine wijzigingen, zou mijn theorie volledig instorten’ (Darwin 2001).</p> <p>Vormt de ‘onherleidbare complexiteit’ van Michael Behe inderdaad een onoverkomelijk obstakel voor de evolutietheorie? In het begin van de twintigste eeuw al beschreef de geneticus Hermann Muller biologische systemen waarvan de onderdelen op ingenieuze wijze op elkaar zijn afgestemd, zodat elk deel van vitaal belang is voor de functie van het systeem. Ook de biochemicus en moleculaire bioloog A.G. Cairns-Smith kwam in 1985 heel dicht in de buurt van Behes notie van onherleidbare complexiteit. Geen van beide biologen ontwaarde echter in dergelijke complexe systemen sporen van een intelligente ontwerper. Muller beweert zelfs dat hun bestaan door de evolutietheorie <em>voorspeld</em> worden. Hoe komt het dan dat Michael Behe en andere aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme er wel een bewijs voor intelligent ontwerp in bespeuren? Bestaan ‘onherleidbaar complexe’ systemen in de natuur wel, en vormen ze werkelijk een groot struikelblok voor de evolutietheorie?</p> <p>Behe beweert dat hij diverse onherleidbaar complexe structuren heeft aangetroffen in de levende natuur, hoofdzakelijk op het niveau van de cel: de bloedstolling, het immuunsysteem, de lichtgevoelige cel… Het paradepaardje van de beweging voor intelligent ontwerp is echter het zweepstaartje van de bacterie <em>E. coli</em>, een soort buitenboordmotortje dat door de bacterie gebruikt wordt om zich voort te bewegen. Het bacterieel zweepstaartje of flagellum is een ingenieus roterend mechanisme dat uit meer dan vijftig onderdelen bestaat, die volgens Behe nauwkeurig op elkaar zijn afgestemd en allemaal cruciaal zijn voor de roterende functie van het mechanisme. Enkel een intelligente ontwerper kan voor een dergelijk complex mechanisme verantwoordelijk zijn, aldus Behe.</p> <p>Laten we de definitie van het centrale idee van de onherleidbare complexiteit stap voor stap onder loep nemen. Behe schrijft dat ‘de verwijdering van eender welk van de onderdelen’ van een onherleidbaar complex systeem ervoor zorgt dat het systeem ophoudt met functioneren. Maar beantwoorden Behes eigen voorbeelden aan zijn definitie van onherleidbare complexiteit: is elk van die onderdelen onmisbaar voor de werking van het mechanisme?</p> <p>In de eerste plaats is er voor de meeste van Behes voorbeelden simpelweg te weinig onderzoek verricht om te weten welke rol elk onderdeel precies vervult in het systeem, en of al die onderdelen voor de werking onontbeerlijk zijn. Behe neemt gemakshalve aan dat alle onderdelen even onmisbaar zijn, omdat hij vanuit een ontwerpstandpunt redeneert en ervan uitgaat dat geen enkel onderdeel daar zomaar zou aanwezig zijn. In werkelijkheid hebben wetenschappers echter aangetoond dat in een typisch complex biochemisch systeem behoorlijk wat onderdelen overbodig, bijkomstig of in ieder geval niet onmisbaar zijn (Shanks &amp; Joplin 1999). Wanneer we bijvoorbeeld één of meerdere elementen uitschakelen van het biochemische cascadeproces van de bloedstolling, is de kans groot dat ons bloed nog steeds blijft stollen, zij het soms niet meer zo snel of niet meer zo volledig. Vanuit het standpunt van de evolutietheorie is dat niet verwonderlijk: aangezien natuurlijke selectie een blind en doelloos proces is, gaat het op een slordige en opportunistische manier te werk. Een intelligente ontwerper zou vooruitziend zijn en meteen een efficiënte en economische oplossing uitdokteren. Natuurlijke selectie daarentegen werkt altijd op basis van wat er al voorhanden is. Ze kan nooit op haar stappen terugkeren om een betere weg in te slaan, maar zal elke keer opnieuw slechts een klein beetje aanpassen, bijbouwen, verschuiven of uitbreiden. Het resultaat is in de regel een slordige constructie met veel wederzijds overlappende of nutteloze constructies. Behe probeert de complexiteit in de natuur retorisch uit te buiten door ze als een onoverkomelijk obstakel voor de evolutietheorie voor te stellen, maar vaak onderschat hij de overbodigheid of ‘redundantie’ van die complexiteit (Perakh 2008).</p> <p>Laten we nu terugkeren naar Behes definitie. Hij schrijft verder dat, wanneer we één van de componenten van een onherleidbaar complex systeem verwijderen, het systeem ‘effectief ophoudt met functioneren.’ Maar naar welke functie verwijst Behe precies? Als hij het heeft over de huidige functie die door het mechanisme wordt uitgeoefend – bijvoorbeeld rotatie in het geval van het bacteriële zweepstaartje – dan is het inderdaad goed mogelijk dat sommige componenten voor die functie onmisbaar zijn. Maar wil dat zeggen dat het bacterieel zweepstaartje onmogelijk kan geëvolueerd zijn?</p> <p>Dat lijkt een voorbarige conclusie. In de evolutie kan een systeem dat oorspronkelijk een bepaalde functie uitoefende, door mutaties en duplicaties van het genetisch materiaal later gerecupereerd worden voor een andere functie. Evolutiebiologen noemen dit ‘exaptatie’. Evolutie roeit met de riemen die het heeft. Of beter gezegd: ze zal eender wat als roeispaan gebruiken als het voorhanden is en daar min of meer toe kan dienen.</p> <p>Het is dus niet omdat het bacterieel zweepstaartje niet langer roteert wanneer we een cruciale component lamleggen, dat een dergelijk systeem geen evolutionaire voorgeschiedenis kan hebben. Biologen hebben vastgesteld dat het type-III afscheidingssysteem van die bewuste <em>E. coli</em>, die de bacterie gebruikt om gifstoffen in een externe cel te injecteren, qua structuur verdacht goed lijkt op één van de centrale componenten van het zweepstaartje. Het is dus zeer plausibel dat de constructie van het type-III afscheidingssysteem op een bepaald moment in de evolutie voor de roterende functie is aangewend. Mogelijk zorgde dat nog niet meteen voor de beweeglijkheid die de hedendaagse afstammeling van die vroegere <em>E. coli</em> geniet, maar zolang deze nieuwe aanpassing een klein ‘selectief voordeel’ bood voor de bacterie ten opzichte van haar concurrenten, kon deze eigenschap zich verspreiden en doorgegeven worden aan de volgende generaties.</p> <p>Er zijn dus twee mogelijkheden: 1) Het woord “functioneren” in Behes definitie verwijst naar de <em>huidige</em> functie van het systeem. In dat geval is het inderdaad best mogelijk dat de verwijdering van één van de componenten de functie van het systeem stillegt. Maar door het alomtegenwoordige verschijnsel van exaptatie vormt dit geen probleem voor de evolutietheorie. 2) Behes definitie verwijst naar elke denkbare functie die het resterende deel van het systeem zou kunnen uitoefenen. Een dergelijke situatie zou inderdaad problematisch zijn voor de evolutietheorie, maar Behe heeft geen enkele poging ondernomen om het bestaan van ‘onherleidbare complexiteit’ in die betekenis aan te tonen. In de plaats daarvan verspringt hij op slinkse wijze tussen de eerste en de tweede invulling van ‘onherleidbare complexiteit’: hij toont aan dat onherleidbare complexiteit in de eerste definitie voorkomt, en vervolgt zijn betoog alsof hij dat voor de tweede versie heeft aangetoond. Wanneer hij door critici op het verschijnsel van exaptatie gewezen wordt (Miller 2000:139), verwijt hij hen dat ze zijn argument verkeerd voorstellen en dat ze met zijn definitie aan de haal gaan (Behe 2006:258)!</p> <p>Behe houdt evenmin rekening met andere vormen van indirecte evolutie. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat een component van het bacterieel zweepstaartje oorspronkelijk bijkomstig was voor het goede functioneren van het systeem, maar dat het door latere wijzigingen of door de verwijdering van andere componenten plots <em>wel</em> onmisbaar werd. De biochemicus en moleculaire bioloog A.G. Cairns-Smith vergelijkt dergelijke fenomenen met de constructie van een gewelf met behulp van steigers: aanvankelijk zijn de steigers noodzakelijk om de bogen te ondersteunen, maar eens het gewelf compleet is, kunnen we ze probleemloos wegnemen (Cairns-Smith 1986). Ook de evolutie van het zweepstaartje is waarschijnlijk via vele omwegen gebeurd. Behe probeert echter zelf de grenzen van het debat af te bakenen, door enkel de mogelijkheid van een direct en lineair evolutionair verhaal aan de orde te stellen, maar het is duidelijk dat zijn verbeeldingskracht tekort schiet. Behe had beter naar de bioloog Leslie Orgel geluisterd: ‘Evolution is cleverer than you are.’</p> <p>Tot slot lijkt Behe van zijn ontwerpargument een bewegend doelwit te maken. Wanneer zijn critici hem confronteren met een plausibele evolutionaire voorloper van een ‘onherleidbaar complex’ systeem, schroeft hij de bewijsstandaarden steeds verder op. Hoeveel stukken van de evolutionaire puzzel ook worden ingevuld, de aanhangers van Intelligent Design vragen steeds om <em>meer</em> bewijzen. In plaats van toe te geven dat de verschijnselen van exaptatie en indirecte evolutie zijn argument onderuit halen, hamert Behe erop dat nog steeds niemand heeft aangetoond hoe de componenten zich dan precies hebben samengevoegd of hoe ze ontstaan zijn. Eigenlijk verwacht Behe een volledig uitgewerkt, gedetailleerd en stapsgewijs verslag van de evolutionaire geschiedenis van een systeem (Behe 2006: 66, 95). Dat is natuurlijk een andere discussie, maar het is vooral een absurde eis: niemand was erbij om de evolutie van het bacterieel zweepstaartje waar te nemen. Dat wil niet zeggen dat we daarover niets kunnen achterhalen. Hoe meer aanwijzingen wetenschappers verzamelen om de evolutionaire geschiedenis van het zweepstaartje in grote lijnen te reconstrueren, hoe absurder het wordt om te blijven volhouden dat de evolutietheorie niet bij machte is om een verklaring te bieden.</p> <p>Het argument van de onherleidbare complexiteit is dus zelf niet zo bijster intelligent ontworpen. Ten eerste beschreven biologen eerder al het verschijnsel waarnaar Behe verwijst, Zij beschouwden het als een voorspelbare uitkomst van evolutionaire processen en ontwaarden er geenszins de hand van een intelligente ontwerper in. Ten tweede onderschat Behe de overbodige, overlappende en inefficiënte constructies kenmerkend voor biochemische systemen. In de plaats daarvan buit hij de biochemische complexiteit retorisch uit om een misleidende indruk van ontwerp te wekken. Ten derde is Behes concept van onherleidbare complexiteit incoherent en dubbelzinnig. Door handig te verspringen tussen twee definities van het concept, geeft hij de indruk een onoverkomelijk obstakel voor de evolutietheorie gevonden te hebben. In werkelijkheid negeert hij het cruciale verschijnsel van exaptatie en schuift hij andere vormen van indirecte evolutie onder de mat. In goede creationistische traditie zet hij zelf de bakens voor de discussie uit en bevecht hij vervolgens een stropop.</p> <p><strong>Bibliografie</strong></p> <p>Behe, M. J. (2005). <em>Intelligent design : de zwarte doos van Darwin</em>. Baarn, Ten Have.</p> <p>Darwin's black box : The biochemical challenge to evolution (10th Anniversary Edition). New York (N.Y.), Simon and Schuster.</p> <p>Cairns-Smith, A. G. (1986). <em>Seven clues to the origin of life: A scientific detective story</em>. Cambridge, UK, Cambridge University Press.</p> <p>Darwin, C. (2001). <em>Het ontstaan van soorten door middel van natuurlijke selectie ofwel het bewaard blijven van rassen die in het voordeel zijn in de strijd om het bestaan</em>. Amsterdam, Atlas.</p> <p>Miller, K. R. (2000). <em>Finding Darwin's God : A scientist's search for common ground between God and evolution</em>. New York (N.Y.), HarperCollins.</p> <p>Perakh, M. (2008). Flagella myths. How Intelligent Design proponents created the myth that bacteria flagella look like man-made machines. <em>Skeptic</em> 14(3).</p> <p>Shanks, N. and K. Joplin (1999). Redundant complexity: A critical analysis of intelligent design in biochemistry. <em>Philosophy of Science</em> 66(2): 268-282.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/media/onreduceerbare-complexiteit-een-schaap-wolvenvacht-hoe-schijn-bedriegt" hreflang="en">Onreduceerbare complexiteit - een schaap in wolvenvacht... of hoe schijn bedriegt</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/waarom-houdt-behes-onreduceerbare-complexiteit-geen-steek" hreflang="en">Waarom houdt Behes onreduceerbare complexiteit geen steek?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/waarom-de-muizenval-analogie-van-michael-behe-misleidend-en" hreflang="en">Waarom is de muizenval-analogie van Michael Behe misleidend en wetenschappelijk niet overtuigend?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Tue, 10 Feb 2009 11:51:50 +0000 webmaster.flw 1042 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat zijn de ware aard en belangen van aanhangers van creationisme en intelligent design? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-zijn-de-ware-aard-en-belangen-van-aanhangers-van-creationisme-en <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1041.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1041" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Barbara Forrest </div> <div class="affiliatie">Professor in de wijsbegeerte aan Southeastern Louisiana University in Hammond, Louisiana.</div> <div class="vertaler"> Karen Coppens en Johan De Smedt </div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>Inzicht verwerven in de ware aard en belangen van de beweging van voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme</strong></p> <p><em>1. Inleiding: Wat staat er op het spel in de onenigheid over intelligent ontwerp?</em></p> <p>Met deze verhandeling wens ik licht te werpen op de beweging rond intelligent ontwerp (<em>intelligent design</em>, vanaf nu ID of ID beweging genoemd), een beweging die ik, om redenen die ik hieronder zal uiteenzetten, de beweging van voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme noem. In het bijzonder zal deze verhandeling de organisatie van de ID beweging bekijken, haar historische en wettelijke achtergronden, haar strategieën en doelstellingen, en de implicaties voor de openbare orde.</p> <p>Zoals deze verhandeling zal aantonen, is de ID beweging de meest recente versie van het Amerikaanse creationisme. In het promoten van de theorie van intelligent ontwerp – een term die essentieel codetaal is voor het religieus geloof in een bovennatuurlijke schepper – als een betekenisvol wetenschappelijk alternatief voor de evolutietheorie, zet de ID beweging de decennialange poging van creationisten voort om ofwel het leren over evolutie te minimaliseren of om evenveel schooltijd te winnen voor weer een nieuwe vorm van creationisme op de Amerikaanse openbare scholen. Daardoor bedreigt de ID beweging zowel de opleiding en vorming van de kinderen van de Verenigde Staten, als de constitutionele scheiding tussen kerk en staat, die de vrijheid van godsdienst beschermt van elke Amerikaan (Forrest &amp; Gross, 2005). Ondanks politieke en wettelijke klappen (zoals in het vonnis van het proces <em>Kitzmiller et al. versus het schooldistrict van Dover en omgeving</em>, 2005), zetten de voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme hun campagne voort om staatsonderwijs en, uiteindelijk, ook de Amerikaanse cultuur en overheid te deseculariseren, waardoor ze de grondbeginselen van een seculiere, constitionele democratie ondermijnen.</p> <p>Zowel het recht van godsdienstvrijheid, gegarandeerd door het Eerste Amendement aan de grondwet van de Verenigde Staten, als het recht van elk kind om onderwezen te worden in openbare scholen, maken deel uit van Amerika’s grootste bronnen van binnenlandse sterkte en stabiliteit. De scheiding tussen kerk en staat heeft een kleurrijke religieuze diversiteit voorgebracht terwijl Amerikanen beschermd werden tegen religieuze dwang, of die nu direct wordt uitgeoefend door de regering of door medeburgers die de regering zouden gebruiken als een instrument voor zulke dwang.</p> <p>Om hun antiwetenschappelijke en antiseculiere agenda te promoten, streven de voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme van het Centrum voor Wetenschap en Cultuur van het Discovery Institute ernaar om staatsscholen te gebruiken voor ‘het verslaan van wetenschappelijk materialisme en zijn destructieve moraal, cultuur en politieke bijdrage’, ‘om materialistische verklaringen te vervangen door het godsdienstige begrip dat mens en natuur geschapen werden door God’, en om ‘de theorie van intelligent ontwerp in ons religieus, cultureel, moreel en politiek leven te zien doordringen’ (Discovery Institute, 1998).</p> <p>Openbaar onderwijs en de scheiding tussen kerk en staat zijn met elkaar verbonden; de sterkte van de Amerikaanse constitutionele democratie hangt af van het behoud van beiden. Hoewel de concrete garantie op religieuze vrijheid van het Eerste Amendement soms moeilijk was, zijn staatsscholen over het algemeen succesvol geweest in het bieden van een onderwijsomgeving die vrij is van religieus conflict aan 90% van de Amerikaanse kinderen, waardoor ze hen in staat stelden zich te concentreren op het verwerven van kennis en vaardigheden die nodig zijn voor het economische en maatschappelijke leven (<em>Americans United for Separation of Church and State</em>, Doc. 623). Het staatsonderwijs, met 48 miljoen studenten (<em>National Center for Education Statistics</em>, 2005) het grootste openbare instituut in de eerste seculiere democratie van de geschiedenis, mag niet het medium worden voor een aanval op wetenschap en de seculiere maatschappij (<em>Americans United for Separation of Church and State</em>, Doc. 601).</p> <p>De gevolgen van het toestaan om ID creationistische theorie te onderwijzen in onze openbare scholen strekken veel verder dan staatsonderwijs. Een recent artikel in <em>Science</em>, een van ’s werelds meest vooraanstaande wetenschappelijke tijdschriften, legde de reden bloot dat onder de vierendertig ontwikkelde landen die werden bevraagd, de V.S. voorlaatste staat in het aantal volwassenen die de evolutietheorie accepteren: ‘Het aanvaarden van evolutie is lager in de Verenigde Staten dan in Japan of Europa, vooral door het wijdverspreide fundamentalisme en de politisering van wetenschap in de Verenigde Staten’ (Miller et al., 2006). Door wetenschap, en bovenal door biologie, die vooruitgang boekt in een record tempo, dusdanig middelen te verlenen om de levenskwaliteit te verbeteren in elk land ter wereld, zal de 21ste eeuw de eeuw van de biotechnologie worden. Als leider van de wetenschappelijke gemeenschap kunnen de V.S. het zich niet veroorloven de voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme toe te staan om het reeds lage niveau van wetenschappelijke alfabetisering van het Amerikaanse publiek verder te laten aantasten.</p> <p><em>2. Wat is de beweging van de voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme?</em></p> <p>Er is een wijdverspreid populair misverstand aangaande de ware aard en bedoelingen van de ID beweging. Om haar doeltreffend te kunnen bestrijden, is een juist begrip van haar ware aard en bedoelingen onontbeerlijk. De voorstelling van ID als niet-religieus en van haar status als een alternatieve wetenschappelijke theorie is verkeerd. (Die zienswijze, wijdverbreid door de populaire media, is overigens gebaseerd op de omschrijving door ID aanhangers zelf.)</p> <p>‘De theorie van het intelligente ontwerp’ is de nieuwste variant van het traditionele creationisme dat Amerikaanse openbare scholen reeds decennia lang heeft geplaagd. De meeste ID aanhangers zijn ‘oude aarde’ creationisten (old-earth creationists - OEC). ID is een rechtstreekse uitwas van het ‘progressieve’ creationisme van de jaren 1980, een vorm van OEC gebaseerd op het geloof dat de natuur te werk gaat volgens zowel de natuurwetten als via periodieke handelingen van speciale schepping door God om meer geavanceerde en meer complexe levensvormen te creëren. Er zijn variaties in de opvattingen van de ID aanhangers. De meesten accepteren de leeftijd van de aarde als 4,5 miljard jaar oud, hoewel sommige ‘jonge aarde’ creationisten (young-earth creationists - YEC) geloven dat de aarde slechts 6000 à 10 000 jaar oud is. Sommigen, zoals Michael Behe, aanvaarden dat mensen en apen gemeenschappelijke voorouders hebben. Echter, ze wijzen vrijwel allemaal natuurlijke selectie als mechanisme van significante evolutionaire veranderingen af. ID aanhangers, zoals vroegere creationisten, aanvaarden slechts een gelimiteerde hoeveelheid evolutionaire verandering binnen de grenzen van een soort, waaronder de mogelijkheid van natuurlijke selectie om langere snavels voort te brengen bij vogels of resistentie tegen bepaalde pesticiden bij insecten. Behe ontkent ook de kracht van natuurlijke selectie om cellulaire structuren te ontwerpen die hij beschouwd als ‘onreduceerbaar complex’. Allen geloven dat de begrensde kracht van evolutie moet aangevuld worden met Gods handelingen van speciale schepping (Scott, 2004).</p> <p>De ID beweging is gevestigd in het Center for Science and Culture (CSC), opgericht in 1996 als de creationistische vleugel van het Discovery Institute (DI), een conservatieve denktank in Seattle. Het CSC schenkt jaarlijks lucratieve beurzen van 40 000 à 50 000 dollar ‘om onderzoek van hoge kwaliteit te ondersteunen ... dat relevant is voor de vraag naar bewijsmateriaal voor intelligent ontwerp in de natuur’, maar niet alle onderzoekers krijgen fondsen (Center for Science and Culture, 2007). Het grootste deel van de CSC toelagen komt van een welstellende bondgenoot, Howard Ahmanson, Jr., die, net als hun andere financiële bronnen, de Maclellan Foundation en de Stewardship Foundation, de religieuze missie van de organisatie ondersteunt (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 148-50, 266-67). Het CSC wordt ondersteund door talloze hulporganisaties: het Access Research Network (ARN), een distributiecentrum voor ID videos, boeken, enz.; het in Kansas gevestigde Intelligent Design Network (IDnet), dat ID promoot via zijn afdelingen in diverse staten; en twee studentenorganisaties, het IDEA (Intelligent Design and Evolution Awareness) Centrum en het Intelligent Design Undergraduate Research Center (IDURC), die middelbare en universiteitsstudenten recruteren als ID supporters (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 167-68).</p> <p>In tegenstelling tot de meest gangbare opinie en tot de verslaggeving van de media die foutief beweren dat ID niet gebaseerd is op de bijbel, is ID net zo bijbels gestoeld als het creationisme dat eraan voorafging. De leiders van de beweging hebben ID gedefinieerd in onverbloemde religieuze termen door de intelligente ontwerper met de god van de bijbel te identificeren en door naar zichzelf te verwijzen als creationisten. De voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme maken geen gebruik van het boek Genesis als basis voor ID, dit om onenigheid (bijvoorbeeld omtrent de leeftijd van de aarde) ter vermijden YEC, die ze nodig hebben als politieke bondgenoten. Ze beroepen zich daarentegen op het evangelie volgens Johannes uit het Nieuwe Testament: ‘In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. / Dit was in den beginne bij God. / Alle dingen zijn door het woord vlees geworden. / Alle dingen zijn door Hetzelve gemaakt, en zonder Hetzelve is geen ding gemaakt, dat gemaakt is. / ... Hij was in de wereld, en de wereld was door Hem gemaakt …’ (Johannes 1:1-3, 10). Ze beschouwen het hun plicht als christelijke apologeten om ID te promoten en om hun geloof te verdedigen tegen wat zij als aanvallen die voortkomen uit de wetenschap beschouwen (Forrest, 2005a, 3-4). [1]</p> <p>Walter Bradley, een stichtend lid van de ID beweging en een lid van het eerste uur van CSC heeft openlijk over God gesproken in zijn werk over ‘progressief creationisme’: ‘De progressieve creationist ziet God aan het werk... door een combinatie van mirakel plus [natuurlijk] proces’ (geciteerd in Forrest, 2005a, 14). Phillip E. Johnson, CSC adviseur en de facto leider van de ID beweging, definieert ID als behoefte hebben aan de realiteit van God: ‘Mijn collega’s en ik spreken van ‘theistisch realism’ - of ... ‘louter schepping’ - als kenschets van onze beweging. Dit betekent dat God objectief gezien de ware schepper is, en dat de realiteit van God zichtbaar vervat zit in bewijsmateriaal toegankelijk via wetenschap, meer bepaald via biologie’ (aangehaald in Forrest, 2005a, 31). William Dembski, een onderzoeker van het CSC en de meest vooraanstaande intellectueel van de beweging, stipuleert dat de schepper ‘een bovennatuurlijke intelligentie’ moet hebben (geciteerd in Forrest, 2005a, 35). Daarenboven, door beroep te doen op het evangelie volgens Johannes, identificeert Dembski de schepper als de christelijke god, waardoor ID niet enkel een religieus maar ook een sectarisch geloof wordt: ‘Inderdaad, intelligent ontwerp is slechts de theologie van de Logos van het evangelie volgens Johannes verpakt in het woordgebruik van de informatietheorie’ (geciteerd in Forrest, 2005a, 26-27). (Het Griekse woord ‘Logos’ verwijst naar Jezus.) <em>Intelligent design: The bridge between science and theology</em>, Dembski’s (1999) boek voor het brede publiek, bespreekt ID in specifiek christelijke termen.</p> <p>Zelfs biochemicus Michael Behe, één van de weinige ID aanhangers die een praktizerend wetenschapper is, en die benadrukt dat hij een aanhanger werd van ID om zuiver wetenschappelijke redenen, zegt dat ‘wetenschappelijk bewijs van de schepping veel betekent voor christenen’ om de kans die het biedt om het christendom te verdedigen: ‘Christenen leven in de wereld met niet-christenen. We willen de blijde boodschap delen met diegenen die het nog niet begrepen hebben, en het geloof verdedigen tegen aanvallen. Materialisme is zowel een wapen, dat menig antagonist gebruikt heeft tegen het christendom, als een struikelblok voor sommigen die zich anders naar de kerk zouden keren... Hoewel het christendom kan leven met een wereld waarin tastbaar bewijs voor Gods handelingen moeilijk te onderscheiden valt, heeft het materialisme het moeilijk met een universum dat naar ontwerp ruikt’ (Behe, 1998).</p> <p>Er is veel meer dergelijk bewijs dat ID geen wetenschap is zoals zijn aanhangers het misleidend voorstellen aan het grote publiek en aan de beleidsvoerders, maar dat het eerder godsdienstig is zoals ze het verdoken voorstellen aan hun conservatieve christelijke achterban. ID werd grondig geanalyseerd door bekwame geleerden, die het aan de kaak stellen in hun publicaties [2]. Veel ervan werd door het openbaar ministerie gebruikt in de eerste gerechtelijke test van de grondwettelijkheid van het onderwijzen van ID, <em>Kitzmiller et al. versus het schooldistrict van Dover en omgeving</em> (Kitzmiller, 2005). In een rechtskundig advies door rechter John E. Jones III (Middenarrondissement van Pennsylvania), faalde ID deze legale test.</p> <p>Gezien de essentie van de ID beweging haar verwerping van de moderne wetenschappelijke methode is, is het al bij al niet verwonderlijk dat rechter Jones vond dat het ID aan de nodige wetenschappelijke kenmerken ontbreekt. Wetenschap heeft testbare hypotheses nodig. Omdat veronderstellingen over de acties van ‘ontwerpers’ of van andere bovennatuurlijke handelende personen niet testbaar zijn (tenminste, tot dusver heeft niemand een manier ontwikkeld om dergelijke speculatie te testen), limiteert de wetenschappelijke methode (soms ook ‘methodologisch naturalisme’ genoemd) wetenschappers tot het zoeken naar natuurlijke verklaringen voor natuurlijke fenomenen. Het historische gegeven dat wetenschappers eeuwen geleden pogingen om natuurlijke fenomenen uit te leggen door middel van het bovennatuurlijke als onwerkbaar opgaven ten spijt, argumenteren ID aanhangers, zoals de creationisten voor hen, dat het uitsluiten van het bovennatuurlijke als een wetenschappelijke verklaring getuigt van willekeur. In <em>Darwin on Trial</em>, beargumenteert Phillip Johnson (1991) dat evolutie uitsluitend door de wetenschappelijke gemeenschap wordt geaccepteerd wegens de dogmatische, a priori naturalistische positie die wetenschappers innemen. Nadat het hooggerechtshof het onderwijzen van creationisme als ongrondwettelijk had afgedaan in Edwards v. Aguillard (1987), besloot Johnson dat de creationisten dat proces hadden verloren vanwege hun onfaire uitsluiting uit het wetenschapsbedrijf door de naturalistische definitie van wetenschap door de wetenschappelijke gemeenschap. Hieruit volgt dat creationisten wetenschap moeten herdefiniëren om het bovennatuurlijke te herstellen: ‘Wij zouden moeten definities van wetenschap beramen die elke conclusie die ons niet aanstaat uit te sluiten, of die waar we achter staan te accepteren’ (Nelson, 2002, 3). Aldus koos de ID beweging om te werken met een onhandzame, pre-moderne definitie van wetenschap die zich noodwendig beroept op het bovennatuurlijke om een ‘adequate’ verklaring te bieden voor natuurlijke fenomenen [3]. Toch hebben ID aanhangers nooit een plausibele uitleg gegeven waarom ontestbare - en dus onwetenschappelijke - beweringen over bovennatuurlijke oorzaken nodig, of zelfs bruikbaar zijn om natuurlijke fenomenen te begrijpen.</p> <p><em>3. De historische en legale achtergrond van creationisme en intelligent ontwerp</em></p> <p>De ID beweging ontstond uit het afwijzen van evolutie door mensen die geloven dat de morele kwalen van de moderne wereld veroorzaakt werden door Charles Darwins revolutionaire ideëen (Forrest, 2005b, 10-13). Phillip Johnson begon zijn kruistocht tegen evolutie na zijn bekering tot het christendom toen hij eind de dertig was (Schoch, 1991). William Dembski, een katholiek die zich bekeerde tot evangelische christen als student in het hoger onderwijs (Smith, 2005), heeft zijn volwassen leven gewijd aan het promoten van ID als een christelijk apologeet: ‘De opdracht van apologeten is om obstakels te verwijderen die verhinderen dat mensen tot de kennis van Christus komen... En als er iets is dat... de groei van Christus belemmerde ... en mensen de Schrift en Jesus Christus te accepteren, dan is het wel de darwinistische naturalistische visie’ (Benen, 2000, 14). De geschiedenis van de ID beweging zit propvol soortgelijke persoonlijke verhalen.</p> <p>Maar ID leiders en anderen die zich godsdiensig en ideologisch verzetten tegen evolutie staan voor een gigantisch obstakel bij het promoten van hun anti-evolutionaire overtuigingen, zeker in het staatsonderwijs: de rechtbanken zijn onmiskenbaar geweest in hun oordeel dat, juist omdat het een poging representeert om godsdienstige opvattingen te promoten, het door de staat gefinancierde onderwijzen van creationisme in gelijk welke vorm tegen de grondwet indruist. Naast de zaak <em>Kitzmiller</em>, die specifiek slaat op ID (besproken in deel 5), zijn er ten minste negen belangrijke vonnissen van de gerechtshoven die creationisme in openbare scholen verbieden (Matsumura, 2001); drie ervan zijn hier onmiddellijk relevant en worden hieronder samengevat:</p> <ul> <li><em>Epperson v. Arkansas</em>, 393 U.S. 97 (1968). Voor 1968 probeerden creationisten evolutie uit het openbare onderwijs te weren door het te verbieden via aktes zoals de Butler Bepaling van Tennessee in 1925 (Tennessee Evolution Statutes, 1925). In <em>Epperson v. Arkansas</em>, gebood het Hooggerechtshof van de V.S. dat het decreet van Arkansas dat het onderwijzen van evolutie verbood niet grondwettelijk was en dat de staten het leerprogramma niet mogen wijzigen om te voldoen aan de geloofsovertuigingen van bepaalde religieuze groepen.</li> <li><em>McLean v. Arkansas Board of Education</em>, 529 F. Supp. 1255 (1982). Toen pogingen om het onderwijzen van evolutie te verbannen faalden, wilden creationisten ‘gelijke behandeling’ via decreten zoals het Arkansas decreet 590, dat oplegde dat ‘creatie wetenschap’ onderwezen werd naast evolutie. In <em>McLean v. Arkansas Board of Education</em>, verklaarde federale rechter William Overton decreet 590 ongrondwettelijk. Hoewel <em>McLean</em> een vonnis was van een rechtbank van eerste aanleg (U.S. District Court, Oostelijk district van Arkansas) en daarom niet bindend was voor scholen buiten dat arrondissement, heeft het een krachtige invloed gehad op de daaropvolgende vonnissen betreffende creationisme omwille van de duidelijke, welomschreven definitie van wetenschap, die rechter Overton gebruikte om te oordelen dat ‘creationistische wetenschap’ [creation science] godsdienst is en geen wetenschap (<em>McLean</em>, 1982).</li> <li><em>Edwards v. Aguillard</em>, 482 U.S. 578 (1987). Louisiana’s decreet voor ‘gelijke behandeling voor creationistische wetenschap en evolutionaire wetenschap in het onderwijs in openbare scholen’ uit 1981, dat leek op decreet 590 uit Arkansas dat hetzelfde jaar was goedgekeurd, veroorzaakte deze markante beslissing van het Hooggerechtshof die creationisme verbood in wetenschapsklassen van de openbare scholen. De rechtbank oordeelde dat deze wet van Louisiana op ongrondwettelijke wijze godsdienst bekrachtigde omdat ‘het doel van de wetgevende macht van Louisiana in het bijzonder was het religieuze standpunt naar voor te schuiven dat een bovennatuurlijk wezen de mensheid geschapen had’ (<em>Edwards v. Aguillard</em>, 1987). <em>Edwards</em> is nu de voornaamste juridische maatstaf voor alle federale rechters in rechtzaken in verband met het creationistische gedachtengoed.</li> </ul> <p>Zoals reeds eerder aangehaald, is ID de rechtstreekse erfgenaam van eerdere vormen van creationisme. Na <em>Edwards</em> besliste een groep creationisten de ‘intelligent ontwerp’ terminologie te adopteren in een poging dit oordeel van het Hooggerechtshof te omzeilen (Forrest, 2005a, 16-18; 2005b). CSC bondgenoot Charles Thaxton, co-auteur van het baanbrekende ID boek, <em>The mystery of life’s origin</em> (Thaxton et al., 1984), verkoos in 1988 de term ‘intelligent ontwerp’ om de post-<em>Edwards</em> transformatie van creationistische wetenschap te benoemen (Witham, 2002, 221). Dean H. Kenyon, een CSC kompaan die een gezworen beëdigde verklaring indiende als creationistisch wetenschapper in de <em>Edwards</em> rechtszaak, en co-auteur van het creationistische handboek <em>Of Pandas and People</em>, gaf in 2000 heimelijk toe dat ‘Wetenschappelijk creationisme... eigenlijk één van de intellectuele voorlopers is van de beweging voor intelligent ontwerp’ (Wiker, 2000).</p> <p>De kritiek op evolutie die ID aanhangers vandaag spuien, is nog steeds dezelfde die creationisten reeds decennia lang publiceren, een weerspiegeling van hun directe creationistische afstamming (Forrest, 2005a, 19-22). Ze hebben enkel de kenmerkende elementen van ‘jonge aarde’ creationisten overboord geworpen, zoals de jonge leeftijd van de aarde en de zondvloed van Noah. Dergelijke uitspraken zouden ID te opzichtig identificeren als creationisme; veel van hun sympatizanten zouden de CSC agenda niet onderschrijven, in de wetenschap dat hun inspanningen slechts tot een legale mislukking kunnen leiden. Toch kunnen onthullende voorbeelden van de overeenstemming tussen ID en de creationistische wetenschap van vele decennia geleden worden gesprokkeld uit een vergelijking van de teksten van creationistische wetenschappers en ID auteurs, zoals enkele voorbeelden aantonen (overgenomen uit Forrest, 2005c):</p> <ul> <li><em>Ontkennen dat evolutie een feit is:</em></li> <li>[creationistische wetenschap] ‘Hoewel algemeen naar voren geschoven als een wetenschappelijk feit, werd evolutie nooit wetenschappelijk bewezen. Sommige schrijvers noemen het nog steeds de evolutie<em>theorie</em>, maar zelfs dat is te genereus... Evolutie is… feit, theorie, noch hypothese. Het is een geloof – en niets meer’ (Henry Morris, ‘Evolution, Creation and the Public School,’ <em>Impact</em>, maart 1, 1973).</li> <li>[intelligent ontwerp] ‘Een misvatting aangaande de status van evolutie als een feit… (het) is gangbaar te horen… dat evolutie niet slechts een theorie is maar een onbetwistbaar feit... Slechts in de meest onbenullige betekenis - verandering over tijd - kan evolutie als feit beschouwd worden... Indien studenten ware wetenschappelijke geletterdheid horen te bereiken, moeten ze leren onderscheid te maken tussen feit en veronderstelling’ (Mark D. Hartwig &amp; Stephen C. Meyer, 1993, <em>Of pandas and people</em>, 154, 157).</li> <li>Handhaven dat er leemtes zijn in het fossielenbestand (die een plotse verschijning impliceren, en dus goddelijke schepping van levensvormen):</li> <li>[creationistische wetenschap] ‘Er bestaat… een ongelofelijke kloof tussen eencellige organismen en micro-organismen en de ... vele ongewervelde phyla van het Cambrium. Als het vorige evolueerde in het volgende, lijkt het onmogelijk dat geen overgangsvormen tussen hen zouden... bewaard zijn of gevonden... Soorten verschijnen plotseling in het fossielenbestand, zonder tussenliggende vormen die ernaar toe leiden. Hoe verklaart het evolutionaire model deze ... leemten in het fossielenbestand? ... Gezien de talrijke fossielen die nu beschikbaar zijn, is het onmogelijk te beweren... dat de leemten zullen ingevuld worden door het verder verzamelen van fossielen’ (Henry Morris, 1974, <em>Scientific Creationism</em>, 81, 87, 89).</li> <li>[intelligent ontwerp] ‘Stellen dat de fauna van het Cambrium op een geologisch plotse manier verscheen, impliceert de afwezigheid van duidelijk transitionele tussenliggende vormen die dieren uit het Cambrium verbinden met meer eenvoudige pre-Cambrium vormen... In bijna alle gevallen, hebben de dieren uit het Cambrium geen duidelijke... voorlopers... Daarenboven, meerdere recente ontdekkingen... suggereren dat deze... leemten misschien niet slechts een artefact zijn van de onvolledige staalname van het fossielenbestand’ (Stephen C. Meyer, 2004, ‘Intelligent Design: The Origin of Biological Information and the Higher Taxonomic Categories,’ <em>Proceedings of the Biological Society of Washington</em> 117 (2), 215).</li> </ul> <p>Deze voorbeelden – en het zijn er slechts enkelen onder de velen – bevestigen dat ID slechts een voorzetting is van het vroegere creationisme. Als reactie op het legale nederlagen van de jaren tachtig en om hun beweging tegen toekomstige uitdagingen veilig te stellen, hebben creationisten ‘intelligent ontwerp’ uitgepikt als de ‘nieuwe’ nomenclatuur van hun beweging in een poging dit feit te verhullen voor het publiek, de beleidsmakers van de overheid, en federale rechters. (Voor een gedetailleerde legale, filosofische, en wetenschappelijke analyse van ID, zie Brauer et al., 2005.)</p> <p><em>4. De doelen en strategie van de ID beweging</em></p> <p><em>De ‘strategie van de wig’</em></p> <p>Het Center for Science and Culture (CSC) heeft zijn strategie voor de volgende twintig jaar uiteengezet in een document uit 1998 getiteld ‘De wig,’ informeel gekend als het ‘Wig document’ (Discovery Institute, 1998; Forrest and Gross, 2004a, 2007a, hoofdstuk 2). Gebruik makend van Johnsons metafoor van een metalen wig die een houten blok kan splitsen, streeft de ID beweging met haar aggressieve public relations programma van boekpublicaties, lezingen, enzovoort naar het creëren van een opening voor het bovennatuurlijke in het begrip dat het grote publiek van wetenschap heeft - en in de gedachten van de beleidsmakers. Pro-evolutie theoloog John Haught (Georgetown University) beschrijft dit doel bondig in zijn bespreking van Johnsons boek <em>The wedge of truth</em> (Johnson, 2000): ‘De ‘wig’ van de waarheid zal de ‘moderne’ naturalistische synthese uit elkaar doen spatten. Het scherp van de snee bestaat uit de moedige (en academisch gemarginaliseerde) verdedigers van ‘intelligent ontwerp,’ met name William Dembski, Michael Behe, en Johnson zelf. In ‘het blok van het naturalisme’ geschoven en diep erin geslagen door Johnson’s logica, zal de wig – in combinatie met de culturele invloed van evangelisch christendom – een bres slaan in de versterkte muren van het wetenschappelijk naturalisme doorbreken en de besmettelijke evolutionaire ideeën aan de kaak stellen die hun grootste drager zijn’ (Haught, 2000, 11-12).</p> <p>De aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme van het van het Center for Science and Culture van het Discovery Institute hebben de wig strategie gestaaga toegepast. (Er is één uitzondering: de eerste fase van de strategie die genoteerd staat in het Wig document, ‘Wetenschappelijk onderzoek,’ is opvallend onderontwikkeld gebleven, hoewel ID niet zo lang geleden de uitbouw van een ‘onderzoekscentrum’ aankondigde; zie deel V.) Sinds 1992 zijn ID aanhangers betrokken in een energiek schema van conferenties, publicaties, lezingen (vooral aan universiteiten, met hun potentieel aan nieuwe recruten), de ontwikkeling van websites, aanwezigheid op radio en televisie, en nu bloggen en podcasten (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, hoofdstukken 6-7). (Het document van 1998, dat de strategie van de beweging uitstippelde, werd gebruikt om geld in te zamelen ten einde de inspanningen die reeds van start gegaan waren in 1992 te kunnen voortzetten.) Openbaar contact en reputatiebehartiging is de sterkte van de groep; DI heeft zelfs de diensten van Creative Response Concepts (nu CRC Public Relations) behouden, wiens cliënteel onder meer Microsoft, Time Warner, Inc., de Walt Disney Company en de voormalige Swift Boat Veterans for Truth omvat (CRC Public Relations, 2007; Boehlert, 2004). Maar ID aanhangers hebben zelfs een betere, over de gehele V.S. uitgebouwde infrastructuur voor public relations waar ze onophoudelijk gebruik van maken, vooral om jonge supporters uit te ronselen: kerken en studentenpastors op campussen (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 268-70).</p> <p>De toepassing van de strategie van de wig is het duidelijkst in de arena van algemeen geestelijke vorming. Inderdaad, het is niet overdreven te stellen dat de strategie de logistieke bijdrage van de ID beweging is aan de agenda van religieus georiënteerde politiek rechts inzake staatsonderwijs en algemeen beleid. Hoewel ID aanhangers voortdurend ontkennen dat zij streven naar onderwijs in ID in de openbare scholen, is er veel bewijs – inclusief rechtstreekse uitspraken door de leiders van de ID beweging – dat hun ontkenningen tegenspreekt. Bijvoorbeeld, één van de doelstellingen van het Wig document is dat ‘Tien Staten beginnen het ideologische onevenwicht in hun wetenschappelijk leerplan te herstellen en intelligent ontwerp erin opnemen.’ Maar het document kondigt ook aan dat het Discovery Institute zal ‘alle mogelijke juridische hulp blijven zoeken in antwoord op het verzet tegen de integratie van intelligent ontwerp in het leerplan van het openbaar onderwijs,’ een stilzwijgende erkenning van de grondwettelijke problemen omtrent het onderwijzen van ID (Discovery Institute, 1998). Ook is de programmadirecteur van CSC Stephen C. Meyer een co-auteur van <em>Intelligent design in public school curricula: A legal guidebook</em> (<em>Intelligent ontwerp in het leerplan van het openbaar onderwijs: een juridische leidraad</em>), een boek voor de leraren en administratieve krachten van het staatsonderwijs dat uitdrukkelijk pleit voor de grondwettelijkheid van het onderwijzen van ID (DeWolf et al., 1999). Dit boek werd later herzien en uitgegeven als een paper in de <em>Utah Law Review</em> (DeWolf et al., 2000). In augustus 2005, slechts iets meer dan een maand voor het proces <em>Kitzmiller</em> van start ging, bedankte Dembski president George Bush voor zijn steun aan het onderwijs van ID naast evolutie te plaatsen, en hij herhaalde de wens van de ID beweging dat intelligent ontwerp als wetenschap zou onderwezen worden in het openbare onderwijs: ‘President Bush heeft... het volkomen bij het rechte eind in zijn verlangen dat intelligent ontwerp onderwezen zou worden tijdens de lessen wetenschappen in het staatsonderwijs’ (Dembski, 2005). Evenwel, het meest overweldigende dat de creationisten van het Discovery Institute onophoudelijk pushen om ID binnen de staatsscholen te krijgen, is hun actieve betrokkenheid bij pogingen om de normen voor wat wetenschap is in diverse staten van de V.S. te veranderen, zoals bijvoorbeeld in Ohio en Kansas (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, hoofdstuk 8). Deze pogingen kenden heel wat publiciteit om hun potentiële impact in de rest van de V.S., maar ID was ook betrokken in locale pogingen, bijvoorbeeld in Darby, Montana, een klein stadje dat bitter verdeeld raakte over de ID kwestie (Forrest &amp; Gross, 2004b; Clark, 2004).</p> <p>Sinds ID’s onmiskenbare legale nederlaag in <em>Kitzmiller</em>, heeft Phillip Johnson geprobeerd zijn rol te verminderen in het promoten van het onderwijs in ID, stellend dat het ID beleid van het schoolbestuur van Dover een slecht idee was. Hij heeft sindsdien gemengde gevoelens over de ondersteuning door president Bush: ‘Ik ben blij dat men in ziet dat het onderwijs, maar het feit dat het Bush was die dat zei heeft de kwestie in de politieke discussie tussen de rode en blauwe staten gebracht [met andere woorden, de politieke strijd tussen die staten van de V.S. die overwegend democratisch zijn, en zij die vooral republikeins zijn]... Ik was eerder ontzet dan verrukt om de discussie te zien oplaaien binnen de context van onze nationale politieke tweespalt’ (D’Agostino, 2006, 33). Let wel, de waarheid over Johnsons betrokkenheid in het promoten van ID is opmerkelijk anders.</p> <p>Johnson was actief betrokken in het winnen van politieke ondersteuning voor ID op zowel staats- als federaal niveau. Hij gaf geld en betuigde zijn publieke steun aan een creationistische kandidaat tijdens de verkiezing van de ministerie voor onderwijs van de staat Kansas in augustus 2000 (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 221). Hij schreef ook een motie voor de Amerikaanse senaaat om de goedkeuring te verkrijgen van het Amerikaans Congres voor het onderwijzen van ID (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 240-42). Dit zogeheten ‘Santorum amendement’, genoemd naar de ondersteuning door de voormalige senator Rick Santorum in de senaat in juni 2001, werd goedgekeurd en toegevoegd aan het wetsvoorstel getiteld No child left behind [Geen kind wordt achtergelaten]. Het comité van het Congress herzag nadien het taalgebruik van de resolutie; het heeft nu de volgende vorm:<br> <cite>De leden van het Congress erkennen dat een kwalitatieve wetenschappelijke vorming studenten moet voorbereiden om een onderscheid te maken tussen de data en de testbare theorieën van de wetenschap enerzijds en godsdienstige of politieke beweringen die worden geuit in naam van de wetenschap anderzijds. Waar onderwerpen worden onderwezen die controverse kunnen voortbrengen (zoals biologische evolutie), moet het leerplan studenten helpen de volledige waaier van alle wetenschappelijke standpunten te begrijpen, waarom zulke onderwerpen controverse kunnen genereren, en hoe wetenschappelijke ontdekkingen de maatschappij ernstig kunnen beroeren (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 243).</cite></p> <p>Zelfs als een senaatsvoorstel opgenomen in het wetsontwerp, zou deze tekst nooit de kracht van een wet gehad hebben (Branch &amp; Scott, 2003), maar hij is van onschatbare waarde geweest voor de publicitaire doeleinden van ID aanhangers. Johnson heeft zijn rol bevestigd in deze politieke manoeuvres, overduidelijk hopend dat het Santorum amendement ID supporters zou helpen intelligent ontwerp op het curriculum van hun staatsscholen te krijgen: ‘Tot een rechtbank hierover beslist heeft, is het onzeker of schooldistricten nu verondersteld worden het Santorum amendement na te leven... Het schuift een schitterend onderwijsbeleid naar voor dat schoolautoriteiten en leraren zouden moeten ondersteunen, of het nu een wettelijke vereiste is of niet... Het Santorum amendement geeft voorstanders van de waarheid alles wat ze wat nodig is om van wal te steken... Indien het Santorum amendement het richtinggevend beleid is, ... kunnen leraren bijna niet uitleggen waarom de evolutietheorie controversieel blijft zonder melding te maken van ... problemen met het bewijsmateriaal. Eens dit ter tafel komt, staat de deur op een kier, en het zal moeilijk worden die weer te sluiten’ (Johnson, 2003). Inderdaad, het Santorum amendement werd daarna door creationisten gebuikt in talloze voorstellen aan schooldirecties en in voorstellen tot herziening van de wet (Matzke, 2005). Johnson treft veel blaam voor het creëren van problemen in districtsraden die handelen over onderwijs.</p> <p><em>De strategie van de wig: niet slechts intelligent ontwerp</em></p> <p>De inspanningen die creationisten leveren om intelligent ontwerop in het openbare onderwijs te introduceren, vormen slechts het meest zichtbare onderdeel van een breder doel. Samen met een aantal religieus georiënteerde conservatieve politieke bewegingen volgt ID een agenda die alle Amerikanen moet verontrusten, zowel de godsdienstige als de niet-godsdienstige. Wat zij met het land voor hebben, zou volmondig verworpen worden als het bekend raakte. Het Centrum voor Wetenschap en Cultuur [Center for Science and Culture (CSC)], vroeger beter gekend als het Centrum voor de <em>vernieuwing</em> van Wetenschap en Cultuur [Center for the <em>Renewal</em> of Science and Culture] liet de term ‘vernieuwing’ een tijd geleden uit zijn naam wegvallen om zich voor te stellen onder een meer wetenschappelijke, seculiere gedaante [4]. Toch kan de naamsverandering van CSC zijn objectieven niet verhullen. De creationisten van het CSC kijken met ontsteltenis naar de seculiere regering die de stichters van de natie met opzet in het leven riepen om een welkome omgeving te bieden aan mensen van elk soort geloof en aan mensen zonder; hun ontsteltenis breid zich uit tot de seculiere maatschappij en onderwijs. Het ‘vernieuwde’ Amerika zoals de ID creationisten dat voor ogen hebben, wordt gekenmerkt door een politiek van godsdienstige uitsluiting die niet alleen niet-christenen, maar ook vele christenen zou treffen.</p> <p>America’s seculiere, constitutionele democratie vloeit voort uit de Verlichting, uit de ‘eeuw van de Rede’. Thomas Jefferson, voor wie rationeel onderzoek tot de onvervreemdbare rechten van de mensheid behoorde, geloofde dat de bloei van het christendom zelf kon worden toegeschreven aan vrij, rationeel onderzoek: ‘Rede en vrij onderzoek zijn de enige doeltreffende middelen tegen vergissingen... Had de [laat-antieke] Romeinse regering vrij onderzoek niet toegestaan, dan zou het christendom nooit zijn intrede gemaakt hebben. Indien vrij onderzoek niet was toegestaan in het tijdperk van de reformatie, dan had de bezoedeling van het christendom niet uitgewist kunnen worden’ (Jefferson, 1782). Jefferson (1808) begreep het noodzakelijke verband tussen rationele vraagstelling en godsdienstvrijheid: ‘ Wij hebben proefondervindelijk de belangrijke en interessante vraag opgelost of godsdienstvrijheid samengaat met orde in het bestuur van het land en gehoorzaamheid aan de wetten. En we hebben de rust en het comfort ervaren die het resultaat zijn van onze houding om iedereen vrij en open zijn religieuze principes te laten beleven die de gevolgtrekkingen van zijn eigen redeneringvermogens en de ernstige overtuigingen van zijn eigen onderzoek zijn’. James Madison, een diep religieus man, zag het gevaar van vermenging van staatsbestuur en religie; hij wist dat godsdienstvrijheid het best gedijt wanneer deze twee gescheiden blijven: ‘De burgerlijke regering, hoewel niet langer in handen van een hiërarchie, bezit de vereiste stabiliteit en voert haar functies compleet succesvol uit; terwijl het aantal geestelijken, en hun bedrijvigheid en moraliteit, &amp; de devotie van het volk overduidelijk zijn toegenomen als een gevolg van de totale scheiding tussen Kerk en Staat’ (geciteerd in Brenner, 2004, 272).</p> <p>ID aanhangers staan afwijzend tegenover de nalatenschap van de Verlichting die de basis vormt van de Amerikaanse staat (Forrest &amp; Gross, 2005). Dembski is zeer duidelijk op dit vlak: ‘De wetenschappelijke voorstelling van de wereld die naar boven kwam sinds de Verlichting is niet slechts gewoon fout maar zwaar fout. Inderdaad, hele onderzoeksvelden, vooral in de humane wetenschappen, zullen moeten van voren af aan herwerkt worden in termen van intelligent ontwerp’ (Dembski, 1999, 224). Hij voorspelt het ‘aanstaande verval’ van ‘het rationalisme van de Verlichting en het wetenschappelijk naturalisme’ (Dembski, 1999, 14). Zowel Dembski als Johnson plaatsen zichzelf dwars tegenover de seculiere regering, onderwijs, en maatschappij; ze verkiezen daarentegen dat de V.S. haar eigen godsdienstige voorkeuren zou weerspiegelen. Dembski betoogt dat de ID aanhangers ‘het conflict moeten aangaan met de seculiere wereld door die te berispen, terecht te wijzen, en te vermanen, en te hameren op de waarheid van het christendom, daarbij sterke argumenten en steekhoudende kritiek aanreikend die aantoont waar het secularisme de bal heeft misgeslagen’ (geciteerd in Forrest &amp; Gross, 2005, 200). Johnson stelt secularisme onterecht gelijk met atheïsme. Hij negeert de feitelijke Amerikaanse godsdienstige diversiteit en jammert over de secularisering van Amerikaanse universiteiten zoals Yale, met nauwelijks verhulde afkeer voor de waarden van de Verlichting: ‘Tegen [1951, toen Yale zijn christelijke oriëntatie achter zich liet] representeerde... de christelijke atmosfeer... weinig meer dan een godsdienstig laagje vernis over de seculiere waarden van de Verlichting zoals vrijheid van onderzoek, politieke gelijkheid en overheidsdiensten’ (geciteerd in Forrest &amp; Gross, 2005, 201). Johnson beschuldigt ‘geseculariseerde intellectuelen’ zelfs van godsdienstige afvalligheid: ‘Geseculariseerde intellectuelen zijn reeds lang onbezorgd over hun afvalligheid omdat ze ervan overtuigd zijn dat ze niets belangrijks missen door God naar de asbak van de geschiedenis te verzenden’ (geciteerd in Forrest &amp; Gross, 2005, 202).</p> <p>Eén van de meest verontrustende elementen van ID is hun religieuze uitsluiting. Henry ‘Fritz’ Schaefer III, staflid van het CSC, ziet weinig hoop op een hemel voor niet-christenen: ‘Alle andere godsdiensten... ontkennen dat Jezus god is... Niemand stelt de oprechtheid en intensiteit in vraag van het geloof van ... een boeddhistische monnik. Maar oprechtheid en intensiteit van het geloof creëert nog geen waarheid... Uitsluiting lijkt onvermijdelijk’ (aangehaald in Forrest &amp; Gross, 2005, 198). Dembski, daarentegen, verkondigt een nog meer extreme godsdienstige uitsluiting met zijn voorstel om ketterij terug in het leven te roepen als een antwoord op de verwerping van de ‘onschendbare kern’ van het christendom, en hij is bereid hiervoor de rust te verstoren: ‘In het Noord-Amerikaans christendom van de late twintigste eeuw is <em>ketterij</em> een onpopulair woord geworden. Kunnen we gewoon niet overeenkomen en in vrede samenleven? Jammer genoeg is het antwoord neen... Ketterij blijft een geschikte categorie voor vandaag de dag’ (Forrest and Gross, 2005, 199).</p> <p>Om hun buitensluitende visie meer kracht bij te zetten, hebben de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme toenadering gezocht tot extreme rechtse christelijke partijen en tot andere uiterst rechtse groeperingen die democratische Amerikaanse religieuze en politieke waarden verwerpen. In welke mate ID aanhangers alle doeleinden van deze extremisten delen is voor discussie vatbaar, maar zij zouden geen gemeenschappelijk zaak met hen voeren indien dergelijke bondgenoten niet ideeën hadden die goed overeenstemmen met die vervat in de strategie van de wig. Philip Johnson heeft zich uitgesproken tegen evolutie in een toespraak die hij hield voor Council for National Policy, een relatief kleine, schimmige conservatieve organisatie, gesticht in 1981, waarvan menig leider van religieuze rechtse partijen deel uitmaakte, net als een aantal hoge politieke figuren met invloed op het regeringsbeleid (Leaming &amp; Boston, 2004, 8). Het CNP telt onder zijn leden ook een behoorlijk aantal christelijke reconstructionisten: ‘Reconstructionisten hangen een radicale theologie aan die erom vraagt de Grondwet van de V.S. te dumpen en te vervangen door de hardvochtige wetten van het Oude Testament. Ze prediken de doodstraf voor overspel en godslastering, en voor onverbeterlijke tieners, homoseksuelen, ‘heksen’ en zij die ‘valse goden’ aanbidden’ (Leaming &amp; Boston, 2004, 11). Sommige ID leiders hebben goede banden met de reconstructionisten en delen tot op zekere hoogte hun ideologie (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 266-67; Forrest, 2007b). Howard Ahmanson, Jr., een van de voornaamste financiers van het CSC zat gedurende 23 jaar in het bestuur van de reconstructionistische Chalcedon Foundation; nu zetelt hji in de raad van bestuur van het Discovery Instituut (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 264-67; Discovery Institute, n.d.). Charles Thaxton maakte deel uit van de wetenschappelijke staf van de ‘Wereldvisie Super Conferentie’ die in mei 2006 door American Vision werd georganiseerd, één van de meest extreme reconstructionistische groeperingen (Forrest, 2007b; Sugg, 2006).</p> <p>Ook een ander staflid van het CSC, Francis Beckwith heeft banden met organisaties van religieus rechts. Hij maakt deel uit van de wetenschappelijke staf van de zomerconferentie van Summit Ministeries, dat onder leiding staat van David Noebel, een vroegere lid van de John Birch Society die zich nu toelegt op anti-homoseksuele propaganda (Forrest, 2007b).</p> <p>De persoonlijke verwevenheid van Johnson, Thaxton en Beckwith persoonlijke gerelateerdheid met extremisten van religieus rechts blijkt integraal deel uit te maken van de uitvoering van de strategie van de wig. Verschillende andere vooraanstaande CSC stafleden zijn betrokken bij gelijkaardige organisaties. In 2006 werden CSC stafleden Michael Behe, Richard Weikart en Jonathan Wells opgeworpen als ‘experten’ in een anti-evolutionistisch tv programma, <em>Darwin’s Deadly Legacy</em> [Darwins Dodelijke Nalatenschap], geproduceerd door christelijke reconstructionistische evangelist D. James Kennedy (Coral Ridge Ministries, 2006a). (Phillip Johnson verscheen niet tijdens de uitzending, maar staat in de lijst van experten op hun website opgenomen.) Kennedy is de stichter van Coral Ridge Ministries en het daarmee verbonden Instituut voor Creationistische Studies. In deze ‘documentaire’, die sterk bekritiseerd werd door de Anti-Defamation League [een Amerikaanse organisatie die vergelijkbaar is met het Centrum voor gelijke kansen en racismebestrijding in België] (Anti-Defamation League, 2006), beschuldigde Kennedy Charles Darwin van de Holocaust. De commentaar van de geschiedkundige Richard Weikart, eeen van Kennedys experten, bekrachtigde deze misvatting: ‘ Natuurlijke selectie was het leidende idee voor Hitler en de Nazis’ (Coral Ridge Ministries, 2006b). Kennedy volgt Weikarts commentaar onmiddellijk op met een ongelooflijk verkeerde samenvatting van de veronderstelde relatie tussen Darwin en de Holocaust: ‘Om het simpel te stellen – geen Darwin, geen Hitler.’</p> <p>Weikarts commentaar is blijkbaar gestoeld op zijn boek <em>Van Darwin tot Hitler</em> (Weikart, 2004). In een critische recentie van dit boek, maakt politicoloog Larry Arnhart de kanttekening dat Weikarts titel misleidend is omdat hij nooit een directe link legt tussen Darwin en Hitler. Arnhart wijst erop dat ‘Weikarts boek gefinancierd werd door het Discovery Institute als onderdeel van hun ‘strategie van de wig’ in de aanval op darwinistische wetenschap... Het boek wordt nu... geciteerd door aanhangers van creationisme en intelligent ontwerp als hooggeleerd bewijsmateriaal dat er een directe lijn van beïnvloeding bestaat ‘van Darwin tot Hitler’’ (Arnhart, 2006). Historicus Ann Taylor Allen herhaalt Arnharts negatieve bespreking: [Weikarts] definitie van ‘darwinisme’ is niet gebaseerd op de ideeën van Darwin zelf – die nooit grondig geanalyseerd worden – maar op hoe deze ideeën ontvangen werden door een brede waaier sprekers... Deze voorstelling van de Holocaust als het resultaat van een ‘culturele oorlog’ tussen godsdienst en wetenschap leidt tot verkeerde beelden aan beide kanten... Noch religie, noch wetenschap zijn gediend met deze oversimplificatie van hun complexe geschiedenis’ (Allen, 2006, 256- 57).</p> <p>Weikarts collega’s van het CSC hebben Weikarts vooringenomen voorstelling bekrachtigd, zoals aangetoond in deze instemming door Francis Beckwith, die Kennedy’s ‘geen Darwin geen Hitler’ verdachtmaking herhaalt in de taal der academisch geleerdheid: ‘Richard Weikarts meesterwerk stelt de aanlokkelijke zaak voor dat de eugenetica (rasveredeling) beweging, en alle politieke en sociale consequenties die daaruit voortvloeiden, onwaarschijnlijk waren geweest ware het niet voor de culturele elite haar enthousiaste omarming van de Darwiniaanse uitleg van leven, moraliteit en sociale instituten. Professor Weikart herinnert er ons aan, dat<br> met voorzichtige deskundigheid en bedachtzame redeneringen, de waarheid tientallen jaren geleden verkondigd door [conservatieve denker] Richard Weaver inderdaad een vaststaande grondstelling is van humane instituten: ‘ideëen hebben gevolgen.’’ (Weikarts website; Weikart, 2004) [5]</p> <p>Hoewel men niet zeker kan weten of alle aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme het gedachtegoed delen van hun partners van religieus rechts, zijn er belangrijke overeenkomsten in de ideologie van deze groeperingen: verwerping van de scheiding van kerk en staat, en het verlangen om de structuur van de Amerikaanse maatschappij, onderwijs en regering ten gronde te veranderen. Tevens, verraden hun doelen een onverschilligheid voor de godsdienstvrijheid van hun medeburgers en voor een fatsoenlijke scholing van hun kinderen.</p> <p><em>Politieke steun voor ID</em></p> <p>De steun die [voormalig] president Bush aan het onderwijs in intelligent ontwerp betuigde, toont aan dat het Discovery Institute tot in de hoogste politieke regionen ruggensteun voor ID heeft gewonnen, wat getuigt van hun bedrevenheid in public relations en het spelen van politieke spelletjes. Het Wig document beschrijft het ‘lange dienstverband in politiek, journalistiek en beleidsvoering’ van Bruce Chapman, de voorzitter van het Discovery Institute, dat hem ‘zeldzame kennis verschafte en vertrouwdheid met de voornaamste schrijvers van opiniestukken, journalisten en politieke leiders’ (Discovery Institute, 1998). Sinds de aanvang was een elementair onderdeel van de strategie van de wig zich te verzekeren van de politieke steun die nodig is hun politieke doelen te kunnen uitvoeren, zoals die van vroegere senator Rick Santorum. De ID beweging geniet momenteel openlijke steun voor het onderwijzen van ID van de gouverneurs van drie staten van de V.S., alsook van verschillende senatoren en leden van het Amerikaans parlement, en van talrijke wetgevers over het hele land (Americans United for Separation of Church and State, 2006; Associated Press, 2005a; Karamargin, 2005; Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 239-40; <em>Skeptical Inquirer</em>, 2000).</p> <p>Het Discovery Institute heeft munt geslagen uit zijn politieke banden op nationaal vlak. In 2000 gaf Philip Johnson twee briefings over ID aan parlementsleden en hun personeel in Washington DC. In 2005 opende het Discovery Institute zijn kantoor aldaar: ‘dit maakt het mogelijk dat we nog beter gehoord worden en het geeft ons een betere toegang tot de besluitvoerders in kringen van hoge politiek en de media’ (Discovery Institute, 2006b, 1-2). De organisatie beschikt niet bepaald over een overweldigende groep verdedigers in het congres, maar ID aanhangers zijn de eerste creationisten met een dergelijke politieke invloed op nationaal niveau, en ze zijn erin geslaagd aardig wat tweedracht te zaaien (bijvoorbeeld met het Santorum amendement) met hun relatief gering aantal gelijkgestemde parlementariërs. De aantrekkelijkheid van hun propaganda voor ambtenaren, die zich misschien nog niet bewust zijn van hun verdoken agenda en hun extreme banden, is reden te meer dat hun invloed moet worden tegengegaan, hoe gering die ook mag zijn in vergelijking met de meer belangrijke zaken waarmee staatsambtenaren zich inlaten.</p> <p><em>Kitzmiller et al.versus het schooldistrict van Dover en omgeving (2005) en de nasleep ervan</em></p> <p>In oktober 2004 aanvaardde de raad van bestuur van de Dover (PA) Area School District [het schooldistrict van Dover (te Pennsylvania) en omgeving] een resolutie die vereiste dat ‘Studenten zullen bewust worden gemaakt van gaten/problemen in Darwins theorie [sic] en van andere theorieën betreffende evolutie inclusief, maar niet gelimiteerd tot, intelligent ontwerp.’ In november 2004 besliste de raad dat leerkrachten voortaan een verklaring moeten voorlezen aan leerlingen biologie van het derde middelbaar die stelt dat de evolutietheorie ‘geen feit is,’ dat ‘intelligent ontwerp een verklaring is voor de oorsprong van het leven die verschilt van Darwins standpunt,’ en dat het ID creationistische handboek, <em>Over Panda’s en Mensen</em>, beschikbaar was voor studenten die geïnteresseerd zijn in intelligent ontwerp. In december 2004 spanden elf ouders de eerste Amerikaanse rechtszaak aan die het onderwijzen van intelligent ontwerp betwiste (<em>Kitzmiller</em>, 2005, 12).</p> <p>In zijn vonnis erkende rechter John E. Jones III (van het Middle District of Pennsylvania) dat intelligent ontwerp geen wetenschap is en ‘niet kan worden losgekoppeld van zijn creationistische, en dus religieuze, antecedenten‘ (<em>Kitzmiller</em>, 2005, 136). Overeenkomstig daarmee oordeelde Jones dat het Dover ‘ID beleid de Establishment Clause of the First Amendment van de grondwet van de Verenigde Staten [het eerste van diverse uitspraken in het eerste amendement van de grondwet van de V.S., dat stelt dat het parlement geen wetten zal aannemen over de oprichting van een nationale religie, of één religie boven een andere zal plaatsen, of een religieus idee zal verdedigen zonder een aanwijsbare seculiere reden hiervoor aan te halen] schendt en... de wet van de staat Pennsylvania’ (<em>Kitzmiller</em>, 2005, 139). Hoewel de uitspraak van rechter Jones technisch gezien enkel van toepassing is binnen zijn district in Pennsylvania, vindt zijn beslissing weerklank over het hele land, dit omwille van zijn scherpzinnigheid en zijn bevattelijkheid. Minder dan twee maanden na dit vonnis schrapte het ministerie van onderwijs van Ohio, uit angst voor een gelijkaardige rechtszaak, een ID leerplan dat hoge leden van de administratie nochtans al hadden goedgekeurd als uitvoeringsbesluiten bij vernieuwde wetenschappelijke normen in Ohio die alom beschouwd werden als een achterpoortje waarmee intelligent ontwerp het staatsonderwijs zou worden binnengesmokkeld (Rudoren, 2006).</p> <p>Hoewel het Dover ID beleid voortsproot uit de onophoudlijke promotie van ID door het Discovery Institute, schoof dit voornoemd beleid niet naar voor en drong het er bij het schoolbestuur op aan het in te trekken. Het Discovery Institute vreesde voor een juridische nederlaag – en inderdaad, de nederlaag van het schoolbestuur in de zaak <em>Kitzmiller</em> werd in realiteit ook een nederlaag van de ID beweging. Omdat het Discovery Institure niet bereid was deze beleidsmaatregel te onderschrijven, werd het Dover schoolbestuur vertegenwoordigd door het Thomas More Law Center in plaats van door de advocaten van het Discovery Institute. Verscheidene stafleden van het CSC – William Dembski, Stephen C. Meyer, John Angus Campbell, Michael Behe en Scott Minnich – stemden er toch mee in dienst te doen als deskundigen voor de verdediging. Maar Dembski, Meyer en Campbell trokken zich terug voor hun verklaringen werd afgenomen daar zij niet bereid waren de zaak verder te zetten zonder hun eigen advokaten, en uit vrees voor een kruisverhoor. Hun terugtrekking liet Behe en Minnich achter als de enige getuigen voor het Discovery Institute om de zaak te verdedigen die het resultaat was van dertien jaar agressieve strategie van de wig (Forrest, 2007a; Forrest &amp; Gross, 2007a, 326-27). Minnichs getuigenis, net als zijn lidmaatschap binnen de ID beweging, was over het algemeen nogal gematigd en ingehouden. Hoewel Minnich een microbioloog is, was de biochemicus Behe de onbetwiste ‘wetenschappelijke’ ster van de verdediging.</p> <p>Behe’s vertoning op de getuigenbank was niet bepaald ID’s meest glorieuze moment. Een voor één werden zijn belangrijkste bijdragen aan ID’s gewichtige wetenschappelijke opus – de ‘onreduceerbare complexiteit’ van het zweepstaartje van bacteriën, het cascadeproces van het bloedstolsel, het immuniteitssysteem van de gewervelden – ontmanteld tijdens het kruisverhoor door Eric Rothschild, de leidende advocaat van de aanklagers. Geholpen door onderzoek gedaan door het kader van het National Center for Science Education (NCSE) [het Amerikaanse Nationaal Centrum voor Wetenschap en Onderwijs], dat dienst deed als pro bono consulenten voor de aanklagers, stelde Rothschild de waardeloosheid van Behes wetenschappelijke beweringen aan de kaak, net zoals Behes medewetenschappers dat reeds grondig hadden gedaan tijdens het voorbije decennium. In een artikel in het toonaangevend vakblad <em>Nature</em>, somden wetenschappers Matt Inlay en Andrea Bottaro, en Nick Matzke, hoofd van het project voor openbare informatieverlening van het NCSE op hoe Rothschild Behes beweringen over de onreduceerbaar complexiteit van het immuniteitssysteem van gewervelden aan flarden reet:<br> <cite>Behes anti-evolutionaire argument berust op... ‘onreduceerbare complexiteit’: de vereiste van de aanwezigheid van verschillende componenten van bepaalde complexe systemen... opdat de systemen hun functie zouden kunnen uitvoeren. Gezien zulke onreduceerbare complexe systemen per definitie slechts kunnen werken indien alle componenten aanwezig zijn, beweert Behe dat ze niet kunnen ontstaan door de sequentiële toevoeging en verandering van individuele elementen van meer simpelere voorafgaandelijke systemen, dusdanig... evolutionaire verklaringen... trotserend...</cite><br> <cite>In... Darwin’s Black Box [Darwins zwarte doos, Behes boek van 1996], beweert Behe dat het immuniteitssysteem van de gewervelde dieren de definitie vervult van onreduceerbare complexiteit en... niet kan geëvolueerd zijn...</cite><br> <cite>...Tijdens zijn kruisverhoor door... Rothschild, [getuigde] Behe... dat ‘de wetenschappelijke literatuur geen gedetailleerde testbare antwoorden heeft over hoe het immuniteitssysteem zou kunnen ontstaan zijn door willekeurige mutatie en natuurlijke selectie.’ Rothschild raadde Behe vervolgens... publicaties aan over de evolutie van immuniteitssystemen, gaande van 1971 tot 2006, plus verschillende boeken en hoofdstukken uit handboeken... Behe gaf toe dat hij veel van die publicaties niet gelezen had..., maar wees ze zonder omhaal af als niet bevredigend; tevens wees hij de idee om onderzoek te verrichten over het onderwerp als ‘nutteloos’ van de hand (Bottaro et al., 2006, 434).</cite></p> <p>Behe’s getuigenis tijdens het kruisverhoor was niet gebaat door zijn toegeving dat, in zijn definitie van wetenschappelijke theorie (die enigszins buigzaam moet zijn om ID te accomoderen) astrologie ook kwalificeert als een wetenschap (Kitzmiller, 2005a, 38-39).</p> <p>Deze vertoning in de rechtzaal typeert de manier waarop Behe, de belangrijkste wetenschappelijke getuige van de verdediging, ID verdedigde tijdens zijn decennialange rol als voornaamste wetenschapper van de ID beweging: elk van zijn beweringen werd ontmaskerd door wetenschappelijke experts die wel degelijk onderzoek uitvoeren in het veld waarover hij slechts schrijft. Het artikel in <em>Nature</em> dat hierboven aangehaald werd, bevestigt nogmaals hoe verkeerd zijn beweringen over de onreduceerbare complexiteit van het immuniteitssystem volgens de huidige wetenschappelijke inzichten zijn – toch wil Behe deze wetenschap simpelweg niet kennen (Bottaro et al., 2006). Zijn bewering dat het bacteriële flagellum, het zweepstaartje dat een bacterie in staat stelt te zwemmen, niet het product kan zijn van natuurlijke selectie, is reeds herhaaldelijk en grondig aan de kaak gesteld door Kenneth Miller (Miller, 1999), celbioloog en expert voor de aanklagers tijdens de zaak <em>Kitzmiller</em>, net als door andere wetenschappers. Ontelbare kritieken die zowel wetenschappelijk accuraat zijn als toegankelijk voor het publiek zijn beschikbaar op het internet (Talkorigins.org, 2007; Talkreason.org, n.d.; zie ook noot 2).</p> <p><em>Aanpassingen aan de strategie van de wig na de zaak Kitzmiller</em></p> <p>Terwijl de aanklagers en de verdediging de mening afwachtten van rechter Jones na de beëindiging van de rechtszaak op 4 november 2005, werden toekomstige tegenslagen voor de ID beweging voorspeld door de nederlaag van alle creationistische leden van het schoolbestuur van Dover tijdens de verkiezingen voor een nieuwe raad op 8 november – acht van de negen leden werden vervangen (Associated Press, 2005b). Sinds <em>Kitzmiller</em> hebben de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme bijkomende nederlagen geleden – de meest in het oog springend, zoals reeds eerder aangegeven, in Kansas en Ohio. Het Discovery Institute was ook sterk betrokken in de affaire van Cobb County in de staat Georgia waar zelfklevers die de evolutietheorie afwezen door het schoolbestuur in de schoolboeken waren aangebracht. Deze stckers werden onwettig verklaard door een federale rechter, die beval dat ze moesten worden verwijderd (Discovery Institute, 2006a). Zelfs nadat een rechtbank van beroep die beslissing terugwees naar het districtsgerechtshof omdat er enkele data ontbraken in het verslag van de initiële rechtszaak, was de schikking die buiten de rechtbank om werd verkregen door de schoolraad en de rechtspleiters van de aanklagers in het voordeel van de aanklagers. De zelfklevers zullen niet vervangen worden, en de schoolraad heeft aanvaard dat zij heen beleidsmaatregelen meer kan aannemen die het onderwijzen van evolutie afzwakken (National Center for Science Education, 2006a).</p> <p>Ondanks deze ernstige nederlagen zet de ID beweging haar plannen verder alsof deze juridische en politieke tegenslagen nooit gebeurd zijn. De wig, hoewel enorm bot geworden, is niet gebroken. Zoals de rest van religieus rechts zetten de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme hun inspanningen voort om een bres te slaan in de verdedigingsmuur rondom de openbare scholen en om de muur die kerk en staat scheidt neer te halen. De meeste stafleden van het CSC zijn nog relatief jong, en veel centrale figuren - Dembski, Meyer en West - hebben hun leven feitelijk gewijd aan de strategie van de wig, niet zoals bijvoorbeeld Behe, die naast het promoten van ID ook nog les geeft aan een universiteit. Maar, net zoals hun creationistische voorvaderen, werden zij door hun nederlagen gedwongen hun strategie aan te passen, een verandering die ze vooral trachten door te drukken door hun terminologie te wijzigen.</p> <p>Zelfs voor <em>Kitzmiller</em>, waarbij ID werd ontmaskerd als een nieuwe variant van creationisme door een steeds langer wordende lijst van wetenschappelijke kritieken, zijn ID aanhangers begonnen met het verhullen van hun voorstellen om ID te onderwijzen als, bijvoorbeeld, voorstellen om ‘objectieve oorsprongen’ te onderwijzen, of, om het met de favoriete uitdrukking van het Discovery Institute te zeggen, ‘de controverse aan te leren’ (Forrest &amp; Gross, 2004b). Ze hebben een hele voorraad eufemismen, of codetermen, die ze nu vervangen door ‘intelligent ontwerp’; sommigen worden hieronder opgesomd. Deze codetermen zijn niet nieuw; creationisten gebruiken ze reeds decennia lang. De lijst is ook niet uitgebreid. Maar dit zijn de meest prominente, en ondersteuners van goede wetenschapseducatie en van de scheiding tuseen kerk en staat moeten in staat zijn ze te herkennen. Het zijn de woorden waarachter de pogingen om ID te onderwijzen in staatsscholen zich in het post-<em>Kitzmiller</em> tijdperk zullen verschuilen (Scott, 2006, 24-27). Verschillende ervan werden gebruikt in moties tijdens de eerste sessie van het parlement van New Mexico in 2007 (Thomas, 2007).</p> <ul> <li><em>‘Onderwijs de controverse’</em> In een poging scepticisme op te wekken over evolutie als een natuurlijk proces dat gestalte gaf aan de levensvormen op deze aarde, hebben ID aanhangers valselijk beweerd dat er een controverse bestaat in wetenschappelijke kringen over de status van evolutietheorie, waarvan zij beweren dat die ‘in crisis’ verkeert, een ‘uitstervende theorie’ is (Miller, 2001). Hoewel deze ID slogan ogenschijnlijk bedoeld is om kritisch denken te stimuleren door studenten te informeren over een debatten die woeden tussen wetenschappers, doet zij de waarheid geweld aan. Een productief debat over evolutie zou eerst vooropstellen dat er daadwerkelijk een controverse bestaat, en ten tweede, dat alle partijen die deelnemen aan het debat de discussie met de beste bedoelingen benaderen. ID aanhangers falen op beide gronden: <p>&nbsp;</p> <ol> <li>onder wetenschappers woedt geen controverse over het feit fo de belangrijkste aspecten van de evolutietheorie theorie. ID bestendigt simpelweg de culturele controverse die rond evolutie hangt, en die eigenlijk dateert uit de vroege 20ste eeuw.</li> <li>ID aanhangers voeren dit debat met een religieuze agenda die ze ontkennen voor het brede publiek maar die ze openlijk bespreken met hun bevriende godsdienstige publiek. Zij beseffen dat hun aanhangers hun codetaal begrijpen, dit in tegenstelling tot hun onwetende potentiële opponenten.</li> </ol> <p>Deze agenda en de godsdienstige kern van ID kunnen snel worden ontdekt, zelfs door oppervlakkig onderzoek; kritieken met betrekking tot ID in wetenschappelijke kringen grondig bedocumenteerd en bediscussieerd, en ze zijn zonder problemen beschikbaar voor geïnteresseerde leken met een minimale wetenschappelijk kennis (zie noot 2). Maar aanhangers van intelligent ontwerp en creationisten weten dat de meeste mensen niet vertrouwd zijn met dit onderzoek, dat ze weinig begrip hebben van wetenschap, en dat ze er makkelijk van overtuigd kunnen worden dat een controverse bestaat. Veel te veel Amerikanen, zelfs diegenen die redelijk geschoold zijn, zijn vatbaar voor de oproep tot fundamentale eerlijkheid, met andere woorden, om ‘beide kanten van de zaak voor te stellen’. Maar dit onderwerp kan niet worden opgedeeld in twee, evenwaardige wetenschappelijke standpunten (Isaak, 2005). Aan de ene kant staat de goed onderbouwde wetenschap van de evolutie, en aan de andere kant hebben we de godsdienstige en culturele agenda van het Discovery Institute.</p> </li> <li><em>Onderwijs de ‘hele waaier wetenschappelijke standpunten’</em>, de meest geciteerde zin van het herwerkte Santorum amendement (zie deel IV). Hoewel die geen wettelijk kracht heeft, werd het toch gebruikt zoals het Discovery Instituut het bedoelde: ID supporters over het hele land hebben het ingeroepen op vergaderingen van schoolbesturen, en ID-vriendelijke wetgevers hebben het in hun wetsvoorstellen binnen gebracht. ID aanhangers en hun supporters weten dat deze schijnbaar onschadelijke zin bedoeld is om ID samen met evolutie als een legitiem wetenschappelijk standpunt te rangschikken. Het werd, bijvoorbeeld, gebruikt in wetsvoorstellen in Oklahoma tijdens het parlementair jaar van 2006 (National Center for Science Education, 2006b).</li> <li><em>Kritische analyse/kritisch denken</em> Veel wetenschappelijke normen van de individuele staten van de V.S. omvatten eindtermen die kritisch denken stimuleren die leerkrachten verondersteld worden in hun lesplannen te integreren; dit is een legitieme pedagogische doelstelling. Maar aanhangers van intelligent ontwerp – in navolging van de vroegere creationisten (Bliss, 1976) – hebben kritisch denken gecoöpteerd voor hun eigen belangen (Matzke &amp; Gross, 2006). Het vermogen waarheid van leugen te onderscheiden en een <em>verbintenis</em> aangaan om de waarheid te spreken vormen essentiële fundamenten van kritisch denken. Kinderen moet de waarheid verteld worden over wetenschap. Aanleren dat ID een waardig wetenschappelijk alternatief voor evolutie vormt, is een leugen. Dit zal de ontwikkeling van de vaardigheid van kritisch denken eerder verstikken dan ze te voeden.</li> <li><em>De ‘sterkten en zwakten/bewijs voor en tegen’ evolutie</em> Hoewel dit standaard creationisme terminologie is voor vele decennia, is dit nu een veel gebruikt ID mantra. (Voor een voorbeeld van hoe het Discovery Institute deze oude retorische techniek nieuw leven inblaast, zie Witt, 2005.) Aanhangers van intelligent ontwerp hebben geen empirische gevens om ID te ondersteunen. Net zoals vroegere creationisten hebben zij een valse dichotomie geponeerd tussen evolutie aan de ene kant en ID aan de andere. Hierbij gokken ze dat als ze evolutie genoeg in diskrediet brengen, potentiële aanhangers ID per definitie zullen zien als meer kredietwaardig. Dergelijke staaltjes van klassiek foutief redeneren, hebben rechtbanken reeds lang herkend als een creationistisch tactiek. Rechter Overton in <em>McLean</em> (1982) bedacht hiervoor de term ‘vergezocht dualisme.’ Door hun gebrek aan empirisch bewijsmateriaal voor ID vormt dit echter het enige argument dat ID aanhangers hebben ter ondersteuning van hun pseudowetenschap. Sinds <em>Epperson</em> (1968) het verbannen van evolutie uit openbare scholen verbiedt en <em>Edwards</em> (1987) evenveel tijd voor creationisme verbiedt, moeten ID aanhangers overgaan tot het ondermijnen van evolutie. Maar hun creationistische voorvaderen vonden die truc al uit vóór Edwards: ‘Wetenschappelijke creationisten... denken dat evolutie moet onderwezen worden, maar enkel wanneer de sterkte en zwakke punten worden besproken in vergelijking met de wetenschappelijke verdiensten van het scheppingsverhaal’ (Bliss, 1983).</li> <li><em>Academische vrijheid</em> Het Discovery Institute kondigde niet lang geleden aan dat ‘we zijn een nieuwe gevechtslinie binnengetreden in het debat over intelligent ontwerp – de noodzaak om academische vrijheid te beschermen, meer bepaald die op universiteitscampussen’. Jammer voor de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme, maar de idee van de ‘vuurlinie’ van de academische vrijheid is helemaal niet nieuw; Henry Morris, overleden stichter van het YEC Institute for Creation Research (Het Instituut voor Onderzoek naar de Schepping van de Jonge Aarde Creationisten), gebruikte diezelfde tactiek al meer dan dertig jaar geleden (Morris, 1975). Om te beletten dat ID – terecht – juridisch wordt aangevochten als een schending van de Establishment Clause van het eerste amendement van de grondwet van de V.S. [zie eerder], pogen ID aanhangers het onderwijzen ervan te plaatsen binnen de academische vrijheid (West, 2005). Maar het onderwijzen van ID – onder eender welke dekmantel – is geen academische vrijheid; eerder, naast het innemen van een religieuze positie, wat in dit kader ongeoorloofd is, is het tevens een zaak van professionele deskundigheid en arbeidsethos. De afgelopen 150 jaar weerstond de evolutietheorie de meest rigoureuze wetenschappelijke testen weerstond, terwijl het voorbije decennium ID geanalyseerd werd door wetenschappers, filosofen, en andere geleerden – geen enkele leraar wetenschappen heeft dus enige reden om niet geïnformeerd te zijn over deze kwestie. Bijgevolg zijn er slechts twee verklaringen voor een leerkracht die studenten vertelt dat ID wetenschap is: ofwel is de leraar onvoldoende geschoold om wetenschap te onderwijzen, ofwel misleidt zij bewust haar leerlingen. Geen van beiden hoort thuis in een klaslokaal.</li> </ul> <p>Het is zwaar ironisch dat de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme streven naar zulke steriele termen in een poging de aperte godsdienstige aard van ‘intelligent ontwerp’ te verhullen, terwijl tegelijkertijd hun promoten van ID als integraal deel van het christelijke gedachtegoed steeds meer op de voorgrond treedt. In november 2006 waren Walter Bradley en Paul Nelson, beide stafleden van de CSC, samen met Tom Woodware (reeds lang een aanhanger van ID), de voornaamste sprekers op de ‘Evidence of Design Conference’ [congres over het bewijs van ontwerp], gehouden in twee kerken in Florida (die veel gebruikt worden als trefpunt voor ID). Deze conferentie ‘Apologetics Events in the U.S. and Beyond’ [apologitische manifestaties in de V.S. en daarbuiten] werd aangekondigd als een gebeurtenis die ‘christenen in staat zal stellen... om aan te tonen dat er wel degelijk een ontwerper van leven is, en dat hij Jesus Christus is’ (Apologetics.org, 2006).</p> <p><em>‘Het Biologische Instituut’</em></p> <p>De meest bijtende kritiek waaraan de aanhangers van intelligent design en creationisme blootstaan, is ID’s wetenschappelijke steriliteit. Indachtig Philip Johnsons definitie dat hun ‘theïstisch realisme’ het ‘definiërend concept’ van hun beweging is (wat betekent dat ‘God objectief gezien echt de Schepper is’), hebben zij bijgevolg geen wetenschappelijke, i.e., empirische methodologie waarop zou voortvloeien dat ‘de realiteit van God concreet is vastgelegd in bewijsmateriaal toegankelijk voor de wetenschap, met name de biologie’ (geciteerd in Forrest, 2005a, 31). Van de relatief weinige aanhangers van intelligent design en creationisme die daadwerkelijk hun brood verdienen als wetenschappers (met Behe als meest vooraanstaand voorbeeld), gebruikt er <strong>niet één</strong> ID als een leidende wetenschappelijke theorie in zijn professioneel wetenschappelijk werk. Desondanks, in het kielzog van hun nederlaag in de zaak <em>Kitzmiller</em>, waardoor een mogelijk verlies aan fondsen en politieke ondersteuning in het verschiet ligt, heeft de ID beweging een onderzoekscentrum opgericht, hiermee andere creationistische groeperingen als het Institute for Creation Research en de Creation Research Society volgend (Institute for Creation Research, 2007; Creation Research Society, 2007).</p> <p>Dit ‘Biologisch Instituut’ (BI) werd kort aangekondigd in een artikel in de <em>New York Times</em> van augustus 2005 (Chang, 2005). Douglas Axe, een moleculair bioloog die in het Wig document genoemd werd als hoofd van het moleculaire biologie programma van het CSC, onthulde dat het Discovery Institute voor significante financiering had gezorgd. Axes onthulling kwam op een zorgvuldig uitgekozen moment: het artikel verscheen één maand voor het proces <em>Kitzmiller</em> van start ging, op een tijdstip dat de ID beweging een grote nood had aan een wetenschappelijk image. Axe, die lid was van de wetenschappelijke staf van het CSC gedurende de periode 1998-2000, voerde tot voor kort, ook al met fondsen van het Discovery Institute, erkend wetenschappelijk onderzoek uit in Engeland – hij publiceerde twee papers (2000 en 2004) in de <em>Journal of Molecular Biology</em> (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 40-42, 127; Biever, 2006). Hoe dan ook, het Discovery Institute kondigde nooit het bestaan van het BI aan op zijn website.</p> <p>Eind mei 2007, toen deze aankondiging toch werd gepubliceerd, stond het BI nog niet in het telefoonboek. Vanaf juli 2007 publiceerde het een website met een telefoonnummer en een adres in Redmond in de staat Washington, maar zonder bijkomende informatie onvolledige website (Biologic Institute, 2007). De website kan niet worden gedetecteerd door online zoekmachines – enkel de exacte URL leidt tot de site. Het telefoonnummer blijkt onvindbaar volgens de zoekdiensten van de telefoonbedrijven; het opzoeken met Google toont enkel aan dat niet opgenomen is in de lijsten van de vaste lijnen. Het nummer is toegekend aan het Biologisch Instituut (US Search, 2007), maar in Seattle in plaats van Redmond (er is een gebouw in Fremont, een voorstad van Seattle, zie verder). Het bestaan van dit gebouw werd betwijfeld tot Barbara Forrest ontdekte dat het deel uitmaakte van een naamloze vennootschap die in de staat Washington was opgericht in oktober 2005 (<em>nadat</em> het artikel verschenen was in de <em>New York Times</em>), hoewel er geen adres vermeld staat (Washington State, n.d.). Publiekelijke bevestiging van het bestaan van het BI kwam er buiten de wil van het Discovery Institute om. Een reporter van <em>New Scientist</em> localiseerde de kantoren van het BI in Redmond en een laboratorium in Fremont, een voorstad van Seattle (Biever, 2006). Met uitzondering van één personeelslid, George Weber, die na het interview BI verliet, wou niemand spreken met de reporter, die de deur in haar gezicht kreeg dichtgeslagen in het kantoor te Redmond. (Weber leidt in Spokane, Washington het kapittel van <em>Reasons to believe</em>, een creationistische organisatie [Biever, 2006]). Dergelijk gedrag strookt niet met dat van bonafide wetenschappers, die juist gretig hun ideeën uiteenzetten aan geïnteresseerde journalisten.</p> <p>Het Discovery Institute kon niet anders dan overgelukkig te lijken door de onvrijwillige publiciteit, en te bevestigen dat ‘onderzoekers van het nieuwe instituut serieuze wetenschappers zijn met een imponerende onderzoeksachtergrond’ (Discovery Institute, 2006c). Maar dit pochen is een beetje voorbarig en niet volledig accuraat. Volgens normale wetenschappers ondersteunen Axes twee papers uit de <em>Journal of Molecular Biology</em> ID op geen enkele manier (Inlay, 2005; Hunt, 2007; Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 40-42, 127). Axe zelf lijkt nogal verdeeld over deze vraag. In 2000 zag hij ervan af om te bevestigen of te ontkennen dat zijn wetenschap ID ondersteunt (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 42). Nu beweert hij dat het dat doet (West, 2007). In antwoord op het artikel in <em>New Scientist</em>, verklaren Axe en Ann Gauger en Brendan Dixon, collega’s van zijn laboratorium, dat ‘Onderzoekers aan het Biologisch Instituut ervan overtuigd zijn dat [de theorie van intelligent ontwerp tot goede wetenschap kan leiden]’ (Axe et al., 2007). Maar Gauger en Dixon zijn niet ontzettend productief geweest, hoewel Gauger een doctoraat in zoölogie heeft. Een zoektocht in de wetenschappelijke bestanden in mei 2007 naar peer reviewed papers [wetenschappelijke artikels die gelezen en gekeurd zijn door medewetenschappers] van de hand van Gauger – iemand die de lijst door het Discovery Instituut van wetenschappers die ‘het oneens zijn met het darwinisme’ ondertekend heeft (Discovery Institute, 2007) – leverde slechts drie herkenbare papers op, geschreven in 1985, 1987, en 1993, naar wetenschappelijke normen allemaal verouderd (Gauger et al., 1985; Gauger et al., 1987; Gauger &amp; Goldstein, 1993). Een zoektocht in zowel wetenschappelijke als computerwetenschappelijke bestanden vond geen wetenschappelijke papers door Brendan Dixon, een software ontwikkelaar.</p> <p>Indien BI enige ernstige wetenschap zou ontwikkelen, zou dat niet meer doen voor de geloofwaardigheid van ID dan dat ICR en CRS de geloofwaardigheid van jonge aarde creationisme bevestigden; zowel ID als YAC steunen op het geloof in een bovennatuurlijke schepper, wat door geen enkele hoeveelheid empirische data kan worden bevestigd. Als de aanhangers van intelligent design en creationisme hun belofte van wetenschappelijke productiviteit ernstig hadden genomen, hadden ze BI opgericht in 1992, toen ze hun strategie begonnen uit te voeren. Dan hadden ze bijgevolg tenminste enig bewijs van inzet gehad, zelfs als het niet meer zou zijn geweest dan de argumenten van hun critici bevestigen dat de activiteit van een bovennatuurlijke ontwerper buiten het terrein van de wetenschap ligt. Behe, als practiserend wetenschapper, zou dit werk zelf kunnen verrichten; in plaats daarvan schrijft hij boeken en artikelen voor het grote publiek. Het in allerijl oprichten van het BI in 2005, dertien jaar na aanvang van de strategie van de wig kan enkel begrepen worden als een poging om zich in het kielzog van de nederlaag in de zaak <em>Kitzmiller</em> te verzekeren van de loyaliteit van de aanhangers ten einde de stroom van donaties niet in te dammen. Het zal ook als een nieuw argument voor het onderwijs in ID gebruikt worden door hun aanhangers in de bestuursraden van openbare scholen, misschien verpakt als het aanleren van ‘de sterktes en zwaktes van evolutie’, in hun openbare scholen behoort.</p> <p><em>Additionele ID projecten</em></p> <p>Het Wig document roept op tot het uitbouwen van een aanhang voor ID ‘in Israel, het Verenigd Koninkrijk, en andere invloedrijke landen buiten de V.S.,’ wat nog meer dringend werd in de nasleep van de zaak <em>Kitmiller</em>. Vanuit het Verenigd Koninkrijk komt een groeiende stroom van persberichten over de ontwikkeling op een niveau dat niemand mocht te bevroeden van een publiekelijke ondersteuning voor creationisme. De Royal Society vond het problematisch genoeg om er een formele mededeling over te doen (Royal Society, 2006). Rapporten over een groeiende ondersteuning voor creationisme komen bijna wekelijks van Oost- en West-Europese landen die zichzelf voordien immuun achtten voor dit probleem (Graebsch &amp; Schiermeier, 2006; Forrest &amp; Gross, 2007b, 337).</p> <p>Het wetenschappelijk niet onderlegd publiek van de V.S. krijgt steeds meer ID boeken op zich gericht. Michael Behes <em>The edge of evolution: The search for the limits of darwinism</em> belooft ‘intelligent ontwerp samen te brengen met vondsten van kosmologie, chemie, en natuurkunde in een overkoepelende theorie van het universum; en een onderzoeksprogramma voor te leggen, met voorspellingen, om de geflopte voorspelling van Darwins enthousiastelingen tegen te gaan’ (Behe, 2007). <em>The design of life: Discovering signs of intelligence in biological systems</em> door William Dembski en Jonathan Wells zal <em>Of pandas and people</em> vervangen als boek voor de middelbare school (Dembski &amp; Wells, 2007). (Hoewel het tijdens het proces <em>Kitzmiller</em> ontmaskerd werd als creationistisch handboek (Forrest, 2005b), wordt <em>Of pandas and people</em> nog steeds verkocht door de Foundation for Thought and Ethics [Stichting voor denken en ethiek] als het boek dat ‘de manier waarop het ontstaan van soorten wordt onderwezen, verbeterde in duizenden klaslokalen van het openbare onderwijs.’ [Foundation for Thought and Ethics, n.d.])</p> <p>Het Discovery Institute promoot ook een ander nieuw handboek, lichtjes vermomd door gebruik te maken van de nu bekende ID codetaal en gericht op studenten vanaf het lager middelbaar. Het boek is zelfs ondertiteld in ID codetaal – <em>Explore evolution: The arguments for and against Neo-Darwinism</em> (Meyer et al., 2007). Co-auteurs zijn ID leiders Stephen C. Meyer, Scott Minnich, en Paul Nelson, alsook voormalig CSC staflid Jonathan Moneymaker en ID aanhanger Ralph Seelke. Net als <em>Of pandas and people</em> wordt het voorgesteld als een ‘aanvullend handboek’ voor leraren van het staatsonderwijs. Daarenboven kan het gebruikt worden met het ‘nieuwe aanvullende biologie lessenplan’ (neergepend door het Discovery Institute) waarvoor het hulpmateriaal geschreven werd door Michael Newton Keas, wetenschappelijk hoofdmedewerker van het CSC (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 164-165). In juli 2007 werd het promotiemateriaal voor het boek en het leerplan gepubliceerd op de website van de Biola Universiteit in het programma van een masters in wetenschap en religie, samen met een uitnodiging aan leraren wetenschappen (en het grote publiek) om in augustus 2007 een ‘Science teachers symposium’ [een symposium gericht op leerkrachten wetenschappen] bij te wonen met als titel ‘Teaching biological origins’ [Hoe biologische oorsprong van soorten aanleren]. (De Biola Universiteit stelt verscheidene stafleden van het CSC te werk als wetenschappelijk personeel.) <em>Explore evolution</em> wordt aangeprezen als een nieuwe tekst die ‘kritische denken op zijn best brengt.’ De u inmiddels bekende Jonathan Wells staat op de lijst van gastsprekers, samen met andere ID aanhangers. Een van de doelstellingen van de strategie van de wig is om ‘materialistische verklaringen te vervangen door het theïstische begrip dat natuur en mens geschapen zijn door God’ – de religieuze beweegreden voor dit symposium is dan ook zeer duidelijk in het onderwerp van een van de themasessies, ‘kritisch denken over de materialistische vooronderstellingen in handboeken wetenschap.’ Leraren van het openbare onderwijs worden speciaal gerust gesteld dat dit symposium hen in staat zal stellen om ‘educatieve verordeningen betreffende controversiële onderwerpen in de lessen biologie te vervullen.’ Ze worden verzekerd dat ‘pedagogische normen zowel in de V.S. als in het V.K... duidelijk stellen dat het leerplan studenten moet helpen de volledige waaier aan gezichtspunten te begrijpen en waarom zulke onderwerpen controverses kunnen voortbrengen’ (Biola, 2007). Deze gerustelling is geformuleerd in de exacte bewoording van het Santorum amendement, maar de insinuatie dat het Santorum amendement een regeringsmandaat is, is onjuist (Forrest &amp; Gross, 2004a, 2007a, 240-252).</p> <p>Dergelijke publicaties en promotionele activiteiten zal de aanwending van nog meer tijd en energie noodzakelijk maken om het wetenschappelijke leerplan van de openbare scholen te beschermen. Alle grote uitbarstingen van ID zijn tot nog toe gestopt door verdedigers van de wetenschap en van de scheiding tussen kerk en staat, die ongekende hoeveelheden tijd en eigen middelen hebben gespendeerd aan pogingen om ID buiten het Amerikaanse staatsonderwijs te houden. Organisaties die pro wetenschap zijn, zoals <em>Kansan citizens for science</em> bestaan nu in minstens een dozijn staten. Jammer genoeg ziet het ernaar uit dat ze in de nabije toekomst nog steeds op hun hoede zullen moeten blijven.</p> <p><em>6. Conclusie</em></p> <p>Zoals deze tekst aantoont, is de beweging rond intelligent ontwerp niets meer dan nauwelijks verholen creationisme. Ten einde het grote publiek te overtuigen dat ID iets anders is, ontwijken de aanhangers van ID open debat over de minst verdedigbare elementen van eerdere vormen van creationisme, zoals de jonge leeftijd van de aarde en ‘vloedgeologie’ gebaseerd op het bijbelse verhaal van Noachs zondvloed. Hun pogingen om een ‘wetenschappelijke’ controverse voort te brengen, net als hun ontsmetten van ID terminologie, weerspiegelen hun inspanningen om hun strategie aan te passen aan het huidige legale landschap en aan de huidige opvattingen van het Amerikaanse grote publiek. In een beroep op het Amerikaanse besef van billijkheid, dat zou toelaten ‘beide kanten’ te horen, hebben ID creationisten geprobeerd deze zogenaamde wetenschappelijke controverse te misbruiken door staatsscholen aan te sporen ‘de controverse te onderwijzen’ of ‘de volledige waaier aan wetenschappelijke standpunten aan te leren.’</p> <p>Maar de enige werkelijke controverse is diegene die de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme uit hun duim gezogen hebben met als enig doel hun agenda vooruit te helpen. Er is geen legitiem wetenschappelijk debat tussen ID en evolutie; er bestaat geen controverse binnen wetenschappelijke kringen over de status van de evolutietheorie. Daarom bevelen wij aan dat pedagogen, leden van federale en nationale ministeries voor onderwijs en alle verantwoordelijke regeringsfunctionarissen op elk niveau elke poging afwijzen om ID in de klaslokalen te wurmen, of het nu is door ID uitdrukkelijk te onderwijzen, of door meer subtiele methoden, zoals ‘een verklaring van afstand doen van de evolutietheorie’ die wordt voorgelezen in biologielessen, stickers die worden gekleefd in handboeken biologie, of eufemistische voorstellen als ‘de sterktes en zwaktes van evolutie’ te onderwijzen, enzovoort. Daar ID een religieus geloof is, wordt de constitutioneel beschermde scheiding tussen kerk en staat geschonden wanneer men toestaat dat het onderwezen wordt in de lokalen voor wetenschapsonderwijs van het openbare onderwijs. Men moet zich ook voor ogen houden dat de introductie van ID in de klaslokalen eveneens schadelijk is voor het onderwijzen van ware wetenschap. Gedurende meer dan drie eeuwen heeft de methodologie van de moderne wetenschap op een consistente manier opmerkelijke wetenschappelijke prestaties voortgebracht. Als we willen dat de Amerikaanse wetenschappelijke vooruitgang zich verder zet – vooral indien Amerikaanse studenten daar moeten toe bijdragen als wetenschappers – moeten we erover waken dat onze kinderen een goed begrip hebben van wetenschap.</p> <p>We moeten de bedreiging door de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme niet overdrijven. Zoals de zaak <em>Kitzmiller</em> en de mislukkingen van ID in Kansas en Ohio hebben aangetoond, kunnen bezorgde wetenschappers en leken – met het recht en goede wetenschap aan hun zijde – zowel de grondwet als het wetenschapsonderwijs beschermen (Forrest &amp; Gross, 2007a, 318-321). Toch mogen we deze dreiging geenszins bagatelliseren. Gegeven de sterke anti-Verlichtingsgevoelens bij de aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme en hun bondgenootschappen met andere soms extremistische groeperingen, betekent ID een gevaar voor een constitutionele regeringsvorm en, in het verlengde daarvan, voor een vrije, open maatschappij. Aanhangers van ID en hun bondgenoten uit religieus rechtse hoek promoten een vertekend beeld van secularisme. Ze stellen het voor als synoniem voor atheïsme en antireligieuze vijandigheid. Maar in tegendeel tot deze misvatting betekent ‘seculier’, wanneer correct begrepen, enkel ‘niet religieus’, en niet ‘antireligieus.’ Evenzo valt de kritiek dat ID een religieus geloof is en geen wetenschappelijke theorie niet per se te begrijpen als kritiek op religie. Secularisme verwerpen, zoals religieus rechts dat doet, vanuit hun vervorming van de betekenis van de term, betekent het verwerpen van één van de belangrijkste vormen van bescherming geboden door het Eerste Amendement, met name het recht te leven en werken zonder gebonden te zijn door religieuze doctrines die men niet zelf gekozen heeft; en om al dan niet ter kerke te gaan, volgens zijn eigen geweten. Dit recht omvat tevens de plicht zich ervan te onthouden anderen te beperken door zijn persoonlijke religieuze voorkeuren op te dringen (Forrest, 2004).</p> <p>Toch proberen aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme, net als religieus rechts in het algemeen, hun persoonlijke godsdienstige overtuigingen om te zetten in algemeen beleid. Volgens hen staat het weren van creationisme en andere voorbeelden van hun favoriete denkbeelden uit openbare scholen simpelweg gelijk met actieve discriminatie tegen godsdienstige mensen. Dit standpunt is niet enkel onlogisch, het wordt ook niet gedeeld door de overgrote meerderheid van de Amerikanen, die begrijpen dat de beste bescherming van gelovigen nu precies in de neutraliteit van de regering met betrekking tot geloofsaangelegenheden. Enkel wanneer de regering weigert godsdienstige overtuigingen (of net niet-religieuze) te ondersteunen of te bekrachtigen, kunnen we de vrijheid bereiken waarin zowel religie als solidariteit kunnen floreren en waarin rationeel onderzoek de ontwikkeling van het van het algemeen beleid kan begeleiden. Toch is dit nu net wat de voorstanders van intelligent ontwerp en creationisme slechts node gedogen. Hoewel zij leven in een seculiere democratie hen ten goede komt, zouden zij haar giften van vrije meningsuiting en persoonlijke vrijheid al te graag misbruiken om de Amerikaanse cultuur, wetenschap, en onderwijs terug te dringen in een pre-modern tijdperk.</p> <p>Verbondenheid betekent, op zijn minst, redelijk genoeg en respectvol genoeg zijn voor zijn medemensen, erop vertrouwend dat zij goede mensen – goede buren – kunnen zijn, zonder daarom iemands religieuze overtuigingen te hoeven over te nemen, of misschien zelfs zonder enige godsdienstige overtuiging. De hoop op verbondenheid is een belangrijke erfenis van de Verlichting, samen met tolerantie voor godsdienstige verscheidenheid en het vertrouwen dat moderne wetenschap en rationeel onderzoek de morele code van onze medeburgers eerder zal versterken dan verwoesten. De politicoloog Steven M. DeLue drukt deze hoop prachtig uit in <em>Public reason and democracy: The place of science in maintaining civic friendship</em> (DeLue, 2005, 26, 38-39):</p> <p><cite>De... Verlichting gaf vorm aan de hoop dat regeringen zouden worden gevormd die mensen zouden bevrijden van bijgeloof en traditie, opdat mensen met behulp van rede en wetenschap kennis zouden voortbrengen die de maatschappij zou verbeteren...</cite><br> <cite>... [S]inds de Verlichting is onze moderne wereld gekenmerkt door een cultuur waaraan iedereen deel heeft, met als beginsel... de idee dat rationaliteit moet gebruikt worden opdat wetenschap kennis zou voortbrengen en om ter verzekeren dat deze kennis enkel voor humanitaire doeleinden zou dienen – met dien verstande dat de maatschappij deze doeleinden slechts kan bereiken en laten gedijen als zij toestaat dat intellectuele autonomie zich ten volle doorzet op sociale en openbare vlak. Dus, het niveau van verbondenheid met zijn medeburgers bereiken dat nodig is om de stabiliteit van een ruimdenkende democratie te onderhouden... hangt af van de mate waarin wetenschap wordt gezien als onontbeerlijk voor vooruitgang in alle aspecten van het leven. Indien men dit ten volle begreep, zou er een grote eerbied zijn voor deze cultuur van solidariteit met de medemens waaraan iedereen deel heeft, en die zelfstandigheid en de daarmee verbonden vrijheid, kritisch denken, intellectueel pluralisme en tolerantie hooghoudt.</cite></p> <p><em>Dankbetuigingen</em></p> <p>Commentaren en suggesties van de volgende personen worden dankbaar erkend: dr. Marshall Berman van de organisatie New Mexicans for Science and Reason, dr. Andrew J. Petto van het National Center for Science Education en Glenn Branch van het National Center for Science Education.</p> <p><strong>Copyright</strong><br> Deze tekst werd met toestemming van het Center for Inquiry vertaald en op de website geplaatst. Copyright © 2007 Center for Inquiry, Inc. Permission is granted for this material to be shared for noncommercial, educational purposes, provided that this notice appears on the reproduced materials, the full authoritative version is retained, and copies are not altered. To disseminate otherwise or to republish requires written permission from the Center for Inquiry, Inc</p> <p><strong>Eindnoten</strong></p> <ol> <li>De apologetiek is die ‘tak binnen de theologie die zich bezig houdt met het verdedigen van de christelijke doctrines’ (Webster’s Online Dictionary at <a href="http://www.websters-onlinedictionary" title="http://www.websters-onlinedictionary">http://www.websters-onlinedictionary</a>. org/definition/apologetics. Bezocht op 4 februari 2007.)</li> <li>Naast ontelbare boeken over ID kunnen lezers tevens een aantal Internet sites consulteren voor kritische besprekingen van ID boeken, en de oorspronkelijke artikels die alle aspecten van ID behandelen. De meest bekende zijn Talkorigins.org (<a href="http://www.talkorigins.org/" title="http://www.talkorigins.org/">http://www.talkorigins.org/</a>), Talkdesign.org (<a href="http://www.talkdesign.org/" title="http://www.talkdesign.org/">http://www.talkdesign.org/</a>), Talkreason.org (<a href="http://www.talkreason.org/" title="http://www.talkreason.org/">http://www.talkreason.org/</a>), en the Panda’s Thumb weblog (<a href="http://www.pandasthumb.org/" title="http://www.pandasthumb.org/">http://www.pandasthumb.org/</a>). Het website van het Nationale Centrum voor Wetenschapsonderwijs [van de Verenigde Staten] is ook een verzamelplaats van ID nieuws en gerelateerde literatuur (<a href="http://www.ncseweb.org/" title="http://www.ncseweb.org/">http://www.ncseweb.org/</a>).</li> <li>Naast het verwateren van wat evolutie inhoudt volgens de wetenschappelijke normen van de staat Kansas veranderden aanhangers van intelligent ontwerp en creationisme in november 2005 de definitie van wetenschap in de normen om ook het bovennatuurlijke te omvatten in een ‘meer adequate’ verklaring van natuurlijke fenomenen; wetenschap werd geherdefinieerd als ‘een systematische methode van opeenvolgende onderzoeken dat gebruik maakt van observaties, testen van hypotheses, experimenteren, logische argumenten en het bouwen van theorieën om te leiden naar meer adequate verklaringen van natuurlijke fenomenen’ (Forrest &amp; Gross, 2007a, 318). In de verkiezingen van november 2006, kwam de controle van het bestuurslichaam voor het onderwijs van de staat Kansas opnieuw in handen van gematigden die pro wetenschap zijn. In februari 2007 nam het nieuwe bestuur betrouwbare wetenschappelijke normen aan die evolutie correct voorstellen (National Center for Science Education, 2007).</li> <li>Het woord ‘vernieuwing’ (wedergeboorte) heeft overduidelijk godsdienstige associaties, zoals wordt aangegeven in het Wig document: spirituele en culturele vernieuwing: <ul> <li>de belangrijkste vernieuwingsbewegingen beginnen zich inzichten van intelligent ontwerp toe te eigenen en theologieën beïnvloed door materialisme te verwerpen;</li> <li>de belangrijkste christelijke denominaties verdedigen de traditionele doctrine van de schepping en verwerpen Darwinisme;</li> <li>seminaries herkennen en verwerpen in toenemende mate naturalistische vooronderstellingen;</li> <li>snel inspelen op enquêtes over onderwerpen als sexualiteit, abortus en geloof in God (Discovery Institute, 1998).</li> </ul> </li> <li>Zie bijlage, toegevoegd in juli 2007. Ik veranderde ook mijn tekst om de additionele zin toe te voegen aan Dr. Beckwiths bekrachtiging, en geef daardoor de volledige bekrachtiging weer die kan gevonden worden op <a href="http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm" title="http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm">http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm</a></li> </ol> <p><strong>BIJLAGE</strong></p> <p>In een email van 5 juli 2007 betwist Dr. Beckwith de juistheid van mijn begrip van zijn bekrachtiging van Weikart’s boek als zou het eigenlijk om een herformulering gaan van Kennedy’s beschuldiging, ‘geen Darwin, geen Hitler’, zij het dan met andere woorden. (Ik schreef Kennedy’s woorden niet toe aan Beckwith.) Zijn bezwaar tegen mijn voorstelling van zijn bekrachtiging bestaat uit twee delen:</p> <p>Maar mijn begrip van Dr. Beckwith’s bekrachtiging van Weikart’s boek is redelijk gezien het pleidooi Weikart in feite maakt. Ik geef op mijn beurt antwoord op elk van Dr. Beckwith’s bezwaren.</p> <p>Het eerste gedeelte van Dr. Beckwith’s bezwaar van mijn interpretatie van zijn bekrachtiging gaat over wat Kennedy bedoelde. Hij zegt dat Kennedy’s bewering ‘Geen Darwin, geen Hitler’ betekent dat Hitler werd ‘veroorzaakt’ door de historische figuur Darwin, en Dr. Beckwith zweert deze betekenis af. Er zijn twee manieren om ‘veroorzaakt’ te begrijpen in deze context:</p> <p>Indien Dr. Beckwith, in zijn bezwaar, de eerste betekenis van veroorzaakt (noodzakelijk verband) bedoelde, is dit geen grondig bezwaar omdat het lezen van Kennedy’s tekst niet logisch klinkt. Een oorzaak is een logisch verband tussen voorstellingen en concept, niet mensen. Als Dr. Beckwith ‘veroorzaakt’ gebruikt in de tweede betekenis, kan men Kennedy begrijpen als dat die bedoelt dat indien Darwin niet had bestaan, Hitler geen gruweldaden had begaan omdat er geen evolutietheorie had bestaan door natuurlijke selectie om Hitler te beïnvloeden. Zelfs indien dit Kennedy’s bedoeling was, is het duidelijk Darwins theorie die klaarblijkelijk het oorzakelijk verband was met Nazi ideologie en Nazi wreedheden, niet de man Darwin. Kennedy’s antipathie voor evolutie is welgekend; het is Darwin’s wetenschappelijke theorie, niet zijn historisch bestaan, waartegen hij bezwaar heeft, zoals <em>Darwins Dodelijke Nalatenschap</em> glashelder aantoonde. In elk geval is het aannemelijk om Kennedy te begrijpen als ten minste bedoelend dat indien Darwin zijn evolutietheorie door natuurlijk selectie niet had ontwikeld, Hitler, geleid door deze theorie, zijn wreedheden niet had begaan. Om na te gaan of correct is Dr. Beikwiths bekrachtiging van Weikarts boek te begrijpen als een herhaling van het oorzakelijk verband die Kennedy maakte, dit is, dat zonder Darwin’s theorie er geen Nazi ideologie en geen Nazi wreedheden hadden bestaan, moeten we de inhoud van Weikart’s boek onderzoeken, een onderwerp waarop ik nu terugkom.<br> Zoals reeds aangegeven, gaat Dr. Beckwith’s tweede bezwaar over wat hij zegt te bedoelen in zijn bekrachtiging van Weikart’s boek. Hij zegt dat hij refeerde naar de eugenetica beweging dat het vonnis van het Hooggerechtshof uit 1927 <em>Buck v. Bell</em> voortbracht, dat het algemeen beleid beïnvloedde in de Verenigde Staten en Europa. Met ‘culturele elite’ zegt hij dat hij figuren bedoelt zoals George Bernard Shaw en Alexander Graham Bell, en instituten zoal het Carnegie Insitute en de Rockefeller Foundation, die allemaal eugenetica ondersteunden. Maar, normaal gezien, en redelijkerwijs, begrijpt men een bekrachting als een weerspiegeling van de inhoud van het boek dat wordt bekrachtigd; daarom is de redelijke manier om te begrijpen wat Beckwith bedoelde: de zaak onderzoeken die Weikart bepleit, sinds het Weikarts zaak is die Dr. Beckwith meesterlijk en overtuigend noemt.<br> Onder Dr. Beckwith’s toelichting van zijn bekrachtiging zouden we kunnen verstaan dat hij bedoelde dat Weikart een overtuigend punt maakt dat indien organizaties als het Carnegie Institute en de Rockefeller Institute, samen met literaire en wetenschappelijke figuren als Shaw en Bell, de ‘Darwinistische kijk op leven, moraliteit, en sociale instituten’ niet hadden aangehangen, dat dan de Amerikaanse eugenetica beweging -ondersteund door de beslissing van 1927 <em>Buck v. Bell</em> van het Hooggerechtshof van de V.S- en de politieke en sociale gevolgen van die beweging waarschijnlijk niet waren ontstaan. Maar, terwijl de eugenetica beweging in Amerika terecht wordt afgekeurd en zeker als een stelling zou kunnen besproken, is dit niet het boek dat Weikart schreef en dat Dr. Beckwith bekrachtigde. Weikart’s volledige titel, <em>Van Darwin tot Hitler: Evolutionaire Ethiek, Eugenetica, en Racisme in Duitsland</em>, maakt duidelijk dat Weikart zich richt op ontwikkelingen in Duitsland, niet in de Verenigde Staten. Weikart noemt ontwikkelingen in de V.S. terloops en in het kort. Hij bespreekt <em>Buck v. Bell</em> niet, en hij bespreekt de mensen en instituten niet die Dr. Beckwith aanhaalde als degene die hij bedoelde met zijn bekrachtiging. Mijn begrip van Dr. Beckwiths bekrachtiging weerspiegelt de inhoud van het boek dat hij bekrachtigde, wat expliciet de <em>Duitse</em> eugenetica beweging betreft en de ondersteuning ervan door de Duitse culturele en intellectuele elite.</p> <p>Dus, wat is de zaak die Dr. Beckwith als overtuigend bestempelde? Weikart stelt de kwestie heel simpel. Ondanks Weikarts bewering dat hij de schuld voor wat Hitler deed niet enkel bij Darwins werk legt, maakt Weikart het zeer duidelijk –beginnend in de introductie - dat Darwin de echte schurk is van het boek. Hij start met de observatie dat ‘Een groot stuk van de oorspronkelijke weerstand tegen Darwinisme ontsproot uit de gewaarwording als bedreiging voor de morele orde’ en dat ‘Adam Sedgwick, Darwin’s voormalige leermeester... niet de enige was om Darwin te beschuldigen van de moraliteit te ondermijnen’ (1; alle referenties zijn naar paginas in Weikarts). Volgens Weikart ontaardde dit ondermijnen van de moraliteit in de gebeurtenissen in Duitsland.</p> <p>Ondanks zijn talrijke indekkingen tegen het voorstellen van ‘Darwinisme’ als enige oorzaak van Hitler’s wreedheden, volgt hij zijn opwerpingen onveranderlijk op met met uitspraken die aangeven dat hij Darwin’s werk beschouwt als cruciale factor. ‘Hoe kronkelend de weg ook was van Darwin naar Hitler, Darwinisme en eugenetica effenden duidelijk het pad voor Nazi ideologie, vooral voor de nadruk van de Nazi’s op expansie, oorlog, rassenstrijd en rassenexperimenten’ (6). Met ‘Darwinisme’ bedoelt hij de evolutietheorie door natuurlijke selectie: ‘Wat met echt bezorgd maakt in dit werk... is niet zozeer Hitler, maar Darwinisme, vooral de implicaties van Darwinisme voor de ethiek en voor ons begrip van menselijk leven en de dood. Wanneer ik de term Darwinisme gebruik in deze studie, bedoel ik de evolutheorie door natuurlijke selectie zoals naar voor gebracht door Darwin in <em>Het Onstaan van de Soorten’</em>(9).<br> Terwijl de ‘absurde stelling’ terecht wordt afgewezen dat Darwinisme tot Nazisme leidt ‘door logische noodzakelijkheid’, beschouwt Weikart Darwinisme als ‘een noodzakelijke, maar ontoereikende, oorzaak voor Nazi ideologie’(9). Dit betekent dat, hoewel Darwins werk de ontwikkeling van Nazisme niet garandeerde, desalniettemin, <em>zonder</em> Darwins evolutietheorie door natuurlijke selectie, Nazi ideologie niet ontwikkeld zou zijn geworden—en het is geen grote inspanning om de volgende conclusie hier te zien dat zonder Nazi ideologie, er geen Nazi wreedheden hadden geweest. Een van Weikart’s voornaamste punten is dat ‘Darwinisme de kijk op de menselijke natuur en de waarde van het menselijk leven vervormde, wat verrijkende ethische (en politieke en sociale) implicaties had’ (16).</p> <p>Weikart stelt ook nadrukkelijk in zijn tekst dat hij zijn besprekingen van eugenetica en aanverwante ontwikkelingen beperkt tot Duitsland: ‘Ik zal me vooral richten op de Darwinistische invloed op eugenetica, euthanasie, rassentheorie, en militarisme in Duitsland’ (9). De ‘elite’ waar hij naar verwijst zijn Duitsers; hoewel hij kort verwijst naar andere Europeanen en Amerikanen, is hun belangrijkheid in het boek verwaarloosbaar:</p> <p><cite>[V]eel recente studies over Nazi wetenschap, vooral diegene gerelateerd aan biologie, medische wetenschap, en eugenetica, tonen aan dat vele meest gangbare wetenschappers, professoren, en artsen... een begrip ophouden over Darwinisme en eugenetica die nogal gelijklopend is met die van Hitler... Mijn studie toont aan dat veel van Hitlers ideeën ten slotte ontleend werden van respectabele wetenschappers en geleerden die worstelden met de implicaties van Darwinisme voor ethiek en maatschappij (hoewel Hitler de meesten waarschijnlijk incorporeerde tweede- of derdehands). Deze bestonden niet enkel uit prominente wetenschappers en artsen, maar ook professoren filosofie, economie en geografie’ (8).</cite></p> <p>Hij is zeer duidelijk in het besluitende hoofdstuk dat zijn bekommernis gaat over waarom de Duitse elite klasse met Hitler samenwerkte en wat Hitler ertoe leidde de wreedheden te ondernemen die hij uitvoerde, en Weikart’s laatste commentaren wijzen onomwonden naar ‘Darwinisme’:</p> <p><cite>Een andere reden waarom deze studie zo belangrijk is, is omdat het ons verder inzicht verschaft in de oorsprong van Hitlers wereldvisie en zijn genocidale mentaliteit. Het helpt ook om uit te leggen waarom zoveel geschoolde Duitsers zouden meewerken met de Nazis en zouden participeren in de Holocaust, inclusief veel medisch personeel. Toen hij eugenetica, onvrijwillige euthanasie voor gehandicapten, en rassenuitroeiing aannam, borduurde Hitler verder op ideeën die wijverspreid circuleerden onder de geschoolde elite. Faus Fischer heeft terecht gezegd, ‘Adolf Hitlers raciale wereldbeeld was niet gewoon het product van zijn eigen verzinsel maar het resultaat van vondsten van ‘respectabele’ wetenschap in Duitsland en in andere delen van de wereld, inclusief de Verenigde Staten.’ Deze ideeën waren niet overheersend in Duitsland, maar ze waren achtenswaardig en gangbaar in geleerde kringen, vooral onder de medische en wetenschappelijk elites. (232)</cite></p> <p>Weikarts slotwoorden herformuleren zijn pleidooi bondig:</p> <p><cite>Darwinisme op zich bracht de Holocaust niet voort, maar zonder Darwinisme, zeker zijn sociale Darwinist en eugenetica gedaanteverandering, zouden Hitler noch zijn Nazi volgelingen de nodige wetenschappelijke steun hebben gehad om zichzelf en hun collaborateurs ervan te overtuigen dat één van ’s werelds grootste wreedheden in feite moreel prijzenswaardig waren.<br> Darwinisme—of tenminste sommige naturalistische interpretaties van Darwinisme—is erin geslaagd moraliteit op zijn kop te zetten. </cite> (233)</p> <p>Dit is een duidelijke bewering dat zonder ‘Darwinisme,’ namelijk Darwins evolutietheorie door natuurlijke selectie, een essentieel deel van Hitlers gronden voor zijn wreedheden zou ontbreken. Het is geen geforceerde lezing van zijn boek te begrijpen dat Weikart dezelfde boodschap overbrengt als degene die Kennedy veel eenvoudiger bracht in zijn documentaire. Sinds dit het pleidooi is dat Weikart houdt in <em>Van Darwin tot Hitler</em>, is het bijgevolg de kwestie die Beckwith als onafwijsbaar bestempelde. Gezien dit het boek is dat Weikart schreef, en het boek dat Dr. Beckwith bekrachtigde, is mijn begrip van zijn bekrachtiging daarom redelijk te noemen.</p> <p><em>Bibliografie</em><br> Allen, Ann Taylor. 2006. Review of <em>From Darwin to Hitler: Evolutionary Ethics, Eugenics, and Racism in Germany</em>. By Richard Weikart. 78 (1): 255-57. Te raadplegen op <a href="http://www.journals.uchicago.edu/cgi-bin/resolve?JMH78010743" title="http://www.journals.uchicago.edu/cgi-bin/resolve?JMH78010743">http://www.journals.uchicago.edu/cgi-bin/resolve?JMH78010743</a>. (bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Americans United for Separation of Church and State. Doc. 601. <em>Science, Religion and Public Education: An Evolving Controversy</em>. Faith &amp; Freedom Series. Te raadplegen op <a href="http://www.au.org/site/DocServer/creationism_brochure.pdf?docID=601" title="http://www.au.org/site/DocServer/creationism_brochure.pdf?docID=601">http://www.au.org/site/DocServer/creationism_brochure.pdf?docID=601</a> (bezocht op 3 februari 2007.)</p> <p>Americans United for Separation of Church and State. Doc. 623. <em>Prayer and the Public Schools: Religion, Education and Your Rights</em>. Faith &amp; Freedom Series. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.au.org/site/DocServer/public_schools_brochure.pdf?docID=623" title="http://www.au.org/site/DocServer/public_schools_brochure.pdf?docID=623">http://www.au.org/site/DocServer/public_schools_brochure.pdf?docID=623</a>. (Bezocht op 3 februari 2007.)</p> <p>Americans United for Separation of Church and State. 2006. Governors Advocate Teaching ‘Intelligent Design’ in Public School Science Classes. <em>Church &amp; State</em> 59 (2): 18-19.</p> <p>Anti-Defamation League. 2006. “ADL Blasts Christian Supremacist TV Special &amp; Book Blaming Darwin for Hitler.” Press release. 22 augustus. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.adl.org/PresRele/HolNa_52/4877_52.html" title="http://www.adl.org/PresRele/HolNa_52/4877_52.html">http://www.adl.org/PresRele/HolNa_52/4877_52.html</a> (Bezocht op 7 februari 2007.)</p> <p>Apologetics.org. 2006. “Evidence of Design Conference, november 3-4, 2006 — Clearwater and Tampa, Florida.” Te raadplegen op <a href="http://www.apologetics.org/recent-events.html" title="http://www.apologetics.org/recent-events.html">http://www.apologetics.org/recent-events.html</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Arnhart, Larry. 2006. “A Review of Richard Weikart’s <em>From Darwin to Hitler</em>.” <em>Darwinian Conservatism by Larry Arnhart</em>, weblog. 25 februari. Te raadplegen op<br> <a href="http://darwinianconservatism.blogspot.com/2006/02/review-of-richard-weikarts-fromdarwin.html" title="http://darwinianconservatism.blogspot.com/2006/02/review-of-richard-weikarts-fromdarwin.html">http://darwinianconservatism.blogspot.com/2006/02/review-of-richard-weik...</a> (Bezocht op 7 februari 2007.)</p> <p>Associated Press. 2005a. “Frist Voices Support for ‘Intelligent Design.’” MSNBC. 19 augustus. Te raadplegen op <a href="http://www.msnbc.msn.com/id/9008040/" title="http://www.msnbc.msn.com/id/9008040/">http://www.msnbc.msn.com/id/9008040/</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Associated Press. 2005b. “Dover Voters Oust Intelligent Design Supporters.” 9 november. Te raadplegen op <a href="http://www.msnbc.msn.com/id/9973228" title="http://www.msnbc.msn.com/id/9973228">http://www.msnbc.msn.com/id/9973228</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>Axe, Douglas; Dixon, Brendan; and Gauger, Ann. 2007. “Good Science Will Come.” <em>New Scientist</em>. 13 januari. 2586: 18. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.newscientist.com/article/mg19325860.100-good-science-will-come.html" title="http://www.newscientist.com/article/mg19325860.100-good-science-will-come.html">http://www.newscientist.com/article/mg19325860.100-good-science-will-com...</a>.<br> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>Behe, Michael J. 1998. “Tulips and Dandelions.” <em>Books and Culture</em>. september-oktober. Te raadplegen op<br> <a href="http://web.archive.org/web/20001208124700/http://www.christianitytoday.com/bc/8b5/8b5034.html" title="http://web.archive.org/web/20001208124700/http://www.christianitytoday.com/bc/8b5/8b5034.html">http://web.archive.org/web/20001208124700/http://www.christianitytoday.c...</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Behe, Michael J. 2007. <em>The Edge of Evolution: The Search for the Limits of Darwinism</em>. Free Press.<br> <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=4029&amp;program=CSC" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=4029&amp;program=CSC">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=4029&amp;p...</a> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>Benen, Steve. 2000. “Science Test.” <em>Church &amp; State</em> 53 (7): 8-14. Te raadplegen op <a href="http://findarticles.com/p/articles/mi_qa3944/is_200007/ai_n8913453" title="http://findarticles.com/p/articles/mi_qa3944/is_200007/ai_n8913453">http://findarticles.com/p/articles/mi_qa3944/is_200007/ai_n8913453</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Biever, Celeste. 2006. “Intelligent Design: The God Lab.” <em>New Scientist</em> 15 december. 2582: 8-11. Te raadplegen op <a href="http://www.newscientist.com/channel/opinion/mg19225824.000-intelligentdesign-the-god-lab.html" title="http://www.newscientist.com/channel/opinion/mg19225824.000-intelligentdesign-the-god-lab.html">http://www.newscientist.com/channel/opinion/mg19225824.000-intelligentde...</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Biola University. 2007. “Science Teacher Symposium: Teaching Biological Origins.” Available at <a href="http://www.biola.edu/academics/scs/scienceandreligion/symposium/" title="http://www.biola.edu/academics/scs/scienceandreligion/symposium/">http://www.biola.edu/academics/scs/scienceandreligion/symposium/</a> (Bezocht op 26 juli 2007.)</p> <p>Biologic Institute. 2007. “Welcome.” Te raadplegen op <a href="http://www.biologicinstitute.org/" title="http://www.biologicinstitute.org/">http://www.biologicinstitute.org/</a> (Bezocht op 20 juli 2007.)</p> <p>Bliss, Richard. 1976. “A Two-Model Approach to Origins: A Curriculum Imperative.” <em>Impact</em>. 1 juni. Te raadplegen op <a href="http://www.icr.org/article/82/" title="http://www.icr.org/article/82/">http://www.icr.org/article/82/</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)<br> Bliss, Richard. 1983. “Evolutionary Indoctrination and Decision-Making in Schools.” <em>Impact</em>. 1 juni. Te raadplegen op <a href="http://www.icr.org/article/213/" title="http://www.icr.org/article/213/">http://www.icr.org/article/213/</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Boehlert, Eric. 2004. “Swift Boat Flacks Attack CBS.” Salon. 10 september. Te raadplegen op<br> <a href="http://dir.salon.com/story/news/feature/2004/09/10/forgery/index_np.html" title="http://dir.salon.com/story/news/feature/2004/09/10/forgery/index_np.html">http://dir.salon.com/story/news/feature/2004/09/10/forgery/index_np.html</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>Bottaro, Andrea; Inlay, Matt A.; and Matzke, Nicholas J. 2006. “Immunology in the Spotlight at the Dover ‘Intelligent Design’ Trial.” <em>Nature Immunology</em> 7 (5): 433-35. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.nature.com/ni/journal/v7/n5/full/ni0506-433.html" title="http://www.nature.com/ni/journal/v7/n5/full/ni0506-433.html">http://www.nature.com/ni/journal/v7/n5/full/ni0506-433.html</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Branch, Glenn, and Scott, Eugenie C. 2003. “The Antievolution Law that Wasn’t.” <em>American Biology Teacher</em> 65 (3): 165-66. Te raadplegen op <a href="http://www2.ncseweb.org/pdfs/03-Scott-Branch-ABT-santorum.pdf" title="http://www2.ncseweb.org/pdfs/03-Scott-Branch-ABT-santorum.pdf">http://www2.ncseweb.org/pdfs/03-Scott-Branch-ABT-santorum.pdf</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Brauer, Matthew J.; Forrest, Barbara; and Gey, Steven G. 2005. “Is It Science Yet? Intelligent Design Creationism and the Constitution.” <em>Washington University Law Quarterly</em> 83 (1): 1-149. Te raadplegen op<br> <a href="http://law.wustl.edu/WULR/83-1/p" title="http://law.wustl.edu/WULR/83-1/p">http://law.wustl.edu/WULR/83-1/p</a> 1 Brauer Forrest Gey book pages.pdf (Bezocht op<br> 4 februari 2007.)</p> <p>Brenner, Lenni. 2004. <em>Jefferson &amp; Madison on Separation of Church and State: Writings on Religion and Secularism</em>. Fort Lee, NJ: Barricade Books, Inc. Center for Science and Culture. 2007. “Information About Center Fellows and the Research Fellowship Program.” Discovery Institute. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.discovery.org/csc/fellowshipInfo.php" title="http://www.discovery.org/csc/fellowshipInfo.php">http://www.discovery.org/csc/fellowshipInfo.php</a> (Bezocht op 5 februari 2007.)</p> <p>Chang, Kenneth. 2005. “In Explaining Life’s Complexity, Darwinists and Doubters Clash.” <em>New York Times</em>. 22 augustus. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.nytimes.com/2005/08/22/national/22design.html" title="http://www.nytimes.com/2005/08/22/national/22design.html">http://www.nytimes.com/2005/08/22/national/22design.html</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Clark Victoria. 2004. “Shall We Let Our Children Think?” <em>Reports of the National Center for Science Education</em> 24 (2). Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol24/5568_shall_we_let_our_children_thin_12_30_1899.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol24/5568_shall_we_let_our_children_thin_12_30_1899.asp">http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol24/5568_shall_we_let_o...</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Coral Ridge Ministries. 2006a. <em>Darwin’s Deadly Legacy: The Chilling Impact of Darwin’s Theory of Evolution</em>. List of experts. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.coralridge.org/darwin/experts.asp?ID=crm&amp;ec=I1301" title="http://www.coralridge.org/darwin/experts.asp?ID=crm&amp;ec=I1301">http://www.coralridge.org/darwin/experts.asp?ID=crm&amp;ec=I1301</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Coral Ridge Ministries. 2006b. Preview of <em>Darwin’s Deadly Legacy</em>. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.coralridge.org/darwin/preview.asp?bw=dsl&amp;id=crm&amp;ec=I1301" title="http://www.coralridge.org/darwin/preview.asp?bw=dsl&amp;id=crm&amp;ec=I1301">http://www.coralridge.org/darwin/preview.asp?bw=dsl&amp;id=crm&amp;ec=I1301</a> (Bezocht op 7 februari 2007.)</p> <p>CRC Public Relations. 2007. “Clients.” Te raadplegen op<br> <a href="http://www.crcpublicrelations.com/clients.aspx" title="http://www.crcpublicrelations.com/clients.aspx">http://www.crcpublicrelations.com/clients.aspx</a> (Bezocht op 7 februari 2007.)</p> <p>Creation Research Society. 2007. “CRS Van Andel Creation Research Center.” Te raadplegen op <a href="http://creationresearch.org/vacrc.html" title="http://creationresearch.org/vacrc.html">http://creationresearch.org/vacrc.html</a>. (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>D’Agostino, Michelangelo. 2006. “In the Matter of Berkeley v. Berkeley.” <em>Berkeley Science Review</em>. Spring: 31-35. Te raadplegen op<br> <a href="http://sciencereview.berkeley.edu/articles/issue10/evolution.pdf" title="http://sciencereview.berkeley.edu/articles/issue10/evolution.pdf">http://sciencereview.berkeley.edu/articles/issue10/evolution.pdf</a> (Bezocht op 14 mei 2007.)</p> <p>DeLue, Steven M. 2005. “Public Reason and Democracy: The Place of Science in Maintaining Civic Friendship.” In Noretta Koertge, ed., <em>Scientific Values and Civic Virtues</em>, pp. 25-39. New York: Oxford University Press.</p> <p>Dembski, William A. 1999. <em>Intelligent Design: The Bridge Between Science and Theology</em>. Downers Grove, IL: InterVarsity Press.</p> <p>Dembski, William A. 2005. <em>Why President Bush Got It Right About Intelligent Design</em>. 4 augustus. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.designinference.com/documents/2005.08.Commending_President_Bush.pdf" title="http://www.designinference.com/documents/2005.08.Commending_President_Bush.pdf">http://www.designinference.com/documents/2005.08.Commending_President_Bu...</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Dembski, William A., and Wells, Jonathan. 2007 (forthcoming). The Design of Life. See <a href="http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life" title="http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life">http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life</a><br> (hoofdstuk1 Te raadplegen op<br> <a href="http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life/ChapterOne.pdf" title="http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life/ChapterOne.pdf">http://www.overwhelmingevidence.com/id/design-of-life/ChapterOne.pdf</a>) (Bezocht op 14 mei 2007.)</p> <p>DeWolf, David K.; Meyer, Stephen C.; and DeForrest, Mark E. 1999. <em>Intelligent Design in Public School Curricula: A Legal Guidebook</em>. Foundation for Thought and Ethics. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.arn.org/docs/dewolf/guidebook.htm" title="http://www.arn.org/docs/dewolf/guidebook.htm">http://www.arn.org/docs/dewolf/guidebook.htm</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>DeWolf, David K.; Meyer, Stephen C.; and DeForrest, Mark E. 2000. “Teaching the Origins Controversy: Science, Or Religion, Or Speech? <em>Utah Law Review</em> 39 (1): 39-110. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.arn.org/docs/dewolf/utah.pdf" title="http://www.arn.org/docs/dewolf/utah.pdf">http://www.arn.org/docs/dewolf/utah.pdf</a> (Bezocht op 6 mei 2007.)</p> <p>Discovery Institute. n.d. Howard Ahmanson, Board of Directors. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=23&amp;isFellow=true" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=23&amp;isFellow=true">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=23&amp;isF...</a> (Bezocht op 14 mei 2007.)</p> <p>Discovery Institute. 1998. <em>The Wedge</em>. Center for the Renewal of Science and Culture. Te raadplegen op <a href="http://www.seattleweekly.com/2006-02-01/news/the-wedge.php#intro" title="http://www.seattleweekly.com/2006-02-01/news/the-wedge.php#intro">http://www.seattleweekly.com/2006-02-01/news/the-wedge.php#intro</a> (Bezocht op 3 februari 2007.)</p> <p>Discovery Institute. 2006a. <em>Background Information on Cobb County School District v. Selman</em>. Te raadplegen op <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2290" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2290">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2290</a><br> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Discovery Institute. 2006b. <em>Discovery Institute Views</em>. Winter. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;program=DI%20Main%20Page%20-%20News&amp;id=3217" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;program=DI%20Main%20Page%20-%20News&amp;id=3217">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;program=D...</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Discovery Institute. 2006c. “Intelligent Design Research Lab Highlighted in <em>New Scientist</em>.” <em>Evolution News &amp; Views</em>. 19 december. Te raadplegen op <a href="http://www.evolutionnews.org/2006/12/intelligent_design_research_la.html" title="http://www.evolutionnews.org/2006/12/intelligent_design_research_la.html">http://www.evolutionnews.org/2006/12/intelligent_design_research_la.html</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Discovery Institute. 2007. <em>A Scientific Dissent from Darwinism</em>. Te raadplegen op <a href="http://www.dissentfromdarwin.org/" title="http://www.dissentfromdarwin.org/">http://www.dissentfromdarwin.org/</a> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p><em>Edwards v. Aguillard</em> 482 U.S. 578. 1987. U.S. Supreme Court. Te raadplegen op<br> <a href="http://supct.law.cornell.edu/supct/html/historics/USSC_CR_0482_0578_ZO.html" title="http://supct.law.cornell.edu/supct/html/historics/USSC_CR_0482_0578_ZO.html">http://supct.law.cornell.edu/supct/html/historics/USSC_CR_0482_0578_ZO.h...</a><br> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p><em>Epperson v. Arkansas</em>, 393 U.S.97. 1968. U.S. Supreme Court. Te raadplegen op<br> <a href="http://caselaw.lp.findlaw.com/scripts/getcase.pl?court=US&amp;vol=393&amp;invol=97" title="http://caselaw.lp.findlaw.com/scripts/getcase.pl?court=US&amp;vol=393&amp;invol=97">http://caselaw.lp.findlaw.com/scripts/getcase.pl?court=US&amp;vol=393&amp;invol=...</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2004. “A Defense of Naturalism as a Defense of Secularism.” In Matthew J. Cotter, ed., <em>Sidney Hook Reconsidered</em>, pp. 69-116. Amherst: Prometheus Books. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/Defense_of_Naturalism.pdf" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/Defense_of_Naturalism.pdf">http://www.creationismstrojanhorse.com/Defense_of_Naturalism.pdf</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2005a. Expert Witness Report. <em>Kitzmiller et al. v. Dover Area School District</em>. Te raadplegen op <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/FORREST_EXPERT_REPORT.pdf" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/FORREST_EXPERT_REPORT.pdf">http://www.creationismstrojanhorse.com/FORREST_EXPERT_REPORT.pdf</a><br> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2005b. Supplement to Expert Witness Report. <em>Kitzmiller et al. v. Dover Area School District</em>. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/Forrest_supplemental_report.pdf" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/Forrest_supplemental_report.pdf">http://www.creationismstrojanhorse.com/Forrest_supplemental_report.pdf</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2005c. <em>From “Creation Science” to “Intelligent Design”: Tracing ID’s Creationist Ancestry</em>. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/Tracing_ID_Ancestry.pdf" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/Tracing_ID_Ancestry.pdf">http://www.creationismstrojanhorse.com/Tracing_ID_Ancestry.pdf</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2007a. “The ‘Vise Strategy’ Undone: <em>Kitzmiller et al. v. Dover Area School District</em>.” <em>Skeptical Inquirer</em> 31 (1): 40-46. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.csicop.org/intelligentdesignwatch/kitzmiller.html" title="http://www.csicop.org/intelligentdesignwatch/kitzmiller.html">http://www.csicop.org/intelligentdesignwatch/kitzmiller.html</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara. 2007b (forthcoming). “The Non-Epistemology of Intelligent Design: Its Implications for Public Policy.” <em>Synthese</em>.</p> <p>Forrest, Barbara, and Gross, Paul R. 2004a. <em>Creationism’s Trojan Horse: The Wedge of Intelligent Design</em>. New York: Oxford University Press. (See<br> <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/">http://www.creationismstrojanhorse.com/</a>)</p> <p>Forrest, Barbara, and Gross, Paul R. 2004b. “The Evolution of Intelligent Design.” Te raadplegen op <a href="http://www.creationismstrojanhorse.com/ST_News_Online.pdf" title="http://www.creationismstrojanhorse.com/ST_News_Online.pdf">http://www.creationismstrojanhorse.com/ST_News_Online.pdf</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Forrest, Barbara, and Gross, Paul R. 2005. “The Wedge of Intelligent Design: Retrograde Science, Schooling, and Society.” In Noretta Koertge, ed. <em>Scientific Values and Civic Virtues</em>, pp. 191-214. New York: Oxford University Press.</p> <p>Forrest, Barbara, and Gross, Paul R. 2007a. <em>Creationism’s Trojan Horse: The Wedge of Intelligent Design</em>. 2nd ed. New York: Oxford University Press.</p> <p>Forrest, Barbara, and Gross, Paul R. 2007b. “Biochemistry by Design.” <em>Trends in Biochemical Sciences</em> 32 (7): 301-310.</p> <p>Foundation for Thought and Ethics. n.d. “Of Pandas and People: The Central Question of Biological Origins” (website). Te raadplegen op <a href="http://www.fteonline.com/pandas-people.html" title="http://www.fteonline.com/pandas-people.html">http://www.fteonline.com/pandas-people.html</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Gauger, Ann; Fehon, Richard G.; and Shubiger, Gerold. 1985. Preferential binding of imaginal disk cells to embryonic segments of Drosophila. <em>Nature</em> 313 (31 januari): 395-97.</p> <p>Gauger, A; Glicksman, MA; Salatino, R; Condie, JM; Shubiger, G; and Brower, DL. 1987. Segmentally repeated pattern of expression of a cell surface glycoprotein in Drosophila embryos. <em>Development</em> 100 (2): 237-44.</p> <p>Gauger, AK, and Goldstein, LS. 1993. The Drosophila kinesin light chain. Primary structure and interaction with kinesin heavy chain. <em>Journal of Biological Chemistry</em> 268 (18): 13657-66.</p> <p>Graebsch, Almut, and Schiermeier, Quirin. 2006. “Anti-evolutionists Raise Their Profile in Europe.” <em>Nature</em> 444 (23): 406-407. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.vilaweb.cat/media/attach/vwedts/docs/creacionisme.pdf" title="http://www.vilaweb.cat/media/attach/vwedts/docs/creacionisme.pdf">http://www.vilaweb.cat/media/attach/vwedts/docs/creacionisme.pdf</a> (Bezocht op 14 mei 2007.)</p> <p>Haught, John. 2000. Review of The Wedge of Truth. By Phillip E. Johnson. <em>Reports of the National Center for Science Education</em> 20 (6): 11-13. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol20/8399_ithe_wedge_of_truthi_by_p_12_30_1899.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol20/8399_ithe_wedge_of_truthi_by_p_12_30_1899.asp">http://www.ncseweb.org/resources/rncse_content/vol20/8399_ithe_wedge_of_...</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Hunt, Arthur. 2007. “Axe (2004) and the Evolution of Enzyme Function.” <em>Pandasthumb.org</em>. 14 januari. Te raadplegen op <a href="http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/92_second_st_fa.html" title="http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/92_second_st_fa.html">http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/92_second_st_fa.html</a><br> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Inlay, Matt. 2005. “Bill Dembski and the Case of the Unsupported Assertion.” <em>Pandasthumb.org</em>. 16 februari. Te raadplegen op <a href="http://www.pandasthumb.org/archives/2005/02/bill_dembski_an.html" title="http://www.pandasthumb.org/archives/2005/02/bill_dembski_an.html">http://www.pandasthumb.org/archives/2005/02/bill_dembski_an.html</a><br> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Institute for Creation Research. 2007. “Research.” Te raadplegen op <a href="http://www.icr.org/research" title="http://www.icr.org/research">http://www.icr.org/research</a> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>Isaak, Mark. 2005. “Claim CA041” [Teach the Controversy]. <em>Talkorigins.org</em>. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.talkorigins.org/indexcc/CA/CA041.html" title="http://www.talkorigins.org/indexcc/CA/CA041.html">http://www.talkorigins.org/indexcc/CA/CA041.html</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Jefferson, Thomas. 1782. <em>Notes on the State of Virginia</em>. Te raadplegen op <a href="http://www.yale.edu/lawweb/avalon/jevifram.htm" title="http://www.yale.edu/lawweb/avalon/jevifram.htm">http://www.yale.edu/lawweb/avalon/jevifram.htm</a> (Bezocht op 5 februari 2007.)</p> <p>Jefferson, Thomas. 1808. “Reply to the Virginia Baptists.” <em>Thomas Jefferson on Politics &amp; Government: Quotations from the Writings of Thomas Jefferson</em>. Thomas Jefferson Digital Archive. University of Virginia. Te raadplegen op <a href="http://etext.virginia.edu/jefferson/quotations/jeff1650.htm" title="http://etext.virginia.edu/jefferson/quotations/jeff1650.htm">http://etext.virginia.edu/jefferson/quotations/jeff1650.htm</a> (Bezocht op 5 februari 2007.)</p> <p>Johnson, Phillip E. 1991. <em>Darwin on Trial</em>. Washington, DC: Regnery Gateway.</p> <p>Johnson, Phillip E. 2000. <em>The Wedge of Truth</em>. Downers Grove, IL: InterVarsity Press.</p> <p>Johnson, Phillip E. 2003. “Intelligent Design, Freedom, and Education.” <em>Breakpoint.org</em>. 9 mei. Te raadplegen op <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=1484" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=1484">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=1484</a><br> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Karamargin, C. J. 2005. “McCain Sounds Like Presidential Hopeful.” <em>Arizona Daily Star</em>. 24 augustus. Te raadplegen op <a href="http://www.azstarnet.com/sn/politics/90069" title="http://www.azstarnet.com/sn/politics/90069">http://www.azstarnet.com/sn/politics/90069</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p><em>Kitzmiller et al. v. Dover Area School District</em>. 2005. Memorandum Opinion. Te raadplegen op <a href="http://www.pamd.uscourts.gov/kitzmiller/kitzmiller_342.pdf" title="http://www.pamd.uscourts.gov/kitzmiller/kitzmiller_342.pdf">http://www.pamd.uscourts.gov/kitzmiller/kitzmiller_342.pdf</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p><em>Kitzmiller et al. v. Dover Area School District</em>. 2005a. Testimony of Michael Behe. 18 oktober, namiddag sessie. Te raadplegen op <a href="http://www2.ncseweb.org/kvd/trans/2005_1018_day11_pm.pdf" title="http://www2.ncseweb.org/kvd/trans/2005_1018_day11_pm.pdf">http://www2.ncseweb.org/kvd/trans/2005_1018_day11_pm.pdf</a><br> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>Leaming, Jeremy, and Boston, Rob. 2004. “Behind Closed Doors.” <em>Church &amp; State</em>. 8-12 oktober. Te raadplegen op <a href="http://www.au.org/site/News2?page=NewsArticle&amp;id=6949&amp;abbr=cs_" title="http://www.au.org/site/News2?page=NewsArticle&amp;id=6949&amp;abbr=cs_">http://www.au.org/site/News2?page=NewsArticle&amp;id=6949&amp;abbr=cs_</a><br> (Bezocht op 5 februari 2007.)</p> <p>Matsumura, Molleen. 2001. <em>Ten Major Court Decisions Against Teaching Creationism as Science</em>. Updated 22 maart 2007. National Center for Science Education. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/articles/1464_10_major_court_decisions_again_2_15_2001.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/articles/1464_10_major_court_decisions_again_2_15_2001.asp">http://www.ncseweb.org/resources/articles/1464_10_major_court_decisions_...</a> (Bezocht op 6 mei 2007.)</p> <p>Matzke, Nick. 2005. “Antievolution Resolution Proposed in the Kansas Legislature.” National Center for Science Education. 15 februari. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/news/2005/KS/237_antievolution_resolution_propo_2_15_2005.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/news/2005/KS/237_antievolution_resolution_propo_2_15_2005.asp">http://www.ncseweb.org/resources/news/2005/KS/237_antievolution_resoluti...</a> (Bezocht op 7 februari 2007.)</p> <p>Matzke, Nicholas J., and Gross, Paul R. 2006. “Analyzing Critical Analysis: The Fallback Antievolutionist Strategy.” In Eugenie C. Scott and Glenn Branch, eds., <em>Not in Our Classrooms: Why Intelligent Design Is Wrong for Our Schools</em>, pp. 28-56. Boston: Beacon Press.</p> <p><em>McLean v. Arkansas Board of Education</em>. 1982. 529 F. Supp. 1255. Te raadplegen op <a href="http://www.talkorigins.org/faqs/mclean-v-arkansas.html" title="http://www.talkorigins.org/faqs/mclean-v-arkansas.html">http://www.talkorigins.org/faqs/mclean-v-arkansas.html</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Meyer, Stephen C.; Minnich, Scott; Moneymaker, Jonathan; Nelson, Paul A.; and Seelke, Ralph. 2007. <em>Explore Evolution: The Arguments for and Against Neo-Darwinism</em>. Melbourne, Australia: Hill House Publishers.</p> <p>Miller, Jon D.; Scott, Eugenie C.; and Okamoto, Shinji. 2006. “Public Acceptance of Evolution.” <em>Science</em>. 313: 765-766.</p> <p>Miller, Kenneth R. 1999. <em>Finding Darwin’s God: A Scientist’s Search for Common Ground Between God and Evolution</em>. New York: Cliff Street Books.</p> <p>Miller, Kenneth R. 2001. “A ‘Dying Theory’ Fails Again.” 21 september. National Center for Science Education. Te raadplegen op <a href="http://www.ncseweb.org/resources/articles/6945_km-3.pdf" title="http://www.ncseweb.org/resources/articles/6945_km-3.pdf">http://www.ncseweb.org/resources/articles/6945_km-3.pdf</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Morris, Henry. 1975. “Resolution for Equitable Treatment of Both Creation and Evolution.” <em>Impact</em>. 1 augustus. Te raadplegen op <a href="http://www.icr.org/article/72/" title="http://www.icr.org/article/72/">http://www.icr.org/article/72/</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>Moser, Bob. 2005. “Holy War.” <em>Intelligence Report</em> 117 (Spring). Te raadplegen op <a href="http://www.splcenter.org/intel/intelreport/article.jsp?aid=522" title="http://www.splcenter.org/intel/intelreport/article.jsp?aid=522">http://www.splcenter.org/intel/intelreport/article.jsp?aid=522</a> (Bezocht op 5 februari 2007.)</p> <p>National Center for Education Statistics. 2005. “Digest of Education Statistics.” Te raadplegen op <a href="http://nces.ed.gov/programs/digest/d05/tables/dt05_001.asp" title="http://nces.ed.gov/programs/digest/d05/tables/dt05_001.asp">http://nces.ed.gov/programs/digest/d05/tables/dt05_001.asp</a> (Bezocht op 3 februari 2007.)</p> <p>National Center for Science Education. 2006a. “Praise for the <em>Selman</em> Settlement.” 21 december. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/GA/659_praise_for_the_emselmanem_12_21_2006.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/GA/659_praise_for_the_emselmanem_12_21_2006.asp">http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/GA/659_praise_for_the_emselma...</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>National Center for Science Education. 2006b. “Respite in Oklahoma.” 29 juni. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/OK/68_respite_in_oklahoma_6_29_2006.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/OK/68_respite_in_oklahoma_6_29_2006.asp">http://www.ncseweb.org/resources/news/2006/OK/68_respite_in_oklahoma_6_2...</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>National Center for Science Education. 2007. “Evolution Returns to Kansas.” 14 februari. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.ncseweb.org/resources/news/2007/KS/286_evolution_returns_to_kansas_2_14_2007.asp" title="http://www.ncseweb.org/resources/news/2007/KS/286_evolution_returns_to_kansas_2_14_2007.asp">http://www.ncseweb.org/resources/news/2007/KS/286_evolution_returns_to_k...</a> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Nelson, Paul A. 2002. “Life in the Big Tent.” <em>Christian Research Journal</em> 24 (2): 1-7. Te raadplegen op <a href="http://web.archive.org/web/20060413141332/http://www.equip.org/free/DL303.pdf" title="http://web.archive.org/web/20060413141332/http://www.equip.org/free/DL303.pdf">http://web.archive.org/web/20060413141332/http://www.equip.org/free/DL30...</a><br> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Royal Society. 2006. “Royal Society Statement on Evolution, Creationism and Intelligent Design.” 11 april. Te raadplegen op <a href="http://www.royalsoc.ac.uk/news.asp?year=&amp;id=4298" title="http://www.royalsoc.ac.uk/news.asp?year=&amp;id=4298">http://www.royalsoc.ac.uk/news.asp?year=&amp;id=4298</a> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>Rudoren, Jodi. 2006. “Ohio Board Undoes Stand on Evolution.” <em>New York Times</em>. 15 februari, A14. Te raadplegen op <a href="http://www.nytimes.com/2006/02/15/national/15cndevolution" title="http://www.nytimes.com/2006/02/15/national/15cndevolution">http://www.nytimes.com/2006/02/15/national/15cndevolution</a>.<br> html?ex=1297659600&amp;en=b4c20e545855c59d&amp;ei=5090&amp;partner=rssuserland&amp;emc=<br> rss (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Schoch, Russell. 1991. “The Evolution of a Creationist.” <em>California Monthly</em>. November. Te raadplegen op <a href="http://www.origins.org/pjohnson/testmony.html" title="http://www.origins.org/pjohnson/testmony.html">http://www.origins.org/pjohnson/testmony.html</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Scott, Eugenie C. 2004. <em>Evolution vs. Creationism: An Introduction</em>. Berkeley, CA: University of California Press.</p> <p>Scott, Eugenie C. 2006. “The Once and Future Intelligent Design.” In Eugenie C. Scott and Glenn Branch, eds., <em>Not in Our Classrooms: Why Intelligent Design Is Wrong for Our Schools</em>, pp. 1-27. Boston: Beacon Press.</p> <p><em>Skeptical Inquirer</em>. 2000. “‘Intelligent Design’ Goes to Washington: Evolution Opponents Brief Congress.” juli. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.findarticles.com/p/articles/mi_m2843/is_4_24/ai_63692996" title="http://www.findarticles.com/p/articles/mi_m2843/is_4_24/ai_63692996">http://www.findarticles.com/p/articles/mi_m2843/is_4_24/ai_63692996</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Smith, Peter. 2005. “Seminary Site to Explore Cosmic Designer Concept.” <em>Louisville (KY) Courier-Journal</em>. 20 februari.</p> <p>Sugg, John. 2006. “Warped Worldview.” Church &amp; State. 59 (7): 11-13. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.au.org/site/News2?abbr=cs_&amp;page=NewsArticle&amp;id=8314" title="http://www.au.org/site/News2?abbr=cs_&amp;page=NewsArticle&amp;id=8314">http://www.au.org/site/News2?abbr=cs_&amp;page=NewsArticle&amp;id=8314</a> (Bezocht op 6 februari 2007.)</p> <p>Talkorigins.org. 2007. “Irreducible Complexity and Michael Behe: Do Biochemical Machines Show Intelligent Design?” Te raadplegen op <a href="http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html" title="http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html">http://www.talkorigins.org/faqs/behe.html</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>Talkreason.org. n.d. “Behe, Michael.” Te raadplegen op<br> <a href="http://www.talkreason.org/evolinks/eng/antievolution/persons/MichaelBehe/index.html" title="http://www.talkreason.org/evolinks/eng/antievolution/persons/MichaelBehe/index.html">http://www.talkreason.org/evolinks/eng/antievolution/persons/MichaelBehe...</a><br> (Bezocht op 5 mei 2007.)</p> <p>Tennessee Evolution Statues. 1925. House Bill No. 185. Sixty-fourth General Assembly. Te raadplegen op <a href="http://www.law.umkc.edu/faculty/projects/ftrials/scopes/tennstat.htm" title="http://www.law.umkc.edu/faculty/projects/ftrials/scopes/tennstat.htm">http://www.law.umkc.edu/faculty/projects/ftrials/scopes/tennstat.htm</a> (Bezocht op 4<br> februari 2007.)</p> <p>Thaxton, Charles B.; Bradley, Walter L.; and Olsen, Roger L. 1984. <em>The Mystery of Life’s Origin: Reassessing Current Theories</em>. Dallas, TX: Lewis and Stanley.</p> <p>Thomas, Dave. 2007. “‘Creationism’ Measure Tabled in New Mexico—One Down, Three to Go.” <em>Pandasthumb.org</em>. 30 januari. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/creationism_mea.html" title="http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/creationism_mea.html">http://www.pandasthumb.org/archives/2007/01/creationism_mea.html</a> (Bezocht op 10 februari 2007.)</p> <p>US Search. 2007. Search for “425-296-4400.” Te raadplegen op <a href="http://www.ussearch.com" title="http://www.ussearch.com">http://www.ussearch.com</a> (Bezocht op 20 juli 2007.)</p> <p>Washington State. n.d. “Corporations Division-Registration Research Data.” Secretary of State. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.secstate.wa.gov/corps/search_detail.aspx?name=BIOLOGIC+INSTITUTE&amp;ubi=602546515" title="http://www.secstate.wa.gov/corps/search_detail.aspx?name=BIOLOGIC+INSTITUTE&amp;ubi=602546515">http://www.secstate.wa.gov/corps/search_detail.aspx?name=BIOLOGIC+INSTIT...</a> (Bezocht op on 8 februari 2007.)</p> <p>Weikart, Richard. 2004. <em>From Darwin to Hitler: Evolutionary Ethics, Eugenics, and Racism in Germany</em>. New York: Palgrave Macmillan. See Weikart’s website at<br> <a href="http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm" title="http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm">http://web.csustan.edu/History/Faculty/Weikart/FromDarwintoHitler.htm</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <p>West, John G. 2005. “Intelligent Design Is Sorely Misunderstood.” <em>Seattle Post-Intelligencer</em>. 9 augustus. Te raadplegen op <a href="http://seattlepi.nwsource.com/opinion/235729_idesign09.html" title="http://seattlepi.nwsource.com/opinion/235729_idesign09.html">http://seattlepi.nwsource.com/opinion/235729_idesign09.html</a> (Bezocht op 4<br> februari 2007.)</p> <p>West, John G. 2007. “Scientist Says His Peer-Reviewed Research in the <em>Journal of Molecular Biology</em> ‘Adds to the Case for Intelligent Design.’” <em>Evolution News &amp; Views</em>. 10 januari. Te raadplegen op <a href="http://www.evolutionnews.org/2007/01/journal_of_molecular_biology_a.html" title="http://www.evolutionnews.org/2007/01/journal_of_molecular_biology_a.html">http://www.evolutionnews.org/2007/01/journal_of_molecular_biology_a.html</a><br> (Bezocht op 9 februari 2007.)</p> <p>Wiker, Benjamin. 2000. “A New Scientific Revolution.” <em>Catholic World Report</em>. Juli. Te raadplegen op <a href="http://www.catholic.net/rcc/Periodicals/Igpress/2000-07/intrview.html" title="http://www.catholic.net/rcc/Periodicals/Igpress/2000-07/intrview.html">http://www.catholic.net/rcc/Periodicals/Igpress/2000-07/intrview.html</a> (Bezocht op 4 februari 2007.)</p> <p>Witham, Larry A. 2002. <em>Where Darwin Meets the Bible: Creationists and Evolutionists in America</em>. New York: Oxford University Press.</p> <p>Witt, Jonathan. 2005. “The Intelligent Approach: Teach the Strengths and Weaknesses of Evolution.” Discovery Institute. 25 juli. Te raadplegen op<br> <a href="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2743" title="http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2743">http://www.discovery.org/scripts/viewDB/index.php?command=view&amp;id=2743</a> (Bezocht op 8 februari 2007.)</p> <ol> <li>Dat hij niet beweerde dat Hitler als een historisch figuur ‘veroorzaakt’ door Darwin, wat, zo zegt hij, is wat ‘geen Darwin, geen Hitler’ betekent;</li> <li>dat zijn referentie naar de eugenetica beweging niet in referentie was naar Hitler, maar naar de beweging die de uitspraak van het V.S. Hooggerechtshof voorbracht, Busck v. Bell. <ol> <li>‘van premissen/vooronderstellingen: logisch betrekken, (een bepaalde conclusie) nodig hebben,’ of</li> <li>‘Aanbrengen door een manier van noodzakelijk gevolg’ (<em>Oxford English Dictionary</em>).</li> </ol> </li> </ol> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/media/waarom-creationisme-en-intelligent-design-niet-thuishoren-wetenschappelijk-onderwijs" hreflang="en">Waarom creationisme en intelligent design niet thuishoren in wetenschappelijk onderwijs</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/hoe-denken-moslims-over-evolutietheorie-en-creationisme" hreflang="en">Hoe denken moslims over evolutietheorie en creationisme?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-creationisme" hreflang="en">Wat is creationisme?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Tue, 10 Feb 2009 10:45:03 +0000 webmaster.flw 1041 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Hoe denken moslims over evolutietheorie en creationisme? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/hoe-denken-moslims-over-evolutietheorie-en-creationisme <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1040.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1040" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Linda Bogaert </div> <div class="affiliatie">de auteur is licentiate Psychologische en Pedagogische Wetenschappen (UGent, 1985)</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>INLEIDING</strong></p> <p>Dit jaar (2009) is het 150 jaar geleden dat Charles Darwin zijn <em>'On The Origin of Species'</em> schreef en daarmee de basis legde voor de moderne evolutietheorie - een gelegenheid om een Koran Notitie aan het thema te wijden, met de bedoeling de diversiteit aan opinies over de evolutietheorie te verkennen. Anders dan de Bijbel, die een gedetailleerd scheppingsverhaal bevat, is de Koran terzake vrij vaag. Het wekt dan ook geen verbazing dat er bij muslims een brede waaier van houdingen ten aanzien van de evolutietheorie bestaat, gaande van een volledig aanvaarden tot een volledig verwerpen ervan, met verschillende posities tussenin. In deze Koran Notitie worden deze uiteenlopende opinies, alsook de kritieken erop door hun tegenstanders, nader bekeken. Ten slotte wordt verkend hoe het universele mensenrecht van vrijheid van geloof en de onafhankelijke beoefening van wetenschap zich in deze materie tot elkaar verhouden.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>ISLAMITISCH (NEO-)CREATIONISME</strong> <strong>Islamitisch creationisme</strong> <em>Wat is creationisme?</em></p> <p>&nbsp;</p> <ul> <li>In ruime zin is creationisme een religieuze opvatting - een geloofsovertuiging dus - die gebaseerd is op een zeer letterlijke lezing van de openbaringswerken (Bijbel, Koran). Volgens deze geloofsovertuiging hebben de mensen, de aarde zelf en alle soorten fauna en flora daarop, elk afzonderlijk hun ontstaan te danken aan een goddelijke scheppingsdaad.</li> <li>In de enge zin, waarin de term in deze Koran Notitie gebruikt wordt, wordt met creationisme de op een letterlijke lezing van openbaringswerken gebaseerde opvatting bedoeld die ambieert een alternatief wetenschappelijk verklaringsmodel te zijn voor de wetenschappelijke theorieën over biologische, geologische enz. evolutie.</li> </ul> <p>&nbsp;</p> <p>Pro-evolutionisten beschouwen creationisme als een 'pseudo-wetenschap' en als een bedreiging voor de wetenschap zelf. Daarbij maken zij echter niet altijd het onderscheid tussen beide vormen van creationisme, hoewel in de loop van deze Koran Notitie zal blijken dat dit onderscheid niet zonder belang is.</p> <p>Hedendaags creationisme is een van oorsprong Amerikaans fenomeen, waar het sterk gepromoot wordt door fundamentalistische christenen en een aanzienlijke aanhang kent. Inmiddels is dit creationisme ook overgeslagen naar sommige strekkingen van muslims en joden. Lang niet alle christenen evenwel zijn creationisten, net zoals lang niet alle muslims of joden creationisten zijn. Bovendien is dus niet iedereen die in een letterlijke schepping gelooft een creationist sensu stricto. Er zijn ook gelovigen die enerzijds in een letterlijke schepping geloven, maar anderzijds de evolutietheorie aanvaarden.</p> <p>&nbsp;</p> <p><em>Historiek van het islamitisch creationisme: Turkije als uitvalsbasis</em></p> <p>Islamitisch creationisme (een term die we verder zullen hanteren in de strikte zin) is luidens Brian Whitaker (The Guardian) een relatief nieuw en relatief klein fenomeen, hoewel het aan aanhang wint en goed georganiseerd is. [2].</p> <p>In reactie op het werk van Charles Darwin werd in sommige christelijke kringen teruggegrepen naar een zeer letterlijke interpretatie van de bijbelse boeken Genesis 1 en 2, volgens dewelke de aarde en alle soorten organismen daarop er vrij plots gekomen zijn door een scheppingsdaad van God (dit staat bekend als jonge aarde creationisme) [3]. Zij werden hierin aanvankelijk nauwelijks of niet gevolgd door de intellectuelen uit de muslimwereld - ten dele omdat de Koran, anders dan het gedetailleerde scheppingsverhaal van de Bijbel, weinig en slechts vage informatie over de schepping bevat. [4] In reactie op Charles Darwin werd in sommige muslimkringen het scheppingsverhaal weliswaar wat bijgespijkerd en verfraaid met hadiths (uitspraken van Profeet Mohamed), maar de huidige spanning in sommige muslimkringen tussen creationisme enerzijds en evolutietheorie anderzijds is een vrij recent en relatief beperkt fenomeen dat zich - mede door de opkomst van internet - vooral de laatste 10-15 jaar laat voelen. Sommigen Westerse pro-evolutie schrijvers zien daarin een reden tot optimisme. Zo stelt Taner Edis dat de creationistische opstoot in sommige conservatieve muslimkringen op zich getuige is van het feit dat de evolutionaire ideeën dermate diep in de muslimwereld zijn doorgedrongen, dat conservatieve kringen zich genoodzaakt zien om in het defensief te gaan. [5] Een blik op het ontstaan van deze stroming lijkt dit bevestigen.</p> <p>Immers, de weinige muslimgeleerden die kritiek hadden op het werk van Charles Darwin, viseerden aanvankelijk niet zozeer zijn biologische theorie, maar wel het materialisme dat ze met zijn theorie associeerden. De kritiek uit deze hoek was dus van theologische, ideologische en religieuze aard. Veelzeggend is de titel van het essay uit 1881 van Jamal al-Din Afghani, de eerste muslimintellectueel die Charles Darwin van antwoord diende in zijn <em>Al Radd ala al-Dahriyyin</em> (Weerlegging van de Materialisten). De weinige andere muslimschrijvers die aanvankelijk op het darwinisme ingingen, kantten zich eveneens tegen het materialisme, terwijl op het vlak van de biologische theorie sommigen integendeel van meet af aan pogingen ondernamen om (al dan niet aanknopend bij vroegere schrijvers in de islam) de Koran te lezen in overeenstemming met de biologische evolutietheorie of aspecten ervan - daarover straks meer. [6 ]</p> <p>Het is pas veel later dat de discussie verschoof in de richting van de biologie, een discussie die in Turkije op gang getrokken werd. Mustapha Kemal had tegen zijn dood in 1938 van Turkije een seculiere staat gemaakt waarin de evolutietheorie onderwezen werd. De islam bleef evenwel de belangrijkste godsdienst in het land. In dit spanningsveld werd alles dat uit het Westen kwam door seculier-gezinden als zaligmakend en onaantastbaar beschouwd, terwijl velen in de samenleving tegelijk het islamitisch geloof en de islamitische waarden en normen probeerden te bewaren in omstandigheden waarin de islam uit het onderwijs weggeveegd was. Het is in dit spanningsveld tussen seculiere en islamistische krachten dat de discussie over de evolutietheorie, die aanvankelijk een religieuze kritiek was, verschoof naar de biologie en de allure kreeg van een politieke en ideologische kwestie. [7]</p> <p>Een <em>Rapport over de Theorie van Evolutie</em> dat in 1985 afgeleverd werd in opdracht van toenmalig Turks minister van onderwijs, Vehbi Dinçerler, herhaalde volgens professor Shapiro (University of California) de argumenten van het Institute For Creation Research (ICR), een Amerikaans fundamentalistisch christelijk instituut dat opgericht werd begin de jaren 1970 met als voorwerp het weerleggen van de evolutietheorie. Het Turkse rapport liet wel de typisch christelijke componenten zoals het jongeaardecreationisme van het christelijke ICR weg. [8,9] (Volgens het ICR is de aarde niet ouder dan 10.000 jaar; de Koran daarentegen suggereert een veel oudere leeftijd van de aarde; islamitische creationisten zijn dan ook eerder zogenaamde oudeaardecreatonisten; het oudeaardecretionisme stelt dat de geologische schepping niet plots gebeurd is maar zich over miljoenen en miljoenen, mogelijk miljarden, jaren voltrokken heeft. Deze oudeaardecreationisten aanvaarden vaak de theorieën van de moderne kosmologie en geologie over de leeftijd van het heelal enz. [10] ). Professor Shapiro stelt dat het Turkse rapport, gezien de input van informatie van de christelijke creationisten, dan ook "voorspelbaar besloot dat de evolutie inmiddels weerlegd werd door wetenschappers en enkel nog steeds onderwezen wordt omwille van de ideologische waarde ervan". [11]</p> <p>Kort na het verschijnen van het Turkse rapport, verscheen een boekje "Evolutie, een bankroete theorie", dat ruim verspreid werd onder Turkse politieke islamisten. In 1991 werd in Turkije dan het BAV (Bilim Arastirma Vakfi, of in Engels SRF, Science Research Foundation) opgericht. Tegenstanders ervan beschouwen het als een 'fundamentalistische' organisatie die ervan verdacht wordt banden te onderhouden met het Amerikaanse Institute of Creation Research (ICR) van de christelijke fundamentalisten. Zo organiseerde het Turkse BAV congressen met bekende Amerikaanse christelijke creationisten. [12,13] Deze samenwerking tussen christelijke en islamitische creationisten is een beetje vreemd omdat tal van christelijke fundamentalisten traditioneel de islam als (letterlijk) 'des duivels' beschouwen. Brian Whitaker maakt in The Guardian de bedenking dat de fundamentalistische christenen te winnen hebben bij een samenwerking met de muslimwereld omdat daardoor hun christelijke creationistische agenda ook in de muslimwereld verspreid wordt, maar stelt dat het moeilijker is te zien wat muslims daarbij te winnen kunnen hebben. [14].</p> <p>In dit spanningsveld scheppen sommige Turkse theologen ruimte voor een aanvaarding van de evolutietheorie. Zo stelt Süleyman Ates, een invloedrijk gematigd Turks theoloog, in zijn boek 'This is True Religion' dat de schepping een evoluerend gebeuren was, en dat de Koran zich niet uitspreekt over hoe de ontwikkelingen van de schepping zich juist voltrokken hebben: <cite>«De Koran, die op verschillende plaatsen naar de oorsprong van de mensheid wijst, toont dat deze schepping voorwerp gemaakt werd van ontwikkeling. (...) Hoe deze ontwikkeling plaatsvindt weet alleen God. »</cite> [15]</p> <p>Het islamitisch creationisme is vooral dankzij de inspanningen van het BAV, hun boeken en vooral hun activiteiten op internet, aan invloed beginnen winnen en is dus een fenomeen dat vooral het laatste decennium van zich laat horen. Geneticus Haluk Ertan (Universiteit van Istanbul) omschrijft Turkije als "het hoofdkwartier van creationisme in het Midden Oosten". [16] Een vaak genoemde figuur in dit verband is Harun Yahya (°1956). Volgens pro-evolutionisten is dit een schuilnaam waarachter niet alleen Adnan Oktar schuilgaat, maar een ganse groep schrijvers van het BAV. Daarover straks meer.</p> <p>In Turkije werd de sfeer gaandeweg grimmiger. Leden van de BAV vielen pro-evolutie academici lastig en er werden naar verluid pogingen ondernomen om deze academici te discrediteren door hen als maoïsten te omschrijven. In 1999 echter wonnen een aantal professoren een burgerlijke rechtszaak tegen BAV wegens laster. Omgekeerd, verschenen op een aantal forums en blogs ook teksten over Harun Yayha, waartegen deze laatste klacht neerlegde wegens laster en eerroof. Middels een gerechtelijk bevel werden een aantal artikels van blogs en forums verwijderd. In mei 2008 evenwel werden Adnan Oktar a.k.a Harun Yahya en 17 van zijn medewerkers veroordeeld tot 3 jaar gevangenis voor verschillende misdrijven waaronder "engaging in criminal threats". Harun Yahya was naar verluid van plan in beroep te gaan tegen deze uitspraak. [17] Vanuit de Turkse academische wereld, zowel als door muslims wereldwijd, wordt er scherpe kritiek geleverd op het islamitisch creationisme. Dit wordt straks behandeld.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Harun Yahya en het islamitisch creationisme</strong></p> <p>Islamitische creationisten wijzen - net zoals de christelijke creationisten - het darwinisme en de moderne evolutietheorie af. Eén van de bezwaren ertegen is dat de evolutietheorie volgens de creationisten de complexiteit van de soorten niet zou kunnen verklaren. In het kielzog van de christelijke creationisten, zijn ook zij van mening dat er geen echt bewijs bestaat dat de ene soort in een andere soort kan evolueren. [18-20] Harun Yahya a.k.a. Adnan Oktar is bij ons de bekendste voorvechter van islamitisch creationisme. Hij schreef naar eigen zeggen 100 boeken, hij heeft een aantal websites, zoals een aparte website waarop kritieken tegen de evolutietheorie gecentraliseerd zijn. [21]. Daarnaast is hij ook auteur van onder meer de The Atlas of Creation, een 800 pagina's tellend werk tegen de evolutietheorie dat ongevraagd naar tal van scholen en universiteiten in Europa en de Verenigde Staten verstuurd werd. [22]. Het boek bekritiseert niet alleen de biologische evolutietheorie, maar stelt (zoals ook andere boeken van dezelfde auteur) onder meer ook dat de Holocaust terug te voeren is tot het darwinisme en dat Hitler zich op het darwinisme geïnspireerd heeft. Gerdien De Jong (evolutionaire populatiebiologie, Universiteit Utrecht) , zegt over de Atlas of Creation: "De inhoud gaat volledig voorbij aan de wetenschappelijke bewijzen die er zijn voor de evolutietheorie." [23]. De Jong vat hiermee de algemene kritiek uit wetenschappelijke hoek samen. Wetenschappers (en ook sommige andere opiniegroepen bij muslims) nemen bovendien aanstoot aan het vermengen van religie met wetenschap.</p> <p>In zijn boek "The Intellectual Struggle Against Darwinism", schetst Harun Yahya volgend beeld over waarom volgens hem de strijd tegen het darwinisme zo belangrijk is: <cite>« Echter, mensen met onvoldoende kennis van darwinisme of die nalaten voldoende diep na te denken over de materialistische ideologie ervan, zijn zich mogelijk nog niet bewust van de gevaren die het stelt. Omdat ze er zich niet van bewust zijn tot welke vreselijke sociale en morele rampen de theorie van evolutie geleid heeft sedert ze eerst voorgesteld werd, kunnen ze mogelijk het vitaal belang niet bevatten van de strijd tegen het darwinisme, dat het bestaan en de eenheid van God ontkent alsook het feit dat menselijke wezens een verantwoordelijkheid hebben tegenover onze Heer. Feit is, echter, dat de darwinistische ideologie de fundering legt voor een vreselijke ondergang door te suggereren dat menselijke wezens het resultaat zijn van blind toeval en hoogstens een soort van dieren zijn. Ze bekijkt het leven als een strijdtoneel waarin de zwakken gedoemd zijn tot onderdrukking en verslagenheid, en beweert dat enkel de sterken zullen overleven. Dit is waarom de intellectuele strijd tegen darwinisme zo vitaal en zo dringend is - en waarom het een grote vergissing is deze strijd als "onnodig" of "onbelangrijk" te bestempelen. (...) Door de irrationele en onwetenschappelijke indoctrinatie van darwinisme, worden kinderen van een zeer vroege leeftijd geleid op een pad dat vaak zal eindigen in lijden en onderdrukking. De scholen, hogescholen en universiteiten hebben jonge mensen bedrogen door te denken dat de Mens een geavanceerd soort dier is, dat de wet van de jungle heerst zelfs in beschaafde samenlevingen, dat de sterken altijd gelijk hebben en de zwakken zullen onderdrukken, en dat het leven een strijd om te overleven is. Dit is, begrijpelijk, de oorzaak van grote problemen in samenlevingen waarin zij opgroeien. Het darwinistisch systeem voedt, ver van menselijke liefde, generaties op die wreed, agressief en egoïstisch zijn en die geen belang hechten aan morele waarden. Als gevolg daarvan, kampen veel landen met grote problemen van de kant van hun eigen burgers. Hooligans, neonazi's, fascisten, communisten, anarchisten en terroristen maken deze naties ondraaglijk om in te leven. Hoewel hun regeringen zich perfect bewust zijn van de wortel van dit probleem, ontbreekt het hen aan kracht om de zaken in orde te brengen. » </cite>(eigen vertaling) [24]</p> <p>Zijn strijd tegen de evolutietheorie maakt naar eigen zeggen deel uit van een veel ruimer project dat met name de tweede komst van Jezus voorbereidt. Hij wil dat voortaan naar eigen zeggen ook prominenter onder de aandacht brengen. Hij is immers van mening dat we in het eindtijdscenario leven. Sommigen van zijn aanhangers denken dat hij de Mahdi is - hij ontkent deze claim , maar volgens Tom Heneghan doet hij dat op een dermate vage manier (vb door te stellen dat niemand zichzelf Mahdi kan noemen) dat zijn aanhangers het toch kunnen blijven geloven. [25] Zijn website bevat een rijkelijk met foto's van de man opgeluisterde biografie van 3 bladzijden, waarin hij voorgesteld wordt als een prominent Turks intellectueel die "sedert zijn jaren aan de universiteit, zijn leven toegewijd heeft aan het vertellen van het bestaan van de eenheid van de Almachtige Allah, en aan het verspreiden van de morele waarden van de Koran. Hij heeft nooit gewankeld in het aanschijn van moeilijkheden en niettegenstaande verdrukking, zet hij zijn intellectuele strijd tot op vandaag verder, waarbij hij blijk geeft van groot geduld en vastberadenheid". Zijn biografie vermeldt verder dat zijn "intellectuele strijd onderworpen werd aan veel lastercampagnes. Meerdere malen, leidden ongegronde laster en beschuldigingen tot arrestaties en maandenlange hechtenis, hoewel hij uiteindelijk telkens onschuldig bevonden werd." [26] De derde en laatste pagina van zijn biografie wordt volledig gevuld met tal van foto's van hem vanuit verschillende hoeken [27], niet meteen iets wat men van een muslim van conservatieve signatuur zou verwachten vermits foto's van personen in conservatieve islamitische kringen als 'not done' beschouwd worden. De omvangrijke websites van Harun Yahya ogen professioneel. Hetzelfde geldt voor zijn publicaties die uitgegeven worden in kleurendruk op glossy papier. Anders dan in conservatief religieuze creationistische werken, wordt er ook weinig gebruik gemaakt van Arabische terminologie, wat suggereert dat een breed publiek geambieerd wordt. De boeken zijn naar verluid alom aanwezig in Turkije, en worden niet alleen in boekenwinkels maar zelfs in de supermarkten verkocht. [28] Verschillende wetenschappers en schrijvers stellen zich vragen bij wie dit alles financiert, temeer omdat de boeken gratis te downloaden zijn op de website en aan democratische prijzen (of zelfs gratis) in papieren versie te krijgen zijn. [29,30] Hoewel Harun Yahyah bij ons de meest bekende islamistische creationist is, zijn er binnen en buiten Turkije nog andere prominente creationisten. [31-37]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Kritiek door Turkse wetenschappers op het creationisme </strong></p> <p>In respons op de toenemende invloed van de creationisten in Turkije, vaardigde de Turkish Academy of Sciences op 17 september 1998 een lange verklaring tegen het creationisme en voor de evolutie theorie uit. De verklaring, die hierna volledig weergegeven wordt, begint met een citaat van Mustafa Kemal: <cite>"Ik laat geen enkel heilig geschrift, geen enkel dogma, geen enkel bevroren en versteende regel na als mijn nalatenschap in ideeën. Mijn nalatenschap is wetenschap en rede." Wetenschap is de meest succesvolle onderneming die door de mensheid ontwikkeld werd om het universum en de natuur waarin we leven te begrijpen en te verklaren door middel van observatie, experiment en onderzoek. Gedurende eeuwen hebben wetenschappers niet toegegeven aan oppressie en obstructie, daarbij de suprematie verdedigend van menselijke rede en intellect en zijn mogelijkheid om de waarheid te bereiken tegen bevooroordeelde ideeën en tradities. Vandaag is wetenschap de grootste en meest betrouwbare pionier voor de doelstellingen van de menselijke beschaving om de natuur te onderzoeken en het geluk van de samenlevingen te vergroten en te verbeteren. Door zijn aard werkt wetenschap middels vrij denken en het product ervan, met name testbare hypothesen. Wetenschappelijke feiten kunnen enkel geëndosseerd en goedgekeurd worden door de internationale wetenschappelijke gemeenschap na jaren van vrij (ongehinderd) debat en herhaald testen door onafhankelijke methoden. Deze opinies welke deze genadeloze test van de wetenschap doorstaan, die vele fenomenen tegelijk kunnen verklaren en die het mogelijk maken om nieuwe hypothesen te testen, verwerven het recht om wetenschappelijke theorieën genoemd te worden. Wetenschap, een denksysteem zijnde dat het bestaan van een externe werkelijkheid en de begrijpelijkheid daarvan veronderstelt, onderscheid zich van dogmatische geloofssystemen in eerste instantie door een onophoudelijke openheid voor discussie, en het feit dat zelfs de meest succesvol beschouwde theorieën herzien kunnen worden wanneer meer geavanceerde verklaringen zich aandienen. De voorbije jaren is in ons land een campagne begonnen tegen moderne wetenschap en wetenschappelijk onderwijs. Deze inspanningen, die zich voornamelijk manifesteren door aanvallen op wetenschappelijke theorieën inzake de oorsprong en ontwikkeling van het universum en het leven, worden vooruitgeholpen door de samenwerking van bepaalde religieuze groepen van binnen- en buitenland. In werkelijkheid, zijn de concepten die deze groepen voorstellen niets anders dan opinies die diverse christelijke organisaties gedurende vele jaren probeerden te verspreiden, maar die volledig verworpen zijn in wetenschappelijk geavanceerde landen. Deze groepen, die het geloof dat het universum en het leven gecreëerd werden in een zeer korte tijdspanne door buitengewone en paranormale krachten als een onbetwistbaar feit zien, hebben vooral de oorlog verklaard tegen de evolutietheorie, die bepaalt dat alle leven afgeleid is van gemeenschappelijke voorouders gedurende lange tijdsperiodes en dat zij constant verandering ondergaan. Vandaag is de evolutietheorie een fundamenteel concept dat duidelijkheid breng in vele problemen aangaande het leven; ze vindt wijdverspreide aanvaarding in de wetenschappelijke wereld en wordt sterk gesteund door gereputeerde wetenschappers en wetenschappelijke organisaties. Bovendien is het zo dat hoewel evolutie eerst voorgesteld werd in de biologische wetenschappen, ze vandaag buitengewoon interessante toepassingen vindt in velden zoals epistemologie, sociologie en economie, waarin ze gebruikt wordt om alle processen en ontwikkelingen waarbij verworven informatie doorgegeven wordt van de ene generatie op de andere, te onderzoeken en te verklaren. De op dogma gebaseerde propaganda die beweert dat de evolutietheorie niet langer aanvaard is en dat aangetoond werd dat ze wetenschappelijk vals is, is totaal onjuist. Het werkelijke doel van deze aanvallen op de geaccumuleerde wetenschappelijke traditie die eeuwen oud is, is om niet-denkende, niet-kritische mensen op te leiden die zich geen vragen stellen en die ideeën niet testen maar die dogmatische en incorrecte informatie aannemen exact zoals ze hen aangereikt wordt. Het is duidelijk dat deze kringen - die een open of verholen oorlog voeren tegen de seculiere overheid, vrijheid in het onderwijs en vooruitgang in de wetenschap en technologie - in ons land geen mensen willen die onafhankelijk denken. Deze segmenten van de samenleving werken initieel naar het opnemen van niet-wetenschappelijk geloofselementen samen met wetenschappelijke ideeën in de onderwijscurricula; op lange termijn hebben zij als doel de evolutietheorie volledig van de agenda te schrappen. De Turkse Academie van Wetenschappen (Turkish Academy of Sciences, TUBA) gelooft dat wetenschap de correcte weg en benadering is voor het begrijpen van het universum waarin mensen en samenlevingen leven, voor het definiëren van de natuur en het determineren van haar wetten, en voor het maken van vorderingen in sociale, economische en culturele platforms. De burgers van ons land hebben het recht en de verantwoordelijkheid niet alleen de producten van wetenschap die in de technologie gereflecteerd zijn te consumeren, maar ook wetenschappelijke methoden en denkwijzen te leren en bij te dragen tot de vooruitgang van de wetenschap. Daartoe beschouwen we het als onze plicht om het publiek te waarschuwen en te informeren over aangelegenheden inzake het elimineren van niet-wetenschappelijke elementen uit ons onderwijssysteem, het installeren van moderne methoden van wetenschappelijk denken en de producten daarvan in onze onderwijscurricula, en het nemen van de nodige voorzorgen om te verzekeren dat terwijl wij de eenentwintigste eeuw verwelkomen, een democratische en seculiere generatie opgeleid wordt met "vrij denken, vrije kennis en vrij geweten".» </cite> (eigen vertaling) [38]</p> <p>In 2007 bundelden 700 Turkse academici hun krachten in een klacht bij de rechtbank tegen het Ministerie van Onderwijs, met de eis dat verwijzingen naar creationisme die sedert 1985 in wetenschappelijke onderwijsboeken staan, weer verwijderd worden - huns inziens hoort deze materie thuis in de godsdienstlessen. [39]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Kritiek door andere muslims op het creationisme</strong></p> <p>In Europa leveren grote muslimorganisaties kritiek op het islamitische creationisme en op wat zij beschouwen als de "groteske bekeringspraktijken" van Harun Yahya. Dalil Boubakeur, voorzitter van de Franse muslimraad, stelt dat de evolutietheorie een wetenschappelijk feit is en dat zij niet in conflict is met de Koran. Hij omschrijft de Atlas of Creation als "schadelijk". [40]</p> <p>Socioloog Malek Chebel stelt in een artikel in Le Monde dat daar waar bij het christendom het darwinisme de christenen verontrustte omdat het de geschiedkundigheid van de Bijbel (met het letterlijk scheppingsverhaal in Genesis 1 en 2) ondermijnde, zulks voor de islam niet het geval is. De Koran is immers vaag terzake, zegt hij, en wijst zelfs op een cyclische evolutie. De islam heeft volgens hem dan ook geen schrik voor de verklaringen van de evolutietheorie. Volgens deze socioloog is de Atlas of Creation "de vrucht van een sektarische organisatie, dicht bij Turks extreem rechts". Hij zegt dat Harun Yahya "het spel speelt van de integristen, die stellen dat het darwinisme een complot is van joden en vrijmetselaars om de basis van de openbaring te ondermijnen". Malek Chebel zegt zich te verwachten aan confrontaties tussen creationisten en pro-evolutionisten in de muslimwereld.[41]</p> <p>In een artikel op de website Tabsir.com (een website waarvan de auteurs zichzelf omschrijven als geleerden die bezorgd zijn over stereotypen, desinformatie en propaganda die in de media en op academische fora verspreid wordt over islam en het Midden Oosten) wordt Harun Yahyah vergeleken met Reverend Moon van het Amerikaanse Unification Movement. [42].</p> <p>In 'Een uitnodiging tot de feiten' stelt paleontoloog en muslim Andy Primandaeen: <cite>«als wetenschapper en muslim kan ik Harun Yahya en zijn verwrongen propaganda geen goedkeuring laten verwerven van de ongeïnformeerde muslimgemeenschappen over heel de wereld.»</cite>[43]</p> <p>Hij stelt verder: <cite>«Harun Yahya is verantwoordelijk voor veel van de creationistische propaganda in de muslimwereld; hij verspreidt desinformatie en onwaarheden om een muslimversie van het christelijk fundamentalistische creationisme te promoten. Hoewel zijn eerste doelwit duidelijk de seculiere materialisten zijn die de macht hebben in Turkije, zijn islamitische activisten van Engeland tot Indonesië geneigd deze creationistische propaganda uit te breiden en te trachten het muslimstandpunt te kneden zodat muslims evolutie als strijdig met de islam zouden zien.» [44]</cite></p> <p>Hij nodigt muslimbroeders en -zusters uit hem te helpen in zijn strijd tegen dit creationisme door filosofische, theologische of wetenschappelijke artikels te schrijven over de evolutie en/of artikels over Harun Yahya. Naast kritiek op de creationistische opvattingen van Harun Yahya, circuleert er onder zowel pro-evolutionisten als creationisten ook kritiek op het theologisch kader dat Harun Yahya volgens hen hanteert. Ze verdenken hem ervan pantheïstische opvattingen aan te hangen en de eenmaking van religies na te streven. Zo staat er op Youtube een filmpje ("Beware of Harun Yahya") van een stuk van een lezing van (de creationistische) Bilal Philips, waarin deze laatste Harun Yahya niet aanvalt op zijn kritiek op de evolutietheorie - daarover zegt hij dat Yahya's boek informatie bevat die de argumenten van de evolutionisten weerlegt. Hij beschuldigt Harun Yahya er echter van een 'verborgen agenda' te hebben en het pantheïsme (Wahdatul-wujûd) te prediken. Hij impliceert hier met andere woorden dat Harun Yahya zich bezondigt aan bid'ah. [45]. Een salafistisch forum besteedt daar eveneens aandacht aan [46], maar ook een islamitische pro-evolutie blog die middels tal van artikels gewijd is aan het weerleggen van Harun Yahya en zijn creationisme, bevat een gelijkaardige bedenking waar de auteur stelt dat Harun Yahya in werkelijkheid uit is op een eenmaking der religies. Deze pro-evolutie auteur beschuldigt Harun Yahya er ook van de betekenis van Koranverzen te verdraaien in hun vertaling. [47] Op een artikel evenwel op zijn website ontkent Harun Yahya dat hij het pantheïsme aanhangt. [48]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Islamitisch intelligent design</strong> <em>Wat is Intelligent Design?</em></p> <p>Volgens Intelligent Design kan alleen een achterliggend 'design' de complexiteiten van de evolutie verklaren. Aangezien de 'designer' (ontwerper) niet benoemd wordt, dekt de vlag van Intelligent Design verschillende ladingen.</p> <ul> <li><em>theosofisch intelligent design en New Age</em> Theosofe Helena Blavatsky behoorde in 1888 tot de eersten die de term in de huidige betekenis gebruikte in haar boek 'The Secret Doctrine' [49] Zij beschouwde Intelligent Design als de "meest redelijke en minst absurde hypothese", tussen het monotheïstische creationisme enerzijds en de theorie van Darwin anderzijds, die zij beide als 'fallacies' (dwalingen, misvattingen) omschrijft. [50] In haar vrij gedetailleerd gedefinieerd Intelligent Design is er geen sprake van een monotheïstische God, maar is de materiële werkelijkheid een veruitwendiging van wat in een astraal, spiritueel, innerlijk bestaansvlak daaraan voorafgaand reeds bestaat, een veruitwendiging die gemedieerd wordt door astrale wezens. De evolutie voltrekt zich eerst in een neerwaartse boog - van spiritueel naar materieel bestaan -, om vervolgens weer te spiritualiseren (waarbij, om het in religieuze termen te stellen, de mens ontwaakt tot zijn eigen god-zijn), waarna de cyclus elders herbegint. In zijn geheel voeren de opeenvolgende cycli naar een steeds hoger doel. In dit Intelligent Design onderscheidt zij een horizontale en een verticale evolutie. De horizontale evolutie is de evolutie die zich op materieel niveau voordoet (in zekere zin datgene wat Darwin beschreef). Deze wordt volgens Intelligent Design echter gestuurd of aangedreven vanuit een verticale as, het achterliggende spirituele, astrale intelligent design. Volgens de theofosofie is de vraag dan ook niet zozeer 'survival of the fittest', maar wel de 'arrival of the fittest'. [51-53] Helena Blavatsky wordt beschouwd als grondlegger van New Age. In op theosofie gebaseerde New Age bewegingen vindt men dan ook, in allerhande varianten, aanzienlijke steun voor (theosofisch) Intelligent Design. Hoewel er New Age bewegingen zijn waarbij er ruimtereizigers betrokken zijn bij de het hele verhaal, gaat het in de meeste gevallen om astrale wezens, d.w.z. wezens uit een ander, spiritueel (en dus hoger) bestaansvlak. Echter, net zoals niet elke christene of muslim een creationist is, is ook niet elke New Ager een aanhanger van Intelligent Design. De New Age beweging is overigens geen op zichzelf staande beweging in die zin dat sommige leden ervan zich nominaal bekennen tot het katholicisme, protestantisme, de islam, het jodendom enz. Adherents.com, een website die cijfers bijhoudt van het aantal aanhangers van diverse religieuze en spirituele bewegingen, zegt onder meer om die reden geen aparte cijfers te kunnen verstrekken voor New Age. [54]. Wanneer men een publicatie over Intelligent Design ter hand neemt die in een islamitisch, christelijk, joods etc discours geschreven is, wil dit dus niet zonder meer zeggen dat het om een islamitische, christelijke etc publicatie gaat. Het kan ook om een New Age publicatie gaan.</li> <li><em>"(pseudo-)wetenschappelijk" intelligent design</em> Een eeuw na Helena Blavatsky, in de jaren 1990, trokken wetenschappers als William Dembski en Michael Behe hùn versie van Intelligent Design op gang als verhoopt alternatief wetenschappelijk verklaringsmodel. Wie de designer is, wordt niet expliciet gezegd en hoeft volgens Michael Behe ook niet God te zijn, hoewel hij zelf denkt dat de designer God is. [55]</li> <li><em>monotheïstisch intelligent design</em> Philip E. Johnson (°1940) (emeritus professor rechten, UC Berkley), wordt algemeen beschouwd als de vader van het christelijk Intelligent Design, met o.a. het werk 'Darwin on Trial' uit 1991. Intelligent Design heeft inmiddels ook zijn aanhangers - én tegenstanders - bij joden en muslims. [56]. </li> </ul> <p>&nbsp;</p> <p>Een grote meerderheid van wetenschappers beschouwt Intelligent Design als (neo-)creationisme en als een 'bedreiging' voor wetenschap en samenleving, o.a. omdat er een niet wetenschappelijk te bewijzen component in vervat zit, nl. een achterliggend en onbewijsbaar 'intelligent design' of verstandelijk ontwerp. Het model vereist dus een factor van geloof, in plaats van aantoonbare, waarneembare, reproduceerbare, meetbare feiten die noodzakelijk zijn om aan wetenschap te doen. [57-58] Voorstanders stellen dat dit de wetenschappelijkheid van het model niet weerlegt, maar dat het gewoon kwestie van afwachten is tot de wetenschap het soort informatie vindt waarvan bekend is dat het geproduceerd wordt door intelligente wezens, wat de geldigheid van het model volgens hen zou bevestigen. [59]</p> <p>&nbsp;</p> <p><em>Vertegenwoordigers van Intelligent Design in een islamitisch discours</em></p> <p>Op internet zijn er ook tal van islamitische Intelligent Design websites te vinden. Een voorbeeld daarvan is ScienceIslam.com. De website stelt: <cite>«Voor de muslim is er geen noodzaak om godsdienst en wetenschap van elkaar te scheiden. Van de Koran, meer dan 1400 jaar geleden, wordt begrepen dat beide er zijn: 'Schepping' en 'Evolutie'. En in beide gevallen, is het enkel God die 'in staat is alles te doen'. Het is met name zo dat muslimwetenschappers meer dan 1000 jaar geleden de weg bereidden voor het bevorderen van leren, technologie en disciplines in de wetenschap die we vandaag kennen. God heeft uitgelegd hoe Hij alles geschapen heeft in het universum en alle leven uit water voortbracht. Hij creëerde mensen uit aarde (niet apen) en er is geen nood om 'verbanden' met de dierenwereld te proberen fabriceren in de islam.»</cite> [60]</p> <p>Een bekende en uitgesproken aanhanger van islamitisch Intelligent Design is Mustafa Akyol, een Turks schrijver die zowel tegen islamitisch extremisme strijdt als tegen extreem secularisme en materialisme. Intelligent Design kan volgens aanhangers van Intelligent Design de kloof tussen het Westen en de muslimwereld overbruggen. [61,62] Net zoals het geval is bij creationisme, doet er zich rond Intelligent Design een bewuste en wederzijdse toenadering voor tussen gelijkgezinde christenen en muslims. In een artikel "Waarom muslims Intelligent Design zouden moeten steunen" ziet Mustafa Akyol Intelligent Design als een 'common cause' die christenen en muslims samenbrengt in hun verzet tegen een goddeloze wereld: <cite>«Materialisme is het probleem dat muslims hebben met de moderne wereld, en het is het wereldbeeld waartegen we ons moeten stellen. Muslims zouden geen bezwaar mogen hebben tegen moderne wetenschap en technologie, kunst, ethiek, de goede dingen van het leven en een open samenleving. Ons bezwaar zou moeten gericht zijn tegen de intellectuele "plaag" die ons leven binnendringt en die mensen ertoe leidt te geloven in een goddeloze wereld. De manier om ons geloof en onze gezinnen in de moderne wereld te redden bestaat er dan ook niet in hen er van af te sluiten, maar de onderliggende misvattingen ervan te begrijpen en te verwerpen. Dit zal ons waardigheid en integriteit geven, en kan mogelijk anderen helpen om de ultieme werkelijkheid te zien. Maar hoe kunnen we materialisme, een filosofie die zo krachtig geïncorporeerd is in de machtigste beschaving, het Westen, verwerpen? Wel, er is goed nieuws. We staan niet alleen in deze strijd. Er is een andere machtige component in het Westen die vastberaden is het materialisme uit te roeien. Deze kracht is het christendom. Het christendom is onze bondgenoot. Sommige politieke conflicten in de geschiedenis, zoals de kruistochten van de middeleeuwen of het vermeende "islamitisch" terrorisme van vandaag, hebben wantrouwen veroorzaakt tussen veel christenen en muslims. Nochtans is er geen inherente clash tussen deze twee grote godsdiensten. Vanuit het muslim standpunt, is het zelfs zo dat christenen de dichtste vrienden en bondgenoten zijn van de wereld. [ en je zult merken dat zij in genegenheid het dichtst staan bij hen die geloven die zeggen: "Wij zijn christenen." Dat komt omdat onder hen priesters en monniken zijn en omdat zij niet hoogmoedig zijn. (Koran 5:82)] (...) Intellectuele muslims, die de pathologische anti-Westerse haat van de radicalen die de islam te schande maken door hun gewelddadige handelingen beu zijn, zoeken de goede manier om uitdrukking te geven aan en op te komen voor hun geloof en hun identiteit in de moderne wereld. Intellectuele christenen hebben deze weg al gevonden. Zij kregen met het materialisme te maken voor ons, omdat het in het hart van het christendom groeide. Zij hebben er weerwerk tegen geboden gedurende vele decennia. En recent hebben ze een dappere beweging geïnitieerd, een "wig" zoals ze het noemen - om de funderingen van het materialisme te splitsen. Deze "wig" is de codenaam voor de Intelligent Design Beweging, die gevormd werd in het begin van de jaren 1990 door christelijke wetenschappers en intellectuelen.» </cite>[63]</p> <p>&nbsp;</p> <p><em>Kritiek door andere muslims op Intelligent Design</em></p> <p>Het is uitgerekend onder meer de toenadering tot de christenen die Intelligent Design voor sommige andere muslims wat suspect maakt omdat ze er een onderneming in vermoeden die ontworpen werd om protestants-evangelische geloofspunten te doen wortel schieten in het islamitisch denken: <cite>« Het is belangrijk te onthouden dat Intelligent Design zelf zeer intelligent ontworpen is door christelijke evangelisten zoals Phillip E. Johnson. Het specifieke doel van Intelligent Design is deuren van opportuniteiten te openen voor het bevorderen van christelijke prediking.» </cite>[64]</p> <p>Ahmed K. Sultan Salem, een PhD student in Ruimte, Telecommunicaties en Radiowetenschappen (Standford University) omschrijft Intelligent Design als een "non-science". Hij bekritiseert ook dat Intelligent Design de indruk wekt dat wetenschap de enige manier is om tot de waarheid te komen en dat daarbij de rol van de openbaring aan de kant geschoven dreigt te worden. <cite>«Ik ben het volledig eens met de bewering van Intelligent Design dat het universum tekenen toont van design. Desondanks, is het mijn bekommernis dat Intelligent Design een zichzelf-verslaande oefening kan zijn. Door te insisteren dat het inzicht van het bestaan van een intelligente designer een duidelijk onderdeel is van wetenschap, loopt ID het risico het geloof te bestendigen dat wetenschap het enige middel is om de waarheid te zoeken, en dat wanneer men geen wetenschappelijke argumenten voorlegt, de zaak dan van nul en generlei waarde is. Hoewel ik zelf resoluut geloof in wetenschap en de competentie van het menselijk intellect, denk ik dat het domein van de wetenschap, hoewel gigantisch, toch beperkt is. Rede, openbaring, experimenten en intuïtie zouden samen de basis van onze kennis moeten zijn. En, uiteindelijk, is het de openbaring die de antwoorden biedt op alle echt fundamentele vragen. » </cite>[65]</p> <p>In creationistische hoek is er onder meer de kritiek van Harun Yahya. Zijn bezwaar tegen Intelligent Design is o.a. dat het de designer niet benoemt, terwijl dat volgens hem duidelijk God is. Hij omschrijft Intelligent Design als een misleiding vanwege satan omdat het er volgens hem in ontbreekt aan eerlijkheid. <cite>«Dat het geval zijnde, is het duidelijk dat termen zoals "intelligent design" die oprechtheid en islamitisch bewustzijn missen, een negatief effect zouden kunnen hebben op mensen met een oprechte neiging tot geloof. Bedekte en vage verslagen van dit soort kunnen diegenen met een religieuze tendens ertoe leiden in twijfel, in inconsistentie, verwarring en mentale beroering te vallen. "Intelligent Design" is een van Satans afleidingen. In het verwerpen van een valse claim zoals evolutie, moet men zeer voorzichtig zijn dat men niet ten prooi valt aan een andere hinderlaag van Satan. Eén van Satans belangrijkste doelstellingen is de erkenning van Allah te verhinderen op elke mogelijke manier, en mensen ertoe aan te zetten Zijn gedachtenis te veronachtzamen.»</cite>[66]</p> <p>Ook van pro-evolutie muslims is er kritiek op Intelligent Design. Gary Dargan, paleontoloog, pro-evolutionist en praktiserend muslim, levert kritiek op zowel Intelligent Design als creationisme. In een interview op ABC Australië - waar de boeken van Harun Yahya ook circuleren - zegt hij dat ze Westerse ideeën gekaapt hebben om hun eigen agenda vooruit te helpen. Hij stelt vast dat iedereen naar de Koran verwijst, hoewel wetenschap volgens hem op zichzelf en op haar eigen verdiensten moet geëvalueerd worden. Intelligent Design (en creationisme) hoort volgens hem niet thuis in de lessen wetenschap, maar in de lessen filosofie. [67]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>DE EVOLUTIE-SCEPTICI</strong></p> <p>Tot deze groep behoren muslims die zich op religieuze gronden kritisch opstellen t.a.v. de evolutietheorie en in mindere of meerdere mate aspecten ervan afwijzen, maar deze kritiek definiëren in een religieus discours en dus, anders dan creationisten en aanhangers van Intelligent Design, geen alternatieve wetenschappelijke verklaring betrachten. Zij benaderen de zaak omgekeerd, en onderzoeken wat binnen hun beleving van het geloof aanvaardbaar is en beperken zich daartoe. Zij gaan dus na wat geloof of ongeloof is. Zij wijzen er echter vaak expliciet op dat ze zich niet uitspreken over de wetenschappelijke waarheid van de theorie en dat ze de zaak alleen beschouwen vanuit een religieus perspectief, en daarbinnen nagaan wat al dan niet in overeenstemming is met hun lezing van de islam. Zij hanteren m.a.w. zelf een scheidingslijn tussen wetenschap en geloof en doen in hun formuleringen vaak duidelijk inspanningen om die grens niet te overschrijden. Zij zeggen dus niet dat de evolutietheorie moet aangepast worden, en ambiëren evenmin dat hun visie in de lessen wetenschap aan bod komt, maar beperken zich tot geloofsoverwegingen.</p> <p><strong>De afwachtende houding van de evolutiesceptici</strong></p> <p>Muslims in deze groep aanvaarden doorgaans grote delen van de evolutietheorie, maar hebben op religieuze gronden bezwaar tegen sommige aspecten ervan hoewel ze de evolutietheorie als wetenschap niet formeel verwerpen - ze spreken er zich niet over uit. Zij nemen een afwachtende houding aan, in de veronderstelling dat er nieuwe inzichten zullen komen die de theorie volledig in overstemming zullen brengen met hun geloof. Zij vestigen vaak de aandacht op het voortschrijdende karakter van wetenschap - de kennis van vandaag is onderhevig aan verandering naarmate er nieuwe inzichten bereikt worden in de wetenschap - en wachten liever nog wat af, alvorens zich formeel uit te spreken over de zaak. Zo schrijft Farzana Hassan Shahid: <cite>«In een notendop, of je nu een creationist bent, of een theïstisch evolutionist zoals sommige muslims betrachten te zijn, je zal in de Koran bewijs vinden dat beide standpunten steunt. De Koran spreekt het concept van de evolutie niet onmiskenbaar tegen, maar is het in elk geval niet eens met de mechanismen ervan, meer bepaald met de toevalligheid waarmee ze verondersteld wordt te gebeuren. Evolutie, volgens de Koran, zou nog steeds geleid worden door de Schepper. (...) Uiteindelijk, moeten we ons afvragen of religie en evolutie op een of andere manier met elkaar verzoend kunnen worden? Ja, dat is mogelijk en we hebben gezien hoe evolutionaire theorie met de Koran kan verzoend worden. (...) we weten dat zelfs Darwin onzeker bleef over zijn bevindingen en in zijn boek "The Origin of Species" zei "dat veel nog obscuur blijft" en dat de Oorsprong van de Soorten een "mysterie van mysteries" blijft. Religie blijft eveneens een "mysterie van mysteries" en in dat opzicht zijn beide met elkaar in overeenstemming. Terwijl religieus links overeenstemming lijkt te willen vinden tussen religie en evolutie, is de worsteling in moderne tijden opnieuw opgedoken tussen diegenen aan de religieus rechtse kant en diegenen die een meer seculiere ideologie aanhangen. Enkel de tijd zal duidelijk maken, met behulp van nog nieuwere wetenschappelijke gegevens, of de evolutietheorie geheel zal verworpen worden, dan wel of religie zelf ze op een of andere manier zal valideren. » </cite>[68]</p> <p><strong>Evolutie, behalve wat de mens betreft en/of verwerpen van het toeval</strong></p> <p>Een vaak terugkerend standpunt hier is dat men in een religieus discours aanvaardt dat er evolutie is, op de rol van het toeval en/of het ontstaan van de mens na. Zo stelt Sheikh Nuh Ha Mim Keller, een Amerikaans muslim en deskundige in islamitisch recht, dat - middels een paar kwalificaties - de macro-evolutie niet strijdig is met de islam, zolang men aanvaardt dat God de ultieme schepper is van alles (in evolutionaire zin) én dat God de mens afzonderlijk geschapen heeft (als effectieve scheppingsdaad). <cite>« Samengevat om uw vraag tot dusver te beantwoorden, lijkt het geloof in macro-evolutionaire transformatie en variatie van niet-menselijke soorten mij geen kufr (ongeloof) of shirk (toeschrijven van partners aan Allah) in te houden, tenzij men ook gelooft dat zulke transformatie er kwam door willekeurige (random) mutatie en natuurlijke selectie, waarbij men deze adjectieven begrijpt in de zin van causale onafhankelijkheid van de wil van Allah. Je moet in je hart zoeken en je afvragen wat je zelf gelooft. Vanuit het standpunt van tawhid, islamitisch theïsme, gebeurt niets "at random", is er geen "autonome natuur", en eenieder die in een van beide gelooft staat noodzakelijkerwijze buiten de schoot van de islam. Spijtig genoeg, lijkt dit precies wat de meeste evolutionisten denken.» (...) «Wat betreft de claim dat de mens geëvolueerd is van een niet-menselijke soort, dit is ongeloof (Kufr), ongeacht of we dit proces aan God toeschrijven of aan de "natuur", omdat het de waarheid negeert van de speciale schepping van Adam die God in de Koran geopenbaard heeft.» </cite>[69]</p> <p>Anderen stellen dat de Koran de evolutietheorie én de natuurlijke selectie noch bevestigt noch ontkent, en stellen dat de theorie op eigen verdiensten moet staan of vallen, evenwel onder voorbehoud van de schepping van de mens, wat als een mirakel beschouwd wordt en daarom volgens hen niet wetenschappelijk te bevestigen of te ontkennen valt. Zo wordt in een artikel onder supervisie van Sheikh `Abd al-Wahhâb al-Turayrî gesteld: <cite>«De directe schepping van Adam (vrede zij met hem) kan door de wetenschap op geen enkele manier bevestigd noch ontkend worden. Dat is zo omdat de schepping van Adam (vrede zij met hem) een unieke en singuliere historische gebeurtenis was. Het is een zaak van de Onzichtbare en iets waarvan de wetenschap niet de kracht heeft het de bevestigen of te ontkennen. (...) Miraculeuze gebeurtenissen, door hun aard zelf, beantwoorden niet aan de wetenschappelijke wetten en hun voorkomen kan noch bevestigd noch ontkend worden door de wetenschap » (...)« met betrekking tot andere levende dingen, bevestigt noch ontkent de Koran de theorie van evolutie noch het proces waarnaar verwezen wordt als natuurlijke selectie. De vraag van evolutie blijft puur een kwestie van wetenschappelijk onderzoek. De theorie van evolutie moet op zijn eigen verdiensten staan of vallen - en dat betekent dat de fysische bewijzen ofwel de theorie bewijzen ofwel ermee in conflict zijn.» </cite>[70]</p> <p>De auteur voegt daar zeer nadrukkelijk aan toe: <cite>«Het is in dit artikel niet onze bedoeling de wetenschappelijke implicaties van de evolutietheorie te bespreken. We wensen de zaak enkel te verkennen vanuit het perspectief van de islamitische leer. » (...) «We wensen nogmaals te beklemtonen dat het niet onze zorg is de wetenschappelijke verdiensten van de evolutietheorie te onderzoeken. Wat we willen weten is wat de islamitische leer over het idee te zeggen heeft. Of evolutie wetenschappelijk waar of vals is, is een geheel andere kwestie.» </cite> [71]</p> <p>In deze groep houdt een verwerpen of aanvaarden van de evolutietheorie, of beter gezegd van delen daarvan, dus niet automatisch in dat men de theorie ook voor 'onwaar' of 'waar' aanneemt, maar wel dat de islam al dan niet iets tegen het idee heeft. Wetenschap wordt er beschouwd als een voortschrijdend proces, dat, zelfs als een theorie op een bepaald moment vanuit islamitisch perspectief aanvaardbaar is, nog niet betekent dat daarmee alles gezegd is. Wetenschap is geen statisch gegeven die op een bepaald moment de hele waarheid grijpt, argumenteert men hier. Nieuwe inzichten leiden tot steeds betere kennis.</p> <p>Deze auteurs blijven op het eerste zicht buiten het vaarwater van Intelligent Design en creationisme in strikte zin door hun bezwaren binnen een religieus discours te formuleren en geen wetenschappelijke status te ambiëren van hun bezwaren en voorbehoud. Ze maken voorbehoud op religieuze gronden, maar zeggen niet wat de wetenschap wel of niet zou moeten aanvaarden; ze wachten af wat voortschrijdende inzichten van de wetenschappen zullen opleveren.</p> <p>Een aantal schrijvers maken ook religieus voorbehoud bij de rol van het toeval in de evolutietheorie. Zij zien de evolutie als de afspiegeling van een goddelijk plan.</p> <p>Abu al-Majid Muhammad Rida al-Isfahani, een sjiietisch theoloog van Irak, aanvaardt dat er evolutie is, maar verwerpt de rol van toeval in de evolutie, welke volgens hem het gevolg is van goddelijke wijsheid. [72]</p> <p>In 1924 vertaalde Hassan Hussein, een Egyptische muslimgeleerde, het werk van de eminente Duitse evolutiedeskundige Haeckel (1834-1919) in het Arabisch, waarbij Hussein zich in zijn inleiding akkoord verklaarde met tal van de wetenschappelijke ideeën die door Haeckel uitgewerkt werden. Hij verwierp echter de ideeën die indruisten tegen het geloof. Verder schreef hij naar verluidt - opmerkelijk - dat wat Darwin stelde behoorde tot de 'Hikmah Ilahyya' of goddelijke wijsheid. [73]</p> <p>Daarnaast zijn er diegenen die de darwinistische evolutie grotendeels aanvaardbaar achten in hun interpretatie van de islam, maar er een goddelijk soort doelgerichtheid aan toevoegen die in de evolutietheorie ontbreekt (ter verduidelijking: volgens de moderne evolutietheorie streeft de evolutie geen enkel doel na, dus ook geen fysiologische perfectie noch een toenemende complexiteit, zelfs niet evolutie zelf. [74,75). Zo is er o.a. Dr. Inayatullah Khan al-Mashraqi in zijn boek 'Tazkira'. Ook hij vindt de evolutietheorie aanvaardbaar voor zover de wetten die inherent in de natuur aanwezig zijn beschouwd worden als een ingebouwd programma van God, die een door God bepaald en aan Hem bekend doel nastreven. Hij zegt dat deze evolutie zal doorgaan tot het goddelijke en aan God bekende doel ervan vervuld is. [76]. Ook anderen maken daarbij de kwalificatie dat de evolutietheorie voor de islam aanvaardbaar is voor zover aangenomen wordt dat de evolutie zèlf onder controle staat van God.</p> <p>Hoewel de bedenkingen soms in de buurt van Intelligent Design lijken te komen, is er wezenlijk verschil in die zin dat deze opiniegroep haar kwalificaties formuleert in een religieus discours en daarbij niet de bedoeling heeft een alternatieve wetenschappelijke theorie naar voor te schuiven. Men bekijkt in hoever de evolutietheorie aanvaardbaar is in de islam, of vertaalt ze in een islamitisch religieus discours, maar zegt niet wat de wetenschap al dan niet hoort in te houden en spreekt zich vaak zelfs niet uit over het al dan niet 'waar' geacht worden van de wetenschappelijke evolutietheorie.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>AANVAARDEN VAN EVOLUTIE MAAR NIET VAN DE HUIDIGE EVOLUTIETHEORIE</strong></p> <p>Een aantal prominente muslims erkennen dat de evolutie een feit is, maar stellen dat de evolutietheorie zoals ze nu is, geen afdoende verklaring daarvoor biedt. Ik verwijs naar Dr. Rafiuddin, Dr. Ahmed Afzal en Dr. Israr Ahmad [77]. Zij stellen :</p> <ul> <li>dat evolutie bestaat maar niet synoniem is met darwinisme</li> <li>dat hoewel evolutie een universeel feit is dat aangetoond kan worden via paleontologie, embryologie e.d.m., de theorie aan de hand waarvan de evolutiemechanismen aanvaard worden (in het bijzonder natuurlijke selectie) geen 'secure' (veilig, zeker) en wetenschappelijk bewezen feit is</li> <li>dat de mens een duale natuur heeft. Naast het materiële lichaam, bestaat de mens uit een niet-materiële geest of ziel of ego</li> <li>dat de essentie van de mens zijn spirituele ziel is die niets te maken heeft met evolutie, evolutie betreft enkel het materiële lichaam van de mens. Volgens hen onderscheidt dit de mens van de rest van de levende wezens. Zij stellen dat pas wanneer de menselijke soort op grond van evolutie vorm kreeg, God deze bezield heeft. God ligt dan ook aan de basis van de ethiek.</li> </ul> <p>Noteer dat er in de islam ook een andere opinie bestaat volgens dewelke ook dieren bezield zijn en ethiek kennen - God heeft zich ook aan de dieren geopenbaard en dieren bidden ook tot God. [78]. Interessant is hierbij op te merken dat ook in de wetenschappelijke wereld de evolutie-ethici - die ethiek beschouwen als het product van de evolutie - verschillen van mening over waar de ethiek ontstaan is. Enerzijds zijn er daarbij diegenen die stellen dat ethiek pas in de loop van de ontwikkeling van de menselijke soort tot stand kwam (de zgn. "vernistheorie", d.w.z. ethiek als laagje vernis bovenop een dierlijke aard van de mens), anderzijds zijn er diegenen (vnl. vanuit de primatologie, zoölogie etc) die op grond van duizenden observaties van dieren zeggen dat ethiek de menselijke soort in de evolutie vooraf ging en dat minstens ook hogere dieren morele wezens zijn. [79,80])</p> <p>&nbsp;</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>DE ONVERSCHILLIGEN</strong></p> <p>Onder de muslims is er een groep die er doodeenvoudig niet van wakker ligt. Zij geloven dat God alle soorten geschapen heeft, en ze studeren en bedrijven tegelijk wetenschappen, ook als deze takken van de wetenschap op een of andere manier schatplichtig zijn aan de evolutietheorie. Dat lijkt tegenstrijdig, maar het is een houding die men ook bij veel christenen, New Agers enz. aantreft. Men gelooft het ene, en bedrijft wetenschap op grond van het andere.</p> <p>Muslims in deze groep leggen gewoonlijk ook het accent van hun geloofsbeleving op de ethische dimensie ervan, die erop gericht is dat men een leven lang werkt aan het vervolmaken van de persoonlijkheid in de zin van een hoogstaande ethische persoonlijkheid (geduldig, minzaam, rechtvaardig, verdraagzaam enz), om zodoende de maatschappij zèlf op een ethisch hoger niveau te tillen. Vanuit de zingeving is het leven een test. Mensen worden geboren als onbeschreven blad, zonder erfzonde maar in perfecte harmonie, met een vrije wil, een elementair inzicht in goed en kwaad, intelligentie en gevoel. De test bestaat erin na te gaan of men tijdens het leven het goede of het kwade zal doen. Men moet die test niet stuurloos doorlopen - men heeft het eigen aangeboren rudimentair en universeel inzicht in goed en kwaad, waar bovendien de openbaringen aan de diverse profeten (zoals bijvoorbeeld Mozes, Abraham, David, Jezus, Mohamed) bij aansluiten en die het richtsnoer vormen op grond waarvan men in om het even welke omstandigheid de best mogelijke keuze kan maken. Bedoeling is deze test goed te doorstaan - d.w.z. systematisch en in alle terreinen van het leven het goede te kiezen (en dus God te dienen). De mate waarin men daarin geslaagd is, zal beoordeeld worden op Oordeelsdag; van dit oordeel hangt af hoe men de eeuwigheid in het hiernamaals zal doorbrengen. [81] Hieruit blijkt meteen ook hoe essentieel godsdienstvrijheid is in de islam: zonder godsdienstvrijheid is er van test geen sprake, dus ook geen oordeel. [82-84] Vermits deze groep hun aandacht vooral richt op deze meer ethische dimensie, is een discussie over evolutietheorie of creationisme voor muslims die tot deze opiniegroep behoren weinig relevant. Het houdt hen niet bezig, ze liggen er niet van wakker. Ze gaan doorgaans ook niet dieper in op de implicaties van de standpunten of de discussie. Ze hebben voor zichzelf een modus vivendi ontwikkeld die hen toestaat hun geloof in een letterlijke schepping te handhaven en tegelijk wetenschap te bedrijven op grond van de evolutietheorie.</p> <p>Deze houding wordt door critici wel eens schizofreen genoemd en geridiculiseerd, een kritiek waarop zal teruggekomen worden in het laatste deel van deze Koran Notitie waarin de grens tussen godsdienstvrijheid en wetenschap verkend wordt.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>THEÏSTISCHE (ISLAMITISCHE) EVOLUTIONISTEN</strong> <strong>Wat is de evolutietheorie?</strong></p> <p>In 1859 publiceerde Charles Darwin zijn "On the Origin of Species". Samen met toenmalige inzichten uit o.a. de genetica werd in de loop van de jaren 1930 en 1940 wat bekend staat als de 'moderne evolutietheorie' of 'moderne synthese' geformuleerd. [85-86] Een omstandige beschrijving van de evolutietheorie valt buiten het bestek van deze Koran Notitie. Het volstaat te stellen dat er zich volgens deze 'moderne' evolutietheorie een strijd om het bestaan voordoet waarbij de minste (erfelijke) verandering die ertoe leidt dat een individu zich in die strijd beter kan handhaven, via een aantal mechanismen zal veralgemenen in de populatie van de daaropvolgende generaties. Evolutie verloopt dus via genetische veranderingen. Indien deze veranderingen een adaptief en/of reproductief voordeel opleveren worden zij in de populatie veralgemeend, vooral bij middel van het mechanisme van natuurlijke selectie (naast een paar andere, minder belangrijk geachte maar ook optredende evolutiemechanismen).</p> <p>We maken hier even een terzijde naar het sociaal-darwinisme onder invloed waarvan bij de politieke en publieke opinie een tot op vandaag zeer hardnekkige misvatting tot stand kwam, namelijk dat evolutie gestuurd wordt door een 'recht van de sterkste'. Dat is evenwel een notie die in de evolutietheorie niet bestaat. 'Survival of the fittest' is een uitdrukking die trouwens niet door Charles Darwin zèlf, maar door Herbert Spencer (1820-1903), grondlegger van het sociaal-darwinisme, ingevoerd werd. In afwijking van Charles Darwin, was Herbert Spencer van mening dat biologische evolutie een onvermijdelijk en lineair gebeuren is dat leidt naar perfectionering. Hij was daarenboven van mening dat die vermeende wetmatigheden ook speelden in hoe de maatschappij evolueert. Hij was, anders gezegd, van mening dat de maatschappij onvermijdelijk evolueert naar volmaaktheid op grond van selectie die doorgevoerd wordt volgens een recht van de sterkste. Sociaal-darwinisme is geen biologische maar een (achterhaalde) sociologische theorie, waaraan hij ook een ethisch luik verbond. Op grond van zijn opvattingen wou hij immers een 'perfecte moraal' ontwikkelen, een perfect model over wat juist handelen inhoudt. Om de vermeende (want niet natuurwetmatige en niet bestaande) biologische evolutie naar perfectie niet in de weg te staan, vond hij dat het beter was zwakke individuen niet te helpen maar aan hun lot over te laten. Hen helpen zou immers de evolutie naar perfectie vertragen. Sociaal-darwinisme wordt inmiddels door een meerderheid van wetenschappers afgewezen en verworpen. Evolutie is, zoals eerder aangestipt, niet onvermijdelijk, ze is niet lineair, ze heeft geen doel, ook niet biologische perfectionering of complexiteit, en er bestaat geen 'recht van de sterkste'. [87,93]</p> <p>Dit betekent niet dat ethiek van de evolutionaire agenda verdwenen is, integendeel, evolutionaire ethiek is momenteel zelfs een 'hot' studieterrein. Daarbij postuleert men dat ethiek ontstaan is door een werking van de evolutiewetten en formuleert men hypothesen over hoe deze evolutie zich voltrokken heeft. Daarnaast poogt men ook nog steeds een evolutionaire normatieve ethiek - een op de evolutietheorie gebaseerde morele gedragscode over wat goed en slecht handelen inhoudt - op te stellen, maar tot op heden is men er nog niet in geslaagd een aantal methodologische problemen die zich daarbij stellen op te lossen en een algemeen aanvaard model te formuleren over wat op grond van de evolutietheorie goed en slecht handelen inhoudt. Met andere woorden, er bestaat tot dusver geen geldig model om op grond van de evolutietheorie morele keuzen te maken. [94]</p> <p>Keren we terug van onze terzijde naar Charles Darwin, die de term 'survival of the fittest' overnam van Herbert Spencer, maar niet in de letterlijke zin waarin deze laatste het bedoelde. In de evolutietheorie is deze uitdrukking om te beginnen slechts een metafoor, geen wetenschappelijke beschrijving. Bovendien gaat het niet om overleven van de 'sterkste'. De dubbele Engelse betekenis van 'fit', met name 'in goede gezondheid, sterk' enerzijds, en (aan de omstandigheden voldoende) 'aangepast' anderzijds, zorgde op zich al voor de nodige verwarring, het feit dat Spencer de zaak wèl - en zeer letterlijk - zag als een recht van de 'sterkste', en de aanvankelijke aanzienlijke aanhang en impact van het spenceriaanse sociaal-darwinisme (dat dus geen darwinisme is), deed de rest om bij de publieke opinie een verkeerd beeld te doen ontstaan dat evolutietheorie draait om een lineaire evolutie naar perfectie op grond van een vermeend - want niet bestaand - natuurwetmatig recht van de sterkste, een misvatting die bijzonder hardnekkig gebleken is. Het recht van de sterkste is géén natuurwet. Een lineair vooruitgangsgeloof - een geloof in een onvermijdelijke evolutie naar perfectie - is dat evenmin. [95] Hedendaagse biologen gebruiken de uitdrukking 'survival of the fittest' vaak niet meer omdat ze voor veel misverstanden zorgt over waar de evolutietheorie nu eigenlijk voor staat. In de plaats daarvan spreken ze van 'natuurlijke selectie'.</p> <p>Sedert de formulering van de 'moderne evolutietheorie' of 'moderne synthese' in de jaren 1930-1940 heeft de wetenschap uiteraard niet stilgestaan. Op grond van inmiddels bijgekomen empirische gegevens en conceptuele inzichten, o.a. in de epigenetica en moleculaire biologie, dringt zich volgens een aantal wetenschappers (waarvan de kern bekend staat als de 'Altenberg 16') zo langzamerhand een nieuwe synthese op van de stand van zaken in diverse gebieden van de wetenschap, waarvoor zij de benaming 'extended evolution theory' voorstellen. Zij laten zich kritisch uit over sommige aspecten van de moderne synthese en klagen aan dat deze theorie op een aantal vlakken verouderd is. Volgens sommigen van hen is de evolutietheorie ook een ganse 'business' op zich geworden die zichzelf in stand houdt en die daardoor vooruitgang van kennis en vooral eventuele bijsturing van de inzichten afremt. Ze wijzen verder ook op de maatschappelijke implicaties van de synthese uit de jaren 1930-1940 en menen dat zij dringend aan een update toe is. De recente bevindingen uit o.a. de epigenetica suggereren bijvoorbeeld dat naast genen ook de omgeving een belangrijke rol speelt in de evolutie - dit betekent dat genen weliswaar belangrijk zijn maar veel minder determinerend dan in de moderne synthese het geval is vermits ook omgeving (met inbegrip van voeding, chemische omgeving, milieu enz) een rol speelt. Anders gezegd, mensen zijn niet alleen het product van hun genen, maar ook van een aantal omgevingskeuzen van hun voorouders. Of nog anders gezegd: ook de biologische toekomst is ten dele maakbaar. Nieuwe inzichten uit o.a. de moleculaire biologie leidden dan weer tot een voorstel van vormtheorie, waarbij naast de celmaterie ook energie en informatie en de processen die deze factoren beheren, een rol spelen. Natuurlijke selectie blijft overeind als concept maar krijgt een minder prominente rol en komt pas in beeld om de door andere processen ontstane vormen te stabiliseren in de populatie. Onderzoeksjournaliste Suzan Mazor, die de Altenberg 16 in de media-aandacht bracht, stelt enigszins karikaturaal: "Wetenschappers zijn het er over eens dat natuurlijke selectie kan optreden. Maar de wetenschappelijke gemeenschap weet al een tijd dat natuurlijke selectie niets te maken heeft met evolutie". In de inleiding van haar e-book: 'The Altenberg 16: Will the Real Theory of Evolution Please Stand Up?' stelt ze verder dat deze nieuwe inzichten de hoop voeden dat de <cite>"ideologie van 'survival of the fittest' kan vervangen worden door meer humane verklaringen voor ons bestaan die toekomstige oorlogen, economische crisissen en destructie van de aarde kunnen afwenden".</cite>[96]</p> <p>De voorstellen van deze (seculiere, Westerse) wetenschappers worden om diverse redenen met scepsis onthaald of afgedaan als een 'hype'. Hun papers zijn binnen bij MIT en zullen naar verwachting in de loop van 2009 gepubliceerd worden. Of hun voorstellen uiteindelijk brede steun zullen vinden of niet, zal afhangen van voortschrijdende wetenschap, maar hun initiatief toont wel aan dat er onder de niet-creationistische, seculiere wetenschappers - hoewel iedereen het eens is over de evolutie op zich - toch meningsverschillen bestaan over hoe de evolutie nu precies verloopt. De implicaties - onder meer voor het beleid van volksgezondheid, milieu (maar ook inzake politiek en wereldbeeld enz) - van de voorstellen van de Alternberg 16 (en andere wetenschappers met hen) zijn bijzonder verstrekkend omdat ze het accent verschuiven van genetisch determinisme naar de eigen verantwoordelijkheid in de evolutie en in het vorm geven van de toekomst, in die zin dat bijvoorbeeld de (ongezonde) voeding die men eet, de chemische omgeving waarin men leeft enz, de genen uit en aan kunnen schakelen waarbij de stand van deze schakelaars (in een proteïnelaag boven de genen) een aantal generaties ver wordt doorgegeven en bij deze afstammelingen ziekten kunnen veroorzaken zonder dat er aan de genen zelf iets verandert, om maar één voorbeeld te noemen. Het laatste woord over de inzichten van de Alternberg 16 is zeker nog niet gezegd. Dat deze discussie zich voordoet, evenwel, mocht in deze Koran Notitie niet ontbreken.</p> <p>In deze Notitie echter gaat het over hoe muslims zich verhouden tot de biologische evolutietheorie. Zoals straks zal blijken is een groot aantal muslims pro-evolutionist, d.w.z. dat ze de evolutietheorie steunen, hetzij vanuit een seculier standpunt, hetzij vanuit een religieus standpunt, het zogenaamde theïstisch evolutionisme. Dat laatste stelt dan dat de eerste cel waaruit de hele evolutie vertrok door God gecreëerd werd, hoewel een aantal muslimgeschriften ook opwerpen dat levende materie uit niet-levende materie kan ontstaan zijn - waarbij de allereerste oorsprong dààrvan dan bij God gelegd wordt. Beide opvattingen worden door de huidige evolutietheorie aanvaard, naast de opvatting dat de eerste DNA-cel mogelijks afkomstig was van de ruimte. [97] Een andere zaak is uiteraard de ethiek, traditioneel het terrein van rede of religie. Hoewel dit nog lang niet uitgeklaard is, hypothetiseert men dat ethiek ook het gevolg is van evolutie - waarbij de ethiek dus 'gebiologiseerd' wordt (hetzelfde doet zich voor in de psychologie, en volgens sommigen is ook godsdienst een product van de evolutie), terwijl gelovigen God zien als oorsprong van de ethiek.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>(Pre-Darwin) Aanzetten tot biologische evolutietheorie door muslimgeleerden</strong></p> <p>In hun steun voor de evolutietheorie verwijzen sommige muslims naar islamitische publicaties waarin meer dan 1000 jaar voor Charles Darwin reeds ideeën ontwikkeld werden over biologische evolutie. In de middeleeuwen, op een moment dat wetenschappers in Europa op de brandstapel gegooid werden, werden door Arabischtalige muslims de werken van de Grieken bestudeerd, kritisch bevraagd en onderzocht en verder ontwikkeld. Mogelijk kwamen zij daardoor ook in contact met opvattingen van Grieken als Empedocles die over evolutie geschreven hadden. [98]</p> <p>Abu Uthman al-Jahiz (ook soms al Jahith of al Jaheeth geschreven) (781-869) is de eerste bekende muslim die in termen van biologische evolutie schreef. Hij was een muslimgeleerde van Oost-Afrikaanse afkomst die de filosofie van de Mu'tazili volgde. Hij schreef o.m. werken over Arabische literatuur, zoölogie, geschiedenis, vroege islamitische filosofie, islamitische psychologie, mu'tazili theologie, religieus-politieke polemieken, en biologie. [99-100] Deze geleerde bouwde 1100 jaar voor Charles Darwin, deels op grond van waarnemingen, deels op grond van folklore, een classificatie van dieren op, van de eenvoudigste tot de meest complexe vormen, en rangschikte hen in groepen op grond van overeenstemmingen. Deze groepen verdeelde hij in een cascade van subgroepen. Op grond daarvan formuleerde hij een visie op biologische evolutie.</p> <p>In zijn Kitab al-Hayawan (Boek der Dieren) schreef Al Jahiz dat alle leven met elkaar in competitie is voor het bestaan. Hij gaf als voorbeeld een rat die zelf op zoek gaat naar prooien, maar intussen zijn nest onder de grond beschermt tegen vogels en slangen. Dieren hebben andere dieren tot prooi. De strijd om te overleven speelt zich niet enkel tussen soorten af, maar ook binnen leden van dezelfde soort. Hij stelde dat er veranderingen in de soort mogelijk zijn in samenhang met omgevingsfactoren, en dat nieuwe soorten kunnen ontstaan uit bestaande soorten die kenmerken ontwikkelen die hen beter in staat stellen te overleven in de gegeven omstandigheden. Volgens Al Jahiz kan goddelijke wil deze transformatie bewerkstelligen, maar kunnen ook factoren als onder meer voedsel en klimaat biologische en psychologische effecten hebben op de soort, waarbij aanpassingen doorgegeven worden aan nakomelingen zodat na verloop van generaties een beter aangepaste soort kan ontstaan. [101-103]</p> <p>Een interessante passage uit zijn boek luidt als volgt: <cite> «Dieren zijn verwikkeld in een strijd om het bestaan; voor [bestaans-] middelen, om te vermijden opgegeten te worden en om zich voort te planten. Omgevingsfactoren beïnvloeden organismen om nieuwe kenmerken te ontwikkelen om het overleven te verzekeren, waardoor ze in een nieuwe soort getransformeerd worden. Dieren die overleven en zich voortplanten, kunnen deze succesvolle kenmerken doorgeven aan hun nakomelingen. </cite>» [104-105]</p> <p>Daarmee stelde deze islamitische geleerde 1100 jaar voor Charles Darwin dat soorten zich aanpassen aan hun omgeving, dat deze aanpassingen erfelijk zijn, en dat daardoor nieuwe soorten kunnen ontstaan.</p> <p>Al Jahiz's 'Boek der Dieren' had een grote invloed op latere filosofen en schrijvers in de islam waaronder Ibn Miskawayh, al-Biruni, Ibn Tufayl. De opvattingen van al Jahiz werden ook herhaald in werken van islamitische zoölogisten en naturalisten zoals al-Zakariyya’ al-Qazwini ('Aja’ib al-Makhluqat') Mustawfi al-Qazwini ('Nuzhat al-Qulub') en al-Damiri ('Hayat al-Hayawan'), maar ook door anderen zoals al-Masudi en Ibn Qutayba. [106]</p> <p>Ibn Miskawayh (923-1030), een Perzisch wetenschapper en filosoof, ging nog verder dan al-Jahiz en suggereerde in 'al-Fawz al-Asghar' dat levende organismen uit niet-levende materie geëvolueerd waren, om eerst planten, vervolgens tot dieren, dan apen en ten slotte tot mensen te evolueren. [107,108]</p> <p>Gelijkaardige ideeën werden vertolkt in de encyclopedie van de Ikhwan as-Safa' (Broeders der Puurheid), een verzameling van 52 rasa'il (verhandelingen). De Broeders der Puurheid waren een geheimzinnige groep uit Basra en omstreken in Irak. De encyclopedie dateert van de tweede helft van de jaren 900 of mogelijk van de jaren 1000. Het werk had grote invloed op latere intellectuelen zoals de mysticus Ibn Arabi (die weliswaar door een aantal vooral soennietische geleerden als ketter beschouwd wordt [109]) en werd binnen de toenmalige muslimwereld tot ver buiten Irak verspreid, zelfs tot in Al-Andalus (Spanje). Het werk wordt geacht het platonisme naar de Arabische wereld gebracht te hebben en het daar gelegitimeerd te hebben. [110].</p> <p>Professor Muhammad Hamidullah (1908 – 2002) omschrijft de ideeën die door Ibn Miskawayh en in de eerder genoemde Encyclopedie uitgewerkt werden als volgt: «<cite>[Deze boeken] stellen dat God eerst materie schiep en die investeerde met energie voor ontwikkeling. Materie nam daarom de vorm aan van damp die na verloop van tijd de vorm van water aannam. De volgende fase van de ontwikkeling was mineraal leven. Verschillende soorten van stenen ontwikkelden doorheen de tijd. Hun hoogste bestaansvorm was mirjan (koraal). Dit is een steen waarin er takken als deze van een boom zitten. Na het mineraal leven ontwikkelde zich de vegetatie. De evolutie van vegetatie culmineerde met een boom die de kenmerken van een dier droeg. Dit is de dadelpalm. Hij heeft mannelijke en vrouwelijke geslachten. Hij vergaat niet als al de takken ervan gekapt worden, maar hij sterft af wanneer het hoofd afgekapt wordt. De dadelpalm wordt daarom beschouwd als de hoogste vorm onder de bomen die het gelijkt op het laagste onder de dieren. Dan is het laagste onder de dieren geboren. Dat evolueert in een aap. Dit is niet de stelling van Darwin. Dit is wat Ibn Maskawayh verklaart en het is precies wat geschreven staat in de Epistels van de Ikhwan al-Safa. De muslimdenkers stellen dat de aap vervolgens evolueerde in een lagere soort van barbaarse mens. En vervolgens werd hij een superieur menselijk wezen. De mens wordt een heilige, een profeet. Hij evolueert verder in een hogere staat en wordt een engel. Diegene hoger dan de engelen is inderdaad niemand anders dan God. Alles begint bij hem en alles eindigt bij Hem.</cite>» [111-112]</p> <p>Een andere in dit verband genoemde islamitische geleerde is de bekende Abd Ar Rahman bin Muhammed ibn Khaldun. In zijn werk 'Muqaddimah' ('Prolegomena', 1377) schreef hij: <cite>«Openbaring werd door ons reeds besproken in het begin van het boek, in het hoofdstuk dat handelt over mensen die over natuurlijke perceptie beschikken. We verklaarden dat het hele bestaan in (al) zijn eenvoudige en samengestelde werelden geordend is in een bovennatuurlijke orde van opstijgen en neerdalen, zodat alles bestaat uit een ononderbroken continuüm. De essentie van het einde van elke specifieke fase van de werelden is door de natuur voorbereid om getransformeerd te worden in de essentie die eraan grenst, hetzij erboven, hetzij eronder. Dit is het geval met eenvoudige materiële elementen; dit is het geval met palmen en wijnstokken, die de laatste fase van planten vertegenwoordigen, in hun relatie tot slakken en schelpdieren, die de laagste fase van dieren vormen. Dit is ook het geval met apen, dieren die in zichzelf de slimheid van perceptie verenigen, in hun relatie tot de mens, het wezen dat de mogelijkheid heeft te denken en overwegen. De voorbereidheid (tot transformatie) die bestaat aan beide kanten, in elke fase van de werelden, is wat we bedoelen wanneer we het hebben over hun verband. » (eigen vertaling)</cite> [113]</p> <p>Dergelijke opvattingen werden naar verluidt in de middeleeuwse islamitische scholen ruim aanvaard en onderwezen, en waren volgens al-Khazini ruim verspreid onder gewone muslims in de 12de eeuw. [114-115]</p> <p>Of en in welke mate deze islamitische opvattingen over evolutie de latere Europese denkers zoals Charles Darwin beïvloed hebben, zou voorwerp van een interessante studie kunnen uitmaken. In The Islamic Quarterly (London) van 1983, schrijft Mehmet Bayrakdar alvast dat werken van deze en andere muslimgeleerden die passages uit het boek van Al Jahiz bevatten, in de 17de en 18de geheel of gedeeltelijk vertaald werden in het Latijn en het Frans en uitgegeven werden in Londen, Oxford en Parijs, zodat aangenomen kan worden dat een aantal Europese geleerden met deze werken vertrouwd waren. [116] Engelse vertalingen van de Encyclopedie van de Broeders der Puurheid waren volgens professor Muhammad Hamidullah beschikbaar in 1812. [117] Een Arabisch manuscript van al-Fawz al-Asghar, het werk van Ibn Miskawayh, was tegen de 19de eeuw beschikbaar aan Europese universiteiten. Dit alles zou John William Draper, een tijdgenoot van Charles Darwin, ertoe aangezet hebben op te merken dat de "Mohammedaanse theorie van evolutie verder ontwikkeld is dan wij geneigd zijn te gaan, en zelfs uitgebreid is tot anorganische en minerale dingen". [118]</p> <p>Mehmat Bayrakdar schrijft dat door Fr. Dieterici ('Der Darwinismus im X. und XIX. Jahrhundert' (Die Philosophie der Araber, No. 9) , Leipzig, 1878) en E. Wiedemann ('Darwinistisches bei Gahiz', Sitzungsbericht der physikalisch-medizinischen Sozietaet in Erlangen, 47, 1915), gewezen werd op een aantal gelijkenissen tussen de opvattingen van Al Jahiz en Charles Darwin. Volgens Mehmet Bayrakdar is het belangrijkste verschil tussen beiden van ideologische aard: de opvattingen van Al Jahiz zijn volgens hem "theologisch en meer transcendentaal in die zin dat de eerste oorzaak van de evolutie in levende organismen God is en dat alle andere factoren daaraan ondergeschikt zijn". De theorie van Darwin en anderen omschrijft hij als meer immanent en materialistisch. De verklaringsmechanismen van beiden omschrijft hij als min of meer dezelfde. [119]</p> <p>Ook de passage uit het werk van Ibn Khaldun gaf eind 19de en begin 20ste eeuw aanleiding tot wat Franz Rosenthal omschrijft als "overenthousiaste" vergelijkingen met het darwinisme, onder andere door de eerder genoemde F. Dieterici, maar ook door H. S. Nyberg ("Kleinere Schriften des Ibn al-'Arabi", Leiden, 1919). [120]</p> <p>Kortom, een aantal geleerden in de muslimwereld hadden reeds lang voor Charles Darwin de bedenking gemaakt dat er een biologische evolutie bestaat die erfelijk is en die samenhangt met een betere aanpassing aan de omstandigheden, een gegeven waarnaar een aantal hedendaagse muslim pro-evolutionisten verwijzen om aan te tonen dat evolutionair denken niet haaks staat op de islam, maar integendeel al vele eeuwen vóór Charles Darwin in sommige muslimkringen gemeengoed was.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>(Post-Darwin) Theïstische evolutionisten</strong></p> <p>Het zal niet verbazen dat ook vandaag een aanzienlijk aantal muslims de evolutietheorie zonder probleem aanvaarden. [121-123] Zij beschouwen evolutie als de weg waarlangs of de methode waarmee God zijn schepping manifesteert. Zij interpreteren de Koranische verzen over het ontstaan als een evolutieproces. Zij zijn dus ook op religieuze gronden evolutionist en geloven niet in een afzonderlijke schepping van de soorten.</p> <p>Een aantal pro-evolutionistische muslims verwijzen o.a. naar de eerder genoemde muslimgeleerden die lang voor Charles Darwin in termen van biologische evolutie dachten; anderen steunen de evolutietheorie vanuit een voorgestane scheiding tussen wetenschap en geloof waarbij de evolutietheorie op haar eigen verdiensten beoordeeld wordt; nog anderen steunen de evolutietheorie in een holistische visie op geloof en wetenschap, waarbij zij stellen dat de Koran zich laat lezen op een manier die aansluit bij de evolutietheorie. Zo stelt macrobioloog Sheikh Hassanain Rajabali, een pro-evolutionist, dat het niet mogelijk is dat biologie en wetenschap de mensen één richting zouden uitsturen en dat de openbaringen de mensen een andere richting zouden uitsturen. Beide zijn uitingen van dezelfde waarheid. [124] Dat de Koran zo vaag is over de manier waarop de 'schepping' zich voltrokken heeft, heeft er in de loop der eeuwen voor gezorgd dat de Koran zich vlot liet en laat verzoenen met de voortschrijdende wetenschappelijke inzichten en bevindingen. Bovendien stimuleert de islam het bedrijven van de wetenschap. De BBC stelt dat moderne theorieën over kosmologie en evolutionaire biologie geen probleem vormen in de islam. [125]</p> <p>Muslim evolutionisten blijven uiteraard wel vasthouden aan het geloof in een scheppende God, maar zien God als drijvende kracht achter het hele universum. Zij stellen dat Zijn directe scheppingsdaad beperkt kan zijn tot het scheppen van de allereerste DNA-molecule waaruit alle leven verder ontstaan is (wat door de evolutietheorie aanvaard wordt), of zelfs nog verder terug in de tijd, als de eerste molecule waaruit het universum ontstaan is en waarbij DNA uiteindelijk zou ontstaan zijn uit niet-levende materie. Aanhangers ervan aanvaarden de evolutietheorie volledig en geloven dus niet in bijzondere, afzonderlijke schepping van de soorten. Wat ethiek betreft zijn ze wel van mening dat deze van God komt, en niet het product is van evolutie.</p> <p>Voorbeelden van pro-evolutionaire muslims zijn Ghulam Ahmad Pervez en zijn leerling Dr. Abdul Wadood . In hun boek 'The Phenomena of Nature in the Quran and Sunnah' endosseren zij de evolutietheorie van Darwin. Zij menen de fazen van de evolutie overigens ook te herkennen in de verschillende Koranverzen. [126] Ook een aantal theologen van de theologische faculteit van de universiteit van Ankara, Turkije, zouden stellen dat islam de evolutietheorie "aanvaardt". [127] Wijlen Zaki Badawi, een van de meest prominente Britse muslimgeleerden, zei: "Ik zie geen tegenstelling tussen de [evolutietheorie] en de islam" [128] Op internet is een video te bekijken van een lezing door sheik Hassanain Rajabali, die een masters degree in moleculaire biologie behaalde aan de University of Colorado. In deze lezing legt hij uit waarom evolutietheorie niet in strijd hoeft te zijn met de Islam. [129] Naar verluid zouden vier vijfden van de hedendaagse muslim evolutionisten afkomstig zijn van Pakistan en Indië. [130]</p> <p><strong>Onderwijs van evolutietheorie in muslimlanden </strong></p> <p>Het "Statement of the Teaching of Evolution" van het Interacademy Panel werd onder meer getekend door Academie voor Wetenschappen van volgende landen met overwegende of ruime muslimbevolking: [131]</p> <p></p><table style="width: 521px; height: 235px;" border="1" cellspacing="2" cellpadding="2" align="center"> <tbody> <tr> <td>land</td> <td>academie</td> <td>Samenstelling bevolking naar religie (cijfers CIA World Factbook)</td> </tr> <tr> <td>albanië</td> <td>Albanian Academy of Sciences</td> <td>muslim 70%; Albanisch-orthodox 10%; rooms-katholiek 10% [132]</td> </tr> <tr> <td>Egypte</td> <td>Academy of Scientific Research and Technology</td> <td>muslim (overwegend sunni) 90%; koptisch 9%; andere christenen 1% [133]</td> </tr> <tr> <td>Indonesië</td> <td>Indonesian Academy of Sciences</td> <td>muslim 86,1%; protestant 5,7%; rooms-katholiek 3%; Hindoe 1,8%, ander en ongespecificeerd 3,4% [134]</td> </tr> <tr> <td>Iran</td> <td>Academy of Sciences of the Islamic Republic of Iran</td> <td>muslim 98% (shia 89%, sunni 9%); andere (o.a. zoroaster, joods, christelijk en baha'i) 2% [135]</td> </tr> <tr> <td>Marokko</td> <td>Academy of the Kingdom of Morocco</td> <td>muslim 98,7%; christelijk 1,1%; joods 0.2% [136]</td> </tr> <tr> <td>Nigeria</td> <td>Nigerian Academy of Sciences</td> <td>muslim 50%; christenen 40%; inheemse geloofsovertuigingen 10% [137]</td> </tr> <tr> <td>Palestijnse gebieden</td> <td>Gebieden Palestine Academy of Science and Technology</td> <td>_</td> </tr> <tr> <td>Tadjikistan</td> <td>Academy of Sciences, Republic of Tajikistan</td> <td>sunni muslim 85%; shia muslim 5%; andere 10% [138]</td> </tr> <tr> <td>Turkije</td> <td>Turkish Academy of Sciences</td> <td>muslim 99,8% (overwegend sunni); andere 0,2% (meestendeels christenen en joden) <br>[139]</td> </tr> <tr> <td>Oezbekistan</td> <td>Uzkbekistan Academy of Sciences</td> <td>muslim 88% (overwegend sunnis); Oosters-orthodox 9%; andere 3% [140</td> </tr> </tbody> </table> <p>Illustratief voor de meningsverschillen in deze kwestie is dat in Soedan en Saoedi-Arabië daarentegen het onderwijs van de evolutietheorie verboden is. [141]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Kritiek door (neo-)creationisten op pro-evolutie muslims</strong></p> <p>Volgens professor Seyyid Hossein Nasr duldt het Westen geen kritiek op de evolutietheorie. Hij zegt dat het Westen wetenschappers die andere ideeën formuleren, verguist. In andere vakgebieden en over andere onderwerpen, mag men van mening verschillen, zegt hij, maar niet over de evolutietheorie, want dan geraakt men zijn job of onderzoeksfondsen kwijt, grijpt men naast een promotie enz. Als oorzaak daarvoor wijst hij de volgens hem innige samenhang aan tussen het Westerse modernisme en materialisme en de evolutietheorie. Haal de evolutietheorie onderuit, en de legitimatie voor het Westerse modernisme en materialisme stort in elkaar, aldus deze professor.</p> <p>Hij spaart dan ook zijn kritiek niet voor muslims die de evolutietheorie aanvaarden. Volgens hem doen theïstische of islamitische evolutionisten niets anders dan God proberen invoeren in het darwinistische proces. Hij vindt dat ze daarmee veel verwarring stichten. Hij zegt dat deze aanpak niet alleen niet wetenschappelijk is, maar ook nooit door agnostische of atheïstische biologen zal aanvaard worden. Hij is ook van mening dat dit de Hand van God "bindt in een proces dat we niet kennen". Hij erkent dat er mogelijk micro-evolutie bestaat, maar verwerpt macro-evolutie.</p> <p>Hij roept muslims op om niet enkel aan wetenschap te doen, maar zich ook te vervolmaken tot islamitische denkers, die zowel wetenschap als islam begrijpen en op grond daarvan een nieuwe wetenschappelijke theorie kunnen uitwerken die ook aansluit bij de islamitische theologie. Geloven in evolutie - met name van de mens - omschrijft hij als één van de ergste vormen van blasfemie. Hij meent dat dit muslims hun eschatologische hoop ontneemt. Het Jannah (paradijs) dat door God in de Koran omschreven wordt, is niet de aarde, zegt hij. God gaf Adam en Eva vrije wil, ze aten van de verboden boom, en werden uit het paradijs verdreven en naar de aarde verbannen. Het aardse bestaan is er dus een van val uit de perfectie. De mensen zijn neergedaald naar de aarde, niet opgeklommen. Dit geloof, zegt professor Nasr, is, filosofisch gesproken, de basis van de ethiek. Immers, waarom zou men zich ethisch gedragen als er geen hoger bestaan is? Daarom begaat volgens hem wie het paradijs gelijkstelt met een plek in Afrika waar Adam geleidelijk tot ontwikkeling kwam "de ergste vorm van ketterij". [142]</p> <p>In 1981 stelde deze professor dat een grondige, goed gedocumenteerde en hedendaagse respons nodig is tegen de aanhang van de evolutietheorie in de islam: «Een volledige respons vereist een georchestreerde inspanning van de kant van een groot aantal islamitische denkers die werken in harmonie met de boezem van de islamitische traditie»[146]</p> <p>Onder andere ook Harun Yahyah, voorvechter van het islamitisch creationisme, haalt uit naar de pro-evolutie muslims. In zijn boek 'Why Darwinism is Incompatible With the Qur'an' wijdt hij een apart hoofdstuk aan het bekritiseren van deze muslimevolutionisten. [144] Ook op zijn anti-Darwin site levert hij uitgebreid kritiek op de islamitische evolutietheoretici: <cite>«Het is uitgesloten dat darwinisme "compatibel" is met de islam, vermits darwinisme het fundamenteel beginsel van de islam schendt, met name dat God het universum en alle levende dingen geschapen en vorm gegeven heeft. Darwinisme is een theorie die gevestigd werd om mensen die waarheid te doen ontkennen. Het is in essentie een theorie die religie als doelwit heeft. Op dezelfde manier kan er geen verzoening zijn tussen islam en marxisme, dat de ongeldige claim maakt dat "religie het opium is van het volk", dus kan er geen verzoening zijn tussen islam en darwinisme dat stelt dat "leven het resultaat van toeval is". Er is trouwens geen noodzaak om zulk een verzoening te proberen bewerkstelligen, vermits darwinisme geen wetenschappelijke basis heeft. In tegenstelling met wat gedacht wordt, is het geen "wetenschappelijk feit", maar een onwaarheid die in stand gehouden wordt ondanks wetenschappelijke feiten. In dit artikel onthullen we waarom "muslimevolutionisten" die een verzoening tussen islam en darwinisme betrachten, zich vergissen. Onze bedoeling is zeker niet de muslimevolutionisten te kleineren. Ons doel is een middel te zijn op grond waarvan zij een meer correct perspectief aannemen door uit te leggen waarom hun benadering van de evolutietheorie verkeerd is, om hen in dit opzicht intellectueel bij te staan, en uit te leggen waarom evolutionisten het onderwerp op de agenda houden". Diegenen die bekend staan als "muslimevolutionisten" - of theïstische evolutionisten in het algemeen - zijn in de fout vervallen van zich voor te stellen, als gevolg van materialistische suggestie en propaganda, dat de theorie van evolutie een wetenschappelijk feit is, en een "middenweg" te zoeken tussen theorie en geloof in God. Deze mensen aanvaarden het darwinistisch scenario betreffende de oorsprong van het leven woord voor woord, maar trachten een "verzoening" te vestigen tussen de evolutietheorie en de islam door te stellen dat dit scenario onder de controle van God staat. Dit perspectief is nochtans een zware vergissing. Dat is zo omdat de evolutietheorie een atheïstisch concept is met een geheime ideologische agenda die voorgesteld wordt om atheïsme te versterken en stevig te vestigen, wat heftig gesteund wordt door materialistische kringen. Ze werd opgebouwd op grond van een materialistische filosofie en biedt een materialistische interpretatie van de wereldfenomenen. (...) Deze divergentie tussen de standpunten van materialisten en het geloof in God, is het fundamenteel verschil tussen religie en atheïsme. Er kan geen sprake van zijn dat een muslim een intellectuele "verzoening" zoekt in deze materie. Er kan geen verzoening zijn tussen een theorie die voorgesteld wordt om God en Zijn schepping te ontkennen.</cite> »[145]</p> <p>Waarna Harun Yaha ook de volgens hem verkeerde interpretaties van de muslimevolutionisten van een aantal Koran verzen onder de loep neemt.</p> <p>Hij zegt verder dat de darwinisten (in het algemeen) aan heel de wereld hun verontschuldigingen zouden moeten aanbieden, o.a. voor "het verbranden van anti-darwinistische boeken", voor het "weigeren om andere meningen toe te staan", voor het "opleggen van de leugen dat mutaties evolutie veroorzaken", enz. [146]</p> <p>Hij bespreekt ook de hoger vermelde vroegere muslimschrijvers zoals de Ikhwan as-Safa', een sociëteit die actief was in Basra en omstreken die hun evolutie-ideeën bij de Grieken zouden gehaald hebben. Volgens Harun Yayha was deze sociëteit geaffilieerd met de "Ismaïli sekte, gelijkt ze in sommige opzichten op vrijmetselaars en is het interessant om te zien hoe hedendaagse vrijmetselaars deze sociëteit prijzen". Hij stelt dat deze groepering destijds invloedrijke denkers uit de muslimwereld beïnvloedde "die niet alleen in evolutie maar ook in materialisme geloofden en het bestaan van het hiernamaals loochenden, het niet eens geraakten over de oneindige Goddelijke kennis van gebeurtenissen, kortom, denkers die verwikkeld waren in geperverteerd geloof. Eerder dan deze valse ideeën als model te nemen, zouden hedendaagse muslims ze moeten vermijden" Hij stelt verder dat Imam Ghazali directe kritiek uitte op de evolutionistische Ikhwan as-Safa' sociëteit en "aantoonde dat dit een valse filosofie was die rechtstreeks beïnvloed werd door oudgrieks denken." [147].</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Seculiere evolutionisten</strong></p> <p>Als laatste standpunt in het spectrum van meningen in de muslimwereld over de evolutietheorie, vermelden we nog de seculiere evolutionisten. Als seculieren zijn zij van mening dat geloof een privé-aangelegenheid is die zich niet met wetenschap in te laten heeft. Een vertegenwoordiger daarvan is Ali Benouari, stichter van de Swiss Association of Muslims for Secularism, die stelt dat "religie wetenschap niet moet tarten ('challenge')". [148]</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>GELOOF EN WETENSCHAP</strong> <strong>Europese Unie aan gelovigen én wetenschappers: blijf elk bij uw leest</strong></p> <p>Net als in het christendom, zeggen creationisten en neo-creationisten in de islam dat hun opvattingen een wetenschappelijke theorie zijn en willen zij dat hun opvattingen op dezelfde voet behandeld wordt als de evolutietheorie in de les wetenschappen. Zij zijn van mening dat leerlingen zowel met (neo-)creationisme als met de evolutietheorie moeten kunnen kennis maken in de lessen wetenschappen. Dit is volgens (neo-)creationisten de beste garantie op het ontwikkelen van een kritische geest, waarbij de leerlingen of studenten dan zelf kunnen oordelen.</p> <p>(Pro-evolutie) wetenschappers (en met hen tal van andere opiniegroepen bij muslims) wijzen dit volledig van de hand omdat (neo-)creationisme volgens hen niet voldoet aan de vereisten van de wetenschappelijke methode en theorievorming, en bijgevolg geen wetenschap maar een pseudo-wetenschap is die geen plaats heeft in de lessen wetenschappen. Scheppingsdaden en goddelijke, astrale of spirituele bestaansvlakken zijn niet wetenschappelijk bestudeerbaar, ze zijn niet aantoonbaar, niet meetbaar, niet reproduceerbaar, enz. en vereisen geloofsdaden. De voormalige Amerikaanse president George Bush was evenwel voorstander van het aanbieden van zowel Intelligent Design als de evolutietheorie in het onderwijs. [149] Een enquête uit 2005 toonde aan dat 65% van de Amerikanen voorstander is van het onderwijzen van zowel Intelligent Design als de evolutietheorie, en dat 38% zelfs een volledige afschaffing steunt van het onderwijs van de evolutietheorie in 'public schools'. [150]. In Europa wordt vrijwel overal de evolutietheorie onderwezen als een erkende wetenschappelijke theorie. Nochtans krijgt Europa de laatste jaren ook te maken met een toenemend aantal aanhangers van (neo-) creationisme in verschillende religies die inspanningen doen om creationisme ook hier in de lessen wetenschap aan bod te laten komen. [151,152] In antwoord op deze tendens en ter bestrijding van (neo-)creationisme in het wetenschappelijk onderwijs, nam het EU Committee on Culture, Science and Education in juni 2007 een gezamenlijk standpunt. De EU is van mening dat het onderwijzen van (neo-)creationisme in de lessen wetenschap een bedreiging inhoudt voor de wetenschappelijke methode zèlf (die op waarneembare, meetbare feiten etc. gebaseerd is), omdat dit onafhankelijke en kritische en daadwerkelijke, authentieke beoefening van de wetenschap dreigt te vervangen door infiltratie van religie en ideologie. Daarbij maakt men zich zorgen dat de creationistische stromingen in het christendom, de islam enz. de pijlers van de democratie zouden ondermijnen via infiltraties in de lessen wetenschappen. Noteer echter dat tal van moslims de democratie wel steunen.</p> <p>De EU zegt overigens niet dat men niet mag geloven in een zelfs zeer letterlijke schepping (wat tot de godsdienstvrijheid behoort), maar enkel dat dit geloof niet in de plaats mag komen van wetenschap en dus niet thuis hoort in de lessen wetenschap. Het EU rapport herhaalt zelfs een paar keer dat (neo-) creationisme wèl kan onderwezen worden in de lessen godsdienst en cultuur of in andere niet-wetenschappelijke vakken [153].</p> <p>Het EU standpunt is dan ook geen frontale aanval tegen welk geloof dan ook, maar trekt alleen een duidelijke grens tussen geloof en wetenschap in een democratisch model. De houding van de Europese Unie komt er, anders gezegd, op neer dat iedereen geacht wordt bij zijn leest te blijven. Een seculier democratisch perspectief gaat uit van een strikte scheiding tussen geloof en wetenschap. Net zo min als godsdienst op te leggen heeft wat de wetenschap moet aanvaarden of op welke geloofsgegevens de wetenschap zich moet baseren, mag de wetenschap zich bemoeien met wat gelovigen geloven. Nochtans zijn er aan beide kanten, zowel aan de kant van de wetenschap als aan de kant van het geloof, mensen die de grenzen proberen te doorbreken.</p> <p>Aan de kant van de religie zijn er sommigen - de (neo-)creationisten - die elementen van hun geloofsovertuiging aan de wetenschap willen opdringen en dus willen dat wetenschap zich ook op religieuze informatie baseert. Hun houding maakt dat gelovigen die de evolutietheorie steunen in wetenschappelijke kringen vaak niet voor vol aanzien worden en ervan verdacht worden een zoniet openlijke, dan toch verholen sympathie te koesteren voor de (neo-)creationisten, ook wanneer dit geheel onterecht is.</p> <p>Aan de kant van de wetenschap zijn er sommige evolutiewetenschappers waarvan collega's zeggen dat ze zich, door hun "'knee-jerk' atheïsme, als een religie gedragen". Zij voeren het dispuut tussen evolutietheorie en creationisme in een religieus discours, waarbij ze geloof gaan uitschelden als 'evil' (kwaadaardig) en waarbij zij de evolutietheorie beschouwen als een manier om atheïsme te propageren. [154,155] Zo stelt atheïst en fervent darwinist professor William Provine: "Evolutie is de grootste motor van atheïsme die ooit uitgevonden werd" [156]. Evolutionist Richard Dawkins op zijn beurt schrijft dat "evolutie tot atheïsme moet leiden". Volgens Ruth S Robinson stelt hij zich daarmee op één lijn met de religieuze fundamentalisten. [157] Dergelijke wetenschappers koppelen de evolutietheorie aan atheïsme tot wat evenzeer een allesomvattend geloofssysteem lijkt te worden. Het virulent atheïsme van sommige pro-evolutionistische wetenschappers ideologiseert en verhit het spanningsveld dus evenzeer. Ook noemen sommigen wetenschappers geloven in een scheppingsverhaal en tegelijk de evolutietheorie aanvaarden 'schizofreen', of gaan ze nog een stap verder en zeggen ze dat het schizofreen is om tout court een gelovig wetenschapper te zijn. Dit is evenwel een vrijheid die onder de godsdienstvrijheid valt en door de universele mensenrechten - evenzeer een essentie van de democratie - gewaarborgd wordt. Ook het EU standpunt onderschrijft dit recht. Als wetenschappers hier stellen dat mensen niet mogen geloven dat God alles geschapen heeft, of als ze dit geloof beschimpen, ridiculiseren, bekritiseren of marginaliseren, en stellen dat men enkel volwaardig aan wetenschap kan doen als men atheïst is, dan overschrijden de wetenschappers op hun beurt de grens die in een seculier model aangehouden wordt tussen wetenschap en geloof en willen zij dicteren wat religie moet of niet mag geloven, wat - in omgekeerde richting - in een seculier model van dezelfde aard is als gelovigen die aan de wetenschap willen opdringen zich op openbaringswerken te baseren. Wetenschappers die kritiek uiten op inbreuken op hun wetenschappelijk discours vanuit de godsdienst, doen er goed aan zelf deze grens niet in omgekeerde richting te overschrijden. In een seculiere democratie moet wetenschap onafhankelijk - a fortiori onafhankelijk van godsdienst - kunnen werken. Een democratie moet echter ook de mensenrechten, waaronder geloofsvrijheid, respecteren. Dit vereist dat beide bij hun leest blijven. Wetenschap is geen vehikel om geloof te propageren, het is evenmin een vehikel om atheïsme te propageren.</p> <p>Geloven in een scheppingsverhaal, geloven dat God de aarde, de mens, en alle planten en dieren elk afzonderlijk geschapen heeft en een zingevingsmodel over waarom dat gebeurd is en wat de zin van alles is, behoort volgens de Europese Unie tot de godsdienstvrijheid voor zover zij hun geloofsbronnen en geloofsovertuigingen niet in de plaats stellen van wetenschap (wetenschap moet gebaseerd zijn op verifieerbare, meetbare feiten enz. en komt volgens een wetenschappelijke methode tot stand). Dergelijke opvattingen kunnen volgens de EU aan bod komen in de lessen godsdienst, cultuur e.d.m. Enquêtes waarbij men peilt naar 'het geloof in een scheppingsverhaal' of 'creationisme', zijn dan ook in die zin potentieel misleidend omdat ze op zich niets zeggen over de aanhang van (neo-) creationisme in de strikte zin dat zich in de wetenschap wil inschrijven. Creationisme in de ruime zin - geloven in een scheppingsverhaal, zelfs als dat inhoudt dat men gelooft dat God elke soort apart geschapen heeft - behoort tot de godsdienstvrijheid. Het is pas wanneer men deze geloofsovertuiging op dezelfde hoogte stelt als wetenschap en wanneer men dit geloof als een alternatieve wetenschappelijke theorie beschouwt, dat er zich volgens de politici van de Europese Unie en een ruime meerderheid van wetenschappers een probleem stelt omdat (neo-) creationisme niet voldoet aan de vereisten van een wetenschappelijke methode en godsdienst daarbij het wetenschappelijk discours probeert binnen te dringen in een model dat beide gescheiden houdt. Een accurate vraagstelling bij enquêtes dringt zich dan ook op, wil men een zicht krijgen op de werkelijke aanhang van (neo-) creationisme sensu stricto.</p> <p>Diezelfde godsdienstvrijheid geldt ten andere voor diegenen die vanuit hun geloof bekijken wat zij, theologisch, van de evolutietheorie kunnen aanvaarden in hun interpretatie van de islam, zonder zich uit te spreken over de wetenschap zèlf en zonder dit geloofsvoorbehoud aan de wetenschap te willen opdringen.</p> <p>&nbsp;</p> <p><strong>Wetenschap en islam</strong></p> <p>Kàn men religie en wetenschap met elkaar verzoenen? Sommige muslims houden evenzeer een scheidingslijn aan tussen wetenschap en religie, anderen willen wetenschap bedrijven vanuit een religieus kader, terwijl nog anderen een holistische benadering aanhangen en zeggen dat wanneer men in God gelooft, beide - religie en wetenschap - manieren zijn om tot dezelfde waarheid te komen - wat niet wil zeggen dat ze zich in elkaars vaarwater moeten of mogen ophouden. Zij stellen alleen dat het niet zou kunnen dat men via geloof en wetenschap tot tegenstrijdige bevindingen zou komen. In het kader van de evolutietheorie stellen holistische pro-evolutionistische muslims bijvoorbeeld dat het biologisch bestaan uiteindelijk ook door God geschapen is, zelfs als die scheppingsdaad zich zou beperken tot de eerste DNA-cel, zodat het niet mogelijk is dat God de mensen via de biologie tot één waarheid zou leiden, en via de openbaringen tot een andere. Voor hen bevestigt de Koran de evolutietheorie - of omgekeerd.</p> <p>Hoe dan ook, moedigt de Koran het bedrijven van wetenschap aan. De wetenschappelijke methode is niet vreemd aan de islam en is er evenmin strijdig mee. In het Westen schrijft men de wetenschappelijke methode algemeen toe aan de 17de eeuwse Francis Bacon en René Descartes, maar reeds in de 10de eeuw - dat wil zeggen 700 jaar eerder - had de Iraakse fysicus Ibn Haythem het idee dat hoewel rede en logica belangrijk zijn, men in de rede fouten kan maken. Daarom moet volgens hem wetenschap (ook) gebaseerd zijn op waarneming en metingen. [158,159]</p> <p>Op het moment dat in onze West-Europese geschiedenis wetenschappers vervolgd en verketterd werden en hun boeken op de brandstapel gegooid werden, kende de muslimwereld hoogdagen van wetenschap onder impuls van de mu'tazili, de eerder genoemde filosofische school die o.m. de werken van de Oude Grieken bestudeerde en er op verder bouwde. Deze school legde de nadruk op bestuderen van de natuur en hechtte groot belang aan de rede en aan onafhankelijk denken (ijtihad). Milieu-econoom Fouad Laouri herinnert eraan dat na de voor het Westen donkere periode periode van de middeleeuwen waarin de kerk wetenschap door geloof verving en tal van wetenschappelijke bronnen vernietigd werden, het Westen aanknoopte bij de werken van de Arabische wetenschappers, een erfenis waarbij men destijds ook zeer openlijk aansluiting zocht. Zo stond bovenaan de bull die Immanuel Kant in 1755 verkreeg ter gelegenheid van het behalen van zijn graad van doctor in de filosofie, 'bismilahha ar-rahman ra-rahim', in de naam van God, de Erbamer, de Barmhartige. Milieu-econoom Fouad Laouri zegt hierover: <cite>[... U]it het feit dat een nog jonge Pruisische universiteit (ze werd gesticht in 1544) op de uitgereikte diploma's het eerste vers van de koran vermeldde, blijkt onmiskenbaar dat men aansluiting wenste te zoeken bij een roemruchte traditie die zich uitdrukte in het Arabisch. Zo werd op spectaculaire wijze het aanzien bevestigd van een taal en een gedachtegoed die het de christelijke Middeleeuwen mogelijk hadden gemaakt uit het duister te treden.</cite>[160]</p> <p>Eén van de talloze voorbeelden die illustreren hoe Westerse wetenschappers zich niet zelden baseerden op werken van muslims, is dat de (Poolse) Copernicus (1473-1543) berekeningstabellen gebruikte die letterlijk overgenomen leken uit de werken van de Arabische sterrenkundige Ibn Shatir, die 100 jaar eerder leefde. [161] Het Westen beroept zich graag op Griekse wortels, maar wist daarbij maar al te vaak de tussenstap van de Arabische wetenschappen uit het collectief bewustzijn.</p> <p>Na verloop van tijd evenwel kwam tegen de mu'tazili een tegenstroom op gang, de ash'ari denkschool, volgens dewelke sommige aspecten van de natuur gewoon niet te bevatten zijn. Deze denkschool verschoof de nadruk naar de theologie en won aan belang, waardoor het beoefenen van de wetenschap stoom verloor. [162] Nadien viel ook het Ottomaanse Rijk uit elkaar, en begon de Westerse kolonisatie, met alle economische en politieke implicaties van dien. Een klimaat waarin men zich belaagd voelt door een geografische en culturele kolonisatie, en daardoor op zichzelf terug plooit, is niet meteen bevorderlijk voor het beoefenen van wetenschap, welke een vrije omgeving en open ingesteldheid vooronderstelt. Dat wil uiteraard niet zeggen dat in de muslimwereld momenteel geen wetenschap bedreven wordt, integendeel. Net zoals bij ons, heeft men in de muslimwereld universiteiten waaraan men uiteenlopende takken van wetenschap beoefent. Zoals hoger aangetoond werd, wordt in een aantal muslimlanden trouwens de evolutietheorie onderwezen en bieden sommige academici stevig weerwerk tegen (neo-) creationisten, zelfs via het aanspannen van rechtszaken om creationisme uit het onderwijs te weren.</p> <p>&nbsp;</p> <p>BESLUIT</p> <p>Uit deze omvangrijke Koran Notitie is gebleken dat de muslimwereld een zeer diverse houding aanneemt ten aanzien van de evolutietheorie, wat weinig verwonderlijk is gezien de Koran zelf, anders dan de Bijbel, zich slechts in vage bewoordingen uitdrukt over de zaak. De betreffende verzen worden door de enen geïnterpreteerd als een proces van evolutie, door de anderen als een scheppingsdaad. Er zijn bijgevolg uitgesproken evolutionisten - niet enkel bij seculiere muslims maar ook bij religieuze muslims. Reeds 1100 jaar voor Charles Darwin hanteerden muslimgeleerden al concepten van biologische evolutie.</p> <p>Tal van bronnen stellen dat opinies die de evolutietheorie gunstig gezind zijn een meerderheid vormen in de muslimwereld en dat de creationistische stroming in de islam een recent en relatief beperkt fenomeen is dat weliswaar vocaal aanwezig is en aan aanhang wint maar dat qua omvang niet te vergelijken is met de sterke Amerikaanse creationistische christelijke stroming waarmee zij banden blijkt te onderhouden. Recent maakt ook een islamitische variant van Intelligent Design zijn opwachting. Beide wijzen niet alleen de 'moderne' evolutietheorie af, maar ook op het materialisme dat er volgens hen mee samenhangt. Net als in het christendom bevindt zich daartussen ook in de islam een spectrum aan opinies, waarbij het voorbehoud dat sommigen maken bij de evolutietheorie vaak enkel in een religieus theologisch discours gedefinieerd wordt en men er zich zorgzaam voor hoedt niet in het vaarwater van de wetenschap terecht te komen. Zo zijn er diegenen die op theologische grond de evolutie aanvaarden, op de schepping van de mens en de rol van het toeval na, zonder zich evenwel uit te spreken over de evolutietheorie als wetenschap en zonder met hun kritieken wetenschappelijke ambities te koesteren. Nog anderen zitten met vragen en wachten nieuwe ontwikkelingen in de wetenschap af alvorens zich uit te spreken, terwijl er diegenen zijn die zich theologisch neutraal opstellen, of die er gewoon niet van wakker liggen en geloven in een letterlijke schepping terwijl ze tegelijk de evolutietheorie steunen. De verschillende opinies hebben uitgesproken voor- en tegenstanders die elkaar in niet zelden scherpe bewoordingen bekritiseren.</p> <p>Vergeten we ook niet dat niet alleen de monotheïstische religies naast pro-evolutionisten een creationistische stroming kennen. Zo kent New Age een ruime aanhang van Intelligent Design, hoewel uiteraard niet alle New Agers neo-creationisten zijn. Het is trouwens theosofe Helena Blavatsky, algemeen beschouwd als grondlegger van New Age, die reeds in 1888 in haar publicaties het concept van Intelligent Design in detail voorstelde als de volgens haar "meest valabele hypothese tussen creationisme en darwinisme". Varianten van Intelligent Design met wetenschappelijke ambities, alsook Intelligent Design stromingen in christendom, jodendom en islam, zijn van veel recentere datum.</p> <p>De islam met de vinger wijzen als creationistisch, is dus onterecht, en vormt de zoveelste invalshoek van waaruit met het stereotype voedt dat de islam 'achterlijk' is en wetenschap in de weg zou staan of tot wetenschappelijke ongeletterdheid zou leiden, terwijl de westerse wetenschap juist historisch schatplichtig is aan het werk van vele muslimwetenschappers die de kennis van de oude Grieken bestudeerden en verder ontwikkelden, waarbij Europa met de verlichting uit de duistere middeleeuwen nadrukkelijk aanknoopte.</p> <p>Bovendien onderstreept het standpunt van de EU dat mensen op basis van het universeel mensenrecht van godsdienstvrijheid vrij zijn te geloven in wat zij willen - of dat nu in een biologische evolutie is, of in een letterlijke schepping, hetzij van het hele bestaan, hetzij enkel van de mens - voor zover men dit geloof niet in de plaats van wetenschap stelt, niet alleen omdat geloofscomponenten introduceren in de wetenschap niet wetenschappelijk is, maar ook omdat ideologische infiltratie van de wetenschap van daar uit ook de politieke en maatschappelijke democratische structuren zou kunnen bedreigen. Er bestaat dus een belangrijk onderscheid tussen creationisme in ruime zin dat enkel een geloofsovertuiging is en door de godsdienstvrijheid gewaarborgd is, en creationisme dat een wetenschappelijke status ambieert. Enquêtes die peilen naar een "letterlijk geloof in de schepping" zijn dan ook potentieel misleidend en kunnen leiden tot een overschatting van het werkelijke aantal aanhangers van het door wetenschappers en politici problematisch geachte creationisme sensu stricto die hun geloofsovertuiging als wetenschap willen behandeld zien.</p> <p>Het EU standpunt ter zake is geen frontale aanval op welke religie of geloofsovertuiging ook. Het is evenmin een steunbetuiging voor atheïsme. De EU wil religie ook niet uit het onderwijs bannen: geloofsovertuigingen kunnen in de lessen godsdienst of cultuur aan bod komen, maar niet in de lessen wetenschap. De EU staat een strikte scheiding voor tussen geloof en wetenschap, waarbij men niet om de vaststelling heen kan dat er van beide richtingen op deze scheidingsmuur ingebroken wordt - zowel door sommige gelovigen, meer bepaald de (neo-) creationisten sensu stricto, die hun geloof tot wetenschap willen promoveren, als door sommige virulent atheïstische pro-evolutie wetenschappers die de zaak evenzeer ideologiseren en aan andersdenkende gelovigen willen opdringen wat ze moeten - of beter gezegd niet mogen - geloven. Een democratie fluit beiden terug naar hun respectievelijke leest. Sommigen zien in de opstoot van (neo-)creationisme ten andere een defensieve reflex tegen de ruime steun die de evolutietheorie in de muslimwereld geniet, hoewel creationisten hun strijd zèlf zien als niet enkel gericht tegen de evolutietheorie, die volgens hen niet klopt, maar ook tegen een ideologie van onderdrukking, materialisme en moreel verval die er volgens hen mee geassocieerd is.</p> <p>&nbsp;</p> <p>Deze tekst werd met toestemming van de auteur overgenomen van <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm" title="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm">http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm</a></p> <p><strong>voetnoten&gt;</strong></p> <p>&nbsp;</p> <ol> <li>"Creationisme", Wikipedia - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/Creationisme" title="http://nl.wikipedia.org/wiki/Creationisme">http://nl.wikipedia.org/wiki/Creationisme</a>.</li> <li>"The evolution of daft ideas", Brian Whitaker, The Guardian, 29/5/2007 - <a href="http://www.guardian.co.uk/commentisfree/2007/may/29/theevolutionofdaftideas" title="http://www.guardian.co.uk/commentisfree/2007/may/29/theevolutionofdaftideas">http://www.guardian.co.uk/commentisfree/2007/may/29/theevolutionofdaftid...</a>.</li> <li>Zie noot 1.</li> <li><span style="font-size: 9pt;"><em>Mahdi as Hell: Look out Darwin"</em>, Daniel Martin Varisco, 18 juli 2007, Tabsir.net - <a href="http://www.tabsir.net/?p=148">http://www.tabsir.net/?p=148</a>.</span></li> <li><a name="noot5"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya and Islamic Creationism"</em> - <a href="http://www2.truman.edu/%7Eedis/writings/articles/hyahya.html">http://www2.truman.edu/~edis/writings/articles/hyahya.html</a>.</span></li> <li><a name="noot6"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Muslim Responses to Darwinism"</em>, Islam Herald, 12 maart 2003 - <a href="http://saif_w.tripod.com/curious/evolution/muz/muz-part3.html">http://saif_w.tripod.com/curious/evolution/muz/muz-part3.html</a>.</span></li> <li><a name="noot7"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 6.<br></span></li> <li><a name="noot8"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 5.</span></li> <li><a name="noot9"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 6</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;"> <em>"Oudeaardecreationisme"</em>, Wikipedia - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/Creationist#Oudeaardecreationisme">http://nl.wikipedia.org/wiki/Creationist#Oudeaardecreationisme</a>. </span> </li> <li><a name="noot11"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm#noot6">6</a>.</span></li> <li><a name="noot12"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm#noot6">6</a>.</span></li> <li><a name="noot13"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islamic Creationism"</em>- <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Islamic_creationism">http://en.wikipedia.org/wiki/Islamic_creationism</a>.</span></li> <li><a name="noot14"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm#noot2">2</a>.</span></li> <li><a name="noot15"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>Gerçek Din Bu vol. 1.</em>Süleyman Ates, Istanbul: Yeni Ufuklar Nesriyat, 1981, geciteerd in: <em>"Islamic Creationism In Turkey"</em>, Taner Edis, Creation/Evolution 34:1(1994) - <a href="http://www2.truman.edu/%7Eedis/writings/articles/islamic.html">http://www2.truman.edu/~edis/writings/articles/islamic.html</a>.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">geciteerd in: <em>"Scientists face off against creationists"</em>, Nicholas Birch, 24/5/2007, Eurasianet.org - <a href="http://www.eurasianet.org/departments/insight/articles/eav052407.shtml">http://www.eurasianet.org/departments/insight/articles/eav052407.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot17"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Adnan Oktar"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Adnan_Oktar">http://en.wikipedia.org/wiki/Adnan_Oktar</a> </span> </li> <li><a name="noot18"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Collapse of the Theory of Evolution"</em>, een overzicht van artikels door Harun Yahya - <a href="http://www.harunyahya.com/c_refutation_darwinism.php">http://www.harunyahya.com/c_refutation_darwinism.php</a>.</span></li> <li><a name="noot19"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Collapse of Darwinism - Part One: The Fossil Record Refutes Evolution"</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.islamonline.net/English/Science/2002/08/article03.shtml">http://www.islamonline.net/English/Science/2002/08/article03.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot20"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Collapse of Darwinism - Part Two: Imaginary Mechanisms of Evolution"</em>, Harun Yahya, Islam Online - <a href="http://www.islamonline.net/English/Science/2002/09/article02.shtml">http://www.islamonline.net/English/Science/2002/09/article02.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot21"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Darwinism-Watch.com"</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=kategori&amp;kategori_id=42">http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=kategori&amp;kategori_id=42</a>.</span></li> <li><a name="noot22"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Harun_Yahya">http://en.wikipedia.org/wiki/Harun_Yahya</a>.</span></li> <li><a name="noot23"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Atlas of Creation"</em>, Wikipedia - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/The_Atlas_of_Creation">http://nl.wikipedia.org/wiki/The_Atlas_of_Creation</a>.</span></li> <li><a name="noot24"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Intellectual Struggle Against Darwinism"</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.harunyahya.com/books/darwinism/intellectual_struggle/intellectual_struggle_03.php">http://www.harunyahya.com/books/darwinism/intellectual_struggle/intellectual_struggle_03.php</a>.</span></li> <li><a name="noot25"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya preaches Islam, slams Darwin and awaits Jesus"</em>, Tom Heneghan, Reuters Blogs, 19/6/2008 - <a href="http://blogs.reuters.com/faithworld/2008/06/19/harun-yahya-preaches-islam-slams-darwin-and-awaits-jesus/">http://blogs.reuters.com/faithworld/2008/06/19/harun-yahya-preaches-islam-slams-darwin-and-awaits-jesus/</a>.</span></li> <li><a name="noot26"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya, An Invitation to the Truth - About the Author"</em>, p. 3 - <a href="http://www.harunyahya.com/theauthor.php?sayfa_no=3">http://www.harunyahya.com/theauthor.php?sayfa_no=3</a>.</span></li> <li><a name="noot27"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya, An Invitation to the Truth - About the Author"</em>, p. 3 - <a href="http://www.harunyahya.com/theauthor.php?sayfa_no=3">http://www.harunyahya.com/theauthor.php?sayfa_no=3</a>.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">Zie noot 5.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;"> <em>"Harun Yahya and Islamic Crationism"</em>, Taner Edis, 25 April 2003 - <a href="http://www2.truman.edu/%7Eedis/writings/articles/hyahya.html">http://www2.truman.edu/~edis/writings/articles/hyahya.html</a>.</span></li> <li><a name="noot30"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 23.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;"> <em>"Fethullah Gülen and the Concept of Responsibility"</em>, Fethullahgulen.org - <a href="http://www.fethullahgulen.org/conference-papers/gulen-conference-in-washington-dc/3093-fethullah-gelen-and-the-concept-of-responsibility.html">http://www.fethullahgulen.org/conference-papers/gulen-conference-in-washington-dc/3093-fethullah-gelen-and-the-concept-of-responsibility.html</a> </span> </li> <li><a name="noot32"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Fethullah Gülen on ABC Radio National's Encounter"</em>, Fethullahgulen.org - <a href="http://www.fethullahgulen.org/press-room/news/2412-fethullah-gulen-on-abc-radio-nationals-encounter.html">http://www.fethullahgulen.org/press-room/news/2412-fethullah-gulen-on-abc-radio-nationals-encounter.html</a> </span> </li> <li><a name="noot33"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Regard sur la théorie de l'évolution de Darwin'</em>, Raouf Ben Halima - <a href="http://membres.lycos.fr/sddek/evolution.html">http://membres.lycos.fr/sddek/evolution.html</a>.</span></li> <li><a name="noot34"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"La Théorie de Darwin: le hasardi impossible"</em>, Mohammad Kaskas - <a href="http://www.iqrashop.com/product_info.php?products_id=396">http://www.iqrashop.com/product_info.php?products_id=396</a>.</span></li> <li><a name="noot35"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Evolution or Creation"</em>, Sheikh Mohammed Shihabuddin Nadvi - <a href="http://www.witness-pioneer.org/vil/Books/SN_evolution/default.htm">http://www.witness-pioneer.org/vil/Books/SN_evolution/default.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot36"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Muslim Responses to Evolution"</em>, Abdul Majid - <a href="http://www.hssrd.org/journal/summer2002/muslim-response.htm">http://www.hssrd.org/journal/summer2002/muslim-response.htm</a> </span> </li> <li><a name="noot37"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Muslim Response to Evolution"</em>, Abdul Majid, Science-Religion Dialogue, Summer 2002 - <a href="http://www.hssrd.org/journal/summer2002/muslim-response.htm">http://www.hssrd.org/journal/summer2002/muslim-response.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot38"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 6.</span></li> <li><a name="noot39"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Scientists face off against creationists"</em>, Nicholas Birch, 24/5/2007, Eurasianet.org - <a href="http://www.eurasianet.org/departments/insight/articles/eav052407.shtml">http://www.eurasianet.org/departments/insight/articles/eav052407.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot40"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The dangers of creationism in education"</em>, Report of the European Union Committee on Culture, Science and Education, Doc. 11297, 8 June 2007; art. 78 - <a href="http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm">http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot41"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"L’islam n’a pas à avoir peur du darwinisme"</em>, Malek Chebel, Le Monde, 09 Février 2007 - <a href="http://www.islamlaicite.org/article415.html">http://www.islamlaicite.org/article415.html</a>.</span></li> <li><a name="noot42"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Mahdi as Hell: Look out Darwin"</em>, Daniel Martin Varisco, 18 juli 2007, Tabsir.net - <a href="http://www.tabsir.net/?p=148">http://www.tabsir.net/?p=148</a>.</span></li> <li><a name="noot43"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"An invitation to the facts"</em>, Any Primanda - <a href="http://redrival.com/evolusi/">http://redrival.com/evolusi/</a></span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">Zie noot 40.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;"> <em>"Beware of Harun Yahya"</em>, Bilal Philips, Youtube - <a href="http://www.youtube.com/watch?v=ubFyJI1XlAU">http://www.youtube.com/watch?v=ubFyJI1XlAU</a>. </span> </li> <li><a name="noot46"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Refutation of Harun Yahya?"</em>, SalifiTalk.net - <a href="http://www.salafitalk.net/st/viewmessages.cfm?Forum=9&amp;Topic=2710">http://www.salafitalk.net/st/viewmessages.cfm?Forum=9&amp;Topic=2710</a>.</span></li> <li><a name="noot47"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"A Muslim Comment about Harun Yahay,"</em>, Who is Harun Yahya?, weblog - <a href="http://whoisharunyahya.wordpress.com/a-muslim-comment-about-harun-yahya/">http://whoisharunyahya.wordpress.com/a-muslim-comment-about-harun-yahya/</a>.</span></li> <li><a name="noot48"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Secret Beyond Matter is not Wahdatul Wujood"</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.harunyahya.com/articles/50wahdatulwujood.php">http://www.harunyahya.com/articles/50wahdatulwujood.php</a>.</span></li> <li><a name="noot49"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Blavatsky was the first person to use the phrase "Intelligent Design" in a book"</em>, Blavatsky Net - <a href="http://www.blavatsky.net/darwin/first_to_use.htm">http://www.blavatsky.net/darwin/first_to_use.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot50"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Secret Doctrine"</em>, Helena Blavatsky, Vol. 2, Page 86-87, Theosophical University Press Online Edition - <a href="http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd2-1-05.htm">http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd2-1-05.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot51"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Secret Doctrine"</em>, Helena Blavatsky, Vol. 2, Page 170, Theosophical University Press Online Edition - <a href="http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd2-1-08.htm">http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd2-1-08.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot52"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Theosophy: evolution from within"</em>, Evolution and Design, Part 3 of 3, David Pratt, May 2004 - <a href="http://ourworld.compuserve.com/homepages/dp5/evod3.htm#e3">http://ourworld.compuserve.com/homepages/dp5/evod3.htm#e3</a>.</span></li> <li><a name="noot53"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Secret Doctrine"</em>, Helena Blavatsky, Vol. 1, Page 277, Theosophical University Press Online Edition - <a href="http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd1-1-13.htm">http://www.theosociety.org/pasadena/sd/sd1-1-13.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot54"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Religions by Adherents"</em>, Adherents.com - <a href="http://www.adherents.com/Religions_By_Adherents.html">http://www.adherents.com/Religions_By_Adherents.html</a>.</span></li> <li><a name="noot55"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Scientist gives Darwin's theory a nudge"</em>, Pamela R. Winnick, Pittsburgh Post-Gazette, 8/2/2001 - <a href="http://www.arn.org/docs/behe/mb_pittinterview0201.htm">http://www.arn.org/docs/behe/mb_pittinterview0201.htm</a>.</span></li> <li><a name="name56"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Phillip E. Johnson"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Phillip_E._Johnson">http://en.wikipedia.org/wiki/Phillip_E._Johnson</a>. </span> </li> <li><a name="noot57"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Intelligent Design, The New Creationism Threatens All of Science and Society</em>, Marshall Bernman, American Physical Society, oktober 1995 - <a href="http://www.cesame-nm.org/index.php?name=Sections&amp;req=viewarticle&amp;artid=35&amp;page=1">http://www.cesame-nm.org/index.php?name=Sections&amp;req=viewarticle&amp;artid=35&amp;page=1</a>.</span></li> <li><a name="noot58"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Intelligent Design"</em>, Wikipedia - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/Intelligent_Design#Kritiek">http://nl.wikipedia.org/wiki/Intelligent_Design#Kritiek</a>.</span></li> <li><a name="noot59"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Is Intelligent Design Theory Really an Argument for "God"?</em> - <a href="http://www.ideacenter.org/contentmgr/showdetails.php/id/1341">http://www.ideacenter.org/contentmgr/showdetails.php/id/1341</a>.</span></li> <li><a name="noot60"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Science Islam"</em> - <a href="http://scienceislam.com/evolution_creation.php">http://scienceislam.com/evolution_creation.php</a>.</span></li> <li><a name="noot61"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>Mustafa Akyol</em> - <a href="http://visualwikipedia.com/en/Mustafa_Akyol">http://visualwikipedia.com/en/Mustafa_Akyol</a> </span> </li> <li><a name="noot62"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Under God or Under Darwin?</em>, Mustafa Akyol, National Review Online, 02/12/2005 - <a href="http://www.nationalreview.com/comment/akyol200512020813.asp">http://www.nationalreview.com/comment/akyol200512020813.asp</a> </span> </li> <li><a name="noot63"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Why Muslims Should Support Intelligent Design"</em>, Mustafa Akyol, IslamOnline - <a href="http://www.islamonline.net/english/Contemporary/2004/09/article02.shtml">http://www.islamonline.net/english/Contemporary/2004/09/article02.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot64"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>Intelligent Design and Islam</em>, Mind, Body, Soul, a traditional Muslim's website - <a href="http://www.yursil.com/blog/2005/09/intelligent-design-and-islam/">http://www.yursil.com/blog/2005/09/intelligent-design-and-islam/</a>.</span></li> <li><a name="noot65"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The non-science of Intelligent Design"</em>, Ahmed K. Sultan Salem - <a href="http://www.islamonline.net/english/Science/2005/07/article05.shtml">http://www.islamonline.net/english/Science/2005/07/article05.shtml</a>.</span></li> <li><a name="noot66"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The 'Intelligent Design' Distraction</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.harunyahya.com/new_releases/news/intelligent_design.php">http://www.harunyahya.com/new_releases/news/intelligent_design.php</a>.</span></li> <li><a name="noot67"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Intelligent Design"</em>, transcript van een interview met o.a. Gary Dargan door Margaret Coffey, Encounter, ABC - <a href="http://www.abc.net.au/rn/encounter/stories/2006/1656361.htm">http://www.abc.net.au/rn/encounter/stories/2006/1656361.htm</a> </span> </li> <li><a name="noot68"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Darwin and Qur'an"</em>, Farzana Hassan Shahid, Mississauga, Family of the Heart Seminar, 13/2/2005 - <a href="http://familyofheart.com/05/Feb132005/Farzana_Hassan.htm">http://familyofheart.com/05/Feb132005/Farzana_Hassan.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot69"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam and Evolution, a letter to Suleman Ali"</em>, Nuh Ha Mim Keller 1996 - <a href="http://www.masud.co.uk/ISLAM/nuh/evolve.htm">http://www.masud.co.uk/ISLAM/nuh/evolve.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot70"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Biological Evolution – An Islamic Perspective"</em>, Prepared by the Research Committee of IslamToday.net under the supervision of Sheikh `Abd al-Wahhâb al-Turayrî - <a href="http://www.islamtoday.com/showme2.cfm?cat_id=29&amp;sub_cat_id=792"> http://www.islamtoday.com/showme2.cfm?cat_id=29&amp;sub_cat_id=792</a> .</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">Zie noot 70. </span> </li> <li><a name="noot72"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 6.</span></li> <li><a name="noot73"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 6.</span></li> <li><a name="noot74"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"List of common misconceptions"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/List_of_common_misconceptions#Evolution">http://en.wikipedia.org/wiki/List_of_common_misconceptions#Evolution</a> </span> </li> <li><a name="noot75"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Devolution (biological fallacy)"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Biological_devolution">http://en.wikipedia.org/wiki/Biological_devolution</a> </span> </li> <li><a name="noot76"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm#noot6">6</a>.</span></li> <li><a name="noot77"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Muslim responses to evolution"</em>, Andul Wajid - <a href="http://www.irfi.org/articles/articles_151_200/muslim_responses_to_evolution.htm">http://www.irfi.org/articles/articles_151_200/muslim_responses_to_evolution.htm</a> </span> </li> <li><a name="noot78"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie Koran Notitie <em>"Dierenrechten in de Islam"</em> - op <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert1.htm">deze website</a> </span> </li> <li><a name="noot79"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Evolutionary Ethics"</em>, Professor Doris Schroeder, Lecturer in Philosophy, Lancaster University, The Internet Encyclopedia of Philosophy - <a href="http://www.iep.utm.edu/" title="http://www.iep.utm.edu/">http://www.iep.utm.edu/</a>. </span> </li> <li><a name="noot80"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>Primates and Philosophers: How Morality Evolved (The University Center for Human Values Series)</em>, Frans De Waal (auteur), Stephen Macedo (editor), Josiah Ober (editor), Princeton UP (Sept. 5,2006), ISBN-10: 0691124477 ISBN-13: 978-0691124476 , <a href="http://www.amazon.com/Primates-Philosophers-Morality-Evolved-University/dp/0691124477/sr=1-4/qid=1157032192/ref=sr_1_4/002-8044467-6910427?ie=UTF8&amp;s=books">http://www.amazon.com/Primates-Philosophers-Morality-E...</a> </span> </li> <li><a name="noot81"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie Koran Notitie <em>"Koranische Pyschologie, een reis naar het inwendige paradijs"</em> - op <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert11.htm">deze website</a>.</span></li> <li><a name="noot82"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie Koran Notitie <em>"Godsdienstvrijheid in de islam"</em> - op <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert2.htm">deze website</a>. </span> </li> <li><a name="noot83"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Recht op godsdienstvrijheid</em>, in Koran Notitie <em>"De Koran over mensenrechten: hefboom of hindernis voor integratie?"</em> - op <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert13#1.11">deze website</a>.</span></li> <li><a name="noot84"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"De cruciale rol van godsdienstvrijheid"</em>, in Koran Notitie <em>"Koranische Pyschologie, een reis naar het inwendige paradijs"</em> - op <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert11.htm#godsdienstvrijheid">deze website</a>.</span></li> <li><a name="noot85"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Introduction to evolution"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Introduction_to_evolution#Modern_synthesis">http://en.wikipedia.org/wiki/Introduction_to_evolution#Modern_synthesis</a>.</span></li> <li><a name="noot86"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Modern Evolutionary Synthesis"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Modern_evolutionary_synthesis">http://en.wikipedia.org/wiki/Modern_evolutionary_synthesis</a>. </span> </li> <li><a name="noot87"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Herbert Spencer"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Herbert_Spencer">http://en.wikipedia.org/wiki/Herbert_Spencer</a> </span> </li> <li><a name="noot88"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Sociaal-darwinisme"</em>, Wikipedia - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/Sociaal_Darwinisme">http://nl.wikipedia.org/wiki/Sociaal_Darwinisme</a>. </span> </li> <li><a name="noot89"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Social Darwinism"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Social_Darwinism">http://en.wikipedia.org/wiki/Social_Darwinism</a>. </span> </li> <li><a name="noot90"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Misverstanden rond de evolutietheorie"</em>, Interview van SKEPP met Professor Johan Braeckman, P-magazine, Wonder en is geen wonder, nr.4, jaargang 2, 2002 - <a href="http://www.skepp.be/artikels/creationisme/misverstanden-rond-de-evolutietheorie">http://www.skepp.be/artikels/creationisme/misverstanden-rond-de-evolutietheorie</a> </span> </li> <li><a name="noot91"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Survival of the fittest"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Surival_of_the_fittest">http://en.wikipedia.org/wiki/Surival_of_the_fittest</a>. </span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">Zie noot 74</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;">Zie noot 75 </span> </li> <li><a name="noot94"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 79. </span> </li> <li><a name="noot95"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Vooruitgangsgeloof"</em> - <a href="http://nl.wikipedia.org/wiki/Vooruitgangsgeloof">http://nl.wikipedia.org/wiki/Vooruitgangsgeloof</a>. </span> </li> <li><a name="noot96"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Altenberg 16, Will the Real Theory of Evolution Please Stand Up?, An exposé of the evolution industry"</em>, Suza Mazuz, E-book in 8 delen, Scoop - <a href="http://www.scoop.co.nz/stories/HL0807/S00053.htm">http://www.scoop.co.nz/stories/HL0807/S00053.htm</a>. </span> </li> <li><a name="noot97"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot <a name="noot90">90</a>. </span> </li> <li><a name="noot98"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Evolutionism"</em>, Answers.com - <a href="http://www.answers.com/topic/evolutionism">http://www.answers.com/topic/evolutionism</a>.</span></li> <li><a name="noot99"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam and Evolution"</em>, Richard Peacock - <a href="http://www.skepticaldigest.com/view.php?i=89">http://www.skepticaldigest.com/view.php?i=89 </a>.</span></li> <li><a name="noot100"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Jahiz"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Jahiz">http://en.wikipedia.org/wiki/Jahiz</a>.</span></li> <li><a name="noot101"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 100.</span></li> <li><a name="noot102"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Al Jahiz and the rise of biological evolutionism"</em>, Mehmet Bayrakdar, The Islamic Quarterly, London Third Quarter 1983 - <a href="http://www.salaam.co.uk/knowledge/al-jahiz.php">http://www.salaam.co.uk/knowledge/al-jahiz.php</a>.</span></li> <li><a name="noot103"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam's forgotten geniuses"</em>, The Telegraph online, 29/01/2008 - <a href="http://www.telegraph.co.uk/earth/main.jhtml?xml=/earth/2008/01/29/scimuslim129.xml">http://www.telegraph.co.uk/earth/main.jhtml?xml=/earth/2008/01/29/scimuslim129.xml</a>.</span></li> <li><a name="noot104"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 100.</span></li> <li><a name="noot105"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 103.</span></li> <li><a name="noot106"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 102.</span></li> <li><a name="noot107"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 98.</span></li> <li><a name="noot108"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Ibn Miskawayh"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Ibn_Miskawayh">http://en.wikipedia.org/wiki/Ibn_Miskawayh</a>.</span></li> <li><a name="noot109"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Ibn Arabi"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Ibn_Arabi">http://en.wikipedia.org/wiki/Ibn_Arabi</a>.</span></li> <li><a name="noot110"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Encyclopedia of the Brethern of Purity</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Encyclopedia_of_the_Brethren_of_Purity">http://en.wikipedia.org/wiki/Encyclopedia_of_the_Brethren_of_Purity</a>.</span></li> <li><a name="noot111"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 108.</span></li> <li><a name="noot112"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 110.</span></li> <li><a name="noot113"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Muqaddimah"</em>, Abd Ar Rahman bin Muhammed ibn Khaldun, Translated by, Franz Rosenthal - hoofdstuk 5 (The sciences (knowledge) of the prophets) - <a href="http://www.muslimphilosophy.com/ik/Muqaddimah/Chapter6/Ch_6_05">http://www.muslimphilosophy.com/ik/Muqaddimah/Chapter6/Ch_6_05</a> </span> </li> <li><a name="noot114"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam and Evolution"</em>, Richard Peacock, Skeptical digest - <a href="http://www.skepticaldigest.com/view.php?i=89">http://www.skepticaldigest.com/view.php?i=89</a>.</span></li> <li><a name="noot115"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 98.</span></li> <li><a name="noot116"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 102.</span></li> <li><a name="noot117"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Emergence of Islam: Lectures on the Development of Islamic World-view"</em>, Muhammad Hamidullah and Afzal Iqbal, Intellectual Tradition and Polity, p. 143-144. Islamic Research Institute, Islamabad, 1993 - geciteerd in: <em>"Encyclopedia of the Brethern of Purity</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Encyclopedia_of_the_Brethren_of_Purity#Evolution">http://en.wikipedia.org/wiki/Encyclopedia_of_the_Brethren_of_Purity#Evolution</a>. </span> </li> <li><a name="noot118"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 98.</span></li> <li><a name="noot119"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 102.</span></li> <li><a name="noot120"></a> <span style="font-size: 9pt;">Voetnoot van vertaler bij Hoofdstuk 6 van <em>"The Muqaddimah"</em>, Abd Ar Rahman bin Muhammed ibn Khaldun, Translated by, Franz Rosenthal - hoofdstuk 5 (The sciences (knowledge) of the prophets) - <a href="http://www.muslimphilosophy.com/ik/Muqaddimah/Chapter6/Ch_6_05Footnote.htm">http://www.muslimphilosophy.com/ik/Muqaddimah/Chapter6/Ch_6_05Footnote.htm</a> </span> </li> <li><a name="noot121"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 2.</span></li> <li><span style="font-size: 9pt;"> <em>"The dangers of creationism in education"</em>, Report of the European Union Committee on Culture, Science and Education, Doc. 11297, 8 June 2007; art. 17, 18.4 en 99 - <a href="http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm">http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot123"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Koran (Qur'an) vs Genesis"</em>, David Catchpoole, zie punt "2. The Islamic evolutionists" - <a href="http://creationontheweb.com/content/view/460/#t1r1">http://creationontheweb.com/content/view/460/#t1r1</a> </span> </li> <li><a name="noot124"></a> <span style="font-size: 9pt;">Video van lezing door macrobioloog Sheikh Hassanain Rajabali over evolutie - <a href="http://video.google.com/videoplay?docid=-6778429243869773680">http://video.google.com/videoplay?docid=-6778429243869773680</a>. </span> </li> <li><a name="noot125"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam: beliefs about creation and evolution"</em>, BBC CGSE Bitesize - <a href="http://www.bbc.co.uk/schools/gcsebitesize/rs/environment/isbeliefsrev2.shtml">http://www.bbc.co.uk/schools/gcsebitesize/rs/environment/isbeliefsrev2.shtml</a> </span> </li> <li><a name="noot126"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 36. </span> </li> <li><a name="noot127"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Error of Islamic Evolutionism"</em>, Darwinism-Watch.com - Tempo, Sabah Daily Newspaper, Hürriyet Daily Newspaper / 2004-10-02 <a href="http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=makale&amp;makale_id=1138">http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=makale&amp;makale_id=1138</a> </span> </li> <li><a name="noot128"></a> <span style="font-size: 9pt;">Geciteerd in noot 2.</span></li> <li><a name="noot129"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 124. </span> </li> <li><a name="noot130"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"On the question of biological origins"</em>, Seyyed Hossein Nasr, Islam &amp; Science, Winter, 2006 - <a href="http://findarticles.com/p/articles/mi_m0QYQ/is_2_4/ai_n17134224/pg_6">http://findarticles.com/p/articles/mi_m0QYQ/is_2_4/ai_n17134224/pg_6</a> </span> </li> <li><a name="noot131"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Statement on the Teaching of Evolution"</em>, Interacademy Panel - <a href="http://www.interacademies.net/Object.File/Master/6/150/Evolution%20statement.pdf">http://www.interacademies.net/Object.File/Master/6/150/Evolution%20statement.pdf</a> </span> </li> <li><a name="noot132"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Albania"</em>, CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/al.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/al.html</a> </span> </li> <li><a name="noot133"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Egypt"</em>, CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/eg.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/eg.html</a> </span> </li> <li><a name="noot134"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Indonesia"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/id.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/id.html</a> </span> </li> <li><a name="noot135"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Iran"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ir.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ir.html</a> </span> </li> <li><a name="noot136"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Morocco"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/mo.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/mo.html</a> </span> </li> <li><a name="noot137"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Nigeria"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ni.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ni.html</a> </span> </li> <li><a name="noot138"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Tajikistan"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ti.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/ti.html</a> </span> </li> <li><a name="noot139"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Turkey"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/tu.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/tu.html</a> </span> </li> <li><a name="noot140"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Uzbekistan"</em>,CIA World Factbook - <a href="https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/uz.html">https://www.cia.gov/library/publications/the-world-factbook/geos/uz.html</a> </span> </li> <li><a name="noot141"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Creation-evolution controversy"</em>, Wikipedia - <a href="http://en.wikipedia.org/wiki/Creation-evolution_controversy#Islamic_countries">http://en.wikipedia.org/wiki/Creation-evolution_controversy#Islamic_countries</a>. </span> </li> <li><a name="noot142"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Professor Seyyid Hossein Nasr on Evolution and Design"</em>, Interview met professor Nasr, Green Sufi - <a href="http://cyclewalabanda.blogspot.com/2007/08/professor-seyyid-hossein-nasr-on.html">http://cyclewalabanda.blogspot.com/2007/08/professor-seyyid-hossein-nasr-on.html</a> </span> </li> <li><a name="noot143"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islamic Thought and Life"</em>, Seyyed Hossein Nasr,London: Allen &amp; Unwin, 1981, p. 34, geciteerd in: <em>"Biological Origins: A Metaphysical Reconstruction"</em>, Islam Herald - <a href="http://www.islamherald.com/asp/curious/evolution/muz/muz-part4.asp">http://www.islamherald.com/asp/curious/evolution/muz/muz-part4.asp</a> </span> </li> <li><a name="noot144"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Why Darwinism is Incompatible With the Qur'an"</em>, Harun Yahya - <a href="http://harunyahya.com/incompatible03.php">http://harunyahya.com/incompatible03.php</a> </span> </li> <li><a name="noot145"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Error of Islamic Evolutionism"</em>, Tempo, Sabah Daily Newspaper, Hürriyet Daily Newspaper / 2004-10-02 <a href="http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=makale&amp;makale_id=1138">http://www.darwinism-watch.com/index.php?git=makale&amp;makale_id=1138</a> </span> </li> <li><a name="noot146"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"A Statement to Darwinists"</em> - <a href="http://us2.fmanager.net/api_v1/productDetail.php?dev-t=7EZU2FZ0164&amp;objectId=9653">http://us2.fmanager.net/api_v1/productDetail.php?dev-t=7EZU2FZ0164&amp;objectId=9653</a> </span> </li> <li><a name="noot147"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The Case Against 'Islamic Evolutionism"</em>, Harun Yahya - <a href="http://www.harunyahya.com/mediawatch_tempo_islam_evolution.php">http://www.harunyahya.com/mediawatch_tempo_islam_evolution.php</a> </span> </li> <li><a name="noot148"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot </span> <a href="http://www.flwi.ugent.be/cie/bogaert/bogaert40.htm#noot40"> </a> </li> <li><a name="noot149"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Intelligent Design: 'Toon me de wetenschap'"</em>, Daniel C. Dennett, Wonder en is geen Wonder, nr.1-2007, Skepp - <a href="http://www.skepp.be/artikels/creationisme/intelligent-design-toon-me-de-wetenschap/">http://www.skepp.be/artikels/creationisme/intelligent-design-toon-me-de-wetenschap/</a>.</span></li> <li><a name="noot150"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"The dangers of creationism in education"</em>, Report of the European Union Committee on Culture, Science and Education, Doc. 11297, 8 June 2007; art. 37 en 40 - <a href="http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm">http://assembly.coe.int/Main.asp?link=/Documents/WorkingDocs/Doc07/EDOC11297.htm</a>.</span></li> <li><a name="noot151"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 150.</span></li> <li><a name="noot152"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 2.</span></li> <li><a name="noot153"></a> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 150,&nbsp; art. 17, 18.4 en 99.</span></li> <li><a name="noot154"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Remarkable exchange between Michael Ruse and Daniel Dennett"</em>, William Dembski, Uncommon Descent, 21/2/2006 - <a href="http://www.uncommondescent.com/intelligent-design/the-ruse-dennett-briefwechsel-the-clash-between-evolution-and-evolutionism/">http://www.uncommondescent.com/intelligent-design/the-ruse-dennett-briefwechsel-the-clash-between-evolution-and-evolutionism/</a>.</span></li> <li><a name="noot155"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Is Darwinism Opposed to Religion?"</em>, Abdul Majid - <a href="http://www.science-islam.net/print_article.php3?id_article=741&amp;lang=en">http://www.science-islam.net/print_article.php3?id_article=741&amp;lang=en</a>.</span></li> <li><a name="noot156"></a> <span style="font-size: 9pt;">Geciteerd in: <em>"An Atheist Fairy Tale"</em> - <a href="http://bevets.com/evolution.htm#atheism">http://bevets.com/evolution.htm#atheism</a>, <em>"Of Gods and Gaps: Intelligent Design and the Darwinian Evolution</em> - <a href="http://home.messiah.edu/%7Etdavis/gaps.htm">http://home.messiah.edu/~tdavis/gaps.htm</a> en op tal van andere webpagina's. </span> </li> <li><a name="noot157"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"In Context: Editor’s comment November 17, 2008"</em>, Ruth S Robinson, The Ambassador's Briefing - <a href="http://ambrief.wordpress.com/2008/11/17/in-context-editors-comment-4/">http://ambrief.wordpress.com/2008/11/17/in-context-editors-comment-4/</a> </span> </li> <li><a name="noot158"></a> <span style="font-size: 9pt;"><em>"Ibn al Haytham, The First Scientist"</em> - <a href="http://www.ibnalhaytham.net/">http://www.ibnalhaytham.net/</a> .</span></li> <li><a name="noot159"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Islam's forgotten geniuses"</em>, The Telegraph online, 29/01/2008 - <a href="http://www.telegraph.co.uk/earth/main.jhtml?xml=/earth/2008/01/29/scimuslim129.xml">http://www.telegraph.co.uk/earth/main.jhtml?xml=/earth/2008/01/29/scimuslim129.xml</a>.</span></li> <li><a name="noot160"></a> <span style="font-size: 9pt;"> <em>"Kunnen moslims denken?"</em>, de teloorgang van de Arabische traditie, Fouad Laroui, VN, 16 april 2005 - <a href="http://www.humanbeing.demon.nl/humanbeingsweb/Bibliotheek/laroui.htm">http://www.humanbeing.demon.nl/humanbeingsweb/Bibliotheek/laroui.htm</a>.</span></li> <li> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 158.</span></li> <li> <span style="font-size: 9pt;">Zie noot 99.<br></span></li> </ol> <p>&nbsp;</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Sun, 08 Feb 2009 15:19:18 +0000 webmaster.flw 1040 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat hebben creationisten te zeggen over austropithecinen? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-hebben-creationisten-te-zeggen-over-austropithecinen <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1039.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1039" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Jim Foley </div> <div class="affiliatie"></div> <div class="vertaler"> Jan Decock </div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p>In 1950 publiceerde Wilfred Le Gros Clark een paper die de vraag of australopithecinae apen zijn of niet definitief uitklaarde. Hij verrichte een morfologische studie (gebaseerd op de vorm en de functie) van tanden en kaken omdat deze het grootste deel van het fossiele bewijs uitmaken. Door de studie van fossielen van mensen en moderne apen, kwam Le Gros Clark naar voor met een lijst met elf consequente verschillen tussen mensen en apen. Kijkend naar <em>A. africanus</em> en <em>robustus</em> (de enige australopithecinae tot dan toe gekend), vond hij dat zij meer mensachtig dan aapachtig waren in elk kenmerk. Beoordeeld volgens dezelfde criteria, viel <em>A. afarensis</em> ergens tussen mensen en apen, en mogelijk dichter bij de apen (Johanson en Edey 1981). White e.a. (1994) beoordeelden <em>A. ramidus</em> niet volgens deze criteria, maar het is duidelijk dat <em>ramidus</em> meer chimpansee-achtig is dan <em>afarensis</em>. De <em>ramidus</em> arm beenderen vertonen een mengeling van mens- en aapachtige kenmerken.<br> <br> Solly Zuckerman poogde te bewijzen met biometrische studies (gebaseerd op metingen) dat australopithecinae apen waren. Zuckerman verloor dit debat in de jaren '50 en zijn mening werd door iedereen verlaten (Johanson en Edey 1981). Creationisten refereren graag naar zijn mening alsof het nog steeds een aanvaard wetenschappelijk standpunt is.</p> <p>Charles Oxnard (1975) beweerde, in een paper die veelvuldig wordt geciteerd door creationisten, op basis van zijn multivariate analyses, dat australopithecinae niet langer dicht verwant, of meer gelijkvormig, zijn aan mensen dan moderne apen dit zijn. Howell e.a. (1978) bekritiseerden deze conclusie op grond van enkele argumenten. Oxnards resultaten waren gebaseerd op metingen van een weinig aantal beenderen die meestal gefragmenteerd of slecht bewaard bleven. De metingen beschreven niet de complexe vorm van bepaalde beenderen, en maakten geen onderscheid tussen aspecten die belangrijk zijn om de voortbeweging te begrijpen en aspecten die dit niet zijn. Uiteindelijk is er "een overweldigende verzameling bewijzen", gebaseerd op het werk van bijna 30 wetenschappers, die het werk van Oxnard tegenspreken. Deze studies gebruikten een variatie aan technieken, inclusief deze gebruikt door Oxnard, en waren gebaseerd op vele verschillende lichaamsdelen en samengestelde complexen. Op overweldigende manier wijzen zij erop dat australopithecinae meer gelijken op mensen dan moderne apen dit doen.</p> <p>Creationisten citeren vaak Oxnards kwalificaties, en het gebruik van computers om zijn berekeningen uit te voeren, met goedkeuring. Dit is een eenzijdige voorstelling van de zaak; veel andere wetenschappers zijn even gekwalificeerd, en gebruiken ook computers. Gish (1993) stelt "[een] computer liegt niet, [een] computer heeft geen vooroordelen". Volkomen waar, maar de resultaten die uit de computer komen zijn slechts zo goed als de gegevens en veronderstellingen die erin gaan. In dit geval, lijkt de primaire veronderstelling te zijn dat Oxnard's methodes de beste methodes zijn om relaties te determineren. Dit lijkt twijfelachtig, rekening houdend met sommige andere ongewone resultaten van Oxnard's studie (1987). Hij plaatst bijvoorbeeld Ramapithecus als de aap het dichtst bij de mens, en <em>Sivapithecus</em> als het dichtste verwant aan Orang-oetans, zelfs al zijn beide zo gelijkend dat ze nu worden beschouwd als dezelfde soort <em>Sivapithecus</em>.</p> <p>Minder controversieel, beweert Oxnard ook dat australopithecinae, waarschijnlijk tweevoetig, niet op dezelfde manier liepen als moderne mensen. Creationisten verwijzen soms naar deze conclusie op een in hoge mate misleidende wijze, zeggend dat Oxnard bewezen heeft dat australopithecinae niet rechtop liepen, eraan toevoegend, als een nagedachte (of in Willis' (1987) geval, in het geheel niet) "tenminste niet op menselijke wijze".</p> <p>Creationisten zijn gewoonlijk afkerig tegenover het aanvaarden dat australopithecinae, inclusief Lucy, tweevoetig waren. Een bewering van Weaver (1985) dat " <em>Australopithecus afarensis </em>... een vrijwel complete aanpassing aan rechtop lopen vertoond" is door Willis (1987) afgedaan als "een belachelijke bewering". Willis voegt eraan toe: "Vele competente antropologen hebben deze en ander "Australopithecinae" [sic] resten zorgvuldig onderzocht en besloten dat Lucy niet rechtop kon lopen."</p> <p>Willis' bewijs hiervoor, bestaat uit een bewering van Solly Zuckerman uit 1970; een bewering uit 1971 van Richard Leakey dat australopithecinae "mogelijks knokkel-lopers waren", en een citaat van Charles Oxnard over de relatie tussen mensen, australopithecinae en de apen. In feite refereert geen enkele aanhaling naar Lucy. Twee ervan werden gedaan zelfs vóór Lucy en A. afarensis ontdekt waren (en de derde werd gedaan kort erna, vóór Lucy was bestudeerd).</p> <p>Zelfs in 1970 waren Zuckermans visies reeds lang en algemeen verlaten. In wat duidelijk een verzinsel is, zegt Willis dat Leakey "refereerde naar Lucy als een aap die niet rechtop liep", drie jaar voor Lucy ontdekt werd. Leakey deed enkel een suggestie (over robuste australopithecinae), die hij vlug daarop introk, het was geen verklaring van een vaste mening, en beweerde vanaf dan (1994) dat Lucy "onbetwijfelbaar tweevoetig was". Oxnard (1975; 1987) heeft enkele onorthodoxe meningen over de australopithecinae, maar het Oxnard citaat, waar Willis naar refereert, bespreekt noch tweevoetigheid noch A. afarensis. Ergens anders in dezelfde paper waar Willis naar refereert, vermeldt Oxnard (1975) herhaaldelijk dat australopithecinae tweevoetig konden geweest zijn, en vanaf dan heeft hij beweert (1987) dat australopithecinae, inclusief Lucy, tweevoetig waren.</p> <p>Gish (1985) heeft een lange discussie over het debat omtrent Lucy's voortbeweging. Hij citeert veelvuldig uit Stern en Susman (1983), die vele aapachtige kenmerken van <em>A. afarensis</em> vermelden en argumenteren dat zij aanzienlijke tijd in bomen doorbrachten. Zoals Gish toegeeft, ontkent geen enkele van de door hem vermelde wetenschappers dat Lucy tweevoetig was, maar hij gaat verder door te suggereren, zonder bewijs noch steun, dat A. afarensis mogelijks niet meer tweevoetig was dan levende apen, die goed aangepast zijn aan viervoetigheid en enkel kleine afstanden afleggen op twee benen. In tegenstelling hiermee zijn de voeten, knieën, benen en bekkens van australopithecinae sterk aangepast aan tweevoetigheid. Gish's conclusie wordt hevig verworpen door Stern en Susman, en, blijkbaar, door iedereen:</p> <p><cite>" Dat tweevoetigheid een fundamentelere rol speelde in het gedrag van australopithecinae, dan in dat van om het even welke andere levende of uitgestorvene niet menselijke primaat, wordt niet echt betwist."</cite></p> <p><cite>" ... we moeten benadrukken dat we op geen enkele manier de bewering betwisten dat tweevoetigheid een veel kenmerkender deel van het gedrag van A. afarensis uitmaakte dan van dit van om het even welke levende niet menselijke primaat." (Stern, Jr. en Susman 1983)</cite></p> <p><cite>"De meest kenmerkende eigenschappen voor tweevoetigheid omvatten verkorte kronkeldarmbladen/, lendenboog, middellijn naderende knieën, distaal gewrichtsoppervlak van het scheenbeen bijna loodrecht op de schacht, convergente grote teen, en proximale voetkootjes met dorsaal georiënteerde proximale gewrichtsoppervlakten. (McHenry 1994)</cite></p> <p>Gish schrijft alsof het aantonen van het niet "rechtop lopen op de menselijke manier" van A. afarensis het enige is wat nodig is om deze te diskwalificeren als menselijke voorouder. Maar er is geen reden om aan te nemen dat tweevoetigheid, wanneer het voor het eerst verscheen, identiek moet geweest zijn aan menselijke tweevoetigheid; deze finale stap kan later gebeurd zijn. Zoals Stern en Susman (1983) aangeven:</p> <p><cite>"Volgens onze mening benadert A. afarensis erg wat een "ontbrekende schakel" kan genoemd worden. Deze bezit een combinatie van kenmerken volledig eigen aan een dier dat de volledige weg heeft afgewandeld richting voltijdse tweevoetigheid ..."</cite></p> <p>Creationist John Morris schrijft:</p> <p><cite>" Vanaf de nek naar beneden, suggereerden zekere aanwijzingen voor Johanson dat Lucy een beetje meer rechtop liep dan hedendaagse chimpansees. Deze conclusie, gebaseerd op zijn interpretatie van het gedeeltelijk heupbeen en een kniebeen, is hevig gecontesteerd geworden door vele paleoantropologen." (Morris 1994)</cite></p> <p>Bijna alles in dit citaat is een verdraaiing (Johansons en Lucy's namen zijn zowat de enige uitzonderingen). "suggereerden zekere aanwijzingen" maakt er geen gewag van dat de hele vondst "tweevoetigheid" uitschreeuwt voor elke gekwalificeerde wetenschapper die er naar keek. "een beetje meer rechtop", als iedereen geloofd dat Lucy volledig rechtop liep. "het gedeeltelijk heupbeen en een kniebeen", als Lucy bijna een compleet bekken en been (rekening houdend met spiegelbeelden, en de voet uitgezonderd) bevatte. "is hevig gecontesteerd", wanneer geen enkele eervolle paleoantropoloog ontkent dat Lucy tweevoetig was. De debatten gaan erover of zij ook in bomen leefde, en over hoe gelijkend de biomechanica van haar voortbeweging op deze van de mens was. Gegeven dat we het meeste van Lucy's been en bekken hebben, kan iemand zich afvragen wat voor soort fossiel bewijs nodig zou zijn om creationisten te overtuigen van de tweevoetigheid van australopithecinae.</p> <p>Om het idee dat australopithecinae enkel apen zijn te steunen, zegt Parker:</p> <p><cite>"In hun kritiek op de Leakeys, merkten Johanson en White (1980) op: 'Moderne chimpansees, door deze definitie [Richard Leakey's] zouden geclassificeerd worden als A. africanus.' Apen, alles wel beschouwd?" (Morris en Parker 1982)</cite></p> <p>Na onderzoek van de paper van Johanson en White, is het duidelijk dat Parker hun citaten uit de context heeft gehaald op een manier waarop de betekenis bijna wordt omgekeerd. Leakey noemde <em>A. africanus</em> geen chimpansee, noch beschuldigden Johanson en White hem ervan dit te doen. Zij bekritiseerden Leakey's definitie omdat deze onnauwkeurig genoeg was om ook chimpansees te omvatten. Natuurlijk heeft een dergelijke kritiek slechts zin als <em>A. africanus</em> geen chimpansee is.</p> <p>In 1987 beschuldigde creationist Tom Willis Donald Johanson van fraude, bewerend dat het skelet gekend als "lucy" uit beenderen bestond die gevonden waren in twee sites op ongeveer 2,5 km (1,5 mijl) van elkaar. In feite had Willis twee afzonderlijke vondsten verward die tot dezelfde soort behoren. (Dit ondanks het feit dat een bestseller (Johanson en Edey 1981) foto's van beide fossielen bevat: AL 129-1 is een rechter knie, terwijl Lucy een rechter dijbeen en een linker scheenbeen heeft.) Dit was een spectaculaire fout die moeilijk kon gemaakt worden door iemand die het meest elementaire onderzoek had gedaan, maar dit weerhield vele andere creationisten er niet van deze bewering over te nemen en te herhalen (Lippard 1997)</p> <p>Creationisten richten zich zelden op de kwestie waarom australopithecinae een foramen magnum hebben aan de schedelbasis. Gish (1985) bekritiseert Darts redenering dat het Taung kind rechtop liep, op basis van de positie van zijn foramen magnum. Gish geeft terecht aan dat de positie van de foramen magnum meer gesloten is bij jonge apen en mensen dan bij volwassenen (bij apen verhuist het naar achter tijdens de groei), en concludeert dat Dart ongerechtvaardigd was in de analyse van dit kenmerk van een jeugdige schedel. Dit is dezelfde kritiek die Dart oorspronkelijk kreeg van wetenschappers, maar Gish vergeet te vermelden dat latere bewijsstukken aantonen dat Dart's analyse correct was en kritiek het zwijgen hebben opgelegd.</p> <p>Creationisten vermelden ook zelden de tanden van australopithecinae. Gish zegt dat "[Dart] heeft gewezen op de vele aapachtige kenmerken van de schedel, maar geloofde dat sommige kenmerken van de schedel, en in het bijzonder van de tanden, mensachtig waren". (Merk de misleidende gevolgtrekking op dat de aapachtige kenmerken echt bestaan, terwijl de mensachtige ontsproten zijn aan Dart's verbeelding.) Gish betwist dit, erop wijzend dat de maaltanden van africanus extreem groot zijn. Wanneer de tanden van het Taung kind behoorlijk onderzocht konden worden, werd Dart's bewering krachtig bevestigd, en is nu algemeen aanvaard:</p> <p><cite>"In feite, ondanks dat de maaltanden groter waren dan wat normaal is vandaag, konden de meeste tanden [van het Taung kind] hebben toebehoort aan een hedendaags kind." (Campbell 1988)</cite></p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-hebben-creationisten-te-zeggen-over-lucy-s-kniegewricht" hreflang="en">Wat hebben creationisten te zeggen over Lucy s kniegewricht?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-zijn-de-belangrijkste-menselijke-fossielen" hreflang="en">Wat zijn de belangrijkste menselijke fossielen?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Sat, 07 Feb 2009 11:27:05 +0000 webmaster.flw 1039 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat is intelligent ontwerp (kort antwoord)? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-intelligent-ontwerp-kort-antwoord <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1010.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1010" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Johan Braeckman </div> <div class="affiliatie">Vakgroep wijsbegeerte en moraalwetenschap, Universiteit Gent</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p>Deze tekst werd geschreven op vraag van het Masereelfonds.</p> <p>Het creationisme is nog steeds in opmars. Honderdvijftig jaar geleden zette Charles Darwin de kern van zijn evolutietheorie uiteen in zijn boek Over de Oorsprong van Soorten. Vandaag willen miljoenen mensen, zowel in de christelijke als de islamitische wereld, de evolutietheorie naar het rijk der fabelen verwijzen. Nochtans is er geen enkele goede reden om te twijfelen aan de basisaspecten van de theorie. Het creationisme evolueerde de voorbije decennia, om te ontsnappen aan de kritiek dat het niet wetenschappelijk maar religieus is. Creationisten introduceerden steeds andere labels, zoals “scientific creationism” en, meer recent, “intelligent design”. Het mocht evenwel niet baten: in meerdere processen oordeelde de rechter dat creationistische opvattingen niks met wetenschap te maken hebben. Daar was eigenlijk geen rechterlijke uitspraak voor nodig. Wetenschap heeft zelf interne criteria om betrouwbare van onbetrouwbare kennis te onderscheiden.<br> De belangrijkste woordvoerders van het Amerikaanse creationisme geven intern ook toe dat ze wetenschappelijk nog geen potten hebben gebroken. Daar is het creationisten ook niet om te doen. Hun agenda wordt bepaald door religie, zingeving, moraal en politiek. Voorlopig ontbreken diepgaande studies, maar het lijkt er sterk op dat ook in Europa, inclusief Vlaanderen, het creationistisch gedachtegoed de laatste jaren sterker op de voorgrond treedt. In een studie, gepubliceerd in 2005 in Science, legde Jon Miller aan proefpersonen uit diverse landen de volgende stelling voor: “Mensen, zoals ze vandaag de dag bestaan, zijn geëvolueerd uit vroegere, nu uitgestorven wezens.”. Dit is een waarheid als een koe, maar Millers cijfers tonen aan dat ongeveer één op vier Belgen de stelling verwerpt, of er in elk geval sterk aan twijfelt.<br> Het is niet eenvoudig om daarvoor de precieze redenen te achterhalen. Veel heeft ongetwijfeld te maken met een verkeerd begrip van de evolutietheorie. alsook met een heleboel vooroordelen tegenover Darwins inzichten. Dit merk je niet alleen bij religieuze of eerder conservatieve mensen. Ook veel progressieve mensen, die vaak niet religieus en niet creationistisch zijn, staan sceptisch tegenover evolutietheorie omdat ze die associëren met racisme, anti-feminisme, status quo denken, kapitalisme, enz. Sommige van deze aspecten overlappen met het religieus getinte wantrouwen tegenover Darwin, al steunt dat meer op de vermeende aantasting van bepaalde fundamenten van het geloof. Klopt het dat evolutietheorie automatisch anti-religieus is? Ik denk het niet, maar het hangt af waarop men religieuze overtuigingen baseert. Wie zogenaamde sacrale teksten min of meer letterlijk neemt, zal evolutietheorie als problematisch ervaren. Maar dit blijft niet beperkt tot evolutietheorie alleen. Ook de moderne geologie, genetica, astronomie, enz., en vele disciplines uit de cultuur- en gedragswetenschappen, zijn in strijd met een dergelijke vorm van religie. Veel mensen daarentegen zijn bereid om de religieuze teksten die hen inspireren eerder metaforisch te interpreteren. Zij hoeven geen moeite te hebben met wetenschap in het algemeen en evolutietheorie in het bijzonder.<br> Er is een belangrijke taak weggelegd voor wie goed geïnformeerd is over evolutietheorie. Men kan duidelijk maken dat het een wetenschappelijke theorie betreft die verklaart hoe soorten ontstaan en vergaan, hoe ze verspreid worden over de wereld, hoe ze met elkaar in interactie treden, hoe organismen adaptaties ontwikkelen, hoe het leven op aarde samenhangend is, enzovoort. De mens, als soort en als organisme met talrijke fysieke, mentale en gedragsmatige aanpassingen, vormt hierop geen uitzondering. Daarnaast moet men ook aantonen wat de theorie niet is: ze is geen levensbeschouwing, geen bron van waarden en normen, ze bevat geen politieke ideologie, ze leidt niet tot nihilisme, noch biedt ze een rechtvaardiging voor seksisme, racisme, enzovoort.<br> De diverse vormen van creationisme, waaronder ‘intelligent design’, die vandaag in Vlaanderen bekend zijn, zijn problematisch omwille van enkele vrij voor de hand liggende redenen. Niet alleen geven ze een fout beeld van de wetenschap, in casu evolutietheorie, ook maken ze impliciet of expliciet een koppeling tussen evolutietheorie en religie, politiek, moraal, enz., terwijl die eigenlijk niet bestaat.<br> Je kan dan uiteraard de vraag stellen of het relevant is dat mensen bepaalde kerninzichten en verworvenheden van de moderne wetenschap niet kennen, of niet accepteren en verwerpen? Uiteindelijk hangt het antwoord hierop af van welke maatschappij we wensen. Zelf ben ik helemaal gewonnen voor een maatschappij met veel diversiteit (levensbeschouwelijk, cultureel, culinair, artistiek, enz.), maar, uiteraard, met respect voor de mensenrechten. Het verwerpen van onomstreden wetenschappelijke inzichten brengt niet de meerwaarde van de diversiteit naar boven, maar dreigt eerder te zorgen voor afzondering, isolatie en wederzijds onbegrip. Bovendien kan men niet ontkennen dat heel wat studies en jobs een basisinzicht in moderne wetenschap vereisen. Wie evolutietheorie verwerpt, kan ook moeite hebben met wetenschappelijke kennis uit andere disciplines. Meer fundamenteel gaat het om het al dan niet aanvaarden van de wetenschappelijke methode. Dit raakt nagenoeg aan alles dat in onze samenleving met wetenschap en technologie te maken heeft.<br> Daarom vind ik het belangrijk kennis over moderne wetenschap zo adequaat mogelijk te verspreiden en misverstanden en vooroordelen uit de wereld te helpen. Dat kennis van de evolutietheorie in de eindtermen van het secundair onderwijs is opgenomen, is dan ook een goede zaak, maar het is wellicht niet voldoende. Meer inspanningen, via teksten, films, lezingen, studiedagen enz., zijn altijd welkom. Vanzelfsprekend kan je mensen niet verplichten om wetenschappelijke kennis te accepteren. Mensen mogen denken wat ze willen, en ook naar die ideeën handelen, zolang ze niet in strijd zijn met de wet of de mensenrechten. Maar in een maatschappij zoals de onze hebben we op zijn minst de opdracht om zoveel mogelijk mensen vertrouwd te maken met de beschikbare wetenschappelijke kennis. Ze kunnen dan nog altijd kiezen hoe ze er tegenover staan. Wie de kennis niet heeft, heeft ook die keuzevrijheid niet.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/wat-intelligent-ontwerp-intelligent-design" hreflang="en">Wat is intelligent ontwerp (Intelligent Design)?</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Fri, 23 Jan 2009 16:50:16 +0000 webmaster.flw 1010 at https://www.evolutietheorie.ugent.be Wat is intelligent ontwerp (Intelligent Design)? https://www.evolutietheorie.ugent.be/over-evolutietheorie/faq/wat-intelligent-ontwerp-intelligent-design <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_entity_view' --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'ds_1col' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * ds-1col--node--1009.html.twig * ds-1col--node-faq-rss.html.twig x ds-1col--node-faq.html.twig * ds-1col--node-rss.html.twig * ds-1col--node.html.twig * ds-1col.html.twig * ds-1col.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <article data-history-node-id="1009" class="node node--type-faq node--view-mode-rss faq clearfix"> <div class="content"> <div class="creator-info fulldisplay-field"> <div class="creator-name">Johan Braeckman </div> <div class="affiliatie">Vakgroep wijsbegeerte en moraalwetenschap, Universiteit Gent</div> </div> <div class="fulltext fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--default--node--body--faq--rss.html.twig * field--default--node--body--faq.html.twig * field--default--node--faq--rss.html.twig * field--default--node--faq.html.twig * field--default--node--body.html.twig * field--default--body--faq--rss.html.twig * field--default--body--faq.html.twig * field--default--faq--rss.html.twig * field--default--faq.html.twig * field--default--body.html.twig * field--default.html.twig * field--theme-ds-field-default.html.twig * field--node--body--faq.html.twig * field--node--body.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--body.html.twig * field--text-with-summary.html.twig x field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> <div class="field field--name-body field--type-text-with-summary field--label-hidden field--item"><p><strong>Intelligent Ontwerp: wetenschappelijk steriel, filosofisch futiel</strong></p> <p><em>Intelligent Design</em>, in het Nederlands Intelligent Ontwerp, is een geloofsovertuiging die wortelt in de eeuwenoude natuurtheologische traditie. De natuurtheologie gaat terug tot het werk van Plato, Aristoteles, de middeleeuwse kerkvaders en talrijke auteurs die in de loop van de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw het ontwerpsargument telkens weer herhaalden. Vaak schreven ze ook hele passages letterlijk van elkaar over, zonder bronvermelding. In de hedendaagse literatuur verwijst men vaak naar het boek <em>Natural Theology</em> van William Paley, voor het eerst gepubliceerd in 1802 en nog steeds in druk (in de Oxford World’s Classics reeks). Reeds in de eerste regels van zijn boek brengt Paley het basisargument van de natuurtheologie naar voren. Veronderstel, zo schrijft hij, dat we tijdens een wandeling een kei aantreffen. Als we de kei nader bestuderen, stellen we vast dat deze geen duidelijke functionaliteit bezit. De vorm die hij heeft is meer dan waarschijnlijk door strikt natuurlijke krachten ontstaan. Maar stel dat we tijdens diezelfde wandeling ook een horloge vinden, dan is het meteen duidelijk dat hiervoor een volstrekt andere verklaring nodig is. Ook als je helemaal niet weet wat een horloge is, zie je meteen dat het naar alle waarschijnlijkheid functioneel is. De radertjes, wijzers en andere onderdelen zijn niet door louter natuurlijke krachten op dergelijke manier met elkaar verbonden. Wie aan ‘omgekeerd ingenieursdenken’ doet, kan het horloge ontleden en achterhalen waar het voor dient. Men zal, aldus Paley, tot de conclusie komen dat het horloge is ontworpen om de tijd aan te duiden. Met andere woorden: anders dan de kei, kan het horloge een bepaald doel realiseren, en alle onderdelen werken hiertoe samen. Hoe groot is de kans dat zoiets vanzelfs, dat wil zeggen door strikt natuurlijke krachten, ontstaat? Die kans is zo goed als nihil, redeneert Paley. Het is alsof je alle onderdelen van het horloge in een doos stopt en vervolgens schudt met de doos tot de onderdelen samenvallen en een werkend horloge vormen. Strikt genomen is dit niet onmogelijk, maar het is uiteraard buitengewoon onwaarschijnlijk. De conclusie is onontkoombaar. Iets of iemand heeft het horloge bedacht, ontworpen, geconstrueerd. Paley heeft hier uiteraard gelijk. Met name de horlogemaker is verantwoordelijk voor het ontwerp en het bestaan van het horloge. Een alternatief, even plausibel en aanvaardbaar antwoord op de vraag hoe het horloge is ontstaan, is ondenkbaar. Vervolgens maakt Paley een analogie. Als we accepteren dat het horloge een horlogemaker veronderstelt, ja, het bestaan ervan zelfs zo goed als bewijst, moeten we dan ook niet aanvaarden dat het bestaan van pakweg het menselijk oog een oog-maker aantoont? Een oog is zeer complex en uitermate functioneel. Net zoals het horloge kan het daarom niet, aldus Paley, door blinde natuurkrachten zijn ontstaan. Het enige alternatief is een intelligente ontwerper, die het oog bedacht, ontwierp, construeerde. Hetzelfde geldt voor mijn kniegewricht, mijn nieren, mijn longen, mijn brein, enzovoort. Wie er een beetje over nadenkt, vervolgt Paley, begrijpt al gauw dat de redenering opgaat voor miljoenen, zelfs honderden miljoenen structuren in de natuur.<br> De redenering van Paley was voor nagenoeg al zijn lezers, en voor de meesten - maar niet voor iedereen - die zich vertrouwd maakten met de logica van de argumentatie, zeer overtuigend. Ze was dat reeds eeuwen lang. Velen hadden ze voor Paley al even uitvoerig uiteengezet. De hierboven beschreven passage over de kei en het horloge bijvoorbeeld, vinden we nagenoeg letterlijk terug in <em>Het Recht Gebruik der Wereltbeschouwing</em> van Bernard Nieuwentyt, een lijvig boek dat voor het eerst vroeg in de achttiende eeuw werd gepubliceerd in Amsterdam. Nieuwentyts boek, net als dat van Paley en van andere beroemde natuurtheologen zoals William Derham en John Ray, is één lange poging om het bestaan van god af te leiden uit de talloze natuurlijke structuren die wijzen op intelligent ontwerp.<br> Een centraal onderdeel van de natuurtheologische, of intelligent ontwerp-redenering is dat men de werking van natuurlijke krachten identificeert met ‘het toeval’. Als iets tot stand is gekomen zonder vooraf bepaald doel, zonder dat het als het ware ‘van boven af’ is bedacht, dan is het, aldus Paley &amp; co., toevallig ontstaan. Deze redenering strookt met de menselijke intuïtieve psychologie. Het is immers niet eenvoudig om te begrijpen dat functionele, adaptieve structuren kunnen ontstaan door toedoen van blindwerkende krachten; dat wat er uitziet als intelligent ontworpen, met een doel voor ogen, in werkelijkheid een soort schijnontwerp is, ontwikkeld zonder dat het de bedoeling was. Aantonen hoe dit in zijn werk gaat, waarbij wat er uitziet als ‘van bovenaf’ ontworpen in werkelijkheid is ontstaan zonder dat er bewust, intelligent ontwerp aan te pas kwam, is de grootste verdienste van de negentiende-eeuwse bioloog Charles Darwin.</p> <p><strong>Darwin en selectie</strong></p> <p>Er bestaan talloze complexe, functionele structuren in de natuur die er uitzien alsof ze zijn ontworpen, aldus Darwin, maar in werkelijkheid kwam er geen ontwerp aan te pas. Die structuren zijn het resultaat van natuurlijke of seksuele selectie, de door Darwin ontdekte en zeer diepgaand geanalyseerde mechanismen die noch gelijk te schakelen zijn met intelligent ontwerp, noch met het toeval. Darwinistische selectie is een derde, alternatieve mogelijkheid om het bestaan van functionaliteit in de natuur te verklaren. Iedereen die vertrouwd is met de geschiedenis van de evolutionaire biologie weet dat Darwins kerninzicht, het bestaan van selectie en de aard van de werking ervan, buitengewoon succesvol is. Selectie is centraal bij zowel het verklaren van adaptaties – dat wil zeggen functionele eigenschappen van organismen – als bij het het proces van de evolutie van soorten op zich.<br> Dat betekent niet dat momenteel reeds een volledige consensus bestaat over alle aspecten ervan. Selectie is een mechanisme dat er op het eerste zicht zeer eenvoudig uitziet, maar in werkelijkheid erg lastig te doorgronden is. Er kan nog veel wetenschappelijk onderzoek gebeuren over de snelheid van selectie; over de verhouding tussen natuurlijke en seksuele selectie; over het niveau waarop selectie inwerkt (genen? organismen? populaties? soorten?); over de toepassingsmogelijkheden van selectie in de cultuur- en gedragswetenschappen, enzovoort. In zijn boek <em>Darwins Gevaarlijke Idee</em> schreef de Amerikaanse filosoof Daniel Dennett het volgende: “Als ik een onderscheiding moest geven voor het beste denkbeeld dat iemand ooit heeft gehad, dan zou ik die aan Darwin geven en niet aan Newton, Einstein of iemand anders. In één klap verenigt het denkbeeld van evolutie door natuurlijke selectie het rijk van leven, zin en doel met het rijk van ruimte en tijd, oorzaak en gevolg, mechanisme en natuurwet. Maar het is niet alleen maar een prachtig wetenschappelijk denkbeeld. Het is een gevaarlijk denkbeeld.” (Contact, 1995, 2006, pag. 8). De stelling die ik in het vervolg van dit artikel ontwikkel, houdt in dat de moderne versie van de natuurtheologie, de geloofsovertuiging die men Intelligent Ontwerp noemt, haar maatschappelijk succes te danken heeft aan de mogelijke filosofische implicaties van darwinistische selectie waar Dennett het over heeft, en niet aan intrinsiek wetenschappelijke factoren.<br> Vanuit wetenschappelijk oogpunt is Intelligent Ontwerp volkomen steriel. Dit standpunt is niet ongenuanceerd, het is een strikt empirische vaststelling. Er is nog geen enkel zinvol onderzoeksproject vanuit Intelligent Ontwerp-kringen naar voren gebracht. Er is nog geen enkel betekenisvol wetenschappelijk resultaat gepubliceerd. Er is nog geen enkel experiment uitgevoerd. Er is nog geen enkele testbare hypothese voorgelegd. Er is geen enkel aanknopingspunt met om het even welke wetenschappelijke discipline, theorie, wetmatigheden, of feiten. Intelligent Ontwerp, kortom, is een pseudo-wetenschap, of misschien beter, een geloofsovertuiging die inspeelt op al dan niet reële filosofische, morele en politieke aspecten van Darwins kerninzichten, maar met de wetenschappelijke geldigheid ervan niets te maken heeft. Het is dan ook niet meer dan normaal dat rechter John E. Jones III aan het einde van het belangrijke proces <em>Kitzmiller versus Dover Area School District</em>, in Dover, Pennsylvania, V.S. (december 2005) oordeelde dat het onderwijzen van Intelligent Design in de lessen biologie van het openbaar onderwijs ongrondwettelijk is. Intelligent Design, aldus rechter Jones, is in strijd met de scheiding tussen kerk en staat. Het is een geloofsovertuiging, geen wetenschappelijke theorie, die zich niet kan loskoppelen van haar religieuze, specifiek creationistische voorgangers. Men kan zich uiteraard de vraag stellen waarop een ander, voor Intelligent Ontwerp meer positief oordeel, gebaseerd zou zijn. Het begrip Intelligent Ontwerp ontstond net om te vermijden dat men het creationisme als een religieuze doctrine zou beschouwen. Na het beroemde ‘apenproces’ in Dayton, Tennessee (1925) duurde het tot de jaren zestig voor men in de Verenigde Staten wettelijk toeliet dat openbare scholen evolutietheorie onderwezen, naast het creationisme. Hierbij moet ik opmerken dat het ene creationisme het andere niet is. Zo nemen de <em>‘young earth creationisten’</em> de bijbel heel erg letterlijk. Ze zijn ervan overtuigd dat de aarde ongeveer zesduizend jaar oud is, dat Adam en Eva echt bestonden, dat de zondvloed zich daadwerkelijk heeft voorgedaan, enzovoort. Daarnaast heb je de <em>‘gap creationists’</em> die van mening zijn dat de aarde al zeer oud is, maar dat de bijbel toch, mits de juiste interpretatie, een accuraat beeld geeft van de schepping, van het ontstaan van het leven, de mens, de natuur, enzovoort. De verschillende dagen waarop god voor de schepping zorgde, bijvoorbeeld, moeten we metaforisch interpreteren. Eén dag in Genesis betekent in feite vele miljoenen jaren. Daarnaast bestaan andere creationistische stromingen, die andere accenten leggen, maar ze delen allen het geloof in de bijbel als een soort wetenschappelijk handboek, ook al kunnen de interpretaties ervan verschillend zijn.<br> Het probleem nu voor de creationistische gemeenschap in de Verenigde Staten is dat tengevolge van enkele processen in de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw het uiteindelijk onwettelijk werd om creationistische opvattingen, van welke strekking ook, te onderwijzen in de lessen biologie van het openbare onderwijs. Pogingen van creationisten om de klok terug te schroeven mislukten. Ze liepen telkenmale stuk op de grondwettelijke scheiding tussen kerk en staat. Daarom ontwikkelden ze de strategie om creationisme voor te stellen als een wetenschap; als een alternatieve, wetenschappelijke theorie. Een eerste poging hiertoe was tamelijk doorzichtig. Men had het niet langer over het creationisme, maar over wetenschappelijk creationisme (scientific creationism). Het was voor de bevoegde rechters evenwel zeer duidelijk dat de toevoeging van het woord ‘wetenschappelijk’ het creationisme nog niet wetenschappelijk maakte. De volgende, voorspelbare, stap was om het begrip ‘creationisme’ te laten vallen. Zo ontstond dan, in de jaren negentig, de Intelligent Ontwerp-beweging, waarvan de intellectuele architecten auteurs als Philip Johnson (Darwin on trial, 1993) en Michael Behe (Darwin’s black box, 1996) zijn.<br> Het merendeel van de Intelligent Ontwerp-aanhangers erkent het bestaan van evolutie op zich, maar ziet andere mechanismen dan darwinistische aan het werk. Dat is uiteraard niet a priori onwetenschappelijk; er is discussie onder evolutiebiologen over de ‘kracht’ van natuurlijke en seksuele selectie om adaptieve structuren te ontwikkelen. Maar Intelligent Ontwerp brengt per definitie naar voren dat sommige adaptaties zo complex en functioneel zijn dat we niet anders kunnen dan erkennen dat iets of iemand ze ‘van bovenaf’ ontwierp. Hierdoor zijn we uiteraard terug aanbeland bij de natuurtheologie, voor zover die ooit al volledig van het toneel verdwenen was.<br> De huidige natuurtheologen, die zichzelf Intelligent Ontwerp-aanhangers noemen, geven niet meer dezelfde voorbeelden als Nieuwentyt en Paley, zoals het oog of kniegewricht, maar zoeken het in de wereld van de microbiologie en biochemie. Michael Behe verwijst bijvoorbeeld naar het zweepstaartje van sommige bacteriën, en naar de wijze waarop bloedstolling functioneert. Dat voor alle voorbeelden die hij geeft uitstekende darwinistische verklaringen bestaan – wat ook tijdens het proces in Dover zonneklaar werd aangetoond – glijdt van hem af zoals water van een eend. Er zijn, aldus Behe, structuren in de natuur die “onherleidbaar complex” zijn, dat wil zeggen, die men niet verklaren kan door darwinistische selectie. Het is evident dat Behe van mening is dat men daarom moet accepteren dat iets of iemand ze ontwierp, net zoals zijn illustere natuurtheologische voorgangers beweerden over zowel het horloge als het oog.<br> Wie ze een beetje aanport, krijgt van de Intelligent Ontwerp-aanhangers te horen dat de Ontwerper in principe een superieur intelligent buitenaards wezen kan zijn. Maar iedereen beseft de hypocrisie hiervan. Wat men echt gelooft is niet dat de Intelligente Ontwerper een marsmannetje is met een IQ dat ons bevattingsvermogen overtreft, maar dat hij samenvalt met de christelijke, in het bijzonder protestantse god. Alleen kunnen ze dit niet luidop zeggen, net om te vermijden dat men Intelligent Ontwerp, zoals de uitgesproken creationistische voorgangers ervan, als religieus in plaats van wetenschappelijk zou bestempelen. Het heeft evenwel niet mogen baten: rechter Jones maakte er in Dover korte metten mee, en noemde Intelligent Ontwerp zelfs “adembenemend stompzinnig”.</p> <p><strong>België &amp; Nederland</strong></p> <p>Ondanks een totaal gebrek aan wetenschappelijke geloofwaardigheid, is Intelligent Ontwerp er toch in geslaagd om vele aanhangers te winnen. In België, zo blijkt uit onderzoek, is 21% van de ondervraagden het niet eens met de stelling dat “mensen ontwikkeld zijn uit vroeger bestaande diersoorten”. Vijf procent van de ondervraagden weet het niet zo goed, alle anderen accepteren de stelling. Dat betekent dat toch ongeveer één vierde van de ondervraagden moeite heeft met een stelling die men wetenschappelijk als even geldig beschouwt als bijvoorbeeld de uitspraak “de aarde is min of meer rond en draait rond de zon”. Hoeveel van deze mensen sceptisch zijn over evolutietheorie omwille van een geloof in Intelligent Ontwerp is onduidelijk. Ik vermoed dat relatief weinigen weten wat Intelligent Ontwerp precies betekent, maar dat men zich anti-darwinistisch opstelt omwille van uiteenlopende factoren, waarvan evenwel meerdere ook een rol spelen bij het maatschappelijke succes van Intelligent Ontwerp.<br> In Nederland liggen de cijfers nog wat hoger; daar verwerpt een flinke dertig procent de basisaspecten van evolutietheorie. Wellicht steunen de anti-darwinisten zich bij onze Noorderburen iets meer op Intelligent Ontwerp dan Belgische (neo-)creationisten. In 2005 liet zelfs de toenmalige minister van onderwijs en wetenschappen, Maria van der Hoeven van het CDA, zich positief uit over Intelligent Ontwerp. Ze raakte overtuigd van de waarde van Intelligent Ontwerp na een gesprek met de nanowetenschapper Cees Dekker, hoogleraar aan de Technische Universiteit Delft. Dekker is ondertussen meerdere malen in de media als aanhanger van Intelligent Ontwerp opgevoerd. Hij verzorgde bovendien ook de redactie, samen met enkele andere Nederlandse academici, van een aantal boeken waarin overwegend artikelen pro creationisme en Intelligent Ontwerp zijn opgenomen (o.a. En God beschikte een worm, Ten have, 2006). Momenteel heeft Nederland met André Rouvoet (ChristenUnie) zelfs een vice-premier die op zijn zachtst gezegd sympathie heeft voor het creationisme. Het is niet verwonderlijk dat de Nederlandse politieke en academische aanhangers van Intelligent Ontwerp uitgesproken christelijk en van gereformeerde strekking zijn. Vanzelfsprekend maakt het op velen indruk dat ook belangrijke politici en in hun vakgebied gerespecteerde wetenschappers in Intelligent Ontwerp geloven. Dat maakt Intelligent Ontwerp evenwel geen greintje wetenschappelijker. Ook bij Cees Dekker en zijn Nederlandse geloofsgenoten, net zoals bij Michael Behe en andere natuurtheologen, stellen we vast dat ze darwinistische mechanismen gelijkschakelen aan ‘het toeval’. Het luidt dan dat het onmogelijk is dat door ‘louter toeval’ complexe, functionele structuren in de natuur ontstaan zijn. Dat is evident waar, net zoals Nieuwentyts horloge niet kan ontstaan door met de doos te schudden waarin de onderdelen van het horloge zich bevinden. Maar Darwin, en a fortiori de moderne evolutietheorie, zegt helemaal niet dat functionele complexiteit door ‘toeval’ ontstaat. Integendeel, adaptaties ontstaan door natuurlijke en seksuele selectie, en dat is het tegendeel van ‘toeval’. Het is, om rechter Jones te parafraseren, adembenemend verbijsterend dat mensen als Michael Behe of Cees Dekker dat niet inzien.<br> Wat de toekomst is van Intelligent Ontwerp is moeilijk in te schatten. De kans dat men er wetenschappelijke bewijzen zal voor vinden is kleiner dan de doorsnee homeopatische verdunning. Ook kunnen we verwachten dat, zeker na de juridische nederlaag in Dover, de geloofsovertuiging andermaal een naamsverandering zal ondergaan. Relatief nieuw en erg belangwekkend is ook de ontwikkeling van een uitgesproken islamitisch creationisme in de lage landen. Een deel hiervan sluit aan bij de opvattingen van het traditionele christelijke creationisme, zie bijvoorbeeld de boeken en pamfletten van Harun Yahya, waarvan er meerdere geschreven zijn voor kinderen. Een ander deel haalt zijn mosterd bij het Amerikaanse Intelligent Design. Vaak kan je ook een vreemde mengeling van opvattingen aantreffen, zo bijvoorbeeld in de luxueus uitgegeven, maar in Europa gratis verspreide ‘Atlas of creation’ van Harun Yahya.<br> Zowel het christelijk als het islamitisch creationisme is het uiteindelijk niet te doen om de wetenschap vooruit te helpen. Ook al zou men er oprecht van overtuigd zijn dat men de moderne evolutietheorie wetenschappelijk moet verbeteren, dan nog is de drijfveer van de Intelligent Ontwerp beweging eerder filosofisch, en in het bijzonder moreel, politiek en religieus geïnspireerd. Men is er van overtuigd dat ‘Darwins gevaarlijke idee’ de grondslagen van het geloof, en bijgevolg van de beschaving, van menselijkheid en moraliteit aantast. Als Darwin gelijk heeft, zo redeneren zowel christelijke als islamitische creationisten, dan is het leven zin- en betekenisloos. Dan is het lijden en de dood niet meer te rechtvaardigen, dan is er niks dat ultiem nog waarde heeft, dan zijn we allen de facto nihilist. Dat talloze mensen die moderne wetenschap accepteren, uiteraard met inbegrip van de evolutietheorie, dag in dag uit het tegendeel aantonen van deze bizarre argumentatie doet blijkbaar niet ter zake. Intelligent Ontwerp is niet enkel wetenschappelijk onhoudbaar, het is ook filosofisch een uitzonderlijk zwak beargumenteerde opvatting. Darwin ontkrachtte de kern ervan reeds in 1859 in zijn On the Origin of Species, maar filosofen zoals Spinoza, David Hume en Immanuel Kant toonden reeds eerder de wijsgerige oppervlakkigheid ervan aan.</p> </div> <!-- END OUTPUT from 'themes/contrib/bootstrap/templates/field/field.html.twig' --> </div> <div class="zie-ook fulldisplay-field"> <!-- THEME DEBUG --> <!-- THEME HOOK: 'field' --> <!-- FILE NAME SUGGESTIONS: * field--expert--node--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--node--field-reference--faq.html.twig * field--expert--node--faq--rss.html.twig * field--expert--node--faq.html.twig * field--expert--node--field-reference.html.twig * field--expert--field-reference--faq--rss.html.twig * field--expert--field-reference--faq.html.twig * field--expert--faq--rss.html.twig * field--expert--faq.html.twig * field--expert--field-reference.html.twig * field--expert.html.twig * field--ds-field-expert.html.twig * field--node--field-reference--faq.html.twig * field--node--field-reference.html.twig * field--node--faq.html.twig * field--field-reference.html.twig * field--entity-reference.html.twig * field.html.twig --> <!-- BEGIN OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> <h3 class="field-label-above">Zie ook</h3> <ul > <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/waarom-de-muizenval-analogie-van-michael-behe-misleidend-en" hreflang="en">Waarom is de muizenval-analogie van Michael Behe misleidend en wetenschappelijk niet overtuigend?</a></li> <li><a href="/over-evolutietheorie/faq/waarom-intelligent-design-geen-wetenschappelijk-alternatief-voor-de" hreflang="en">Waarom Intelligent Design geen wetenschappelijk alternatief is voor de evolutietheorie</a></li> <li><a href="/publicaties/boeken/darwins-gevaarlijke-idee" hreflang="en">Darwins gevaarlijke idee</a></li> </ul> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/bc/ds-field-expert.html.twig' --> </div> </div> </article> <!-- END OUTPUT from 'themes/custom/evolutietheorie/templates/nodes/ds-1col--node-faq.html.twig' --> <!-- END OUTPUT from 'modules/contrib/ds/templates/ds-entity-view.html.twig' --> Fri, 23 Jan 2009 16:43:41 +0000 webmaster.flw 1009 at https://www.evolutietheorie.ugent.be